Dit hoofdstuk bevat de budgettaire tabellen per artikel van begroting IX. In principe worden de mutaties op instrumentniveau groter of gelijk aan € 2,5 mln. of 5% van de ontwerpbegrotingstand toegelicht. De leeswijzer geeft nader aan welke mutaties wel en niet toegelicht worden, derhalve wordt naar de leeswijzer verwezen.
Artikel 1 Belastingen
Budgettaire gevolgen van beleid – beleidsartikel 1 Belastingen Bedragen x € 1.000
Vastgestelde begroting | Stand 1ste suppletoire begroting (2) | Mutaties 2e suppletoire begroting (3) | Stand 2e suppletoire begroting (4=2+3) | |||
---|---|---|---|---|---|---|
Mutaties Miljoenennota | Overige mutaties 2e suppletoire begroting | |||||
Verplichtingen | 3.102.765 | 3.329.432 | 65.591 | 515.809 | 3.910.832 | |
waarvan garantieverplichtingen | ||||||
Garantieprocesrisico's | 245 | 245 | 0 | 0 | 245 | |
Uitgaven (1) + (2) | 3.102.765 | 3.329.432 | 65.591 | – 17.191 | 3.377.832 | |
(1) Programma-uitgaven | 238.304 | 162.004 | 41 | – 15.000 | 147.045 | |
waarvan juridisch verplicht | 100% | 100% | ||||
Rente | 232.390 | 156.090 | 0 | – 15.000 | 141.090 | |
Belasting- en invorderingsrente | 232.390 | 156.090 | 0 | – 15.000 | 141.090 | |
Bekostiging | 5.914 | 5.914 | 41 | 0 | 5.955 | |
Proceskosten | 3.536 | 3.536 | 25 | 600 | 4.161 | |
Overige programma-uitgaven | 2.378 | 2.378 | 16 | – 600 | 1.794 | |
(2) Apparaatsuitgaven | 2.864.461 | 3.167.428 | 65.550 | – 2.191 | 3.230.787 | |
Personele uitgaven | 2.090.805 | 2.357.802 | 50.669 | 865 | 2.409.336 | |
waarvan: Eigen personeel | 1.920.364 | 2.153.561 | 48.113 | 865 | 2.202.539 | |
waarvan: Inhuur externen | 170.441 | 204.241 | 2.556 | 0 | 206.797 | |
Materiële uitgaven | 773.656 | 809.626 | 14.881 | – 3.056 | 821.451 | |
waarvan: ICT | 240.673 | 251.594 | 1.482 | 0 | 253.076 | |
waarvan: Bijdrage SSO's | 185.412 | 186.250 | 12.596 | 0 | 198.846 | |
waarvan: Overige | 347.571 | 371.782 | 803 | – 3.056 | 369.529 | |
Ontvangsten (3) + (4) | 116.447.338 | 117.255.011 | 1.643.031 | 2.232.212 | 121.130.254 | |
(3) Programma-ontvangsten | 116.415.523 | 117.234.452 | 1.643.031 | 2.234.069 | 121.111.552 | |
Waarvan: | ||||||
Belastingontvangsten | 115.517.770 | 116.412.999 | 1.643.031 | 2.244.069 | 120.300.099 | |
Rente | 441.500 | 365.200 | 0 | 0 | 365.200 | |
Belasting- en invorderingsrente | 441.500 | 365.200 | 0 | 0 | 365.200 | |
Boetes en schikkingen | 238.977 | 238.977 | 0 | 10.000 | 248.977 | |
Ontvangsten boetes en schikkingen | 238.977 | 238.977 | 0 | 10.000 | 248.977 | |
Bekostiging | 217.276 | 217.276 | 0 | – 20.000 | 197.276 | |
Kosten vervolging | 217.276 | 217.276 | 0 | – 20.000 | 197.276 | |
(4) Apparaatsontvangsten | 31.815 | 20.559 | 0 | – 1.857 | 18.702 |
Toelichting
Verplichtingen (+ € 581,4 mln.)
Verplichtingen VWNW-regeling (+ € 533 mln.)
