Base description which applies to whole site

7. Saldibalans provinciefonds

Tabel 3 Saldibalans per 31 december 2023 van het provinciefonds (C) (bedragen x € 1.000)

Activa

31-12-2023

31-12-2022

 

Passiva

31-12-2023

31-12-2022

       

Intra-comptabele posten

      

1) Uitgaven ten laste van de begroting

3.130.354

2.843.511

 

2) Ontvangsten ten gunste van de begroting

3.130.354

2.843.511

3) Liquide middelen

0

0

    

4) Rekening-courant RHB1

0

0

 

4a) Rekening-courant RHB

0

0

5) Rekening-courant RHB Begrotingsreserve

0

0

 

5a) Begrotingsreserves

0

0

6) Vorderingen buiten begrotingsverband

0

0

 

7) Schulden buiten begrotingsverband

0

0

8) Kas-transverschillen

0

0

    

Subtotaal intra-comptabel

3.130.354

2.843.511

 

Subtotaal intra-comptabel

3.130.354

2.843.511

       

Extra-comptabele posten

      

9) Openstaande rechten

0

0

 

9a) Tegenrekening openstaande rechten

0

0

10) Vorderingen

0

0

 

10a) Tegenrekening vorderingen

0

0

11a) Tegenrekening schulden

0

0

 

110 Schulden

0

0

12) Voorschotten

8.787.132

7.955.885

 

12a) Tegenrekening voorschotten

8.787.132

7.955.885

13a) Tegenrekening garantieverplichtingen

0

0

 

13) Garantieverplichtingen

0

0

14a) Tegenrekening andere verplichtingen

6

35

 

14) Andere verplichtingen

6

35

15) Deelnemingen

0

0

 

15a) Tegenrekening deelnemingen

0

0

Subtotaal extra-comptabel

8.787.138

7.955.920

 

Subtotaal extra-comptabel

8.787.138

7.955.920

       

Totaal

11.917.492

10.799.431

 

Totaal

11.917.492

10.799.431

1

Rijkshoofdboekhouding

Toelichting behorende bij de saldibalans per 31 december 2023 van het provinciefonds

Hierna worden de saldibalansposten toegelicht. De nummering van de toelichting komt overeen met die van de saldibalansposten

Ad 1. Uitgaven ten laste van de begroting en Ad 2. Ontvangsten ten gunste van de begroting

Bij de begrotingsuitgaven en -ontvangsten voor 2023 zijn de gerealiseerde uitgaven en ontvangsten opgenomen met betrekking tot het jaar 2023 waarvoor de Rijksrekening nog niet door de Tweede Kamer is goedgekeurd.

Ad 12. Voorschotten

Hieronder zijn de betaalde voorschotten opgenomen voor nog niet definitief vastgestelde uitkeringen aan provincies. De provincies ontvangen, als gevolg van de wet, voorschotten tot het bedrag waar ze vermoedelijk recht op hebben. Uitkeringen aan de provincies worden na afloop van het uitkeringsjaar via beschikkingen en een algemene maatregel van bestuur definitief vastgesteld. Het totaalbedrag van de betaalde voorschotten bestaat volledig uit voorschotten aan provincies op de algemene uitkering en de decentralisatie-uitkeringen. Het bedrag is in tabel 4 gespecificeerd en daaronder nader toegelicht.

Tabel 4 Specificatie voorschotten provinciefonds (bedragen x € 1.000)
 

31-12-2023

31-12-2022

   

Algemene uitkering

  

2020

0

2.299.076

2021

2.433.693

2.433.693

2022

2.757.786

2.757.786

2023

3.050.517

0

subtotaal

8.241.996

7.490.555

   

Decentralisatie-uitkeringen

  

2020

271.797

271.797

2021

117.976

117.976

2022

75.557

75.557

2023

79.806

0

subtotaal

545.136

465.330

   

TOTAAL

8.787.132

7.955.885

Algemene uitkering

Dit onderdeel van de tabel vergelijkt voor de algemene uitkering de voorschotten per 31 december 2023 waarvoor per uitkeringsjaar de beschikking nog niet definitief is opgemaakt met de voorschotten waarvoor geldt dat de definitieve beschikking voor het desbetreffende uitkeringsjaar per 31 december 2022 nog niet was opgemaakt.

Decentralisatie-uitkeringen

De voorschotten voor de decentralisatie-uitkeringen op de saldibalans van het provinciefonds hebben veelal een bijzonder karakter. Bij een beperkt aantal uitkeringen staat de hoogte van de uitkering niet vooraf vast of dient over de betaling nog een afrekening plaats te vinden. Bij een groot deel van deze uitkeringen wordt echter vooraf door het beleidsdepartement precies bepaald welke bedragen aan welke begunstigden worden uitbetaald. De begunstigden hoeven ook geen verantwoording af te leggen over de (wijze van) besteding van de uitkering. Het provinciefonds is hierbij slechts een loket waarlangs de verstrekkingen lopen. Desondanks worden alle betalingen uit hoofde van deze uitkeringen op de saldibalans van het provinciefonds als voorschot verantwoord tot het moment waarop de verdeling over medeoverheden definitief wordt vastgesteld door middel van een Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB).

Tabel 5 Mutatieoverzicht voorschotten provinciefonds (bedragen x € 1.000)

Voorschotten per 01-01-2023

 

7.955.885

   

Ontstaan in 2023

 

3.130.323

Afgerekend in 2023

 

2.299.076

   

Voorschotten per 31-12-2023

 

8.787.132

De stand openstaande voorschotten is per saldo toegenomen ten opzichte van de stand ultimo 2022. Een toename van de openstaande voorschotten heeft plaatgevonden voor de algemene uitkering en de decentralisatie- uitkeringen voor het jaar 2023. Een afname heeft plaatsgevonden doordat de algemene uitkeringen uit 2020 via beschikkingen zijn vastgesteld.

Ad 14. Andere verplichtingen

Onder deze post zijn de openstaande betalingsverplichtingen uit hoofde van de algemene uitkering, de decentralisatie-uitkeringen en de onderzoeken verdeelsystematiek opgenomen. Het bedrag is in tabel 6 gespecificeerd.

Tabel 6 Verloop van de openstaande verplichtingen provinciefonds (bedragen x € 1.000)

Omschrijving

Openstaande verplichtingen per 1-1-2023

Aangegane verplichtingen in 2023

Tot betaling gekomen in 2023

Bijstellingen van aangegane verplichtingen uit eerdere begrotingsjaren

Openstaande verplichtingen per 31-12-2023

      

Onderzoeken verdeelsystematiek

30

0

30

0

0

Algemene uitkering

0

3.050.517

3.050.517

0

0

Decentralisatie-uitkeringen

5

79.808

79.806

0

6

      

Totaal

35

3.130.325

3.130.353

0

6

Licence