Base description which applies to whole site

7. Saldibalans

Tabel 57 Saldibalans per 31 december 2023 van het Mobiliteitsfonds (bedragen x € 1.000)
 

Activa

31-12-2023

31-12-2022

 

Passiva

31-12-2023

31-12-2022

        

Intra-comptabele posten

  

Intra-comptabele posten

  

1)

Uitgaven ten laste van de begroting

8.367.397

7.786.384

2)

Ontvangsten ten gunste van de begroting

8.503.379

7.836.662

1a)

Nadelig saldo begrotingsfonds voorgaand jaar

 

0

2a)

Batig saldo begrotingsfonds voorgaand jaar

291.239

240.961

3)

Liquide middelen

0

0

  

0

0

4)

Rekening-courant RHB (Rijkshoofdboekhouding)

426.998

291.239

4a)

Rekening-courant RHB

0

0

5)

Rekening-courant RHB Begrotingsreserve

0

0

5a)

Begrotingsreserves

0

0

6)

Vorderingen buiten begrotingsverband

223

0

7)

Schulden buiten begrotingsverband

0

0

8)

Kas-transverschillen

0

0

  

0

0

 

Afrondingsverschil

0

0

 

Afrondingsverschil

0

0

Subtotaal intra-comptabel

8.794.618

8.077.623

Subtotaal intra-comptabel

8.794.618

8.077.623

        

Extra-comptabele posten

     

9)

Openstaande rechten

0

0

9a)

Tegenrekening openstaande rechten

0

0

10)

Vorderingen

48.682

218.785

10a)

Tegenrekening vorderingen

48.682

218.785

11a)

Tegenrekening schulden

0

0

11)

Schulden

0

0

12)

Voorschotten

4.946.530

4.310.924

12a)

Tegenrekening voorschotten

4.946.530

4.310.924

13a)

Tegenrekening garantieverplichtingen

162.605

162.605

13)

Garantieverplichtingen

162.605

162.605

14a)

Tegenrekening andere verplichtingen

24.215.047

21.894.468

14)

Andere verplichtingen

24.215.047

21.894.468

15)

Deelnemingen

1.714.477

1.714.477

15a)

Tegenrekening deelnemingen

1.714.477

1.714.477

        

Subtotaal extra-comptabele

31.087.341

28.301.259

Subtotaal extra comptabel

31.087.341

28.301.259

        

Totaal

39.881.959

36.378.882

Totaal

39.881.959

36.378.882

Toelichting samenstelling saldibalans

Als een minister meer dan één begroting beheert, in dit geval Infrastructuur en Waterstaat (XII), het Mobiliteitsfonds en het Deltafonds, wordt per begroting een saldibalans opgesteld. Voor de begroting van Hoofdstuk XII, het Mobiliteitsfonds en het Deltafonds worden geen gescheiden administraties gevoerd waardoor posten die niet zonder meer toewijsbaar zijn aan een bepaalde begroting, zijn opgenomen in de saldibalans van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (XII).

Wat betreft de toelichtingen zijn de volgende uitgangspunten toegepast. Een post, welke in verhouding tot de totale omvang van de balansregel een grote omvang heeft of de grens van € 25 miljoen overschrijdt, is tekstueel toegelicht.

Alle bedragen in de Saldibalans zijn, conform de regelgeving, naar boven afgerond. Als gevolg hiervan kunnen kleine verschillen ontstaan met de overige tabellen waarbij de reguliere afrondingsregels zijn gebruikt.

4) Rekening-courantverhouding Rijkshoofdboekhouding

Deze balansregel geeft de financiële verhouding met de Rijksschatkist weer.

6) Vordering buiten begrotingsverband

Onder de vorderingen buiten begrotingsverband zijn posten opgenomen, die nog met derden moeten worden verrekend.

Tabel 58 Specificatie vorderingen buiten begrotingsverband (bedragen € 1.000)

Vordering op HXII

223

Totaal

223

Toelichting

Hoofdstuk XII IenW

Een ontvangst van € 0,2 miljoen van de Douane is binnengekomen op de Rekening-courant van IenW. Deze ontvangsten hebben betrekking op de begroting van het Mobiliteitsfonds, derhalve heeft het Mobiliteitsfonds een vordering buiten begrotingsverband op Hoofdstuk XII IenW.

10 en 10a) Vorderingen en Tegenrekening vorderingen

De Extra-comptabele vorderingen zijn vorderingen die voortvloeien uit uitgaven ten laste van de begroting.

