Base description which applies to whole site

11. Saldibalans

De saldibalans per 31 december 2023 geeft de financiële posten weer die bij de afsluiting van de begrotingsboekhouding aan het einde van 2023 bestonden en meegenomen worden naar volgende begrotingsjaren.

Tabel 159 Saldibalans per 31 december 2023 van het Ministerie van Justitie en Veiligheid (bedragen x € 1.000)

Activa

 

31-12-2023

31-12-2022

 

Passiva

 

31-12-2023

31-12-2022

Intra-comptabele posten

  

Intra-comptabele posten

  

01

Uitgaven ten laste van de begroting

22.966.525

18.228.637

02

Ontvangsten ten gunste van de begroting

1.614.617

1.363.058

03

Liquide middelen

116

172

    

04

Rekening Courant RHB

  

04a

Rekening Courant RHB

20.640.077

16.094.500

05

Rekening Courant RHB Begrotingsreserve

9.132

9.132

05a

Begrotingsreserves

9.132

9.132

06

Vorderingen buiten begrotingsverband

124.129

82.470

07

Schulden buiten begrotingsverband

836.077

853.720

        

Subtotaal intra-comptabel

23.099.903

18.320.410

Subtotaal intra-comptabel

23.099.903

18.320.410

        

Extra-comptabele posten

  

Extra-comptabele posten

  

09

Openstaande Rechten

20.099

8.539

09a

Tegenrekening openstaande rechten

20.099

8.539

10

Vorderingen

1.749.734

1.607.905

10a

Tegenrekening vorderingen

1.749.734

1.607.905

11a

Tegenrekening schulden

  

11

Schulden

  

12

Voorschotten

8.443.510

5.458.379

12a

Tegenrekening voorschotten

8.443.510

5.458.379

13a

Tegenrekening garantieverplichtingen

2.747.539

2.232.350

13

Garantieverplichtingen

2.747.539

2.232.350

14a

Tegenrekening andere verplichtingen

2.502.848

2.165.268

14

Andere verplichtingen

2.502.848

2.165.268

        

Subtotaal extra-comptabel

15.463.729

11.472.440

Subtotaal extra-comptabel

15.463.729

11.472.440

        

Overall Totaal

38.563.633

29.792.852

  

38.563.633

29.792.852

Hieronder worden de onderdelen van de saldibalans nader toegelicht. De cijfers die tussen haken achter de tabeltitels staan, verwijzen naar de desbetreffende post op de saldibalans.

Tabel 160 Begrotingsuitgaven (1) (bedragen x € 1.000)
 

2023

2022

Uitgaven ten laste van de begroting 2023

22.966.525

 

Uitgaven ten laste van de begroting 2022

 

18.228.637

Totaal

22.966.525

18.228.637

Tabel 161 Begrotingsontvangsten (2) (bedragen x € 1.000)
 

2023

2022

Ontvangsten ten gunste van de begroting 2023

1.614.617

 

Ontvangsten ten gunste van de begroting 2022

 

1.363.058

Totaal

1.614.617

1.363.058

Onder de post uitgaven en ontvangsten ten laste van de begroting zijn de gerealiseerde begrotingsuitgaven en -ontvangsten van het jaar 2023 opgenomen waarvoor de Rijksrekening nog niet door de Staten-Generaal is goedgekeurd. De toelichtingen op de uitgaven en ontvangen vinden plaats in het Jaarverslag onder de beleidsartikelen en niet beleidsartikelen.

Tabel 162 Liquide middelen (3) (bedragen x € 1.000)
 

2023

2022

Kas

116

172

Saldo liquide middelen

116

172

De post liquide middelen is opgebouwd uit de contante gelden die aanwezig zijn in de kluizen van de kasbeheerders. De saldi per 31/12/2023 bestaan uit voornamelijk uit de kassen bij de Griffie en Dienst Terugkeer & Vertrek (DT&V). De kas bij Griffie wordt vooral gebruikt voor de contante betalingen van cliënten voor rechtszaken.

