De raming van de leerling- en studentaantallen (Referentieraming) en de studiefinancieringsraming zorgt in 2018 voor een tegenvaller van in totaal € 191 miljoen op de begroting van OCW. De tegenvaller wordt gedekt door:
-
– inzet van de eindejaarsmarge (€ 36 miljoen),
-
– een deel van de loon- en prijsbijstelling (€ 35 miljoen),
-
– een verlaging van verschillende subsidies (€ 34 miljoen),
-
– diverse meevallers, verwachte onderuitputting en ramingsbijstellingen (€ 23 miljoen),
-
– het resterende bedrag wordt generaal gecompenseerd (€ 63 miljoen).
De dekking van de tegenvaller op de raming vanaf 2019 wordt in de OCW-begroting 2019 opgenomen.
In de 2e nota van wijziging op de begroting 2018 is de maatregel doelmatiger onderwijs uit het Regeerakkoord technisch verwerkt. Gezien de problematiek zowel rijksbreed als binnen de begroting van OCW is er geen financiële ruimte voor een alternatieve invulling van de maatregel.
In deze suppletoire begroting zijn daarnaast de overheveling van middelen uit het Regeerakkoord, de toevoeging van loon- en prijsbijstelling en verschillende meerjarige kasschuiven op de begroting verwerkt.
In onderstaande tabel worden de belangrijkste suppletoire mutaties met de budgettaire effecten voor 2018 weergegeven.
Artikelnr. | Uitgaven | Ontvangsten | ||
---|---|---|---|---|
Vastgestelde begroting 2018 | 40.383,8 | 1.380,6 | ||
Belangrijkste suppletoire mutaties: | ||||
1 | Leerlingen- en studentenontwikkeling | diverse | 191,0 | 0,4 |
2 | Doorverdelen Loon- en prijsbijstelling | diverse | 808,4 | |
3 | Eindejaarsmarge 2017/2018 | 91 | 96,2 | |
4 | Overheveling RA-middelen van de Aanvullende Post | diverse | 356,5 | |
5 | Dekking tegenvaller | diverse | – 125,3 | – 3,0 |
7 | Kasschuiven | diverse | 10,9 | |
8 | Niet kaderrelevante mutaties | diverse | – 10,2 | – 35,3 |
9 | Rente studiefinanciering | 11 | – 11,1 | |
10 | reclame ontvangsten | – 28,4 | ||
11 | Overige mutaties | diverse | 34,9 | 13,4 |
Stand 1e suppletoire begroting 2018 | 41.746,1 | 1.316,7 |
Toelichting:
1. Leerlingen- en studentontwikkeling
De Referentieraming is de jaarlijkse raming van leerlingen- en studentenaantallen. Uit de Referentieraming 2018 blijkt dat het aantal leerlingen en studenten per saldo hoger is dan de in de begroting 2018 verwerkte aantallen; dit leidt tot een tegenvaller van € 106 miljoen op de begroting. In het primair en voortgezet onderwijs is een kleine stijging van het aantal leerlingen ten opzichte van de vorige raming te zien. In het middelbaar beroepsonderwijs stijgt het aantal studenten in de eerste jaren. Dit slaat vanaf 2020 om in een daling. De daling hangt samen met de verkorting van de studieduur van de meeste niveau 4 opleidingen in het mbo van vier naar drie jaar. In het hoger onderwijs stijgen de studentaantallen ten opzichte van de vorige raming.
Op de raming van de uitgaven studiefinanciering doet zich een tegenvaller voor van € 85 miljoen in 2018. Dit is maar voor een klein deel het gevolg van groter dan geraamde aantallen studenten in het hoger onderwijs. De belangrijkste oorzaak van de tegenvaller is een stijging in de omzettingen van prestatiebeurs in gift. Dit hangt samen met het zogenaamde boeggolfeffect van de invoering van het Studievoorschot; studenten die in 2013 vervroegd zijn ingestroomd om nog voor de basisbeurs in aanmerking te komen leiden nu tot extra uitstroom en omzettingen.
OCW is voornemens in overleg met het Ministerie van Financiën een verkenning te starten naar de systematiek rondom de referentie- en studiefinancieringsraming, om onrust in de begrotingscyclus te beperken.
Onderstaande tabel geeft het budgettaire effect per sector weer.
