INHOUDSOPGAVE | blz. | |
A. | Artikelsgewijze toelichting bij het wetsvoorstel | 2 |
Wetsartikel 1 | 2 | |
B. | Algemene toelichting bij de begroting | 3 |
1. Inleiding | 3 | |
2. Uitgaven | 4 | |
3. Ontvangsten | 6 | |
4. Totaaloverzicht van het Fonds | 8 | |
C. | Toelichting per begrotingsartikel | 10 |
1. Uitgaven | 10 | |
2. Ontvangsten | 24 |
A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL
De begrotingsstaten die onderdeel uitmaken van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 1, derde lid, van de Comptabiliteitswet 2001 elk afzonderlijk bij de wet vastgesteld. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om de begrotingsstaat van het Fonds economische structuurversterking voor het jaar 2007 vast te stellen.
Alle voor dit jaar vastgestelde begrotingswetten tezamen vormen de Rijksbegroting voor het jaar 2007. Een toelichting bij de Rijksbegroting als geheel is opgenomen in de Miljoenennota 2007.
Met de vaststelling van dit wetsartikel wordt de in de begrotingsstaat opgenomen begroting van de uitgaven en de ontvangsten voor het jaar 2007 vastgesteld. De in die begroting opgenomen begrotingsartikelen worden door middel van een algemene toelichting en een toelichting per begrotingsartikel toegelicht in de onderdelen B en C van deze memorie van toelichting.
De Staatssecretaris van Economische Zaken,
C. E. G. van Gennip
De Minister van Economische Zaken,
J. G. Wijn
De Minister van Financiën,
G. Zalm
B. ALGEMENE TOELICHTING BIJ DE BEGROTING
Bij wet van 21 december 1995 is het Fonds economische structuurversterking (Fes) ingesteld (Wet Fonds economische structuurversterking, Stb. 1996, 51 en 52). Het fonds is een begrotingsfonds conform de Comptabiliteitswet 2001 en heeft als doel het financieren van investeringsprojecten van nationaal belang waarmee beoogd wordt de economische structuur te versterken. Er wordt naar gestreefd om Fes-meevallers ten opzichte van de Voorjaarsnota 2005, voor ongeveer 50% te bestemmen voor kennis- en innovatieprojecten en voor ongeveer 50% voor investeringen in de ruimtelijke economische structuur. Hiertoe worden vanuit het fonds bijdragen toegekend aan andere begrotingshoofdstukken ter financiering van dergelijke projecten. Het Fes is dus een verdeelfonds, de feitelijke projectuitgaven worden onderbouwd, geraamd en verantwoord op de andere begrotingshoofdstukken.
Nieuwe indeling van de Fes-begroting
In het verleden kende de begrotingsindeling van het Fes twee invalshoeken: een thematische en een chronologische. De thematische artikelen waren verkeer en vervoer (artikel 01.01), bodemsanering (artikel 01.02), kennisinfrastructuur (artikel 01.03) en overige projecten (01.04). De chronologische artikelen waren de investeringsimpuls 1998 (artikel 01.08), 2001 (artikel 01.09), 2004 (artikel 01.05) en 2005 (artikel 01.10).
De inzichtelijkheid van de bestemming van Fes-middelen kan aanzienlijk worden vergroot door de begroting van het Fes volledig thematisch in te delen. Een thematische indeling sluit ook goed aan op de uitkomsten van de Tijdelijke Commissie Infrastructuurprojecten (TCI). In haar reactie op het rapport van de TCI (Kamerstukken II 2004–2005, 29 283, nr. 22) heeft het kabinet voorgesteld een aantal verbeteringen aan te brengen in de wijze waarop informatie wordt verschaft over de bestemming van middelen uit het Fes. Dit betreft een verbetering in de presentatie van Fesmiddelen en ruimere aandacht voor de wijze waarop de keuze voor clusters van investeringsmaatregelen wordt verantwoord. In de ontwerpbegroting 2006 van het Fes is al belangrijke vooruitgang geboekt bij met name het laatste element. Door de Fes-begroting nu ook thematisch in te delen, wordt bij de ontwerpbegroting 2007 een verdere verbeterslag gemaakt.
In de Ontwerpbegroting 2007 van het Fes zal de volgende, volledig thematische indeling van de uitgaven worden gehanteerd:
De uitgavenartikelen worden:
• artikel 11 verkeer en vervoer;
• artikel 12 milieu en duurzaamheid;
• artikel 13 kennis en innovatie;
• artikel 14 ruimtelijke ordening;
• artikel 15 projecten in voorbereiding;
De ontvangstenartikelen worden:
• artikel 21 ontvangsten uit aardgasbaten;
• artikel 22 voeding uit incidentele baten;
Artikel 31 geeft het voordelige saldo weer (voordelig eindsaldo en voordelig beginsaldo).
De Tweede Kamer is hierover geïnformeerd in de brief van 28 juni 2006 (Kamerstukken II 2005–2006, 29 949, nr. 50).
Advies van de Studiegroep Begrotingsruimte
De recente snelle stijging van de gasbaten heeft geleid tot druk op de besluitvorming in het Fes. Dit is aanleiding geweest om de Studiegroep Begrotingsruimte (SBR) te vragen in te gaan op het Fes ten principale en de beheerstructuur van het Fes. De SBR stelt voor om het Fes te behouden met enkele aanpassingen. Zo adviseert de SBR een vaste voeding voor het Fes te bepalen, mede op basis van meerjarige investeringsagenda’s op het gebied van kennis, innovatie en onderzoek en ruimtelijk economische gebied, die het uitgangspunt voor de Fes-uitgaven moeten zijn. De studiegroep adviseert om de huidige beleidslijn, dat uit het Fes alleen in de tijd begrensde projecten gefinancierd mogen worden, te continueren. Alle Fes-uitgaven zouden een uitgebreide KBA moeten doorlopen. Voorts zou de Fes-brug moeten worden afgeschaft en de beheersstructuur gestroomlijnd.
Het advies van de SBR betreft de volgende kabinetsperiode. Het is aan het volgende kabinet om hierover een kabinetsstandpunt in te nemen.
In deze paragraaf wordt een overzicht gegeven van alle uitgaven die reeds uit het Fes zijn gefinancierd of waarvoor middelen zijn geraamd binnen het Fes. In paragraaf 2.1 (Besluitvorming) wordt kort ingegaan op alle besluitvorming die heeft plaatsgevonden over Fesuitgaven. In paragraaf 2.2 (Toezeggingen) en in de bijlage bij deze begroting wordt ingegaan op alle formele toezeggingen die tot nu toe door de Fesbeheerders zijn gedaan voor een bijdrage uit het Fes aan een departementale begroting, aansluitend bij de besluitvorming.
Voor de Investeringsimpuls 1994 is binnen het Fes in totaal € 3 119 mln geraamd en gerealiseerd. Daarvan heeft € 2 777 mln betrekking op verkeer en vervoer, € 229 mln op bodemsanering en € 113 mln op kennisinfrastructuur. Aan deze impuls is later het investeringsplan voor het Maritiem Research Instituut Nederland (MARIN) toegevoegd, dat ook geheel is afgerond (€ 45 mln).
Voor de Betuweroute en de Hogesnelheidslijn is binnen het Fes op artikel 11 Verkeer en vervoer in totaal € 4 525 mln geraamd. Daarnaast is als onderdeel van de reeks Bereikbaarheid/voorfinanciering, Investeringsimpuls 1998, € 1 784 mln aan voorfinanciering en gemaximeerde prijsbijstelling geraamd voor de Betuweroute en de Hogesnelheidslijn. Van de hiervoor op artikel 11 geraamde middelen is tot en met 2005 € 4 426 mln gerealiseerd.
Het project Samen Werken Aan Bereikbaarheid (SWAB) is ultimo 2000 geheel afgerond. Hieraan is € 549 mln bijgedragen uit het Fes.
Voor de extra impuls voor de ruimtelijk-economische structuur uit 1998 is in totaal € 899 mln geraamd in het Fes ten behoeve van een aantal verkeer- en vervoerprojecten. Daarvan is tot en met 2005 € 863 mln gerealiseerd.
Voor de Investeringsimpuls 1998, die voor een groot deel uit het Fes is gefinancierd, is in totaal € 6 353 mln binnen het Fes gereserveerd voor de periode tot en met 2011 (op het artikel 11 Verkeer en vervoer is als onderdeel van de reeks Bereikbaarheid/voorfinanciering € 1 784 mln aan voorfinanciering geraamd voor de Betuweroute en de Hogesnelheidslijn). Tot en met 2005 is op dit artikel in totaal € 2 989 mln gerealiseerd.
Voor de Hubertustunnel is vanuit het Fes € 11,4 mln beschikbaar gesteld en gerealiseerd. Het gaat hierbij om gemaakte kosten voor de Industriële Tunnelbouw-Methode (ITM), die uiteindelijk niet is toegepast bij de ondertunneling van het Hubertusduin.