Zoals gemeld aan uw Kamer (Kamerstukken II, vergaderjaar 2016–2017, Aanhangsel van de Handelingen nr. 65) bedragen de cumulatieve uitgaven voor de VWNW- regeling over de periode 2016 t/m 2023 op basis van de laatste raming circa € 70 mln. meer dan hiervoor was begroot (€ 648 mln.) Een deel van de aangegane verplichtingen in 2016 is reeds verwerkt in de 1ste suppletoire begroting IX 2016 (€ 63 mln. wat op nominaal en onvoorzien was geraamd voor switch en aanvullend € 122 mln. die vanuit de AP is overgeheveld). De daarmee overeenkomstige kasraming voor 2016 van 185 mln. zoals in de 1e suppletoire begroting IX 2016 begroot op artikel 1 sluit nog steeds aan bij de meest actuele raming voor 2016. Met deze mutatie in de verplichtingenstand van € 533 mln. wordt de raming van de verplichtingen in de begroting bijgesteld tot het totale bedrag van de verwachte cumulatieve kosten (€ 718 mln.) van de regeling. Eind dit jaar is bekend wat het eindbeeld is. Hierover wordt u separaat geïnformeerd. Dit zal budgettair worden verwerkt bij Slotwet voor 2016 en 1e suppletoire begroting voor 2017 en verder.
In de 1ste suppletoire begroting IX 2016 is abusievelijk de verplichting voor de VWNW-regeling op basis van kas = verplichtingen meerjarig verwerkt in de begroting op het beleidsartikel 1 «Belastingen» en het niet- beleidsartikel 10 «Nominaal en Onvoorzien». Dit wordt gecorrigeerd in de 1e suppletoire begroting bij Voorjaarsnota 2017.
Uitgaven (+ € 48,4 mln.)
Apparaatuitgaven (+ € 63,4 mln.)
De mutatie op de apparaatuitgaven betreft het saldo van de volgende mutaties:
-
– Ontvangen loon- en prijsbijstelling (+ € 48 mln.);
-
– Bij het nieuwe agentschap Rijksvastgoedbedrijf (RVB) is een egalisatieschuld voor specialisaties niet meer toegestaan. Met een kasschuif wordt de egalisatieschuld van de Belastingdienst aan het RVB afgelost (+ € 9,4 mln.);
-
– Een overboeking van het kerndepartement naar de Belastingdienst in verband met verrekening van een lagere vierkantemeterprijs als gevolg van het nieuwe rijkshuisvestingsstelsel per 2016 (+ € 2 mln.);
-
– Een deel van de voorziene ontvangsten dit jaar wordt niet gerealiseerd via de apparaatontvangsten, maar een interdepartementale overboeking. Dit betreft een technische mutatie waarbij zowel de apparaatuitgaven als de apparaatontvangsten neerwaarts worden bijgesteld (– € 1,9 mln.);
-
– Aantal interdepartementale overboekingen van per saldo € 5,9 mln. (budget neemt hiermee toe).
De Investeringsagenda-projecten waarvoor reeds verplichtingen aangegaan zijn zonder advies van het Investment Committee, zullen worden gefinancierd uit de reguliere begroting van de Belastingdienst.
Belasting- en invorderingsrente (– € 15,0 mln.)
De raming van de rente-uitgaven wordt met € 15,0 mln. naar beneden bijgesteld. De Belastingdienst hoeft namelijk minder rente te vergoeden, omdat de teruggaven als gevolg van definitieve aanslagen lager uitvallen dan in voorgaande jaren.
Bekostiging (+ € 0,0 mln.)
Het gebruik van de vergoedingsregeling voor proces- en bezwaarkosten is € 0,6 mln. hoger dan geraamd. De overige programma-uitgaven vallen naar verwachting € 0,6 mln. lager uit. Per saldo is de mutatie budgetneutraal.
Ontvangsten (+ € 3,9 mld.)
Belastingontvangsten (+ € 3,9 mld.)
In de Najaarsnota 2016 worden de mutaties van de belastingontvangsten toegelicht. De aansluiting met de bedragen in de begrotingstoelichting (artikel 1 Belastingen, tabel budgettaire gevolgen van beleid) ziet er als volgt uit;
Stand vastgestelde begroting (NvW) 2016 (1) | Mutaties 1ste suppletoire begroting (2) | Stand 1ste suppletoire begroting (3)=(1+2) | Mutaties 2e suppletoire begroting (4) | Stand 2e suppletoire begroting (5)=(3+4) | |
---|---|---|---|---|---|
Totaal belastingontvangsten | 147.901.970 | 1.403.761 | 149.305.731 | 4.661.529 | 153.967.260 |
– /– Afdracht Gemeentefonds | 27.338.731 | 362.856 | 27.701.587 | 496.853 | 28.198.440 |
– /– Afdracht Provinciefonds | 2.160.334 | 141.411 | 2.301.745 | 191.859 | 2.493.604 |
– /– Afdracht BTW-Compensatiefonds | 2.851.726 | 4.265 | 2.855.991 | 77.674 | 2.933.665 |
– /– Afdracht BES-fonds | 33.409 | 0 | 33.409 | 8.043 | 41.452 |
Belastingontvangsten IX | 115.517.770 | 895.229 | 116.412.999 | 3.887.100 | 120.300.099 |
Boetes en schikkingen (+ € 10,0 mln.)