Artikelnr. | Omschrijving | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 |
---|---|---|---|---|---|---|---|
1 | Primair onderwijs | 7,7 | 7,8 | 11,5 | 16,1 | 2,3 | – 17,5 |
3 | Voortgezet onderwijs | 7,2 | 4,0 | 7,5 | 16,7 | 29,9 | 42,5 |
4 | Beroepsonderwijs en volwasseneneducatie | 0,0 | 27,9 | 3,7 | – 12,4 | – 27,4 | – 42,2 |
6 | Hoger beroepsonderwijs | 33,6 | 23,8 | 24,5 | 35,3 | 51,4 | 67,7 |
7 | Wetenschappelijk onderwijs | 58,0 | 72,0 | 78,7 | 86,5 | 96,8 | 107,0 |
11,12,13 | Studiefinanciering, WTOS en lesgelden | 84,9 | 76,7 | 36,2 | 46,8 | 59,2 | 60,4 |
Totaal leerlingen- en studentenontwikkeling | 191,3 | 212,2 | 162,0 | 189,0 | 212,1 | 217,9 |
2. Loon- en prijsbijstelling
De loon- en prijsbijstelling 2018 wordt aan de OCW-begroting toegevoegd. De loonbijstelling inclusief vergoeding voor de incidentele loonontwikkeling bedraagt € 698 miljoen in 2018, de prijsbijstelling is € 146 miljoen. Een deel hiervan wordt ingezet ter dekking van de tegenvaller op de ramingen. Het gaat om de loon- en prijsbijstelling op de financiële instrumenten subsidies en opdrachten op alle artikelen, en de overige loon- en prijsbijstelling op artikel 16 Onderzoek en wetenschapsbeleid (uitgezonderd het apparaat van NWO, KNAW en KB).
Onderstaande tabel geeft de verdeling van de loon- en prijsbijstelling over de begroting weer.
Art. | Omschrijving | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 |
---|---|---|---|---|---|---|---|
1 | Primair onderwijs | 241.561 | 237.928 | 236.323 | 234.801 | 233.508 | 232.627 |
3 | Voortgezet onderwijs | 184.724 | 181.964 | 179.604 | 177.618 | 176.336 | 175.437 |
4 | Beroepsonderwijs en volwasseneneducatie | 80.988 | 80.354 | 80.106 | 79.274 | 78.396 | 77.333 |
6 | Hoger beroepsonderwijs | 60.975 | 61.496 | 61.740 | 63.262 | 63.971 | 63.741 |
7 | Wetenschappelijk onderwijs | 82.412 | 82.966 | 83.773 | 85.350 | 86.599 | 87.325 |
8 | Internationaal beleid | 137 | 134 | 134 | 133 | 133 | 133 |
9 | Arbeidsmarkt- en personeelsbeleid | 868 | 858 | 903 | 826 | 837 | 808 |
11 | Studiefinanciering | 1.499 | 1.441 | 1.449 | 1.460 | 1.471 | 1.482 |
12 | Tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten | 222 | 222 | 222 | 222 | 222 | 221 |
13 | Lesgelden | 93 | 93 | 93 | 93 | 93 | 93 |
14 | Cultuur | 10.547 | 10.754 | 10.729 | 10.685 | 10.685 | 10.685 |
16 | Onderzoek en wetenschapsbeleid | 2.010 | 2.010 | 2.010 | 2.010 | 2.010 | 2.010 |
25 | Emancipatie | 239 | 239 | 239 | 239 | 239 | 239 |
91 | Inzet voor problematiek | 26.293 | 29.459 | 28.494 | 29.400 | 29.621 | 30.510 |
95 | Apparaatsuitgaven | 5.038 | 4.974 | 5.099 | 5.111 | 5.119 | 5.119 |
Totaal | 697.606 | 694.892 | 690.918 | 690.484 | 689.240 | 687.763 |
Art. | Omschrijving | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 |
---|---|---|---|---|---|---|---|
1 | Primair onderwijs | 21.053 | 20.979 | 20.834 | 20.665 | 20.533 | 20.451 |
3 | Voortgezet onderwijs | 20.069 | 19.515 | 19.107 | 18.757 | 18.698 | 18.603 |
4 | Beroepsonderwijs en volwasseneneducatie | 18.374 | 18.221 | 18.167 | 17.980 | 17.781 | 17.544 |
6 | Hoger beroepsonderwijs | 12.391 | 12.499 | 12.550 | 12.853 | 12.996 | 12.950 |
7 | Wetenschappelijk onderwijs | 23.350 | 23.499 | 23.727 | 24.197 | 24.595 | 24.824 |
8 | Internationaal beleid | 76 | 75 | 76 | 77 | 77 | 77 |
9 | Arbeidsmarkt- en personeelsbeleid | 68 | 69 | 70 | 67 | 68 | 67 |
11 | Studiefinanciering | 21.133 | 21.405 | 21.747 | 22.083 | 22.318 | 22.544 |