Voor de Investeringsimpuls 2001 is binnen het Fes in totaal € 5 635 mln gereserveerd voor investeringen in de clusters Bereikbaarheid, Natuur, Milieu en vitaliteit steden en Kennis voor de periode tot en met 2011. Hiervan is tot en met 2005 € 3 370 mln gerealiseerd.
Via de zogenaamde Fes-brug worden Fes-waardige projecten in het Infrastructuurfonds die voorheen werden gefinancierd uit de reguliere Rijksbegroting, voortaan gefinancierd uit het Fes. Hierdoor valt ruimte vrij op de reguliere Rijksbegroting. Het gaat in totaal om € 2 740 mln in de jaren 2000 tot en met 2011 waarvan t/m 2005 € 1 265 mln is gerealiseerd.
Voor het project Kenniswijk is € 45,7 mln beschikbaar gesteld binnen het Fes. Hiervan is tot en met 2005 € 21,4 mln gerealiseerd.
In het kader van het Fileplan Zichtbaar, Slim en Meetbaar (ZSM) zijn extra middelen uitgetrokken voor mobiliteit en bereikbaarheid. Hiervan is 60% gereserveerd binnen het Fes (€ 1 722 mln). Hiervan is tot en met 2005 € 246 mln gerealiseerd.
Voor het Besluit subsidies investeringen kennisinfrastructuur (Bsik) is binnen het Fes in totaal € 800 mln gereserveerd voor de periode tot en met 2011. Daarvan is tot en met 2005 € 149 mln gerealiseerd.
Binnen het Fes is voor de periode tot en met 2011 een bedrag van € 644 mln gereserveerd voor voeding van het Waddenfonds.
De uitgaven waarvoor reserveringen zijn opgenomen op artikel 15 Projecten in voorbereiding, worden nog niet op departementale begrotingen verantwoord. Omdat deze uitgaven daardoor prijsbijstelling zouden mislopen, is hiervoor een reservering voor prijsbijstelling opgenomen.
Voor de Investeringsimpuls 2005 is binnen het Fes in totaal € 2 330 mln gereserveerd (inclusief reservering prijscompensatie). Daarvan is tot en met 2005 € 98,5 mln gerealiseerd.
Daarnaast is er in 2005 besloten bepaalde investeringen voor duurzame energie (bijvoorbeeld windmolens op zee) te financieren uit het Fes (MEP). Het gaat om een bedrag van in totaal ca. € 1 miljard aan investeringen.
2.1.2 Investeringsimpuls 2006 en besluitvormingstraject
Aanvankelijk had het Kabinet besloten dat in de zomer van 2006 een Fes-impuls van € 1,4 miljard zou plaatsvinden. Daarna zijn in de zomer van 2006 echter de aardgasbaten als gevolg van de aanhoudend hogere olieprijs aangepast. Voor het Fes betekent deze aanpassing een stijging van de voeding met circa € 1,5 miljard ten opzichte van eerdere ramingen. Het kabinet heeft besloten om de nieuwe Fes-meevaller nu niet geheel te bestemmen. Alleen de extra aardgasbaten die samenhangen met een hogere olieprijs in 2006 zullen thans met uitgaven worden belegd. Het gaat dan om € 0,5 miljard extra. Voor de Fes-impuls 2006 is op deze manier in totaal € 1,9 miljard beschikbaar gekomen.
Ten behoeve van de invulling van deze Fes-impuls zijn projectvoorstellen door de departementen ingebracht. De voorstellen voor het ruimtelijk economische en het kennisdomein zijn na een selectie (o.a. een toets op Fes-waardigheid) door respectievelijk de ICRE en CWTI getoetst door het CPB en – in het geval van innovatievoorstellen – ook door een Commissie van Wijzen. Vervolgens hebben de CWTI en het ICRE de Fes-beheerders geadviseerd over deze projectvoorstellen. De projecten in het onderwijsdomein zijn geselecteerd door de ministeries van OCW, EZ en Financiën en getoetst door het CPB. Vervolgens hebben de ministeries van OCW, EZ en Financiën de Fes-beheerders geadviseerd.
Voor de projecten die door het CPB en – in het geval van de innovatievoorstellen – door de Commissie van Wijzen als «gunstig» zijn beoordeeld stelt het Kabinet – eventueel onder nadere voorwaarden – Fes-middelen ter beschikking. Innovatievoorstellen waarover het CPB en de Commissie van Wijzen verschillend oordeelden (maar één van de twee is gunstig) zijn na aanpassing en onder voorwaarden opgenomen. Bij de voorstellen voor onderwijs is aangesloten bij het oordeel van het CPB. De door het CPB als gunstig beoordeelde voorstellen zijn gehonoreerd. Onderwijsvoorstellen die gemengd zijn beoordeeld door het CPB zijn in gewijzigde en afgeslankte vorm opgenomen. Bij de ruimtelijk economische investeringen zal het gemengde voorstel luchtkwaliteit pas definitief worden goedgekeurd na een hernieuwde beoordeling door het CPB en na advisering door de ICRE. Voorstellen die negatief scoorden zijn in alle gevallen niet gehonoreerd.
Omdat de als goed beoordeelde projecten van de departementen niet leiden tot een volledige invulling van de Fes-impuls van € 1,9 miljard, heeft het kabinet besloten om een deel van de Fes-impuls te bestemmen voor de versnelling van aanleg en onderhoud infrastructuur. Na 2010 komen deze middelen weer geheel ten gunste aan Fes-waardige projecten.
De fondsbeheerders kunnen ten laste van het fonds toezeggingen doen voor bijdragen aan begrotingshoofdstukken. In de hiertoe opgestelde toezeggingsbrieven is aangegeven onder welke voorwaarden de bijdrage beschikbaar wordt gesteld en hoe de verantwoording dient te geschieden. Tot nu toe zijn op deze wijze voor een totaalbedrag van ongeveer € 21,6 mrd toezeggingen geformaliseerd. In Bijlage I bij deze begroting vindt u de afzonderlijke toezeggingen.
De voeding van het fonds bestaat uit een vast percentage van de niet-belastingmiddelen uit aardgasbaten (voorheen 41,5%, 42,0% in het jaar 2006, 40,9% in 2007 en latere jaren). Het voedingspercentage 2007 wordt wettelijk vastgesteld in het Belastingplan 2007. Bij Voorjaarsnota is een beperking van de voeding van het Fes in 2007 en 2008 met € 1 mld per jaar verwerkt. Deze beperking van de voeding met € 1 mld voor het jaar 2007 wordt in het Belastingplan 2007 geregeld. Dit ten behoeve van de voorfinanciering van lastenverlichting.
Daarnaast bestaat de voeding van het fonds uit de opbrengsten uit hoofde van de structureel bespaarde rentelasten die het gevolg zijn van het in mindering brengen op de staatsschuld van common area baten en vervreemdingen van staatsdeelnemingen. Op de structureel bespaarde rentelasten bij vervreemdingen van staatsdeelnemingen wordt de daarmee samenhangende structurele derving van dividendontvangsten in mindering gebracht. Daarnaast wordt het Fes gevoed uit een annuïteit op basis van de opbrengsten van geveilde rechten (zoals frequenties) met een looptijd gelijk aan de looptijd van de geveilde rechten.
Voor de meerjarige raming van ontvangsten uit hoofde van aardgasbaten en rentebesparingen zijn technische aannames gehanteerd. Uitgegaan is van behoedzame veronderstellingen ten aanzien van zowel olieprijs en dollarkoers als verkoop staatsdeelnemingen, veilingen en rente (rekening houdend met eventuele dividendderving). Voor de gehanteerde olieprijzen en dollarkoersen wordt verwezen naar de toelichting bij artikel 21 Ontvangsten uit aardgasbaten.