Tabel 59 Opeisbaarheid (bedragen € 1.000)

Direct opeisbaar

30.845

Op termijn opeisbaar

17.837

Geconditioneerd

0

Totaal

48.682

Tabel 60 Specificatie (bedragen € 1.000)

Artikel 12 Hoofdwegennet

31.107

Artikel 13 Spoorwegen

17.319

Artikel 15 Hoofdvaarwegennet

131

Overig

125

Totaal

48.682

Toelichtingen

Artikel 12 Hoofdwegennet

De vorderingen betreffen met name € 26,4 miljoen voor de afrekening van de Bestuurlijke Uitvoeringsovereenkomst A9 Gaasperdammerweg met de gemeente Amsterdam. Dit gaat om de aanleg en het onderhoud van de Gaasperdammertunnel op de A9. Verder is er o.a. de afrekeningen van de voorschotten die in het kader van de Regeling specifieke uitkering stimulering verkeersveiligheidsmaatregelen 2020-2021 aan diverse gemeenten zijn verstrekt. Op grond van de ingediende verantwoordingen en de verzoeken tot vaststelling van de uitkering, bleek een deel van de voorschotten te moeten worden terugbetaald, Hierover zijn met de betreffende gemeenten afspraken gemaakt. De vordering zijn als direct opeisbaar opgenomen. Onder de op termijn opeisbare vorderingen is opgenomen een vordering op de provincie Zuid-Holland. De provincie Zuid-Holland draagt voor € 2,5 miljoen bij aan de korte termijn maatregelen A15 Riderkerk-Gorinchem, hiervan is in 2021 € 2 mln. betaald, zodat er nog een vordering van € 0,5 miljoen openstaat. Deze is als op termijn opeisbaar opgenomen. Aanvullend staat er voor diverse asfalt werkzaamheden op de N209 en N471 een vordering open van € 0,6 miljoen.

Artikel 13 Spoorwegen

Op 1 juli 2009 is de Vervoerconcessie voor het hogesnelheidsnet ingegaan en vanaf 1 januari 2015 is het vervoer over het hogesnelheidsnet geïntegreerd in de Vervoerconcessie voor het hoofdrailnet. HSA is begin 2015 ontbonden. NS garandeert jegens de Staat de volledige nakoming van alle betalingsverplichtingen van HSA jegens de Staat en jegens ProRail uit hoofde van de afgesproken betalingsregelingen.

Op NS stond ultimo 2022 een vordering open van ongeveer € 49,2 miljoen met betrekking tot HSA. In 2023 is op deze vordering € 32,8 miljoen afgelost, waardoor ultimo 2023 de openstaande vordering ongeveer € 16,4 miljoen bedraagt. Deze vordering is opgenomen als "Op termijn opeisbaar".  Daarnaast heeft de NS in 2023 een rentebedrag betaald van € 1,5 miljoen over de openstaande vordering.

12 en 12a) Voorschotten en Tegenrekening voorschotten

Voorschotten zijn bedragen die aan derden zijn betaald vooruitlopend op later definitief vast te stellen of af te rekenen bedragen.

Tabel 61 Openstaand naar jaar van betaling (bedragen € 1.000)

Tot en met 2021

1.124.875

2022

183.168

2023

3.638.487

Totaal

4.946.530

Tabel 62 Specificatie (bedragen € 1.000)

Artikel 12 Hoofdwegennet

787.988

Artikel 13 Spoorwegen

2.898.281

Artikel 14 Regionaal, lokale infrastructuur

787.275

Artikel 15 Hoofdvaarwegennet

29.410

Artikel 17 Megaprojecten Verkeer en Vervoer

443.576

Totaal

4.946.530

Toelichtingen

Artikel 12 Hoofdwegennet

Voor de aanleg van Rijnlandroute iser € 408 miljoen aan voorschotten verstrekt aan de provincie Zuid-Holland. De betreft de aanleg van drie deelprojecten: N434/A44/A4, N206 ir. G. Tjalmaweg en N206 Europaweg. In het kader van specifieke uitkering bermmaatregelen van N-wegen, die niet in beheer zijn bij het Rijk, zijn voorschotten aan provincies verstrekt voor € 19,1 miljoen. Voor de specifieke uitkering regeling stimulering verkeersveiligheidsmaatregelen ten behoeve van het stimuleren van het nemen of versnellen van kosteneffectieve en risico gestuurde verkeersveiligheidsmaatregelen op het onderliggend wegennet zijn aan gemeenten, provincies, waterschappen, VRA en MRDH-voorschotten verstrekt voor € 192,9 miljoen. Aan RDW zijn voorschotten verstrekt voor ca. € 57 miljoen voor tijdelijke tolheffing en vrachtwagenheffing.

Verder is aan de provincie Noord-Brabant voor de specifieke uitkering over het uitvoeren van de realisatie van het wegproject N65 Vught-Haaren van hm 3.3 (viaduct Taalstraat) tot hm 11.0 een voorschot verstrekt van € 98,7 miljoen. Tenslotte zijn aan RVO voorschotten verstrekt van € 7,4 miljoen voor uitvoering project Digitale Infrastructuur voor Toekomstbestendige Mobiliteit (DITM).