Tabel 163 Rekening-courant Rijkshoofdboekhouding (4 en 4a) (bedragen x € 1.000)
 

2023

2022

Rekening-courant RHB

20.640.077

16.094.500

Totaal

20.640.077

16.094.500

Het saldo van deze post geeft de financiële verhouding met de schatkist van het Rijk geadministreerd weer. Dit saldo sluit aan met het laatst verstuurde saldobiljet van de Rijkshoofdboekhouding (RHB) van het Ministerie van Financiën (MvF).

Tabel 164 Begrotingsreserve (5 en 5a) (bedragen x € 1.000)

Naam begrotingsreserve

Saldo 31-12-2022

Toevoeging

Onttrekking

Saldo 31-12-2023

Artikel

Asielreserve

9.132

 

0

9.132

37

De reserve is ongewijzigd ten opzichte van 2022. Voor onderbouwing en nadere toelichting wordt verwezen naar de toelichting op artikel 37, paragraaf asielreserve.

Tabel 165 Vorderingen buiten begrotingsverband (6) (bedragen x € 1.000)
 

2023

2022

Terwee

107.248

77.244

Door te belasten uitgaven

739

1.365

EU subsidies

11.830

Salaris- en studievoorschotten

4.311

3.861

Totaal

124.129

82.470

Terwee

Wet Terwee maakt het voor slachtoffers van een misdrijf mogelijk om zich met een vordering tot schadevergoeding te voegen in het strafproces om op die manier een schadevergoeding te krijgen tegen de dader in plaats van een civiele vordering te starten. De stijging ten opzichte van 2022 wordt veroorzaakt door de invoering van de USB wetgeving. Hierbij wordt het voorschot niet meer afgedaan nadat vervangende hechtenis/gijzeling is toegepast bij schadevergoedingsmaatregelen. Gevolg is dat het voorschot niet ten laste van de begroting wordt geboekt, maar dat het voorschot open blijft staan totdat de dader is overleden of nadat de nieuwe expiratietermijn is verstreken. Hierdoor zal het bedrag aan voorschot de komende jaren gaan stijgen en vormt daarmee een risico door mogelijke oninbaarheid.

EU subsidies

Door een wijziging in de financieringsstructuur van de EU subsidiefondsen, waar DGM het beheer over voert, is deze post ten opzichte van 2022 van schulden naar vorderingen buiten begrotingsverband geplaatst. Bij NCTV was er een stijging van 3 mln. Vorig jaar was het saldo bij NCTV nagenoeg 0.

Door te belasten uitgaven

De saldi van de vergelijkende jaren zijn nagenoeg gelijk.

Salaris- en studievoorschotten

Op deze rekeningen worden naast de centrale studievoorschotten JenV breed ook de salarisvoorschotten verantwoord die door de decentrale diensten zijn verstrekt. Het verstrekte voorschot wordt vervolgens op het salaris van de medewerker ingehouden. De stijging wordt veroorzaakt doordat er meer studievoorschotten zijn verstrekt dan afgerekend.

Tabel 166 Schulden buiten begrotingsverband (7) (bedragen x € 1.000)
 

2023

2022

Afdracht sociale lasten

154.642

156.921

EU subsidies

31.925

Door te belasten agentschappen en RvdR via RHB MvF

51.091

63.230

Geïnde bedragen voor bestuursorganen door CJIB

13.393

11.723

Af te wikkelen proceskosten

139

162

Strafrechtelijk beslag OM

230.188

220.600

Conservatoir beslag OM

315.951

305.441

Diversen OM

55.308

46.117

Gedeponeerde geldsommen

6.084

6.291

Overig

9.282

11.310

Totaal

836.077

853.720

Af te dragen sociale lasten

Dit betreft de afdrachten aan de belastingdienst, UWV en Loyalis over de maand december 2023. Deze zijn voldaan in januari 2024. De post is ten opzichte van 2022 nagenoeg gelijk gebleven.

Door te belasten agentschappen/Raad voor de rechtspraak (via RHB MvF)

Deze financiële rekeningen worden gebruikt om maandelijks de diverse uitgaven met de agentschappen en de Raad voor de rechtspraak af te rekenen met een rijksbetaalstuk door tussenkomst van de RHB.