4. Totaaloverzicht van het fonds
(x € 1,0 mln) | t/m 2005 | 2006 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 | Totaal |
Investeringsimpuls 1994 (incl. Marin) | 3 164 | 3 164 | ||||||
BR en HSL | 4 426 | 99 | 4 525 | |||||
SWAB | 549 | 549 | ||||||
Extra impuls 1998 | 863 | 31 | 5 | 899 | ||||
Impuls 1998 (incl. voorfinanc. BR HSL) | 2 989 | 629 | 1 303 | 1 023 | 1 104 | 1 089 | 8 137 | |
Impuls 2001 | 3 370 | 651 | 433 | 379 | 334 | 449 | 21 | 5 635 |
Bruggetje RA 1998 | 1 265 | 275 | 295 | 285 | 226 | 194 | 200 | 2 740 |
Fileplan Zichtbaar, Slim en Meetbaar | 246 | 246 | 246 | 246 | 246 | 246 | 246 | 1 722 |
Waddenfonds i.o. | 34 | 34 | 34 | 542 | 644 | |||
Impuls 2004 (Bsik) | 149 | 182 | 154 | 126 | 173 | 15 | 3 | 800 |
Impuls 2005 (inclusief prijscompensatie tranche 2006) | 99 | 598 | 600 | 337 | 235 | 260 | 9 | 2 138 |
Overig (Voorfinanciering GIS, Hubertustunnel, Kenniswijk, Prijsbijstelling, Reserveringen 2011) | 201 | 77 | 14 | 128 | 65 | 105 | 1 516 | 2 106 |
MEP | 3 | 36 | 73 | 101 | 576 | 205 | 994 | |
Impuls 2006 | 27 | 324 | 449 | 405 | 344 | 370 | 1 919 | |
Innovatieve energie | 10 | 20 | 60 | 60 | 150 | |||
Totale uitgaven | 17 321 | 2 818 | 3 421 | 3 100 | 2 982 | 3 371 | 3 112 | 36 124 |
ONTVANGSTEN: | ||||||||
Aardgasbaten | 11 199 | 3 402 | 3 131 | 2 149 | 1 779 | 1 411 | 1 391 | 24 462 |
Rentebaten | 2 283 | 513 | 564 | 615 | 635 | 664 | 584 | 5 858 |
Staatsdeelnemingen (eenmalig) | 3 267 | 3 267 | ||||||
Overig vermogen | 600 | 600 | ||||||
Common area | 1 137 | 1 137 | ||||||
Extra export gas | 1 352 | 1 352 | ||||||
Totale ontvangsten | 19 837 | 3 915 | 3 695 | 2 764 | 2 414 | 2 075 | 1 975 | 36 676 |
Jaarsaldo | 1 097 | 274 | – 336 | – 568 | – 1 296 | – 1 137 | ||
Cumulatief saldo | 2 517 | 3 613 | 3 888 | 3 552 | 2 984 | 1 688 | 551 |
Het jaarsaldo is het batig (nadelig) saldo van uitgaven en ontvangsten over het betreffende begrotingsjaar. Het cumulatief saldo is het batig (nadelig) saldo tot en met het betreffende begrotingsjaar. Dit laatste saldo is als batig (nadelig) saldo opgenomen in de saldi artikelen van de Fesbegroting.
Uit de meerjarige doorkijk in bovenstaande tabel blijkt dat het fonds bij deze ramingsveronderstellingen in 2011 een cumulatief saldo heeft van € 551 mln.
De totale geraamde fondsuitgaven in enig jaar mogen niet hoger zijn dan de totale voor dat jaar geraamde ontvangsten, minus 10% van de voor dat jaar geraamde ontvangsten uit de aardgasbaten (de zogenaamde buffer), plus het cumulatief eindsaldo van het jaar ervoor. Dit is het zogenaamde kasplafond. In onderstaande tabel worden de in deze ontwerpbegroting opgenomen uitgaven geconfronteerd met het kasplafond.
(x € mln) | 2006 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 |
Geraamde uitgaven | 2 818 | 3 421 | 3 100 | 2 982 | 3 371 | 3 112 |
Kasplafond | 6 091 | 6 995 | 6 437 | 5 788 | 4 918 | 3 524 |
C. TOELICHTING PER BEGROTINGSARTIKEL
Bijdragen van het fonds aan andere begrotingen
Artikel 11. Bijdragen aan andere begrotingen in het kader van verkeer en vervoer
Opbouw uitgaven (in € 1 000) | |||||||
2005 | 2006 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 | |
Ontwerp-begr. 2006 | 1 453 554 | 1 556 181 | 1 923 793 | 1 725 283 | 1 762 262 | 1 872 972 | |
1e suppl. Begr. 2006 | 86 761 | 4 699 | |||||
Mutatie | 11 626 | 121 139 | 114 113 | 83 000 | 120 176 | 710 324 | |
Ontwerp-begr. 2007 | 1 453 554 | 1 654 568 | 2 049 631 | 1 839 396 | 1 845 262 | 1 993 148 | 710 324 |
Op dit artikel worden de volgende bijdragen ten behoeve van het onderdeel verkeer en vervoer geraamd:
• De bijdragen aan projecten van het Infrastructuurfonds uit de investeringsimpuls 1994, 1998, de extra impuls 1998, investeringsimpuls 2001, investeringsimpuls 2005 en investeringsimpuls 2006 voorzover deze voldoende zijn uitgewerkt.
• De reservering voor de gestegen kosten van de geluidsisolatie rond Schiphol (GIS) is op dit artikel opgenomen (totaal € 169 mln). Het betreft hier uitgaven in de jaren 2002 tot en met 2004. Terugbetaling van de voorfinanciering uit het infrastructuurfonds wordt gedekt door een verlenging van de bestaande heffingen in het kader van het Heffingenbesluit Geluidhinder Burgerluchtvaart (Stb. 82 (284)) met ingang van 2008.
• Op dit artikel worden ook de middelen voor de uitvoering van het Fileplan ZSM (Zichtbaar, Slim en Meetbaar) van het Ministerie van Verkeer & Waterstaat geraamd. In dit plan zijn maatregelen opgenomen waardoor de fileproblematiek voor de gebruiker merkbaar en meetbaar moet verminderen en waardoor de betrouwbaarheid van het verkeerssysteem moet verbeteren.
• De bijdrage aan het Infrastructuurfonds ten behoeve van het versneld aanpakken van zwakke schakels in de Nederlandse kust en dijkversterking (amendement van het lid Snijder-Hazelhoff).
• De bijdragen geraamd aan het Infrastructuurfonds voor de Betuweroute (BR) en de Hogesnelheidslijn (HSL), in totaal € 4 525 mln. Daarin zit begrepen een maximum van € 545 mln aan uitgekeerde prijsbijstelling voor deze twee projecten. De voorfinanciering uit het Fes van private bijdragen aan BR en HSL van in totaal € 1 784 mln is geraamd als onderdeel van de reeks Bereikbaarheid/voorfinanciering.
De uitgaven aan de BR en de HSL worden op het Infrastructuurfonds geraamd op de artikelen 17.02 en 17.03.
• Ook worden op dit artikel de middelen geraamd voor reeds bestaande Feswaardige projecten uit het Infrastructuurfonds die voorheen ten laste van de reguliere Rijksbegroting werden gefinancierd (de zogenaamde Fesbrug uit het Regeerakkoord 1998).
Specificatie artikel 11 | |||||||
(x € 1 000) | Departement | 2006 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 |
Overig V&V extra impuls 1998 | IF | 31 491 | 4 764 | ||||
Voorfinanciering GIS | IF | – 32 000 | – 33 000 | – 34 000 | |||
Fileplan ZSM | IF | 246 000 | 246 000 | 246 000 | 246 000 | 246 000 | 246 000 |
Amendement Snijder-Hazelhoff | IF | 50 000 | |||||
HSL | IF | 98 945 | |||||
Bereikbaarheid/voorfinanciering | IF | 496 702 | 1 100 011 | 974 542 | 1 067 053 | 1 064 020 | |
Bereikbaarheid en stedelijke ontwikkeling | IF | 444 761 | 316 826 | 237 178 | 230 840 | 343 040 | |
Fes-brug | IF | 275 043 | 294 769 | 284 563 | 226 369 | 193 912 | 200 000 |
Zuidas | IF | 15 000 | 25 000 | 60 000 | |||
Betere benutting hoofdwegen | |||||||
Programma filevermindering | IF | 8 212 | 41 086 | 15 702 | |||
Dynamisch verkeersmanagement | IF | 20 000 | 30 000 | ||||
Slimme benuttingsmaatregelen spoor | IF | 10 000 | 10 000 | ||||
Versnelling infrastructuur | |||||||
Versnelling hoofdwegen | IF | 3 414 | 26 175 | 20 411 | 102 324 | ||
Beheer en onderhoud | IF | 107 000 | |||||
Waterveiligheid | IF | 28 000 | 23 000 | 58 176 | |||
Zwakke schakels | IF | 20 000 | 50 000 | 52 000 | 55 000 | ||
1 654 568 | 2 049 631 | 1 839 396 | 1 845 262 | 1 993 148 | 710 324 |
Specificatie mutatie | ||||||
(x € 1 000) | 2006 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 |
Fileplan ZSM | 246 000 | |||||
Fes-brug | 33 878 | 200 000 | ||||
Betere benutting hoofdwegen | ||||||
Programma filevermindering | 8 212 | 41 086 | 15 702 | |||
Dynamisch verkeersmanagement | 20 000 | 30 000 | ||||
Slimme benuttingsmaatregelen spoor | 10 000 | 10 000 | ||||
Versnelling infrastructuur | ||||||
Versnelling hoofdwegen | 3 414 | 26 175 | 20 411 | 102 324 | ||
Beheer en onderhoud | 107 000 | |||||
Waterveiligheid | 28 000 | 23 000 | 58 176 | |||
Zwakke schakels | 20 000 | 50 000 | 52 000 | 55 000 | ||
Totaal | 11 626 | 121 139 | 114 113 | 83 000 | 120 176 | 710 324 |
• De mutatie betreft een reservering van middelen binnen het Fes voor de Fes-brug en het fileplan ZSM in 2011.
• Daarnaast worden via de Fes-brug de in het Fes gereserveerde middelen voor het Waddenfonds in 2007, uit het Fes naar het Waddenfonds geboekt.