De reguliere boeteontvangsten laten een meevaller van zien van € 25 mln., aangezien meer verzuimboetes worden opgelegd vanwege te late aangifte of te late betaling. Als gevolg van een rechterlijke uitspraak is het tarief van de verzuimboete bij de motorrijtuigenbelasting verlaagd. Dit leidt in 2016 tot een derving van € 15 mln. Per saldo wordt een meevaller van € 10 mln. geraamd.
Kosten vervolging (– € 20,0 mln.)
De gerealiseerde ontvangsten van de doorberekende tarieven van de Kostenwet blijven achter ten opzichte van de raming, omdat een groter deel van de belasting- en premieontvangsten op compliante wijze wordt voldaan. Dit leidt in 2016 tot € 20 mln. lagere ontvangsten dan oorspronkelijk geraamd.
Apparaatontvangsten (– € 1,9 mln.)
Een deel van de voorziene ontvangsten dit jaar wordt niet gerealiseerd via de apparaatontvangsten, maar een interdepartementale overboeking. Dit betreft een technische mutatie waarbij zowel de apparaatuitgaven als de apparaatontvangsten neerwaarts worden bijgesteld.
Artikel 2 Financiële Markten
Vastgestelde begroting | Stand 1ste suppletoire begroting (2) | Mutaties 2e suppletoire begroting (3) | Stand 2e suppletoire begroting (4=2+3) | ||
---|---|---|---|---|---|
Mutaties Miljoenennota | Overige mutaties 2e suppletoire begroting | ||||
Verplichtingen | 22.379 | 4.187.213 | 169 | – 2.970 | 4.184.412 |
waarvan garantieverplichtingen | |||||
Garantie SRF | 0 | 4.163.500 | 0 | 0 | 4.163.500 |
Uitgaven | 22.379 | 23.713 | 169 | – 2.970 | 20.912 |
waarvan juridisch verplicht | 63% | 63% | |||
Subsidies | 4.363 | 5.377 | – 4.941 | 0 | 436 |
Vakbekwaamheid | 4.363 | 5.377 | – 4.941 | 0 | 436 |
Bekostiging | 13.775 | 13.885 | 95 | – 2.970 | 11.010 |
Rechtspraak Financiële Markten | 1.250 | 1.250 | 10 | 0 | 1.260 |
Muntcirculatie | 12.385 | 12.385 | 85 | – 2.970 | 9.500 |
Afname munten in circulatie | |||||
Toezicht en handhaving MIF | 0 | 250 | 0 | 0 | 250 |
Overig | 140 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Opdrachten | 1.404 | 1.928 | 4.978 | 0 | 6.906 |
Wijzer in geldzaken | 1.404 | 1.928 | 10 | 0 | 1.938 |
Vakbekwaamheid | 0 | 0 | 4.968 | 0 | 4.968 |
Bijdrage aan ZBO’s en RWT’s | 2.437 | 2.123 | 37 | 0 | 2.160 |
Bijdrage BES-toezicht en FEC | 2.437 | 2.123 | 37 | 0 | 2.160 |
Bijdrage aan (inter)nationale organisaties | 400 | 400 | 0 | 0 | 400 |
Caribean Financial Action Taskforce | 20 | 20 | 0 | 0 | 20 |
IASB | 380 | 380 | 0 | 0 | 380 |
Ontvangsten | 10.311 | 34.476 | 15.900 | 2.649 | 53.025 |
Bekostiging | 5.184 | 5.184 | 15.900 | 2.649 | 23.733 |
Ontvangsten muntwezen | 5.184 | 5.184 | 0 | 2.649 | 7.833 |
Toename munten in circulatie | 0 | 0 | 15.900 | 0 | 15.900 |
Overig | 5.127 | 29.292 | 0 | 0 | 29.292 |
Toelichting
Uitgaven en verplichtingen (– € 2,8 mln.)
Vakbekwaamheid (– € 4,9 mln.)
De mutaties samenhangend met de Vakbekwaamheid zijn technisch van aard. Door scheiding aan te brengen in de tabel, wordt vanaf nu direct duidelijk hoeveel subsidie er wordt bijgedragen vanuit Financiën. De rest van de uitgaven van vakbekwaamheid vallen nu onder de opdrachten.