Geïnde bedragen voor bestuursorganen door CJIB

Het saldo betreft voornamelijk ontvangen betalingen op vorderingen die het CJIB voor bestuursorganen onder andere Centraal AdministratieKantoor (CAK) en Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid incasseert en nog moeten worden doorgestort. Deze post is nagenoeg gelijk gebleven in vergelijk met 2022

Af te wikkelen proceskosten Griffie

Deze rekening geeft het sado weer van de proceskosten die nog met partijen moet worden afgerekend.

Strafrechtelijk- en Conservatoir beslag

Het creditsaldo op deze rekeningen wordt gevormd door de gelden waarop beslag is gelegd. Onder inbeslagneming verstaan het onder zich nemen of gaan houden van een voorwerp ten behoeve van de strafvordering De beslaglegging op gelden is in vergelijking met 2022 gestegen. De stijging wordt veroorzaakt door de variabiliteit van de in beslag genomen gelden.

Diversen OM

Bedragen die in het kader van het «vrijlaten op borgtocht» van een verdachte zijn ontvangen, worden op deze rekening verantwoord. Verschil is grotendeels veroorzaakt door profijtrente van het 2e kwartaal 2023.

Gedeponeerde geldsommen

Betreft ontvangsten van partijen in rechtszaken waarvan de rechter een deskundigenonderzoek heeft gelast. De kosten van het deskundigenonderzoek worden hiermee gefinancierd.

Tabel 167 Openstaande Rechten (9 en 9a) (bedragen x € 1.000)
 

2023

2022

Ontnemingsmaatregelen

3.433

5.899

Schikkingen en transacties

0

0

Profijtrente

16.666

2.640

Totaal

20.099

8.539

De standen van de ontnemingsmaatregelen worden half februari geactualiseerd.

Tabel 168 Vorderingen (10 en 10a) (bedragen x € 1.000)
 

2023

2022

Vorderingen binnen begrotingsverband

1.749.734

1.607.905

Totaal

1.749.734

1.607.905

Tabel 169 Vorderingen onderscheiden naar organisatieonderdeel (10 en 10a) (bedragen x € 1.000)
 

2023

2022

CJIB

1.675.992

1.571.143

Griffie

16.164

16.222

Bestuursdepartement

52.832

16.014

Openbaar Ministerie

4.100

4.237

Raad voor de Kinderbescherming

626

232

Schadefonds Geweldsmisdrijven

20

57

Totaal

1.749.734

1.607.905

De toename bij het CJIB (€ 104 mln.) is voor 4 categorieën te benoemen: WAHV: Toename vordering voornamelijk door prijsstijging en hogere instroom. OM afdoeningen: Afname vorderingen door verhoogde uitstroom door acties vanuit OM. Ontnemingsmaatregelen: Er is een lagere instroom en de instroom per zaak is gedaald. De verhoging van de vorderingen komt met name door de lagere uitstroom van zaken. Vooral de hoge zaken met hoge bedragen worden niet geïnd en blijven openstaan tot verjaring. Strafrechtelijke boetes: In 2023 2% meer zaken ingestroomd en een hoger bedrag leidt tot een kleine toename.

Tevens is er een forse stijging bij Bestuursdepartement (€ 36 mln.) wat gerelateerd is aan de te hoge verstrekking van subsidies 2023 aan gemeenten/ instellingen inzake opvang Oekraïners.

Tabel 170 Vorderingen ingedeeld naar aard (10 en 10a) (bedragen x € 1.000)
 

2023

2022

Salarisvorderingen op ex-personeel

548

932

Sancties in het kader van Wahv

750.678

669.319

Strafrechtelijke boetes

59.673

54.468

OM-afdoeningen

78.805

83.306

Ontnemingsmaatregelen

786.836

764.049

Overige debiteuren

73.194

35.831

Totaal

1.749.734

1.607.905

In de tabel hierboven zijn de vorderingen naar aard verder uitgesplitst. Het grootste bedrag betreft de vorderingen uit wettelijke rechten. De andere vorderingen bestaan uit de salarisvorderingen op ex-personeel en overige debiteuren. Alle vorderingen zijn direct opeisbaar.