• Op de derde plaats betreft de mutatie de bijdragen geraamd voor de volgende projecten uit de Investeringsimpuls 2006 in het kader van verkeer en vervoer:
Deze maatregel richt zich op een betere benutting van het hoofdwegennet en daarmee op een zichtbare vermindering van de files op de korte termijn. Het gaat hier om maatregelen als verlengen van invoegstroken, groene golf bij verkeerslichten, verbetering van aansluitingen en uitbreiding verkeerssignalering.
Slimme benuttingsmaatregelen spoor, onderdeel Moordrecht
De maatregel betreft de aanleg van een ongelijkvloerse kruising voor het spoor op de spoorlijn Gouda-Rotterdam. Deze spoorwegovergang is per uur 15 tot 20 minuten gesloten. In 2020 zullen naar verwachting 36 000 motorvoertuigen de spoorlijn kruisen. De belangrijkste bate is tijdwinst voor het wegverkeer.
Door het inzetten van een deel van de Fes-impuls 2006 voor versnelling van infrastructuurprojecten is het voor VenW mogelijk om een aantal doelen uit de nota Mobiliteit en Waterveiligheid voortvarend te kunnen realiseren. Met name het versneld kunnen aanpakken van de meest acute problemen bij de waterkeringen is van groot belang want het gaat om de veiligheid van Nederland tegen overstromingen. Maar ook de versnellingsmogelijkheden in de wegensector als onderhoud weg en spoor dragen bij aan een betere bereikbaarheid.
De voor versnelling infrastructuur ingezette Fes-middelen zullen vanaf 2011 weer vrijvallen voor het kennisdomein en het ruimtelijk-economisch domein.
Artikel 12 Bijdragen aan andere begrotingen in het kader van milieu en duurzaamheid
Opbouw uitgaven (in € 1 000) | |||||||
2005 | 2006 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 | |
Ontwerp-begr. 2006 | 15 993 | 14 076 | 16 076 | 7 000 | 8 000 | ||
1e suppl. begr. 2006 | 63 736 | 131 937 | 128 400 | 131 100 | 187 000 | 205 000 | |
Mutatie | 43 086 | 59 914 | 500 | 300 | 100 | ||
Ontwerp-begr. 2007 | 12 076 | 122 815 | 205 927 | 144 976 | 138 400 | 195 100 | 205 000 |
Op dit artikel worden de bijdragen geraamd voor de projecten in het kader van milieu en duurzaamheid voorzover deze voldoende zijn uitgewerkt.
Specificatie artikel 12 | |||||||
(x € 1 000) | Departement | 2006 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 |
Milieutechnologie EET/IS | EZ | 16 151 | 9 076 | 9 076 | |||
Milieutechnologie PromT | VROM | 8 778 | 4 537 | ||||
Westerschelde (inrichten EHS) | LNV | 3 000 | 5 000 | 7 000 | 7 000 | 8 000 | |
Bodemsanering | VROM | 12 500 | 12 500 | 12 500 | 12 500 | ||
Luchtkwaliteit | VROM | 75 186 | 130 414 | 42 700 | 17 700 | 21 100 | |
Luchtkwaliteit (roetfilters) | V&W | 4 000 | 8 000 | ||||
Luchtkwaliteit | LNV | 500 | 500 | 500 | 300 | 100 | |
MEP | EZ | 2 700 | 35 900 | 73 200 | 100 900 | 165 900 | 205 000 |
Totaal | 122 815 | 205 927 | 144 976 | 138 400 | 195 100 | 205 000 |
Specificatie mutatie | ||||||
(x € 1 000) | 2006 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 |
Luchtkwaliteit (VROM) | 38 586 | 51 414 | ||||
Luchtkwaliteit (roetfilters, V&W) | 4 000 | 8 000 | ||||
Luchtkwaliteit (LNV) | 500 | 500 | 500 | 300 | 100 | |
Totaal | 43 086 | 59 914 | 500 | 300 | 100 |
De mutatie betreft de overboeking van middelen van artikel 15 Projecten in voorbereiding naar artikel 12 Milieu en duurzaamheid (en naar de desbetreffende departementale begroting) voor diverse projecten uit de enveloppe Luchtkwaliteit (investeringsimpuls 2005).
Artikel 13 Bijdragen aan andere begrotingen in het kader van kennis en innovatie
Opbouw uitgaven (in € 1 000) | |||||||
2005 | 2006 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 | |
Ontwerp-begr. 2006 | 517 944 | 412 793 | 193 588 | 235 833 | 138 475 | ||
1e suppl. begr. 2006 | 95 296 | 88 849 | 78 900 | 56 008 | 24 703 | 5 120 | |
Mutatie | 59 526 | 228 357 | 216 820 | 160 555 | 47 517 | 38 083 | |
Ontwerp-begr. 2007 | 205 951 | 672 766 | 729 999 | 489 308 | 452 396 | 210 695 | 43 203 |
Op dit artikel worden de bijdragen geraamd voor de projecten in het kader van kennis en innovatie voorzover deze voldoende zijn uitgewerkt.
Specificatie artikel 13 | |||||||
(x € 1 000) | Departement | 2006 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 |
Kenniswijk | EZ | 24 290 | |||||
Kennis Bsik (leven met water en processysteeminnovatie) | V&W/IF | 8 310 | 7 630 | 5 860 | 5 140 | ||
Kennis Bsik (Transumo) | V&W | 4 000 | 6 000 | 8 100 | 7 700 | ||
Kennis Bsik | VWS | 11 152 | 8 646 | 8 725 | 3 258 | 637 | 2 340 |
Kennis Bsik | EZ | 65 330 | 61 031 | 45 931 | 83 031 | 4 331 | |
Kennis Bsik | OCW | 63 194 | 44 542 | 32 794 | 52 647 | 5 071 | |
Kennis Bsik | VROM | 20 776 | 20 000 | 18 138 | 16 033 | ||
Kennis Bsik | LNV | 9 195 | 6 000 | 6 000 | 4 857 | 3 698 | 250 |
Kennis Technocentra | OCW | 9 136 | 9 136 | 9 136 | 9 136 | ||
Kennis (ICT en onderw) | OW | 47 776 | 47 776 | 47 776 | 47 776 | 47 776 | |
Kennis onderzoek en innovatie | EZ | 14 689 | 18 888 | 18 888 | 18 888 | 18 888 | |
Kennis, onderz. en inn. (vernieuwingsimpuls) | OCW | 11 944 | 11 944 | 11 944 | 11 944 | 11 871 | |
VMBO OCW | OCW | 47 278 | 47 278 | ||||
VMBO LNV | LNV | 2 722 | 2 722 | ||||
Funderend onderwijs OCW | OCW | 108 057 | 81 057 | ||||
Funderend onderwijs LNV | LNV | 5 443 | 5 443 | ||||
VVE | OCW | 9 500 | 9 500 | ||||
Beroepskolom OCW | OCW | 76 740 | |||||
Beroepskolom LNV | LNV | 4 260 | |||||
Innovatievouchers | EZ | 21 000 | 23 000 | 16 000 | |||
Faciliteiten nanotechnologie (cleanrooms) | OCW | 17 000 | |||||
Holst Center | EZ | 6 000 | 14 000 | 20 000 | |||
Technostarters | EZ | 5 000 | 4 000 | 3 000 | |||
Plantkundig onderzoek | LNV | 1 025 | 1 945 | 2 395 | 2 035 | 1 600 | |
TNO Automotive | OCW | 10 800 | |||||
Sleutelgebieden | EZ | 5 111 | 8 778 | 10 222 | 10 222 | 5 667 | |
Transgene gewassen | VROM | 200 | 1 250 | 2 400 | 2 800 | 2 100 | 950 |
Grootschalige researchfaciliteiten | OCW | 29 472 | 30 642 | 22 822 | 10 162 | 3 902 | 1 830 |
Transitie samenwerking TU’s | OCW | 10 066 | 10 066 | 10 066 | 10 066 | 10 066 | |
Inn.progr. en toponderzoek-GATE | OCW | 1 000 | 2 000 | 2 000 | 2 000 | 2 000 | 1 000 |
Inn.progr. en toponderzoek-Haaglanden | IF | 1 500 | 1 000 | 500 | |||
Inn.progr. en toponderzoek-Phytophthora | LNV | 850 | 975 | 901 | 929 | 956 | 5 289 |
Inn.progr. en toponderzoek-WCFS+ | EZ | 8 250 | 8 250 | 8 250 | 8 250 | ||
Inn.progr. en toponderzoek-scheidingstechnologie PPS | EZ | 3 750 | 3 750 | 3 750 | 3 750 | ||
Inn.progr. en toponderzoek-technostarters in de creatieve industrie | EZ | 1 250 | 1 250 | 1 250 | 1 250 | ||
Inn.progr. en toponderzoek-potato genoom sequencing | LNV | 750 | 750 | 750 | 750 | ||
Inn.progr. en toponderzoek-TTI Groene Genetica | LNV | 2 000 | 2 800 | 4 000 | 5 600 | 5 600 | |