Vakbekwaamheid (+ € 4,9 mln.)
De mutaties samenhangend met de Vakbekwaamheid zijn technisch van aard. Door scheiding aan te brengen in de tabel, wordt vanaf nu direct duidelijk hoeveel subsidie er wordt bijgedragen vanuit Financiën. De rest van de uitgaven van vakbekwaamheid vallen nu onder de opdrachten. Het verschil in bedrag tussen de twee posten wordt veroorzaakt door loon- en prijsbijstellingen.
Muntcirculatie (– € 2,9 mln.)
De onderuitputting muntcirculatie is per saldo vooral het gevolg van lagere dan geraamde uitgaven voor de aanschaf van rondellen.
Ontvangsten (+ € 18,5 mln.)
Toename munten in circulatie (+ € 15,9 mln.)
In juni 2016 is een groot deel van de vordering van het Ministerie van Financiën op de Koninklijke Nederlandse Munt (KNM) geconverteerd naar eigen vermogen. Mede dankzij het normaliseren van het vermogen kon KNM een noodzakelijke verlenging van de bankgarantie voor de Chili-order bewerkstelligen. Tevens kan KNM daardoor ook weer nieuwe orders financieren. Daarmee is er een betere uitgangspositie voor de verkoop van KNM, waartoe het kabinet in april 2016 besloot, gecreëerd (Kamerbrief: 28165–250). Het resterende deel van de vordering (€ 1,2 mln.) is omgezet in een lening. Over de verkoop van KNM bent/wordt u per brief nader geïnformeerd. De opbrengsten die samenhangen met de verkoop van KNM zullen – na finale afronding van de overname – worden verwerkt bij Slotwet 2016.
Ontvangsten muntwezen (+ € 2,6 mln.)
Als gevolg van verkochte ontwaarde munten zijn de ontvangsten van muntwezen hoger uitgevallen dan aanvankelijk was voorzien.
Artikel 3 Financieringsactiviteiten publieke sector
Vastgestelde begroting | Stand 1ste suppletoire begroting (2) | Mutaties 2e suppletoire begroting (3) | Stand 2e suppletoire begroting (4=2+3) | |||
---|---|---|---|---|---|---|
Mutaties Miljoenennota | Overige mutaties 2e suppletoire begroting | |||||
Verplichtingen | 19.401 | 40.971 | – 227.902 | 103.318 | – 83.613 | |
waarvan garantieverplichtingen | ||||||
Garantie SNS Propertize | 0 | 0 | – 2.623.100 | 0 | – 2.623.100 | |
Uitgaven | 19.401 | 40.971 | 2.395.198 | 103.318 | 2.539.487 | |
waarvan juridisch verplicht | 95% | 100% | ||||
Bijdrage aan RWT | 10.000 | 25.729 | 96 | 0 | 25.825 | |
NLFI | 10.000 | 25.729 | 96 | 0 | 25.825 | |
Garantie | 4.900 | 4.900 | 0 | 0 | 4.900 | |
Dotatie begrotingsreserve TenneT | 4.800 | 4.800 | 0 | 0 | 4.800 | |
Overig | 100 | 100 | 0 | 0 | 100 | |
Leningen | 0 | 0 | 2.379.000 | 7.461 | 2.386.461 | |
Overgenomen schuld Propertize | 0 | 0 | 2.379.000 | 7.461 | 2.386.461 | |
Opdrachten | 4.501 | 10.342 | 202 | – 2.843 | 7.701 | |
Uitvoeringskosten staatsdeelnemingen | 4.501 | 10.342 | 202 | – 2.843 | 7.701 | |
Vermogensverschaffing | 0 | 0 | 15.900 | 0 | 15.900 | |
Conversie schuld KNM | 0 | 0 | 15.900 | 0 | 15.900 | |
Vermogensonttrekking | 0 | 0 | 0 | 98.700 | 98.700 | |
Afdrachten Staatsloterij | 0 | 0 | 0 | 98.700 | 98.700 | |
Ontvangsten | 1.831.850 | 2.041.917 | 4.285.492 | 1.503.543 | 7.830.952 | |
Vermogensonttrekking | 1.810.000 | 2.007.500 | 1.908.442 | 1.494.051 | 5.409.993 | |
Opbrengst verkoop vermogenstitels | 0 | 0 | 1.908.442 | 1.324.361 | 3.232.803 | |
Dividend en afdrachten staatsdeelnemingen | 1.145.000 | 1.833.500 | 0 | 70.650 | 1.904.150 | |
Afdrachten Staatsloterij | 0 | 0 | 0 | 98.700 | 98.700 | |
Winstafdracht DNB | 665.000 | 174.000 | 0 | 340 | 174.340 | |
waarvan SMP-Griekenland | 67.000 | 67.000 | 0 | 0 | 67.000 | |
waarvan investeringsportefeuille DNB | 44.000 | 44.000 | 0 | 0 | 44.000 | |
Bijdrage aan RWT | 9.250 | 20.902 | 0 | 0 | 20.902 | |
NLFI | 9.250 | 20.902 | 0 | 0 | 20.902 | |
Leningen | 0 | 0 | 2.379.000 | 7.461 | 2.386.461 | |