Tabel 171 Vorderingen ingedeeld naar categorie (10 en 10a) (bedragen x € 1.000)
 

2023

2022

1. Vorderingen uit wettelijke rechten

1.676.540

1.572.074

2. Vorderingen uit eerder gedane voorwaardelijk uitgaven

0

0

3. Vorderingen uit verkoop of uit dienstverlening

0

0

4. Andere vorderingen

73.194

35.831

Totaal

1.749.734

1.607.905

Tabel 172 Vorderingen ingedeeld naar ouderdom (10 en 10a) (bedragen x € 1.000)

Ontstaansjaar

2023

2022

<2019

544.054

633.758

2019

160.219

179.756

2020

137.531

160.702

2021

179.478

219.867

2022

247.372

413.822

2023

481.080

 

Totaal

1.749.734

1.607.905

Tabel 173 Voorschotten (12 en 12a) (bedragen x €1.000)
 

2023

2022

Voorschotten

8.443.510

5.458.379

Totaal voorschotten

8.443.510

5.458.379

Tabel 174 Voorschotten ingedeeld naar ouderdom (12 en 12a) (bedragen x €1.000)

Ontstaansjaar

Eindstand 2022

Correctie eindstand 2022

Verstrekt 2023

Afgerekend 2023

Eindstand 2023

2011

1.140

0

0

0

1.140

2012

274

1

0

0

275

2013

297

0

0

0

297

2014

115

‒ 80

0

35

0

2015

10

‒ 10

0

0

0

2016

154

102

0

256

0

2017

1.045

1.170

0

1.751

464

2018

17.849

‒ 806

0

7.165

9.878

2019

36.558

452

0

22.395

14.615

2020

59.910

‒ 921

0

27.824

31.165

2021

442.027

86

0

319.063

123.050

2022

4.899.000

‒ 2.531

0

4.302.667

593.802

2023

  

8.246.383

579.444

7.666.939

Subtotaal

5.458.379

‒ 2.537

8.246.383

5.260.600

8.441.626

      

Voorschotten buiten begrotingsverband 2022

0

2.537

224

877

1.884

Subtotaal

0

2.537

224

877

1884

      

Eindtotaal

5.458.379

0

8.246.607

5.261.477

8.443.510

Na een uitgebreide analyse heeft het Ministerie vastgesteld dat de toewijzing van voorschotten aan ontstaansjaren en artikelen in de vergelijkende cijfers herzien moest worden. Deze herzieningen zijn opgenomen in de «correctiekolom» van bovenstaande en onderstaande tabel. Dit betreffen enkele niet materiële voorschotten die per abuis aan een ander ontstaansjaar waren gekoppeld.

Voor 2024 zijn de benodigde beheersmaatregelen genomen om dit in de toekomst te voorkomen.

Tabel 175 Voorschotten ingedeeld naar artikel (12 en 12a) (bedragen x €1.000)

Tabel 11.17 Openstaande voorschotten per artikel (12) (x € 1.000)

   
    
 

2023

2022*

2022

31 Politie

1.220.343

1.063.920

1.064.118

32 Rechtspleging en rechtsbijstand

711.748

638.111

636.515

33 Veiligheid en criminaliteitsbestrijding

384.709

229.400

231.917

34 Straffen en beschermen

487.111

410.601

410.602

36 Contraterrorisme en Nationaal Veiligheidsbeleid

84.996

184.416

184.839

37 Migratie

5.300.114

2.675.391

2.676.315

91 Apparaat kerndepartement

1.831

1.302

1.381

93 Geheim

2.054

2.505

2.496

Subtotaal

8.192.906

5.205.646

5.208.183

    

Voorschotten buiten begrotingsverband 2022

1.884

2.537

 

Voorschotten agentschappen

248.720

250.196

250.196

Subtotaal

250.604

252.733

250.196

    

Totaal openstaande voorschotten per artikel

8.443.510

5.458.379

5.458.379

De met * aangemerkte kolom is de gecorrigeerde stand voor de voorschotten op artikelniveau.