Inn.progr. en toponderzoek-VIA(ICT schil CT infobox) | BZK | 1 900 | |||||
Inn.progr. en toponderzoek-VIA | JUS | 400 | 1 000 | 500 | 1 200 | ||
Vit. Infra-compartimentering dijken | IF | 500 | 1 000 | 500 | |||
Vit. infra-cybercrime | EZ | 900 | 2 100 | 1 000 | |||
Vit. infra-centrale technische fall back voorziening | BZK | 600 | 4 400 | ||||
Vit. infra-bescherming tegen elektronische aanvallen | BZK | 200 | 1 000 | 300 | |||
Vit. infra-nationaal adviescentrum vitale infrastructuren (NAVI) | BZK | 300 | 2 000 | 2 000 | 700 | ||
Vit. infra-XIRAF | JUS | 100 | 600 | 800 | 800 | ||
Vit. infra-reconstructie dmv 3D camerabeelden | JUS | 100 | 900 | 900 | 1 000 | ||
Vit. infra-CBRN-security | JUS | 1 400 | |||||
Vit. infra-cameratoezicht sensoring en triggering | JUS | 1 000 | |||||
Parelsnoer | OCW | 11 750 | 7 750 | 7 750 | 7 750 | ||
Impuls veterinaire aviaire influenza | LNV | 4 300 | 3 500 | 3 600 | 3 600 | – 1 000 | |
TTI watertechnologie | EZ | 7 000 | 7 000 | 3 500 | |||
NICIS | BZK | 2 600 | 2 700 | 2 700 | 3 600 | 3 400 | |
Centre for Translational Molecular Medicine | EZ | 15 000 | 30 000 | 30 000 | |||
ITER | OCW | 15 000 | |||||
RSV | VWS | 4 500 | 3 700 | 8 100 | 11 600 | – 7 000 | |
Rendement&excellentie | OCW | 5 000 | 5 000 | 10 000 | 15 000 | 15 000 | |
Investeringsagenda beta&techniek | OCW | 23 000 | 24 500 | 12 500 | |||
Leren door te experimenteren | OCW | 7 500 | 12 500 | 5 000 | |||
Beroepsonderwijs in bedrijf | |||||||
Leerwerktrajecten voor jongeren op maat | OCW | 26 250 | |||||
Fonds «versterking beroepsonderwijs-bedrijfsleven» (incl. Regie regionale keten) | EZ | 9 750 | 9 750 | 6 500 | 6 500 | ||
EVC trajecten en procedures | OCW | 10 500 | |||||
Docentstages in het bedrijfsleven | OCW | 16 000 | |||||
Leermateriaal en examenmateriaal | OCW | 29 500 | |||||
Beelden voor de toekomst | OCW | 24 700 | 23 810 | 22 922 | 22 032 | 21 144 | |
Onderwijs&ondernemerschap | EZ | 5 000 | 8 000 | 5 000 | 2 000 | ||
VVE | OCW | 9 400 | 22 500 | 13 100 | |||
Totaal | 672 766 | 729 999 | 489 308 | 452 396 | 210 695 | 43 203 |
Specificatie mutatie | ||||||
(x € 1 000) | 2006 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 |
Kennis Bsik OCW | 26 646 | 11 542 | 6 194 | 2 547 | – 46 929 | |
Kennis Bsik VROM | – 2 000 | 1 000 | 1 000 | |||
Kennis Bsik LNV | – 2 020 | 590 | 1 515 | 307 | – 642 | 250 |
Funderend onderwijs OCW | 13 500 | – 13 500 | ||||
Innovatievouchers | – 7 000 | 7 000 | ||||
Holst Center | – 12 000 | 12 000 | ||||
TNO Automotive | 100 | |||||
Inn.progr. en toponderzoek-GATE | 1 000 | 2 000 | 2 000 | 2 000 | 2 000 | 1 000 |
Inn.progr. en toponderzoek-Haaglanden | 1 500 | 1 000 | 500 | |||
Inn.progr. en toponderzoek-Phytophthora | 850 | 975 | 901 | 929 | 956 | 5 289 |
Inn.progr. en toponderzoek-WCFS+ | 8 250 | 8 250 | 8 250 | 8 250 | ||
Inn.progr. en toponderzoek-scheidingstechnologie PPS | 3 750 | 3 750 | 3 750 | 3 750 | ||
Inn.progr. en toponderzoek-technostarters in de creatieve industrie | 1 250 | 1 250 | 1 250 | 1 250 | ||
Inn.progr. en toponderzoek-potato genoom sequencing | 750 | 750 | 750 | 750 | ||
Inn.progr. en toponderzoek-TTI Groene Genetica | 2 000 | 2 800 | 4 000 | 5 600 | 5 600 | |
Inn.progr. en toponderzoek-VIA(ICT schil CT infobox) | 1 900 | |||||
Inn.progr. en toponderzoek-VIA | 400 | 1 000 | 500 | 1 200 | ||
Vit. Infra-compartimentering dijken | 500 | 1 000 | 500 | |||
Vit. infra-cybercrime | 900 | 2 100 | 1 000 | |||
Vit. infra-centrale technische fall back voorziening | 600 | 4 400 | ||||
Vit. infra-bescherming tegen elektronische aanvallen | 200 | 1 000 | 300 | |||
Vit. infra-nationaal adviescentrum vitale infrastructuren (NAVI) | 300 | 2 000 | 2 000 | 700 | ||
Vit. infra-XIRAF | 100 | 600 | 800 | 800 | ||
Vit. infra-reconstructie dmv 3D camerabeelden | 100 | 900 | 900 | 1 000 | ||
Vit. infra-CBRN-security | 1 400 | |||||
Vit. infra-cameratoezicht sensoring en triggering | 1 000 | |||||
Parelsnoer | 11 750 | 7 750 | 7 750 | 7 750 | ||
Impuls veterinaire aviaire influenza | 4 300 | 3 500 | 3 600 | 3 600 | – 1 000 | |
TTI watertechnologie | 7 000 | 7 000 | 3 500 | |||
NICIS | 2 600 | 2 700 | 2 700 | 3 600 | 3 400 | |
Centre for Translational Molecular Medicine | 15 000 | 30 000 | 30 000 | |||
ITER | 15 000 | |||||
RSV | 4 500 | 3 700 | 8 100 | 11 600 | – 7 000 | |
Rendement&excellentie | 5 000 | 5 000 | 10 000 | 15 000 | 15 000 | |
Investeringsagenda beta&techniek | 23 000 | 24 500 | 12 500 | |||
Leren door te experimenteren | 7 500 | 12 500 | 5 000 | |||
Beroepsonderwijs in bedrijf | ||||||
Leerwerktrajecten voor jongeren op maat | 26 250 | |||||
Fonds «versterking beroepsonderwijs-bedrijfsleven» (incl. Regie regionale keten) | 9 750 | 9 750 | 6 500 | 6 500 | ||
EVC trajecten en procedures | 10 500 | |||||
Docentstages in het bedrijfsleven | 16 000 | |||||
Leermateriaal en examenmateriaal | 29 500 | |||||
Beelden voor de toekomst | 24 700 | 23 810 | 22 922 | 22 032 | 21 144 | |
Onderwijs&ondernemerschap | 5 000 | 8 000 | 5 000 | 2 000 | ||
VVE | 9 400 | 22 500 | 13 100 | |||
Totaal | 59 526 | 228 357 | 216 820 | 160 555 | 47 517 | 38 083 |
• Kennis Bsik-projecten – de mutatie betreft een kasritme aanpassing aan het daadwerkelijke uitgavenpatroon van de BSIK-projecten (ICES/KIS-3 projecten) van OCW, VROM en LNV.
• Funderend onderwijs – middels een kasschuif worden de middelen, gereserveerd voor versterking van de arbeidstoeleiding in het (voortgezet) speciaal onderwijs, in één keer aan de gemeenten verstrekt.
• Innovatie vouchers/Holst center – de mutatie is het gevolg van gewijzigde inzichten in het kasverloop van de projecten, waardoor de middelen anders over de jaren verdeeld worden.
• Daarnaast betreft de mutatie de overboeking van middelen van artikel 15 Projecten in voorbereiding naar artikel 13 Kennis en innovatie (en naar de desbetreffende departementale begroting) voor diverse projecten uit de enveloppen Innovatieprogramma’s en toponderzoek en Bescherming vitale infrastructuur (investeringsimpuls 2005).
• De overige mutaties betreffen de bijdragen geraamd voor de volgende projecten uit de Investeringsimpuls 2006 in het kader van kennis en innovatie:
Deze investeringsimpuls maakt het mogelijk om nieuwe infrastructuur voor biobanken op te zetten waarmee patiëntengroepen op een gestandaardiseerde manier opgenomen en geanalyseerd kunnen worden.
Impuls veterinaire aviaire influenza onderzoek
Deze maatregel bevordert de versnelde ontwikkeling van veterinaire vogelgriep vaccins als bescherming tegen een menselijk grieppandemie. Hiervoor wordt een geïntegreerd project voorgesteld op het gebied van vaccinontwikkeling, diagnostiek, immunologie, epidemiologie, praktijkgerichte bestrijding van Aviaire Influenza (AI) en de evolutie van AI virussen.
