A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL
De begrotingsstaten die onderdeel uitmaken van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 1, derde lid, van de Comptabiliteitswet 2001 elk afzonderlijk bij de wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2004 wijzigingen aan te brengen in:
a. de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;
b. de begrotingsstaat inzake de agentschappen van dit ministerie.
De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
J. W. Remkes
De Minister voor Bestuurlijke Vernieuwing en Koninkrijksrelaties,
A. Pechtold
Operationele doelstelling 2: Regionale politiekorpsen
De overschrijding van de bijgestelde raming wordt onder andere veroorzaakt door een hogere realisatie van het aantal asielprocedures. Voor het vierde kwartaal is ten behoeve van de asielbekostiging een extrapolatie vastgesteld op basis van een hogere realisatie van het gemiddeld aantal asielprocedures dan bij Najaarsnota was geraamd.
Daarnaast zijn in 2004 de regiokorpsen extra bevoorschot voor de instroom van defensiepersoneel. Deze bevoorschotting was budgettair mogelijk vanwege lagere uitgaven voor C2000.
Operationele doelstelling 3: Bovenregionale en landelijke politiezorg
De overschrijding van de bijgestelde raming wordt onder andere veroorzaakt door de prestatiebekostiging van het KLPD. Het aandeel KLPD voor wat betreft de prestatiebekostiging wordt betaald vanuit artikelonderdeel 2.3. Het totale budget voor prestatiebekostiging staat echter op artikelonderdeel 2.4.
Daarnaast is van Justitie en Defensie voor extra paraatheid van de bijzondere bijstandseenheid (BBE) een bijdrage ontvangen. Deze bijdrage leidt direct tot hogere uitgaven aan de BBE met als doel een snelle en flexibele reactie mogelijk te maken op de vormen van terrorisme waarmee Nederland in de toekomst wordt geconfronteerd.
Operationele doelstelling 4: Prestatievermogen van de politie
De onderschrijding van de bijgestelde raming heeft voornamelijk als oorzaak de prestatiebekostiging van het KLPD. Deze prestatiebekostiging is betaald vanuit artikel 2.3.
Operationele doelstelling 5: Personeels- en arbeidsvoorwaardenbeleid politie
De overschrijding van de bijgestelde raming wordt veroorzaakt door de frictiekosten van de politieacademie, gebaseerd op de afspraken die met de politieacademie in een convenant zijn gemaakt.
Operationele doelstelling 6: Geneeskundige verzorging politie (GVP)
De overschrijding van de bijgestelde raming wordt met name veroorzaakt door de uitgaven (en ontvangsten) van de Dienst Geneeskundige Verzorging Politie (DGVP). Deze uitgaven worden bekostigd door premieontvangsten. Op basis van de realisatie en de raming van de zorguitgaven, worden eenmaal per jaar de premies aangepast. Het verschil tussen premie-ontvangsten en zorguitgaven wordt ten gunste (of ten laste) van het zogenoemde Schommelfonds geboekt.
Beleidsartikel 3: Rampenbeheersing en Brandweer
Operationele doelstelling 3: Ondersteunen en bevorderen dat de partners in de rampenbestrijding hun wettelijke taken kunnen uitoefenen, waarbij het verbeteren van het prestatievermogen een belangrijk element is.
In 2004 zijn ten behoeve van het beleidsplan crisisbeheersing middelen toegevoegd aan de begroting van BZK. Ondanks dat de implementatie van het beleidsplan is gestart, blijkt dat de feitelijke realisatie van de plannen vooral een doorlooptijd kent naar 2005.
Beleidsartikel 4: Partners in Veiligheid
Operationele doelstelling 3: Het bijdragen aan samenhang in een gemeenschappelijk gebruik van de ICT-infrastructuur.
De overschrijding van de bijgestelde raming wordt met name veroorzaakt door de bevoorschotting aan de regieraad ICT. Deze betaling die in 2005 was geraamd, is in 2004 verricht. Deze betaling was budgettair mogelijk vanwege lagere uitgaven voor C2000.
Operationele doelstelling 4: Het realiseren van netwerk C2000
De onderschrijding van de bijgestelde raming wordt met name veroorzaakt door het feit dat de operationele ingebruikneming van het netwerk C2000 voor 12 politieregio's (zoals ook in de voortgangsrapportage C2000 van 1 oktober 2004 aan de tweede kamer is vermeld), pas in de loop van 2005 plaatsvindt. Het beschikbaar gekomen budget is ingezet voor de financiering van de bevoorschotting van de Regieraad ICT (artikel 4.3) en de extra bevoorschotting van de politiekorpsen voor de instroom van defensiepersoneel (artikel 2.2).