De voorschotten agentschappen gaan om de volgende bedragen ( tussen haakjes het overeenkomstige cijfer van 2022). DJI € 119,8 mln. (2022: € 170, 5 mln.), IND € 55,8 mln. (2022: € 28,7 mln.), CJIB € 33,2 mln. (2022: €33,3 mln.), NFI € 8,6 mln. (2022: € 6,8 mln), Justis € 19,1 mln.(2022: € 8,3 mln.), Justid € 6,9 mln. ( 2022: € - 0,4 mln.) en JIO € 5,1 mln. ( 2022: € 2,8 mln.). De vordering van het moederdepartement op IND is € 1,1 mln. te laag. Dit heeft verder geen gevolgen voor de overschrijdingen.

De verschillen ( stijging met € 2.736 mln.) van de openstaande voorschotten per artikel tussen de twee vergelijkende jaren worden hieronder toegelicht ( grens van > 5 € mln.):

Artikel 31: Stijging met € 156 mln.

Stijging bij Nationale Politie met € 151 mln.

Artikel 32:Stijging met € 73 mln.

Stijgingen bij Raad voor de Rechtsbijstand ( € 50 mln.) en Autoriteit Persoonsgegevens ( € 13 mln.)

Artikel 33:Stijging met € 155 mln.

Stijgingen bij Stichting Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid ( € 14 mln.) verschillende RIEC regelingen ( € 41 mln.), regelingen op het gebied van jeugdcriminaliteit ( € 56 mln.)

Artikel 34: Stijging met € 77 mln.

Stijgingen bij William Schrikker Stichting ( € 6 mln.), Slachtofferhulp ( € 8 mln.), Reclassering ( € 13 mln.),regelingen voor jeugdbescherming ( €33 mln.) en Vereniging van Nederlandse Gemeenten ( € 7 mln.).

Artikel 36: Daling met € 99 mln.

Dalingen bij Onderzoeksraad voor Veiligheid ( € 6 mln.) en Nederlands Instituut Publieke Veiligheid ( € 5mln.), diverse specifieke uitkeringen( €30 mln.) en versterkingsgelden ( € 11 mln.)

Artikel 37: Stijging met € 2.625 mln.

Stijgingen bij/door: Stichting Nidos ( € 144 mln.), COA ( € 1.014 mln.), Stichting Vluchtelingenwerk Nederland ( € 13 mln.), opvang Oekrainers ( € 1.287 mln.)

Daling bij IOM ( € 17 mln.)

De artikelen 91, 93 en de voorschotten buiten begrotingsverband zijn nagenoeg gelijk gebleven. De voorschotten agentschappen worden begin maart geactualiseerd.

Tabel 176 Garantieverplichtingen (13 en 13a) (bedragen x € 1.000)

Garantieverplichtingen per artikel

Stand per 31-12-2022

Aangegaan in 2023

Vrijval in 2023

Tot betaling gekomen in 2023

Stand per 31-12-2023

31 Politie

1.758.922

554.986

531

303.499

2.009.878

32 Rechtspleging en rechtsbijstand

1.000

0

0

0

1.000

33 Veiligheid en criminaliteitsbestrijding

15.268

4.754

5.307

0

14.715

34 Straffen en Beschermen

102.475

0

816

3.604

98.055

36 Contraterrorisme en Nationaal Veiligheidsbeleid

0

0

0

0

0

37 Migratie

354.685

290.000

0

20.795

623.890

91 Apparaat kerndepartement

0

0

0

0

0

93 Geheim

0

0

0

0

0

      

Subtotaal

2.232.350

849.740

6.654

327.898

2.747.539

      

Verplichtingen buiten begrotingsverband

0

0

0

0

0

      

Eindtotaal

2.232.350

849.740

6.654

327.898

2.747.539

Tabel 177 Andere verplichtingen (14 en 14a) (bedragen x € 1.000)

Openstaande verplichtingen

2023

2022

Andere verplichtingen

2.502.848

2.165.268

Totaal

2.502.848

2.165.268

Tabel 178 Verloopstaat verplichtingen (14 en 14a) (bedragen x € 1.000)