Een deel van de middelen van de investeringen in versnelling van vaccinontwikkeling tegen veterinaire aviaire influenza kan worden terugverdiend. Derhalve wordt € 5 mln van de gevraagde bijdrage gefinancierd door middel van een leenconstructie.
Dit project betreft het opzetten van een technologisch topinstituut met als doel uitvoering van onderzoek naar drink- en industriewater, afvalwaterzuivering, interactie in natuurlijke systemen en sensortechnologie van water.
Van de € 35 mln zal € 17,5 mln worden gereserveerd op het artikel Projecten in voorbereiding voor eventuele toekenning na evaluatie van de bereikte organisatorische en inhoudelijke voortgang één jaar na de start van het onderzoeksprogramma.
Het betreft de oprichting van het Netherlands Institute for City Innovation Studies met als doelstelling het verhogen van de kennisbasis voor stedelijk beleid, met een focus op de relatie tussen economische en sociale dynamiek in steden.
Centre for Translational Molecular Medicine
Het Centre for Translational Molecular Medicine heeft als doel om (inter)nationaal een leidende rol te spelen in de ontwikkeling van molecular diagnostics en molecular imagingtechnologieën. Deze ontwikkelingen dienen predispositie, vroegtijdige diagnose en gepersonaliseerde behandeling van patiënten mogelijk te maken.
Van de € 150 mln bijdrage wordt € 75 mln gereserveerd op het artikel Projecten in voorbereiding. Om deze reservering vrij te maken zal het penvoerende departement (EZ) vóór 1 januari 2008 aan de CWTI inzicht moeten bieden of het voorstel na aanvang goed uit de startblokken is gekomen en wat de omvang van benodigde extra middelen is. Per 1 januari 2009 zal opnieuw de balans worden opgemaakt. Bij een gunstige uitkomst ligt een aanvullende bijdrage tot het gevraagde bedrag uit het Fes (€ 200 mln) in de rede.
Het doel van deze investeringsimpuls is het ontwikkelen van een reactor voor kernfusie en kennisoverdracht aan bedrijven binnen ITER. Hiermee zal Nederland in een kansrijke positie worden gebracht voor het verwerven van opdrachten van ITER en een sterke wetenschappelijke positie binnen ITER.
Dit project betreft het cofinancieren van preklinisch en klinisch onderzoek dat noodzakelijk is om het RSV-vaccin te kunnen laten registreren voor toelating tot de markt. Als voorwaarde voor financiering uit het Fes is gesteld dat een financieringsvorm gekozen wordt waarbij verkregen royalty’s (deels) ten goede komen aan de Nederlandse staat. Daarom is voor een leenconstructie gekozen.
Het project «rendement & excellentie» betreft het tijdelijk ondersteunen van kansrijke projecten die tot doel hebben meer rendement en/of excellentie in het hoger onderwijs te realiseren. De kansrijkheid wordt beoordeeld door een onafhankelijke commissie van wijzen danwel een uitvoeringsorganisatie van OCW of EZ.
Investeringsagenda bèta & techniek
Deze investeringsimpuls maakt het mogelijk om randvoorwaardelijke knelpunten van het onderwijs in bèta & techniek aan te pakken. Het betreft onder andere deelprojecten gericht op uitwisseling van docenten in het voortgezet en hoger onderwijs, bijscholing docenten in primair onderwijs en het bijscholen van PABO-studenten, en het aanpassen van de fysieke leeromgeving in het voortgezet onderwijs.
Met dit project zullen experimenten en onderzoeken plaatsvinden op het gebied van doeltreffendheid van onderwijs aan hoogbegaafde leerlingen en efficiency in het primair en voortgezet onderwijs.
Het beroepsonderwijs en het bedrijfsleven worden middels dit project beter aangesloten. Het betreft een integrale aanpak met de volgende elementen: a) het realiseren van leerwerktrajecten voor kwetsbare groepen werklozen (onder andere jongeren zonder startkwalificatie en werkzoekenden), b) een fonds voor samenwerkingsverbanden van bedrijven en scholen ter stimulering van innovatieve leerwerktrajecten en c) investeringen in randvoorwaarden voor leerwerk en EVC (Erkennen van Verworven Competenties)-trajecten (bijvoorbeeld praktijkplaatsen en leeren examenmateriaal, EVC-procedures, docentstages in het bedrijfsleven).
De onzekerheid van effectiviteit van de diverse delen, het belang te experimenteren en de samenloop met financiering van leerwerkplaatsen, docentstages en leermiddelen uit de Fes-ronde 2005 zijn redenen om voor deze onderdelen van het project middelen in twee fasen beschikbaar te stellen (verdeling middelen 50%/50%).Het tweede deel middelen komt beschikbaar na een positieve evaluatie in 2008.
Het project behelst het ontsluiten van in archieven beschikbaar audiovisueel materiaal uit de 20ste eeuw via restauratie, conservatie, digitalisering en dienstverlening. Voor het project komt per saldo maximaal € 90 mln beschikbaar uit het Fes. Dit saldo bestaat uit € 154 mln uitgaven binnen de projectperiode van 2007–2013 en € 64 mln ontvangsten die tussen 2014 en 2025 binnenkomen op de begroting van OCW en volledig terugvloeien naar het Fes.
Dit project betreft het financieren van lokale projecten op het vlak van ondernemerschapsonderwijs en het oprichtingen van een aantal centres of entrepeneurship bij universiteiten en hogescholen naar Amerikaans voorbeeld.
Het project betreft het versterken en versnellen van doelgroepbereik van voor- en vroegschoolse educatie middels het introduceren van educatieve programma’s in kinderdagverblijven te introduceren (versnelde uittrede van gemeenten uit voorschoolse educatie).
Artikel 14 Bijdragen aan andere begrotingen in het kader van ruimtelijke ordening
Opbouw uitgaven (in € 1 000) | |||||||
2005 | 2006 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 | |
Ontwerp-begr. 2006 | 25 378 | 12 000 | 5 000 | 5 000 | 5 000 | ||
1e suppl. begr. 2006 | 202 150 | 212 268 | 83 557 | 23 021 | 20 087 | 20 654 | |
Ontwerp-begr. 2007 | 184 440 | 227 528 | 224 268 | 88 557 | 28 021 | 25 087 | 20 654 |
Op dit artikel worden de bijdragen geraamd in het kader van ruimtelijke ordening voor zover deze voldoende zijn uitgewerkt.
Specificatie artikel 14 | |||||||
(x € 1 000) | Departement | 2006 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 |
Vitaliteit steden/Sleutelprojecten | VROM | 93 600 | 180 278 | 25 800 | 14 300 | 10 900 | |
Natuur, milieu en stedelijke ontwikkeling (bedrijventerreinen) | EZ | 7 351 | |||||
BIRK&Saneringsregeling | VROM | 103 077 | 31 990 | 57 757 | 8 721 | 9 18 7 | 20 654 |
BIRK/A2 Maastricht | IF | 18 000 | 5 000 | 5 000 | 5 000 | 5 000 | |
Restauratie rijksmonumenten | OCW | 2 500 | |||||
Archeologisch bodemonderzoek (Malta) | OCW | 3 000 | 7 000 | ||||
Totaal | 227 528 | 224 268 | 88 557 | 28 021 | 25 087 | 20 654 |
Artikel 15 Projecten in voorbereiding
Opbouw uitgaven (in € 1 000) | |||||||
2005 | 2006 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 | |
Ontwerp-begr. 2006 | 436 375 | 519 294 | 531 941 | 590 484 | 1 554 357 | ||
1e suppl. begr. 2006 | – 242 540 | – 280 137 | – 283 247 | – 293 953 | – 789 432 | 542 052 | |
Mutatie | – 53 486 | – 28 253 | 289 074 | 221 632 | 182 005 | 1 5 90 500 | |
Ontwerp-begr. 2007 | – | 140 349 | 210 904 | 537 768 | 518 163 | 946 930 | 2 132 552 |
Op dit artikel worden alle middelen geraamd die binnen het Fes worden gereserveerd voor projecten die in voorbereiding zijn. Zodra de projecten voldoende zijn uitgewerkt, worden de middelen overgeheveld naar de desbetreffende artikelen van de Fes-begroting en de departementale begrotingen. Het gaat om de volgende reserveringen:
• De nog niet naar artikel 11 (Verkeer en vervoer) overgehevelde middelen voor Feswaardige projecten in het kader van verkeer en vervoer.
• De nog niet naar artikel 12 (Milieu en duurzaamheid) overgehevelde middelen voor Feswaardige projecten in het kader van milieu en duurzaamheid.
• De nog niet naar artikel 13 (Kennis en innovatie) overgehevelde middelen in het kader van kennis en innovatie.
• De nog niet naar artikel 14 (Ruimtelijke ordening) overgehevelde middelen voor Feswaardige projecten in het kader van ruimtelijke ordening.
• Een raming van prijsbijstelling voor de reserveringen op dit artikel.