Beleidsartikel 7: Informatiebeleid Openbare Sector
Operationele doelstelling 1: Algemene beleidsdoelstelling
De onderschrijding van de bijgestelde raming wordt met name veroorzaakt door niet meer ingevulde vacatures bestemd voor de uitvoering van onderdelen van het programma Andere Overheid. Het beschikbaar gekomen budget is gebruikt voor de financiering van de reguliere bevoorschotting voor 2005 van het ICTU (artikel 7.2)
Operationele doelstelling 2: Verbeteren van zowel de publieke dienstverlening als van de toegankelijkheid van overheidsinformatie en het bewerkstelligen van een goed functionerende en betrouwbare informatie- en communicatie-infrastructuur binnen de openbare sector.
De overschrijding van de bijgestelde raming wordt met name veroorzaakt de bevoorschotting aan ICTU voor 2005. Jaarlijks wordt binnen de begroting bezien of de reguliere bevoorschotting aan de Stichting ICTU kan plaatsvinden. In 2004 heeft dit geleid tot extra uitgaven op dit artikel (7), die worden gecompenseerd door lagere uitgaven bij de artikelen 10 en 11. Van het ministerie van VWS is een bijdrage ontvangen voor het burgerservicenummer (BSN).
Operationele doelstelling 4: Het instandhouden en optimaliseren van de reisdocumentenketen en het instandhouden en ontwikkelen van het stelsel van de Gemeentelijke Basisadministratie Persoonsgegevens (GBA) zoals neergelegd in de paspoortwet en de wet GBA.
De overschrijding van de bijgestelde raming wordt met name veroorzaakt als gevolg van de invoering van de identiteitsplicht per 1 januari 2005. Hierdoor zijn in 2004 meer identiteitskaarten uitgegeven dan voorzien, met name in december. Aangezien bij de reisdocumenten een kostendekkend tarief wordt gehanteerd, leidt de hogere verkoop tot dezelfde stijging bij de uitgaven als bij ontvangsten.
Beleidsartikel 9: Grotestedenbeleid
Operationele doelstelling 3: Het stimuleren van grote steden tot het realiseren van de GSB-doelstellingen
Binnen het artikel zijn in 2004 middelen gereserveerd voor een bijdrage aan het ministerie van VWS voor heroïne experimenten. Deze bijdrage heeft uiteindelijk niet meer in 2004 plaatsgevonden vanwege het verschuiven van de start van de experimenten naar 2005.
Beleidsartikel 10: arbeidszaken overheid
Operationele doelstelling 1: Algemene beleidsdoelstelling
De onderschrijding van de bijgestelde raming wordt met name veroorzaakt door niet ingevulde vacatures. Het beschikbaar gekomen budget is gebruikt voor de financiering van de omvangrijkere bevoorschotting voor 2005 aan het ICTU (artikel 7.2).
Operationele doelstelling 6: Het scheppen van randvoorwaarden (te weten kaderstellen, stimuleren, en faciliteren) richting sectoren/overheidsinstellingen bij het realiseren van de doelstellingen (...)
De onderschrijding van de bijgestelde raming wordt met name veroorzaakt door tientallen kleine onderschrijdingen op het terrein van arbeidszaken van de overheid en het randvoorwaardenscheppend beleid richting sectoren/overheidsinstellingen.
Beleidsartikel 11: Kwaliteit Rijksdienst
Operationele doelstelling 1: Algemene beleidsdoelstelling
De onderschrijding op de bijgestelde raming wordt met name veroorzaakt door niet ingevulde vacatures bestemd voor de uitvoering van onderdelen van het Programma Andere Overheid (PAO), een onderschrijding op de projectkosten PAO en op het apparaat van de algemene bestuursdienst (ABD).
Operationele doelstelling 6: Professionele en goed toegeruste medewerkers voor nu en in de toekomst
De onderschrijding van de bijgestelde raming wordt met name veroorzaakt door dat er in 2004 geen CAO meer tot stand is gekomen en de daarvoor bestemde CAO-gelden niet meer tot besteding zijn gekomen.
De onderschrijding van de bijgestelde raming wordt verder veroorzaakt door lagere uitgaven voor de ZVR (ziektekostenvoorziening rijkspersoneel), het A&O-fonds en meevallende uitgaven voor rijkstrainees. Bij de ZVR is het gemiddelde uitkeringsbedrag lager dan geraamd en het aantal uitkeringen gestegen. De lagere uitgaven aan het A&O fonds is gelegen in het feit dat de gebruikelijke halfjaarlijkse uitkering slecht één keer heeft plaatsgevonden in 2004.
In 2004 zijn middelen gereserveerd binnen het apparaatsartikel voor de kosten van project Leeuwensprong. Deze kosten (voor onder andere verhuizing, herplaatsingskandidaten, assessment's en sollicitatietrainingen) zijn lager uitgekomen dan gereserveerd. Daarnaast is door het reorganisatietraject druk gekomen op de reguliere werkzaamheden en ontwikkelingen, waardoor de daarvoor geraamde uitgaven niet volledig tot besteding zijn gekomen.
De meerontvangsten betreffen voor het overgrote deel de ontvangsten van de Gemeenschappelijke Dienst samenhangende met de reguliere uitgaven, die bij Najaarsnota nog niet technisch (DX) waren verwerkt in de ramingen.