Overgenomen schuld Propertize | 0 | 0 | 2.379.000 | 7.461 | 2.386.461 | |
Garantie | 12.600 | 13.515 | – 1.950 | 1.950 | 13.515 | |
Premie-ontvangsten garantie Tennet | 4.800 | 4.800 | 0 | 0 | 4.800 | |
Garantiefee Propertize | 7.800 | 7.800 | – 1.950 | 1.950 | 7.800 | |
Garantie overig | 0 | 915 | 0 | 0 | 915 | |
Opdrachten | 0 | 0 | 0 | 81 | 81 | |
Terug te vorderen uitvoeringskosten staatsdeelnemingen | 0 | 0 | 0 | 81 | 81 |
Toelichting
Verplichtingen – € 124,6 mln.)
Garantie SNS Propertize (– € 2,6 mld.)
Als gevolg van de verkoop van Propertize aan Lone Star/JP Morgan op 27 september 2016 is de garantie op de uitstaande obligaties van Propertize komen te vervallen.
Uitgaven (+ € 2,5 mld.)
Overgenomen schuld Propertize (+ € 2,4 mld.)
Op 28 juni 2016 heeft de Nederlandse Staat een koopovereenkomst getekend met Lone Star voor de verkoop van de aandelen van Propertize. De staat neemt daarbij de staatsgegarandeerde schuld van € 2,35 mld. van Propertize over. Bij Miljoenennota is geraamd dat er € 29 mln. van de verkoopprijs ingehouden moest worden om de toekomstige rentebetalingen te kunnen voldoen; bij de uiteindelijke verkoop op 27 september 2016 bleek dit bedrag € 36 mln. te zijn.
Uitvoeringskosten staatsdeelnemingen (– € 2,6 mln.)
In 2016 zal minder worden uitgegeven aan uitvoeringskosten staatsdeelnemingen dan oorspronkelijk geraamd. Dit komt doordat een aantal opdrachten zijn doorgeschoven naar 2017.
Conversie schuld KNM (+ € 15,9 mln.)
In juni 2016 is een groot deel van de vordering van het Ministerie van Financiën op de Koninklijke Nederlandse Munt (KNM) geconverteerd naar eigen vermogen. Mede dankzij het normaliseren van het vermogen kon KNM een noodzakelijke verlenging van de bankgarantie voor de Chili-order bewerkstelligen. Tevens kan KNM daardoor ook weer nieuwe orders financieren. Daarmee is er een betere uitgangspositie voor de verkoop van KNM, waartoe het kabinet in april 2016 besloot, gecreëerd (Kamerbrief: 28165–250). Het resterende deel van de vordering (€ 1,2 mln.) is omgezet in een lening. Over de verkoop van KNM bent/wordt u per brief nader geïnformeerd. De opbrengsten die samenhangen met de verkoop van KNM zullen – na finale afronding van de overname – worden verwerkt bij Slotwet 2016.
Afdrachten staatsloterij (+ € 98,7 mln.)
In artikel 9 lid 2 van de Wet op de Kansspelen (WoK) is bepaald dat de opbrengst van de staatsloterij – na aftrek van de prijzen en kosten – jaarlijks aan de Staat wordt afgedragen. Tot 1 april 2016 kende de Staatsloterij de rechtsvorm van een stichting en kwamen alle opbrengsten toe aan de Staat. In het kader van de fusie van de Staatsloterij en Lotto is de rechtsvorm van de Staatsloterij omgezet in een B.V. en worden de aandelen gehouden door een B.V. genaamd de Nederlandse Loterij B.V. De staat is houder van alle gewone aandelen in het kapitaal van de Nederlandse Loterij. Sinds de fusie ontvangt de staat een deel van de afdrachten en winsten van de fusieorganisatie volgens een vastgestelde verdeelsleutel. Voor wat betreft de afdrachten vanuit de Staatsloterij komen deze eerst juridisch toe aan de Staat en worden deze vervolgens via een escrowrekening verrekend met de medeaandeelhouder. De zogeheten restafdrachten worden in de vorm van dividend (tracking stock) eveneens eerst uitgekeerd aan de Staat en via de escrowrekening verrekend. In de begroting en verantwoording komt dit tot uiting door een raming op te nemen van de afdrachten en winsten van de Staatsloterij in 2016 aan zowel uitgaven- als ontvangstenkant. Deze mutatie betreft alleen de verrekening die is opgenomen als technische post bij de uitgaven en ontvangsten (beide € 98,7 mln.).