Specificatie artikel 15 | |||||||
(x € 1 000) | Departement | 2006 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 |
Verkeer en vervoer | |||||||
Bijdrage systeemkosten tolheffing | IF | 15 099 | 55 363 | 10 066 | 10 066 | 10 066 | |
PMR | IF | 389 000 | |||||
Infrastructuur Noordvleugel | IF | 133 000 | 53 000 | 495 000 | |||
Enveloppe NoMo | IF | 113 000 | |||||
Milieu en duurzaamheid | |||||||
Milieutechnologie | EZ | 4 567 | 30 | 4 567 | 13 703 | 13 703 | |
Waddenfonds | i.o. | 33 878 | 33 878 | 33 878 | 542 052 | ||
Luchtkwaliteit | VROM | 18 476 | 25 808 | 14 134 | 43 222 | ||
Bodemsanering | VROM | 66 | 99 | 99 | 66 | ||
Duurzaamheid | divers | 50 330 | 22 430 | 50 330 | 50 330 | 50 330 | |
Duurzaamheid-biobrandstoffen | V&W | 12 500 | |||||
Duurzaamheid-UKR | EZ | 15 400 | |||||
MEP | EZ | 410 000 | |||||
Duurzaamheid (in zomer 2005 bestemd, tezamen met de meevaller voor o.a. Westerschelde) | 85 000 | ||||||
Groninger pijpleiding | VROM | 9 000 | |||||
Enveloppe luchtkwaliteit | VROM | 40 000 | 40 000 | 40 000 | 30 000 | ||
Innovatieve energie | EZ | 10 000 | 20 000 | 60 000 | 60 000 | ||
Kennis en innovatie | |||||||
Kennis BSIK | WVS | 41 | 1 517 | ||||
Kennis onderzoek en innovatie | OCW | – 6 | |||||
Technocentra | OCW | 753 | 9 136 | ||||
Kennis | divers | 1 631 | 1 349 | 489 | |||
Transgene gewassen | VROM | 365 | |||||
Topinstituut Farma | VWS | 17 198 | 32 198 | 32 198 | 32 198 | 16 000 | |
Innovatieprogramma’s en toponderzoek | divers | 23 786 | 4 811 | 5 485 | 3 657 | 291 | |
Maatschappelijke sectoren en ICT | EZ | 4 026 | 16 106 | 20 132 | |||
Vrije ruimte kennis, innovatie en onderwijs | divers | 168 000 | |||||
TTI watertechnologie | EZ | 3 500 | 7 000 | 7 000 | |||
Centre for Translational Molecular Medicine | EZ | 7 500 | 30 000 | 37 500 | |||
Beroepsonderwijs in bedrijf | divers | 49 875 | 64 875 | ||||
Ruimtelijke ordening | |||||||
BIRK projecten | VROM/V&W | 2 987 | 454 | 9 131 | 12 784 | ||
Natuur, milieu en stedelijke ontwikkeling (sleutelprojecten) | VROM | 1 439 | |||||
Enveloppe NoRu | VROM | 225 000 | |||||
Integrale gebiedsopgaven | divers | 25 000 | 75 000 | 75 000 | 75 000 | ||
Divers | |||||||
Enveloppe Bescherming vitale infrastructuur | divers | 240 | 240 | 140 | 240 | 4 240 | |
Prijsbijstelling artikel 15 | divers | 2 852 | 14 310 | 26 841 | 44 924 | 129 697 | 41 000 |
Totaal | 140 349 | 210 904 | 537 768 | 518 163 | 946 930 | 2 132 552 |
Specificatie mutatie | ||||||
(x € 1 000) | 2006 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 |
Waddenfonds | – 33 878 | |||||
Innovatieprogramma’s en toponderzoek | – 4 600 | – 23 575 | – 22 901 | 24 729 | – 28 095 | |
Luchtkwaliteit | – 43 086 | – 9 000 | – 51 714 | – 100 | ||
Duurzaamheid | – 27 900 | |||||
Duurzaamheid-biobrandstoffen | 12 500 | |||||
Duurzaamheid-UKR | 15 400 | |||||
Bescherming Vitale Infrastructuur | – 5 800 | – 5 800 | – 5 900 | – 5 800 | – 1 800 | |
PMR | 389 000 | |||||
Infrastructuur Noordvleugel | 133 000 | 53 000 | 495 000 | |||
Enveloppe NoMo | 113 000 | |||||
Enveloppe NoRu | 225 000 | |||||
Duurzaamheid (in zomer 2005 bestemd, tezamen met de meevaller voor o.a. Westerschelde) | 85 000 | |||||
Vrije ruimte kennis, innovatie en onderwijs | 168 000 | |||||
TTI watertechnologie | 3 500 | 7 000 | 7 000 | |||
Centre for Translational Molecular Medicine | 7 500 | 30 000 | 37 500 | |||
Beroepsonderwijs in bedrijf | 49 875 | 64 875 | ||||
Groninger pijpleiding | 9 000 | |||||
Integrale gebiedsopgaven | 25 000 | 75 000 | 75 000 | 75 000 | ||
Enveloppe luchtkwaliteit | 40 000 | 40 000 | 40 000 | 30 000 | ||
Innovatieve energie | 10 000 | 20 000 | 60 000 | 60 000 | ||
Prijsbijstelling artikel 15 | 41 000 | |||||
Totaal | – 53 486 | – 28 253 | 289 074 | 221 632 | 182 005 | 1 590 500 |
• Waddenfonds – Vanaf 2007 is het Waddenfonds operationeel. Via de Fes-brug worden de in het Fes gereserveerde middelen voor het Waddenfonds in 2007, uit het Fes naar het Waddenfonds geboekt.
• De mutatie betreft de overboeking van middelen van artikel 15 Projecten in voorbereiding naar de desbetreffende uitgaven artikel (respectievelijk de desbetreffende departementale begroting) voor diverse projecten uit de enveloppen Innovatieprogramma’s en toponderzoek, Luchtkwaliteit en Bescherming Vitale Infrastructuur (investeringsimpuls 2005).
• Reservering Biobrandstoffen (duurzaamheidsenveloppe) – Doel van het programma is de reductie van CO2 door het stimuleren en ondersteunen van projecten die zich richten op de productie of het gebruik van innovatieve biobrandstoffen voor transport. Innovatieve biobrandstoffen reduceren minstens 10%-punt meer CO2 ten opzichte van fossiele brandstoffen dan eerste generatie biobrandstoffen. Het programma staat open voor investerings- en toepassingsprojecten. In aanmerking komen in Nederland gevestigde ondernemingen en maatschappelijke organisaties, locale en regionale overheden die investeren in projecten die zich richten op het reduceren van CO2 door transport. Beoordelingscriteria voor projecten zijn de mate van verbetering van de CO2-balans, subsidie effectiviteit en marktpotentieel en slaagkans.
• Reservering UKR (duurzaamheidsenveloppe) – Het doel van de Unieke Kansen Regeling (UKR) is het bevorderen van een overgang («transitie») naar een duurzame energiehuishouding. Het streven van de Nederlandse overheid is dat energievoorziening minder afhankelijk wordt van fossiele brandstoffen (aardolie, aardgas en steenkool). De Unieke Kansen Regeling stimuleert projecten waarin Nederlandse marktpartijen samenwerken aan de overgang naar een duurzame energiehuishouding en subsidieert de onrendabele top van projecten, tot een maximum van 40% van de extra investeringen met een maximum van€ 4 mln. per project. Inhoudelijk moeten projecten passen in de gedefinieerde «transitiepaden». Projecten worden ingediend bij SenterNovem. Beoordelingscriteria zijn ondermeer de CO2-reductie, kosteneffectiviteit van de CO2-reductie, en de mate van reductie van niet CO2-emissies.
• Voor de jaren 2011–2020 zijn binnen het Fes middelen gereserveerd die bestemd zijn voor het Project Mainportontwikkeling Rotterdam (PMR), de Noordvleugel, Duurzaamheid, Kennis, de Nota Mobiliteit en de Nota Ruimte. Deze projecten/enveloppes zullen nader uitgewerkt worden alvorens middelen aan de departementale begrotingen worden toegevoegd. De mutatie betreft het verwerken van de reservering voor 2011 van de meerjarig geraamde bedragen.
• Reservering Innovatieve energie – De regeling Milieukwaliteit Electriciteitsproductie (MEP) bestaat uit een subsidie voor de onrendabele top op de productie van duurzame energie. De regeling wordt op nul gezet, omdat met de nu ingediende projecten de doelstelling voor 9% duurzame elektriciteit in 2010 wordt gerealiseerd. Ter aanvulling hierop zal EZ ten behoeve van besteding uit het Fes Fes-waardige projectvoorstellen indienen voor innovatieve projecten op het gebied van duurzame energie. Hiervoor wordt een bedrag van € 150 mln. gereserveerd.
• Daarnaast worden op dit artikel de middelen geraamd die binnen het Fes worden gereserveerd voor de projecten TTI watertechnologie, Centre for Translational Molecular Medicine en Beroepsonderwijs in bedrijf uit de investeringsimpuls 2006 (zie ook de toelichting op artikel 13).