De afrekeningen van deze voorschotten worden in 2024 ‒ 2027 verwacht.

Artikel 13 Spoorwegen

ProRail ontvangt jaarlijks subsidie voor Beheer, Onderhoud en Vervangingen van het landelijke spoorwegennet, kapitaallasten en het Beheerplan (BOV). Daarom staat voor BOV een bedrag van € 2.019,2 miljoen open. Hiermee geeft ProRail invulling aan het uitvoeren van zijn beheertaken. Bij ProRail zijn diverse aanlegprojecten voor personen- en goederenvervoer, zoals opgenomen in het MIRT-projectenboek, gefinancierd. In dit kader staat nog een bedrag van € 422,7 miljoen aan voorschotten open. Verder staan bij Bureau Sanering Verkeerlawaai voor de saneringen bij spoor voor saneringsprojecten voor ongeveer € 29,1 miljoen aan voorschotten open. Naar verwachting worden deze voorschotten vanaf 2024 tot en met 2028 afgewikkeld. Het openstaand voorschot op de betalingen aan ProRail € 251,7 betreffen de opdrachten, met name het maatregelenpakket HSL. Uiterlijk 1 mei 2024 wordt de verantwoording met assuranceverklaring ontvangen. Daarna kan afrekening plaatsvinden en kan het voorschot worden afgeboekt.

Voor de regeling in het kader van spoorse doorsnijdingen staat voor € 128,4 miljoen aan voorschotten open. Gemeenten geven aan in de SISA-verantwoording wanneer de subsidie kan worden vastgesteld tevens dient de gemeente een inhoudelijke verantwoording aan te leveren. Deze dient door ProRail goedgekeurd te worden. Tot slot staat bij gemeente Ede voor Spoorzone Ede-Oost voor € 42,1 miljoen aan voorschotten open. Naar verwachting worden deze voorschotten in 2025 afgewikkeld.

Artikel 14 Regionaal, lokale infrastructuur

Voor het uitvoeren van decentrale projecten voor regio specifieke oplossingen ter verbetering van de bereikbaarheid conform het RSP-convenant Rijk-Regio, zijn aan het samenwerkingsverband Noord-Nederland voorschotten verstrekt waarvan voor € 70,9 miljoen nog openstaat.  Verder zijn er voorschotten van € 82,6 miljoen aan stadsregio Amsterdam verstrekt ten behoeve van de realisatie van het project ombouw Amstelveenlijn. Ten behoeve van de uitvoering van de regeling ‘specifieke uitkering woningbouw op korte termijn door bovenplanse infrastructuur’ zijn aan diverse gemeenten voorschotten verstrekt voor een bedrag van € 563,2 miljoen. Ook is er € 70,4 miljoen aan voorschotten verstrekt aan de provincie Zuid-Holland voor het project Hoogwaardig Openbaar Vervoer Zuid-Holland Noord. Dit project heeft als doel om de bereikbaarheid van het noorden van de provincie Zuid-Holland te verbeteren door de bestaande verbindingen te verbeteren. Naar verwachting worden deze voorschotten in periode 2024 ‒ 2036 afgewikkeld.

Artikel 15 Hoofdvaarwegennet

Ten behoeve van de vervanging van de Noordzeebrug op de vaarweg Lemmer-Delfzijl zijn er voorschotten verstrekt aan de provincie Groningen van € 12,4 miljoen. In het kader van Topsektor Logistiek zijn aan Stichting Connekt voorschotten verstrekt van € 1,3 miljoen. Het betreft hier de kosten voor de door Stichting Connekt, namens het ministerie aangegane verplichtingen. Een voorschot van € 10,4 miljoen is aan de provincie Noord-Holland verstrekt in het kader van activiteiten voor het beter bevaarbaar maken van een deel van de Zaan inzake vernieuwing van de Wilhelminasluis en de Zaanbrug. De provincie geeft in de SISA-verantwoording aan wanneer de subsidie kan worden vastgesteld.

Artikel 17 Megaprojecten Verkeer en Vervoer

In het kader van het Programma Hoofdfrequent Spoor is aan ProRail ongeveer € 221,5 miljoen aan voorschotten verstrekt. Ook aan ProRail zijn voorschotten verstrekt van ongeveer € 174 miljoen voor het verrichten van planstudies en voorbereidende realisatiewerkzaamheden inzake European Rail Traffic Management System (ERTMS). Tevens zijn voorschotten aan de provincie Limburg verstrekt van € 33,9 miljoen ten behoeve van programma ERTMS.  Aan RVO zijn voorschotten verstrekt van € 14 miljoen voor uitvoering subsidieregeling ERTMS 2021-2025.