Andere verplichtingen per artikel

Stand per 31-12-2022

Aangegaan in 2023

Negatieve bijstelling 2023

Tot betaling gekomen in 2023

Stand per 31-12-2023

31 Politie

124.606

7.529.285

695

7.560.436

92.760

32 Rechtspleging en rechtsbijstand

608.979

2.168.151

330

2.096.196

680.604

33 Veiligheid en criminaliteitsbestrijding

297.853

1.278.413

8.653

1.264.221

303.392

34 Straffen en Beschermen

389.327

3.991.248

1.729

3.905.720

473.126

36 Contraterrorisme en Nationaal Veiligheidsbeleid

316.427

363.099

1.575

360.885

317.066

37 Migratie

253.094

7.370.474

27.906

7.170.330

425.332

91 Apparaat kerndepartement

169.801

663.080

21.336

605.663

205.882

93 Geheim

0

3.075

0

3.075

0

      

Subtotaal

2.160.084

23.366.825

62.224

22.966.525

2.498.160

      

Verplichtingen buiten begrotingsverband

5.183

1.747

0

2.242

4.688

      

Eindtotaal

2.165.267

23.368.572

62.224

22.968.767

2.502.848

De kolom negatieve bijstelling 2023 heeft betrekking op verplichtingen uit voorgaande begrotingsjaren.

De stand van het subtotaal van de openstaande verplichtingen is stegen met € 338 mln. ten opzichte van 2022. Hieronder volgen de toelichtingen van de belangrijkste verschillen per artikel: (> € 1 mln.):

Artikel 31: Daling met 32 mln.

Dalingen bij Nationale Politie (€ 22 mln.), Stg. Meld Misdaad Anoniem (€ 2 mln.) en drie telecomaanbieders (€ 7 mln.)

Artikel 32: Stijging met € 72 mln.

Stijgingen bij Raad voor de rechtsbijstand (€ 11 mln.), Stichting Advisering Bestuursrechtspraak (€ 6 mln.), Autoriteit persoonsgegevens (€ 6 mln.) en Stichting het Juridisch loket ( € 46 mln.).

Artikel 33: Stijging met € 5 mln.

Dalingen bij Capgemini (€ 6 mln.), Start (€2 mln.), Atos (€ 20 mln.) , AVB Language Group B.V. (€ 4 mln.), DUO (€ 6 mln.), Stichting Laureus Foundation the Netherlands (€ 2 mln.), Crayon (€ 3 mln.), SynProfs (€ 2 mln.), RIEC gelden (€ 16 mln.) thebigword B.V. (€ 2 mln.).

Stijgingen bij : LeasePlan (€ 2 mln.), DXC Technology (€ 4 mln.), Sensys Gatso Netherlands B.V. (€ 6 mln.), Rijksorganisatie Beveiliging en Logistiek (€ 9 mln.), Eviden (€ 11 mln.)  Amexio Netherlands B.V. (€ 6 mln.),  projecten met betrekking tot jeugdcriminaliteit (€ 13 mln.) en Financial Intelligence Center (€ 2 mln.)

Artikel 34: stijging met € 84 mln.

Stijgingen bij Stichting Verslavingsreclassering GGZ (€ 4 mln.), Stichting FIOM (€ 3 mln.), Stichting Slachtofferhulp Nederland (€ 8 mln.), Ordina Nederland B.V. (€ 3 mln.), Brink's Solutions Nederland B.V. (€ 7 mln.), Reclassering Nederland (€ 7 mln.) Vereniging van Nederlandse Gemeenten (€ 4 mln.), regeling preventie met gezag (€ 37 mln.).

Artikel 36: Deze is nagenoeg gelijk gebleven.

Stijging bij Veiligheidsregio’s (€ 23 mln.) ,Politie (€ 2 mln.)

Dalingen bij Spuk regelingen voor Versterking van de lokale integrale aanpak van radicalisering, extremisme en terrorisme (€ 6 mln.), RVO (€ 13 mln.),  Central Point (€ 3 mln.) en Opleidingsinstituut DJI (€ 2 mln.).

Artikel 37: Stijging met € 172 mln.

Stijgingen bij: Stichting Nidos (€ 276 mln.), Stichting VluchtelingenWerk Nederland (€ 14 mln.), DSW (€ 8 mln.).