Ontvangsten (+ € 5,8 mld.)
Opbrengst verkoop vermogenstitels (+ € 3,4 mld.)
Op 10 juni 2016 heeft de Nederlandse Staat ASR succesvol naar de beurs gebracht. Bij deze beursgang heeft de Staat 36,3% van de aandelen van ASR verkocht. Dit heeft € 1,06 mld. opgeleverd. Daarnaast is op 27 september 2016 de verkoop van Propertize aan Lone Star/JP Morgan gefinaliseerd. Deze transactie heeft € 0,84 mld. opgeleverd, exclusief een voorwaardelijke betaling van € 22,5 mln. Tot slot is op 17 november 2016 een 2e tranche (7%) aandelen ABN Amro naar de beurs gebracht. Deze transactie heeft € 1,3 mld. opgeleverd.
Dividenden en afdrachten staatsdeelnemingen (+ € 70,7 mln.)
De meevaller wordt deels veroorzaakt door het interim-dividend van ABN Amro. Daarnaast wordt de raming bijgesteld omdat ingecalculeerde risico’s zich niet voor hebben gedaan.
Afdrachten staatsloterij (+ € 98,7 mln.)
Zie Uitgaven: Afdrachten staatsloterij
Overgenomen schuld Propertize (+ € 2,4 mld.)
Zie Uitgaven: Overgenomen schuld Propertize
Artikel 4 Internationale financiële betrekkingen
Vastgestelde begroting | Stand 1ste suppletoire begroting (2) | Mutaties 2e suppletoire begroting (3) | Stand 2e suppletoire begroting (4=2+3) | ||
---|---|---|---|---|---|
Mutaties Miljoenennota | Overige mutaties 2e suppletoire begroting | ||||
Verplichtingen | 268.782 | – 4.722.218 | 95.366 | 3.990 | – 4.622.862 |
Waarvan garantieverplichtingen: | |||||
Garantie DNB inzake IMF | 0 | – 4.991.000 | – 72.537 | 0 | – 5.063.537 |
Deelneming multilaterale ontwikkelingsbanken en -fondsen | 181.841 | 181.841 | 248.497 | 3.990 | 434.328 |
Kredieten EU-betalingsbalanssteun | 0 | 0 | 2.500 | 0 | 2.500 |
EFSM | 0 | 0 | 3.000 | 0 | 3.000 |
AIIB | 0 | 0 | – 830 | 0 | – 830 |
Uitgaven | 439.981 | 681.737 | – 85.264 | 0 | 596.473 |
Waarvan juridisch verplicht | 99% | 99% | |||
Deelname aan internationale instellingen | 438.305 | 680.061 | – 85.265 | 0 | 594.796 |
Multilaterale ontwikkelingsbanken en fondsen | 280.031 | 518.900 | 0 | 0 | 518.900 |
Deelname AIIB | 73.009 | 75.896 | 0 | 0 | 75.896 |
Uitkering aan Griekenland | 85.265 | 85.265 | – 85.265 | 0 | 0 |
Opdrachten | 1.326 | 1.326 | 1 | 0 | 1.327 |
Technische assistentie kiesgroeplanden | 1.326 | 1.326 | 1 | 0 | 1.327 |
Subsidies | 350 | 350 | 0 | 0 | 350 |
Technische assistentie | 350 | 350 | 0 | 0 | 350 |
Ontvangsten | 22.992 | 13.415 | – 6.397 | 3.034 | 10.052 |
Deelname aan internationale organisaties | 672 | 672 | 0 | 3.948 | 4.620 |
Ontvangsten IFI's | 672 | 672 | 0 | 3.948 | 4.620 |
Lening | 22.320 | 12.743 | – 6.397 | – 914 | 5.432 |
Renteontvangsten lening Griekenland | 22.320 | 12.743 | – 6.397 | – 914 | 5.432 |
Toelichting
Verplichtingen (+ € 99,4 mln.)