Tabel 63 Verloopoverzicht (bedragen € 1.000)

Stand per 1 januari 2023

 

4.310.924

In 2023 vastgelegde voorschotten

 

3.660.247

In 2023 afgerekende voorschotten

 

‒ 3.024.641

Verdeeld naar jaar van betalen:

  

‒ 2021 en verder

‒ 19.516

 

‒ 2022

‒ 2.740.341

 

‒ 2023

‒ 264.784

 

Openstaand per 31 december 2023

 

4.946.530

13 en 13a) Garantieverplichtingen en Tegenrekening garantieverplichtingen

Dit zijn verplichtingen waarvan betaling op een later moment afhankelijk is van een bepaalde omstandigheid (een bepaald risico of een bepaalde onzekere gebeurtenis) bij de partij die de garantie ontvangt. Dit zijn dus voorwaardelijke financiële verplichtingen.

Tabel 64 Verloopoverzicht (bedragen € 1.000)

Stand per 1 januari 2023

162.605

Verstrekt in 2023

0

Afname risico 2023

0

Openstaand per 31 december 2023

162.605

14 en 14a) Andere verplichtingen en Tegenrekening andere verplichtingen

De post Andere verplichtingen vormt een saldo van de verplichtingen per 1 januari van het begrotingsjaar, de aangegane verplichtingen, hierop verrichte betalingen en negatieve bijstellingen van in eerdere begrotingsjaren aangegane verplichtingen.

Tabel 65 Verloopoverzicht (bedragen € 1.000)

Stand per 1 januari 2023

21.894.468

Aangegaan in 2023

11.257.701

In mindering van bezwaarboekingen*

0

Tot betaling gekomen in 2023

‒ 8.367.397

Negatieve bijstellingen voorgaande jaren

‒ 216.778

Negatieve bijstellingen in 2023

‒ 352.947

Openstaand per 31 december 2023

24.215.047

Negatieve bijstellingen

Er zijn in 2023 vijf omvangrijke negatieve bijstellingen van eerder aangegane verplichtingen geweest die toelichting behoeven. Hierbij is een grens gehanteerd van € 25,0 miljoen.

  • Blankenburgverbinding (- € 69,6 miljoen en ‒ € 50,5 miljoen). De tolreservering Blankenburgverbinding is onder meer ten behoeve van de spoor- en perroncapaciteit in Meppel en de HRMK Spoorbrug bijgesteld. De bijbehorende verplichtingen zijn overeenkomstig aangepast. Dit is naar aanleidingen van amendementen aangepast (Kamerstukken 36 200-A, nr. 49-55).

  • Rijnlandroute (- € 26,4 miljoen). De bijstelling van de verplichtingen voor de Rijnlandroute is veroorzaakt door de opgelopen vertraging als gevolg van een brand op het bouwterrein. Hierdoor kunnen de verplichtingen pas op een later moment aangegaan worden.

  • HOV-net Zuid-Holland (- € 45,9 miljoen). In verband met de versmalde scope op enkele deelprojecten (Spoorcorridor Leiden-Utrecht en Spoorcorridor Alphen aan de Rijn-Gouda) is besloten de subsidie voor HOV-net Zuid-Holland te verlagen. De bijbehorende verplichtingen zijn overeenkomstig aangepast.

  • ERTMS (- € 38,1 miljoen). Dit betreft een administratieve overboeking naar een andere verplichting voor de subsidie aan ProRail met betrekking tot het project Speciale Transmissie voor Automatische Treinbeveiliging Nieuwe Generatie.

Niet uit de saldibalans blijkende bestuurlijke verplichtingen

Inventarisatie van bestuurlijke afspraken voor zover al niet deel uitmakend van de juridische verplichtingen, zoals opgenomen in de financiële administratie (met name gesloten bestuursovereenkomsten of convenanten met decentrale overheden) heeft plaatsgevonden.

Ultimo 2023 is geen sprake van dergelijke bestuurlijke afspraken.

15 en 15a) Deelnemingen en Tegenrekening deelnemingen

Deze balansregel geeft de deelnemingen in besloten en naamloze vennootschappen en internationale instellingen weer.

Tabel 66 Specificatie (bedragen € 1.000)

Railinfratrust B.V.

1.714.477

Totaal per 31 december 2023

1.714.477

Toelichtingen

Het aandelenbezit in Railinfratrust B.V. bestaat uit 44 aandelen met een nominale waarde van elk € 450,00. Het deelnemingspercentage bedraagt 100 %. In 2023 hebben er geen wijzigingen plaatsgevonden.

Licence