Dalingen bij: Spuk regelingen opvang Oekraïners (€ 90 mln.), Stichting ICTU (€ 3 mln.), Rode Kruis (€ 7 mln.), Dienst Vervoer en Ondersteuning ( € 2 mln.), Schiphol (€ 9 mln.), Stichting ASKV (€ 3 mln.), Politie (€ 2 mln.) en Nederlands Instituut Publieke Veiligheid (€ 4 mln.)

Artikel 91: stijging met € 36 mln.

Stijgingen bij Metis IT B.V. (€ 11 mln.), Caesar Accounts (€ 5 mln.), Circle8 (€ 4 mln.), Seven stars (€ 5 mln.), Landelijk Onderzoeks- en Expertisebureau FMO B.V. (€ 3 mln.), Synprofs (€ 4 mln.), Linkit (€ 3 mln.), Rijksorganisatie voor Ontwikkeling, Digitalisering en Innovatie (€ 4 mln.) en Belastingdienst ( € 3 mln.).

Dalingen bij: Justitiele Informatiedienst (€ 4 mln.), Uitvoeringsorganisatie Bedrijfsvoering Rijk UBR (€ 5 mln.) en Solvinity (€ 5 mln.)

Tabel 179 Niet Uit De Balans Blijkende Verplichtingen (x € 1 mln.)

Omschrijving

(Inschatting)Bedrag

Raad voor de Rechtsbijstand

291,1

Raad voor de rechtspraak vakantiegelden

21,1

Bekostigingsregeling Goo/ POO

625

Raad voor de Rechtsbijstand vordering

De Raad voor Rechtsbijstand had ultimo 2022 een vordering van € 291.138.389 op het Ministerie van Justitie en Veiligheid die samenhangt met haar verplichting in haar balans voor het deel van de afgegeven toevoegingen dat nog niet is vastgesteld. ( Bron: Raad voor de Rechtsbijstand jaarrekening). Het cijfer ultimo 2023 is nog niet beschikbaar.

Raad voor de rechtspraak vakantiegelden

De Raad voor de rechtspraak heeft sinds het boekjaar 2005 een vordering op het Ministerie inzake de financiering van de te betalen vakantiegelden en sociale lasten. Bij het inwerking treden van het baten lasten stelsel per 1 januari 2005 is overeengekomen dat ter financiering van deze verplichting op de openingsbalans van de RvdR een separate vordering wordt opgenomen en er door Ministerie van J&V geen aflossing op deze vordering zal plaatsvinden. Het betreft hier louter een boekhoudkundige vordering. De vordering bedraagt € 21,1 mln.

Bekostigingsregeling GOO/ POO

Voor de NOO geldt dat, conform de bekostigingsregeling en SiSa, er een «niet uit de balans blijkende verplichting» in het jaarverslag is opgenomen. Dit komt doordat de in 2023 betaalde voorschotten aan gemeenten lager zijn dan de geraamde verplichting voor het kalenderjaar 2023. Het verschil wordt afgerekend in 2024. Het verschil is geraamd op €625 mln.

Tabel 180 Juridische Niet Uit De Balans Blijkende Verplichtingen (x € 1 mln.)

Omschrijving

(Inschatting)Bedrag

  

N.V. HVC en AEB Exploitatie BV

65

Staat / HVC en AEB (lachgas)

De Staat (ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, ministerie van Justitie en Veiligheid en ministerie van Infrastructuur en Waterstaat) is aansprakelijk gesteld door N.V. HVC en AEB Exploitatie B.V. over geleden schade als gevolg van het per 1 januari 2023 ingevoerde lachgasverbod. Als gevolg van dit verbod, zo stellen HVC c.s., komen wegwerpcilinders voor lachgas in (sterk) toenemende mate in het restafval terecht, wat uiteindelijk resulteert in ontploffingen in de afvalverbrandingsinstallaties van de afvalverwerkers. Uit gesprekken met de brancheorganisaties en berichtgeving in landelijke media is de Staat bekend dat de vermeende schade die de afvalverwerkingsbranche (dus niet alleen HVC c.s.) heeft geleden als gevolg van ontploffende lachgascilinders circa € 65,0 miljoen bedraagt. Het is nog onduidelijk welk aandeel van de 65 mln betrekking heeft op JenV.

Licence