12 | Tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten | 1.311 | 1.308 | 1.285 | 1.271 | 1.256 | 1.222 |
13 | Lesgelden | 41 | 40 | 40 | 40 | 40 | 40 |
14 | Cultuur | 6.137 | 7.591 | 7.595 | 7.571 | 7.571 | 7.571 |
15 | Media | 10.461 | 8.742 | 9.021 | 7.009 | 6.989 | 7.059 |
25 | Emancipatie | 34 | 34 | 34 | 33 | 34 | 34 |
91 | Inzet voor problematiek | 8.816 | 9.471 | 9.299 | 9.508 | 9.523 | 9.707 |
95 | Apparaatsuitgaven | 2.624 | 4.509 | 4.297 | 6.434 | 6.557 | 6.561 |
Totaal | 145.938 | 147.957 | 147.849 | 148.545 | 149.036 | 149.254 |
3. Eindejaarsmarge
De eindejaarsmarge is het deel van de OCW-begroting 2017 dat per saldo niet tot besteding is gekomen en bedraagt € 96 miljoen (0,3% van de begroting). Dit bedrag wordt in 2018 weer toegevoegd aan de begroting. Hiervan wordt € 60 miljoen ingezet voor uitgaven die in 2017 waren gepland maar pas in 2018 tot betaling komen. Het resterende bedrag van € 36 miljoen wordt ingezet ter dekking van de tegenvaller op de ramingen.
4. Regeerakkoordmiddelen
Een deel van de extra middelen uit het regeerakkoord was al overgeheveld naar de begroting van OCW; in vier nota’s van wijziging op de begroting 2018 en één incidentele suppletoire begroting 2018. In deze eerste suppletoire begroting wordt een groot deel van de resterende middelen van de aanvullende post aan de OCW-begroting toegevoegd. Onderstaande tabel geeft een overzicht van deze reeksen.
Artikelnr. | Omschrijving | Artikelnr. | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
G33 | Kleine scholen | 1 | 10,0 | 20,0 | 20,0 | 20,0 | 20,0 | 20,0 |
G35 | Kwaliteit technisch onderwijs vmbo | 3, 95 | 40,0 | 70,0 | 120,0 | 120,0 | 100,0 | 100,0 |
G36 | Fundamenteel onderzoek | 16 | 95,0 | 155,0 | 200,0 | 200,0 | 200,0 | 200,0 |
G37 | Toegepast onderzoek innovatie | 6, 16 | 25,0 | 38,0 | 50,0 | 50,0 | 50,0 | 50,0 |
G38 | Onderzoeksinfrastructuur | 16 | 45,0 | 55,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 |
G40 | Cultuur | 14 | 15,0 | 15,0 | 15,0 | 15,0 | 15,0 | 15,0 |
G41 | Nederlandse scholen in het buitenland | 1 | 3,0 | 3,0 | 3,0 | 3,0 | 3,0 | 3,0 |
G42 | Media/onderzoeksjournalistiek | 15, 95 | 5,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 |
G43 | Intensivering erfgoed en monumenten | 14, 95 | 98,5 | 77,0 | 60,0 | 25,0 | 0,0 | 0,0 |
G44 | Aanpak laaggeletterdheid | 4 | 5,0 | 5,0 | 5,0 | 5,0 | 5,0 | 5,0 |
G45 | Onderwijsachterstandenbeleid/hoogbegaafde kinderen | 1, 3 | 15,0 | 30,0 | 30,0 | 30,0 | 30,0 | 30,0 |
G48 | Terugdraaien taakstelling Groen onderwijs | 3, 4, 6, 7 | 0,0 | 9,0 | 13,0 | 14,0 | 13,0 | 12,0 |
Totaal | 356,5 | 477,0 | 516,0 | 482,0 | 436,0 | 435,0 |
G33 Kleine scholen
De middelen worden toegevoegd aan de kleine scholentoeslag. Dit is een bestaand instrument dat onderdeel is van de lumpsum. Met deze intensivering wordt ingezet op een pluriform scholenaanbod en thuisnabij onderwijs. Zie kamerstuk 31 293, nr. 388.
G35 Kwaliteit technisch onderwijs vmbo
Met deze middelen wordt ingezet op een dekkend aanbod en versterking van de kwaliteit van het techniekonderwijs op het vmbo.
G36 Fundamenteel onderzoek
De middelen worden ingezet voor vernieuwend en maatschappelijk relevant onderzoek via de Nationale Wetenschapsagenda en voor het versterken van de basis. Dit laatste gebeurt door in te zetten op digitale infrastructuur, de vernieuwingsimpuls en sectorplannen. Zie Kamerstuk 29 338 nr. 158.
