Veteranen
De Kamer is toegezegd dat in de begroting zichtbaar zal worden gemaakt welke uitgaven in het kader van het veteranenbeleid worden begroot. De uitgaven zijn verwerkt in het onderstaande overzicht van de verschillende relevante begrotingsartikelen. De uitgaven van pensioenen en uitkeringen waarop militairen aanspraak kunnen maken, óók als het gaat om veteranen, zijn onder het daarvoor bedoelde artikel ondergebracht. Deze lasten zijn in onderstaand overzicht veteranen niet apart als uitgaven vermeld. Verder zijn in onderstaand overzicht alleen posten opgenomen die tot meeruitgaven leiden. Posten die niet tot meeruitgaven leiden, zoals de benodigde inzet van personeel van Defensie, zijn niet opgenomen.
Op het niet-beleidsartikel 90 Algemeen zijn de volgende uitgaven begroot
Nederlandse Veteranendag
Onderdeel van het geven van erkenning en waardering in het veteranenbeleid is de organisatie van de jaarlijkse Nederlandse Veteranendag. Begin 2009 is de Stichting Nederlandse Veteranendag opgericht. Deze stichting ontvangt jaarlijks een subsidie voor de organisatie van de Nederlandse Veteranendag, de daaraan gerelateerde activiteiten en de ondersteuning van regionale Veteranendagen.
Stichting het Veteraneninstituut
De Stichting het Veteraneninstituut is door Defensie belast met de uitvoering van het veteranenbeleid op het gebied van de erkenning van en de waardering voor veteranen. Daarnaast verzorgt de Stichting het Veteraneninstituut de informatievoorziening over de zorg voor veteranen. Ook het Centraal Aanmeldpunt is bij de Stichting het Veteraneninstituut ondergebracht.
Maatschappelijk werk voor veteranen
Defensie heeft een belangrijke verantwoordelijkheid voor veteranen met maatschappelijke of psychische problemen. Hiervoor is het Landelijk Zorgsysteem Veteranen (LZV) ingericht dat bestaat uit militaire en civiele instellingen voor maatschappelijk werk en geestelijke gezondheidszorg. Binnen het LZV verzorgt de Stichting De Basis het maatschappelijk werk voor veteranen die een traumatische ervaring hebben meegemaakt. Het maatschappelijk werk voor veteranen wordt tot op heden gefinancierd door het Nationaal Fonds voor Vrijheid en Veteranenzorg. De financiering uit dit fonds eindigt per 1 januari 2011. In opdracht van de Staatssecretaris van Defensie is vervolgens een traject in gang gezet om te borgen dat het maatschappelijk werk voor veteranen ook na 2010 zeker is gesteld. De kosten voor het maatschappelijk werk voor veteranen worden begroot op structureel € 2 miljoen per jaar.
Stichting Veteranen Platform
Sinds 1989 bestaat het Veteranen Platform als overkoepelend samenwerkingsverband van de Nederlandse veteranenorganisaties. Als koepelorganisatie vertegenwoordigt het Veteranen Platform op die manier de belangen van veteranen van alle krijgsmachtdelen. Het Veteranen Platform is een belangrijke intermediair en aanspreekpunt op het gebied van veteranen en veteranenaangelegenheden. Bij het Veteranen Platform zijn 39 veteranenverenigingen aangesloten. Daarmee is het Veteranen Platform voor Defensie een belangrijke gesprekspartner over de evaluatie van de uitvoering van het veteranenbeleid en de inventarisatie van de wensen en behoeften van veteranen.
Overige uitgaven
Dit betreft de uitgaven voor het in stand houden van het Veteranen Registratiesysteem, het ondersteunen van de invoering van de defensiepassen voor veteranen, post-actieven en dienstslachtoffers, de communicatie over de relevante onderwerpen, het ondersteunen van reünies voor veteranen in het buitenland en het verzorgen van publicaties.