• Een deel van de Fes-middelen Zuidas (uit de Fes-reservering voor wegontsluiting Noordvleugel) komt al beschikbaar in de jaren 2008–2009 in plaats van in de periode 2011–2014. Het gaat om het deel dat bestemd is voor de aanleg van het kerngebied van de A10 door de Zuidas Dok Onderneming.
• De overige mutaties betreffen de bijdragen geraamd voor de volgende projecten uit de Investeringsimpuls 2006:
Deze maatregel betreft het opruimen van de rioolpijpleiding in Groningen. Er zijn geen verhaalsmogelijkheden op de oorspronkelijke vervuiler. De baten zijn substantieel omdat er bij lekkage gevaarlijke stoffen zullen uitstromen.
In de periode 2011–2014 is € 900 mln bestemd voor integrale gebiedsopgaven uit de Nota Ruimte. Uit dit budget zullen ook eventuele uitgaven ten behoeve van de Greenports worden gefinancierd. Het budget voor deze reservering van € 900 mln wordt verhoogd met € 100 mln. Deze € 100 mln komt in de periode 2007–2010 beschikbaar. Projecten uit deze reservering moeten in ieder geval Fes-waardig zijn, van boven locale betekenis zijn en een positieve maatschappelijke kosten-baten analyse hebben.
Versnelling integrale gebiedsopgaven
In de Nota Ruimte is in de periode 2011–2014 in het Fes € 900 mln bestemd voor integrale gebiedsopgaven. Het voorstel betreft het eerder beschikbaar komen van middelen ad € 150 mln voor integrale gebiedsopgaven. Hiertegenover staat een evengrote verlaging in de periode 2011–2014. Van de in het ICRE advies genoemde vier projecten (IJ-oevers, Eindhoven A2 zone, Klavertje 4 en Hoeksche Waard) zal op korte termijn, na fasering en optimalisatie, bekeken worden of ze gehonoreerd kunnen worden.
Extra inzet voor luchtkwaliteit is nodig om wegen- en andere bouwprojecten doorgang te laten vinden.
De nadere invulling van de enveloppe luchtkwaliteit zal nog plaatsvinden. De enveloppe is bestemd voor maatregelen die lokaal effect hebben. Het CPB zal gevraagd worden de voorstellen te toetsen waarna de ICRE over de nadere invulling zal adviseren.
Artikel 21 Ontvangsten uit aardgasbaten
Opbouw ontvangsten (in € 1000) | |||||||
2005 | 2006 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 | |
Ontwerp-begr. 2006 | 2 756 000 | 2 226 000 | 1 568 800 | 1 356 800 | 1 399 000 | ||
1e suppl. begr 2006 | 415 000 | 239 000 | 119 200 | 260 200 | 8 000 | ||
Mutatie | 231 000 | 666 000 | 461 000 | 162 000 | 4 000 | 1 391 000 | |
Ontwerp-begr. 2007 | 2 562 200 | 3 402 000 | 3 131 000 | 2 149 000 | 1 779 000 | 1 411 000 | 1 391 000 |
Op dit artikel zijn de voor het fonds bestemde ontvangsten uit aardgas geraamd. Het betreft 40,9% van de niet-belastingontvangsten uit aardgas, zoals geraamd op de begroting van Economische Zaken (42,0% in het jaar 2006).
De bepalende factoren voor de geraamde aardgasbaten zijn de aardgasprijs, die gerelateerd is aan de prijs van olie in dollars, de veranderde euro/dollar koers en het volume van de verkopen. Uitgegaan is van de volgende veronderstellingen:
Kengetallen aardgasbatenraming | |||||||
2005 | 2006 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 | |
Hoeveelheidgegevens: | |||||||
Productie (mrd m3) | 73 | 79 | 80 | 79 | 78 | 77 | 74 |
Prijsgegevens (bron:CPB): | |||||||
Euro/dollarkoers (€/$) | 1,24 | 1,24 | 1,25 | 1,20 | 1,20 | 1,20 | 1,20 |
Olieprijs ($/vat) | 54,4 | 68 | 70 | 26 | 26 | 26 | 26 |
Artikel 22 Voeding uit incidentele baten
Opbouw ontvangsten (in € 1000) | |||||||
2005 | 2006 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 | |
Ontwerp-begr. 2006 | 539 354 | 563 383 | 583 232 | 606 374 | 648 337 | ||
1e suppl. begr 2006 | – 12 698 | 7 491 | 25 176 | 11 862 | – 1 252 | ||
Mutatie | – 13 912 | – 6 760 | 6 560 | 17 060 | 17 060 | 584 060 | |
Ontwerp-begr. 2007 | 509 676 | 512 744 | 564 114 | 614 968 | 635 296 | 664 145 | 584 060 |
Met ingang van 1999 worden eenmalige opbrengsten in de vermogenssfeer ten gunste van de staatsschuld gebracht en komen de daardoor structureel bespaarde rentelasten (gecorrigeerd voor eventuele dividendderving) ten gunste van het Fes.
Voor zover de voeding betrekking heeft op opbrengsten van veilingen van rechten, wordt met ingang van 2002 op dit artikel de voeding van het Fes geraamd op basis van annuïteiten. Voor een nadere toelichting hierop wordt verwezen naar de algemene toelichting bij deze begroting.
Actualisering van de ramingen voor het verkopen van staatsdeelnemingen leidt per saldo tot extra voeding van het Fes van ca. € 38 mln. Tevens worden de opbrengsten uit incidentele baten geëxtrapoleerd naar 2011.
Artikel 31 Voordelig eindsaldo/beginsaldo
Opbouw standen (in € 1000) | |||||||
2005 | 2006 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 | |
Ontwerp-begr. 2006 | 2 924 286 | 2 831 714 | 2 511 858 | 1 874 452 | 342 985 | ||
1e suppl. begr 2006 | 532 798 | 621 673 | 758 439 | 1 114 325 | 1 678 715 | ||
Mutatie | 156 336 | 434 418 | 281 470 | – 4 957 | – 333 695 | ||
Ontwerp-begr. 2007 | 2 516 702 | 3 613 420 | 3 887 805 | 3 551 767 | 2 983 820 | 1 688 005 | 551 332 |
Op dit artikel wordt het voordelig eindsaldo geraamd. Het voordelig eindsaldo is gelijk aan het positieve verschil in enig jaar tussen de ontvangsten inclusief batig beginsaldo en de uitgaven inclusief nadelig beginsaldo.
De nieuwe mutatie is per saldo het gevolg van de mutaties in de bijdragen aan de begrotingshoofdstukken en bij de ontvangsten. Een neerwaartse mutatie in de bijdragen leidt tot een opwaartse mutatie bij het voordelig eindsaldo. Een opwaartse mutatie bij de ontvangsten (inclusief het voordelig beginsaldo) heeft hetzelfde effect. De nieuwe mutatie is als volgt opgebouwd (de raming in 2011 vloeit voort uit de extrapolatie van de uitgaven en ontvangsten):
(x € 1 000) | 2006 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 |
Uitgavenmutatie 11 | – 11 626 | – 121 139 | – 114 113 | – 83 000 | –120 176 |
Uitgavenmutatie 12 | – 43 086 | – 59 914 | – 500 | – 300 | – 100 |
Uitgavenmutatie 13 | – 59 526 | – 228 357 | – 216 820 | – 160 555 | –47 517 |
Uitgavenmutatie 15 | 53 486 | 28 253 | – 289 074 | – 221 632 | – 182 005 |
Ontvangstenmutatie 21 | 231 000 | 666 000 | 461 000 | 162 000 | 4 000 |
Ontvangstenmutatie 22 | – 13 912 | – 6 760 | 6 560 | 17 060 | 17 060 |
Mutatie voordelig beginsaldo | 156 336 | 434 418 | 281 470 | –4 957 | |
Correctie voordelig eindsaldo | – 1 | – 1 | |||
Totaal mutatie | 156 336 | 434 418 | 281 470 | – 4 957 | – 333 695 |
De technische correctie van het voordelig eindsaldo is nodig vanwege cumulatie van afrondingsverschillen.
Opbouw standen (in € 1000) | |||||||
2005 | 2006 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 | |
Ontwerp-begr. 2006 | 2 180 803 | 2 924 286 | 2 831 714 | 2 511 858 | 1 874 452 | ||
1e suppl. begr 2006 | 335 899 | 532 798 | 621 673 | 758 439 | 1 114 325 | ||
Mutatie | 156 336 | 434 418 | 281 470 | – 4 957 | |||
Ontwerp-begr. 2007 | 1 300 849 | 2 516 702 | 3 613 420 | 3 887 805 | 3 551 767 | 2 983 820 | 1 688 005 |
Op dit artikel wordt het voordelig eindsaldo van het voorafgaande jaar geraamd, welk saldo op grond van het eerste lid van artikel 4 van de Wet Fes ten gunste van de begroting van het fonds in enig jaar komt (zie ook de toelichting bij uitgavenartikel 31 Voordelig eindsaldo). Het voordelig eindsaldo van jaar t is het voordelig beginsaldo van jaar t+1.
De nieuwe mutatie sluit aan op de mutatie in het voordelig eindsaldo van het voorafgaande jaar en is bij dat artikelonderdeel nader toegelicht.