A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL
De begrotingsstaat die onderdeel uitmaakt van de Rijksbegroting, wordt op grond van artikel 1, derde lid, van de Comptabiliteitswet 2001 afzonderlijk bij de wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2006 wijzigingen aan te brengen in de begrotingsstaat van het Spaarfonds AOW.
Het in deze begrotingsstaat opgenomen begrotingsartikel wordt in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).
Door middel van het onderhavige wetsvoorstel wordt voorgesteld de begroting van de ontvangsten van het Spaarfonds AOW voor het jaar 2006 met € 4,8 mln te verlagen. Daadwerkelijke uitgaven worden niet voor het jaar 2020 voorzien.
Opbouw ontvangsten vanaf de stand ontwerp-begroting (in EUR 1000)
Ontvangsten | |
---|---|
Stand ontwerp-begroting 2006 | 3 939 027 |
Mutaties 1e suppletore begroting 2006: | |
1. Rentebijstelling | – 4 800 |
Stand 1e suppletore begroting 2006 | 3 934 227 |
Bij 1e suppletore wet wordt de volgende mutatie voorgesteld.
1. Vanwege een neerwaartse rentebijstelling nemen de renteontvangsten van het Spaarfonds AOW af met € 4,8 miljoen.