Garantie DNB inzake IMF (– € 72,5 mln.)
Door technische wijzigingen in de administratie van de uitstaande garantieverplichtingen, onder andere voor wat betreft de timing van het opvoeren van wisselkoersbijstellingen, wordt de garantieverplichting aan DNB inzake IMF verlaagd.
Deelneming multilaterale ontwikkelingsbanken en -fondsen (+ € 252,5 mln.)
Actualisatie van de garantie die Nederland in 2010 heeft afgegeven aan de Wereldbank (IBRD). Bij het doorvoeren van technische wijzigingen in de administratie van de uitstaande garantieverplichtingen, onder andere voor wat betreft de timing van het opvoeren van wisselkoersbijstellingen, bleek de aanvankelijke raming te laag.
Uitgaven (– € 85,3 mln.)
Uitkering aan Griekenland (– € 85,3 mln.)
Op 24 mei 2016 is de Eurogroep een pakket schuldmaatregelen voor Griekenland overeengekomen. Een van de afspraken is dat vanaf begrotingsjaar 2017 de toekomstige SMP- en ANFA-winsten, conform de afspraak uit het tweede leningenprogramma, weer kunnen worden doorgegeven aan Griekenland. Dit betekent dat in 2016 geen SMP- en ANFA-winsten zullen worden uitgekeerd aan Griekenland.
Ontvangsten (– € 3,4 mln.)
Ontvangsten IFI’s (+ € 4,0 mln.)
De terugbetalingen van leningen door de EIB en de Wereldbank zijn hoger dan geraamd. Bij de EIB gaat het om leningen aan landen in Afrika, het Caribisch gebied en de Stille Oceaan (ACS-landen), en de overzeese gebieden (LGO) onder het Europees ontwikkelingsfonds in het kader van de verdragen van Lomé en Cotonou. Bij de Wereldbank gaat het om de EEC Special Action Account, waarbij in Europese Economische Gemeenschapsverband via de Wereldbank kredieten zijn verstrekt op concessionele basis aan ontwikkelingslanden welke over langere periode worden terugbetaald.
Renteontvangsten leningen Griekenland (– € 7,3 mln.)
De renteontvangsten op de leningen aan Griekenland zijn afhankelijk van de rentestand. Door een lagere 3-maands Euribor-rente dalen de verwachte rente-inkomsten van de bilaterale leningen aan Griekenland.
Artikel 5 Exportkredietverzekeringen, -garanties en investeringsverzekeringen
Vastgestelde begroting | Stand 1ste suppletoire begroting (2) | Mutaties 2e suppletoire begroting (3) | Stand 2e suppletoire begroting (4=2+3) | |||
---|---|---|---|---|---|---|
Mutaties Miljoenennota | Overige mutaties 2e suppletoire begroting | |||||
Verplichtingen | 10.616.436 | 10.616.436 | 87 | 88.798 | 10.705.321 | |
waarvan garantieverplichtingen: | ||||||
Reguliere EKV | 10.000.000 | 10.000.000 | 0 | 0 | 10.000.000 | |
Investeringsverzekeringen | 453.780 | 453.780 | 0 | 0 | 453.780 | |
MIGA | 150.000 | 150.000 | 0 | 0 | 150.000 | |
Uitgaven | 88.056 | 88.056 | 87 | 88.798 | 176.941 | |
waarvan juridisch verplicht | 100% | 100% | ||||
Garanties | 75.400 | 75.400 | 0 | 88.798 | 164.198 | |
Schade-uitkering EKV | 74.900 | 74.900 | 0 | – 34.900 | 40.000 | |
Storting risicovoorziening EKV | 0 | 0 | 0 | 123.698 | 123.698 | |
Schade-uitkering investeringsverzekeringen | 500 | 500 | 0 | 0 | 500 | |
Opdrachten | 12.600 | 12.600 | 87 | 0 | 12.687 | |
Kostenvergoeding Atradius DSB | 12.600 | 12.600 | 87 | 0 | 12.687 | |
Overige | 56 | 56 | 0 | 0 | 56 | |
Overige uitgaven | 56 | 56 | 0 | 0 | 56 | |
Ontvangsten | 246.952 | 246.952 | 0 | 88.798 | 335.750 | |
Premies EKV | 50.000 | 50.000 | 0 | 50.000 | 100.000 | |
Premies investeringsverzekeringen | 1.250 | 1.250 | 0 | 0 | 1.250 | |
Schaderestituties EKV | 183.202 | 183.202 | 0 | 38.798 | 222.000 | |
Onttrekking begrotingsreserve Seno-Gom | 12.500 | 12.500 | 0 | 0 | 12.500 |
Toelichting
Algemeen
Na de Najaarsnota zal er mogelijk nog een storting in of onttrekking uit de risicovoorziening plaatsvinden. Dit is afhankelijk van de realisatie van de ontvangsten en uitgaven met betrekking tot de EKV. De omvang van de risicovoorziening bedroeg ultimo 2015 € 208 mln. De uiteindelijke realisatie zal, samen met de overige autonome/technische begrotingsmutaties, verwerkt worden in de Slotwet.