Op diverse beleidsartikelen zijn de volgende uitgaven begroot
Onderzoeken
Door het CDC (beleidsartikel 26) worden diverse onderzoeken gefinancierd. In het Centraal Militair Hospitaal (CMH) in Utrecht wordt onderzoek gedaan naar veteranen en uitgezonden actief dienende militairen met een Post Traumatische Stress Stoornis (PTSS). Daarnaast loopt in het CMH een grootschalig prospectief onderzoek naar gezondheidsklachten bij actief dienende uitgezonden militairen en veteranen. Dit onderzoek zal nog enige jaren in beslag nemen.
Reüniefaciliteiten
Geregistreerde verenigingen voor veteranen, post-actieven en militaire oorlogs- en dienstslachtoffers maken eenmaal per jaar aanspraak op reüniefaciliteiten. De organisatie hiervan ligt in handen van de verenigingen zelf. Daarnaast organiseert elk operationeel commando een eigen veteranendag die waar mogelijk wordt gecombineerd met de Open Dag van het operationeel commando.
Het bedrag voor deze faciliteiten op de begrotingen van de operationele commando’s is als volgt te specificeren:
Operationele commando’s | Bedragen x € 1 000 |
---|---|
Commando zeestrijdkrachten | 250 |
Commando landstrijdkrachten | 900 |
Commando luchtstrijdkrachten | 160 |
Commando Koninklijke marechaussee | 125 |
Totaal | 1 435 |
Totaaloverzicht van uitgaven voor veteranen
Omschrijving | Bedragen x € 1 000 |
---|---|
Subsidie Nederlandse Veteranendag | 2 455 |
Subsidie en diverse uitgaven Stichting het Veteraneninstituut | 5 350 |
Subsidie Stichting Veteranen Platform | 158 |
Maatschappelijk werk voor Veteranen In stand houden Veteranen Registratiesysteem | 2 000 30 |
Ondersteunen invoering defensiepassen voor veteranen, post-actieven en dienstslachtoffers | 50 |
Bijdragen aan onderzoeken | 850 |
Ondersteunen veteranenzaken door operationele commando’s (zie bovenstaande tabel) | 1 435 |
Diverse uitgaven, zoals communicatie, ondersteunen veteranen buitenland, Taptoe, publicaties scholenproject en overige publicaties | 164 |
Totaal | 12 492 |
Zorg en nazorg begroot op het niet-beleidsartikel 90 Algemeen
Ook over de uitgaven voor zorg en nazorg is de Kamer toegezegd dat deze in de begroting zichtbaar zullen worden gemaakt.
Diverse organisatiedelen houden zich bezig met de zorg en nazorg aan actief dienenden, post-actieven en veteranen, zoals de gezondheidscentra, het Centraal Militair Hospitaal, de Militaire Geestelijke gezondheidszorg, het Dienstencentrum Bedrijfsmaatschappelijk werk, de Geestelijke Verzorging en het Militair Revalidatie Centrum. Omdat de taken van deze organisatiedelen verder gaan dan alleen de zorg en nazorg aan veteranen is een exacte ontvlechting naar doelgroep van deze uitgaven niet mogelijk en deze blijft dan ook achterwege.
Op niet-beleidsartikel 90 zijn de uitgaven voor de materiële zorgverlening opgenomen. Het betreft de invaliditeitspensioenen, de nabestaandenpensioenen, de sociale zorg (toegekende leef- en werkvoorzieningen en geneeskundige verstrekkingen), de uitvoering van het zorgloket ABP en de Raad voor civiel-militaire Zorg en Onderzoek. In onderstaand overzicht zijn deze uitgaven apart inzichtelijk gemaakt.
Omschrijving | Bedragen x € 1 000 |
---|---|
Invaliditeitspensioenen | 69 742 |
Nabestaandenpensioenen | 30 698 |
Sociale zorg | 8 664 |
De uitvoering van het zorgloket militair zorgstelsel | 2 661 |
De Raad voor civiel-militaire Zorg en Onderzoek (RZO) | 258 |
Ondersteuning organisatie dag voor dienstslachtoffers | 300 |
Totale uitgaven | 112 323 |
Deze budgetten zijn gebaseerd op een reële schatting van de te maken kosten waarbij het uitgangspunt is dat de financiën geen beperkende factor zullen zijn bij het bieden van zorg en nazorg.