Uitgaven en verplichtingen (+ € 88,9 mln.)
Storting risicovoorziening EKV (+ € 123,7 mln.)
Het positieve saldo van de meevallers op de premie-inkomsten, schade-uitkeringen en schaderestituties wordt volledig opgenomen in de begrotingsreserve.
Schade-uitkering EKV (– € 34,9 mln.)
De raming op de schade-uitgaven wordt naar beneden bijgesteld omdat bepaalde schadedreigingen zich (nog) niet hebben gematerialiseerd.
Ontvangsten (+ € 88,8 mln.)
Premies EKV (+ € 50,0 mln.)
Door een nieuwe grote exporttransactie zijn de premie-inkomsten hoger dan geraamd. De raming wordt daarom naar boven bijgesteld.
Schaderestituties EKV (+ € 38,8 mln.)
De schaderestituties uit hoofde van terugbetalingsregelingen zijn hoger dan geraamd. De raming wordt daarom naar boven bijgesteld.
Artikel 6 BTW-compensatiefonds
Vastgestelde begroting | Stand 1ste suppletoire begroting (2) | Mutaties 2e suppletoire begroting (3) | Stand 2e suppletoire begroting (4=2+3) | |||
---|---|---|---|---|---|---|
Mutaties Miljoenennota | Overige mutaties 2e suppletoire begroting | |||||
Verplichtingen | 2.851.726 | 2.855.982 | 66.906 | 10.777 | 2.933.665 | |
Uitgaven | 2.851.726 | 2.855.982 | 66.906 | 10.777 | 2.933.665 | |
waarvan juridisch verplicht | 100% | 100% | ||||
Bijdrage aan medeoverheden | 2.851.726 | 2.855.982 | 66.906 | 10.777 | 2.933.665 | |
w.v. bijdragen aan gemeenten en kaderwetgebieden | 2.515.341 | 2.515.610 | 24.843 | 803 | 2.541.256 | |
w.v. bijdragen aan provincies | 336.385 | 340.372 | 42.063 | 9.974 | 392.409 | |
Ontvangsten | 2.851.726 | 2.855.982 | 66.906 | 10.777 | 2.933.665 |
Toelichting
Verplichtingen, uitgaven en ontvangsten (+ € 77,7 mln.)
De mutatie voor Miljoenennota betreft de jaarlijkse bijstelling van de raming van het BCF. De overige mutaties betreffen enkele overhevelingen van ministeries naar het Gemeente- en Provinciefonds. Omdat gemeenten en provincies voor deze uitkeringen recht hebben op btw- compensatie, wordt een deel van de uitkering overgeheveld naar het BCF.
Artikel 7 Beheer materiële activa
Vastgestelde begroting | Stand 1ste suppletoire begroting (2) | Mutaties 2e suppletoire begroting (3) | Stand 2e suppletoire begroting (4=2+3) | ||
---|---|---|---|---|---|
Mutaties Miljoenennota | Overige mutaties 2e suppletoire begroting | ||||
Verplichtingen | 306 | 306 | 2 | – 308 | 0 |
Uitgaven | 306 | 306 | 2 | – 308 | 0 |
waarvan juridisch verplicht | 0% | 0% | |||
Opdrachten | 306 | 306 | 2 | – 308 | 0 |
Beheerskosten DRZ | 306 | 306 | 2 | – 308 | 0 |
Ontvangsten | 1.800 | 1.800 | 0 | – 1.800 | 0 |
Programma-ontvangsten | 1.800 | 1.800 | 0 | – 1.800 | 0 |
Vervreemding DRZ | 1.800 | 1.800 | 0 | – 1.800 | 0 |
Toelichting
Verplichtingen, uitgaven en ontvangsten (– € 1,8 mln.)
In 2016 zijn de ontvangsten en uitgaven inzake de verkoop van inbeslaggenomen goederen van de begroting van Financiën overgeheveld naar de begroting van Veiligheid & Justitie. De verantwoording zal daarom op de begroting van V&J plaatsvinden