G37 Toegepast onderzoek innovatie
Met deze middelen wordt ingezet op vernieuwend en maatschappelijk relevant toegepast onderzoek via de Nationale Wetenschapsagenda en op het versterken van praktijkgericht onderzoek. Zie Kamerstuk 29 338 nr. 158.
G38 Onderzoeksinfrastructuur
Er wordt ingezet op het realiseren van een aantal voorstellen in het kader van de call Nationale roadmap, digitale infrastructuur (supercomputer) en faciliteiten van wereldformaat. Zie Kamerstuk 29 338 nr. 158.
G40 Cultuur
Er wordt een tranche van € 15 miljoen voor Cultuur overgeheveld van de aanvullende post naar de begroting van OCW, waarmee talentontwikkeling, de basisinfrastructuur, internationalisering, volkscultuur, muziekonderwijs en een bezoek aan het Rijksmuseum of een ander museum door schoolkinderen worden gestimuleerd. Zie Kamerstuk 32 820, nr. 221.
G41 Nederlandse scholen in het buitenland
De middelen worden toegevoegd aan de bestaande subsidie voor Nederlandse leerlingen op Nederlandse scholen in het buitenland.
G42 Media/onderzoeksjournalistiek
Het budget van € 5 miljoen voor onderzoeksjournalistiek wordt in 2018 ingezet om journalistieke projecten en samenwerkingsverbanden te steunen en middels een pilot onderzoeksjournalistiek beter in opleidingen te borgen.
G43 Intensivering erfgoed en monumenten
Van de incidentele reeks voor erfgoed en monumenten wordt het grootste deel overgeheveld naar de begroting van OCW. Er zijn aan deze middelen een verscheidenheid aan thema’s gekoppeld, zoals restauraties, herbestemming, verduurzaming, archeologie, religieus erfgoed en digitalisering.
G44 Aanpak laaggeletterdheid
Om de aanpak van laaggeletterdheid op korte termijn te versterken, is in het regeerakkoord afgesproken om het structurele budget voor de aanpak van laaggeletterdheid met € 5 miljoen per jaar te verhogen. Dit budget zal onder andere worden ingezet voor de veel gebruikte subsidieregeling voor taalscholingstrajecten voor laaggeletterden. Zie Kamerstuk 28 760 nr. 70.
G45 Onderwijsachterstandenbeleid/hoogbegaafde kinderen
Het budget voor het onderwijsachterstandenbeleid en hoogbegaafde kinderen wordt verhoogd met € 15 miljoen in 2018 en met € 30 miljoen structureel vanaf 2019. Hiermee wordt op scholen de kwaliteit van het aanbod voor leerlingen met een risico op een onderwijsachterstand en hoogbegaafde kinderen verbeterd.
G48 Terugdraaien taakstelling groen onderwijs
Met dit budget worden tekorten die bestonden op de begroting van groen onderwijs bij EZK gedekt. De middelen worden over de verschillende onderwijsartikelen bij OCW verdeeld. Zie Kamerstuk 34 284 nr. 11.
5. Dekking tegenvaller
De tegenvaller op de ramingen wordt in 2018 gedekt door:
-
– inzet van loon- en prijsbijstelling (zie toelichting mutatie 2),
-
– inzet eindejaarsmarge (zie toelichting mutatie 3),
-
– diverse meevallers, verwachte onderuitputting en ramingsbijstellingen:
-
• er zijn wisselkoersmeevallers bij de contributie aan CERN (€ 5 miljoen) en bij de uitgaven voor Caribisch Nederland (€ 1,8 miljoen),
-
• op basis van de realisaties van de afgelopen jaren wordt de ontvangstenraming op artikel 9 Arbeidsmarkt en personeelsbeleid met € 3 miljoen verhoogd,
-
• op de lerarenbeurs op artikel 9 Arbeidsmarkt en personeelsbeleid wordt onderuitputting van € 10 miljoen verwacht en op artikel 1 primair onderwijs € 3 miljoen.
-
-
– verlaging subsidies:
Artikelnr. | Omschrijving | 2018 |
---|---|---|
1 | Primair onderwijs | 13,3 |
3 | Voortgezet onderwijs | 5,6 |
4 | Beroepsonderwijs en volwasseneneducatie | 14,3 |
6 | Hoger beroepsonderwijs | 0,6 |
7 | Wetenschappelijk onderwijs | 0,5 |
Totaal verlaging subsidies | 34,3 |
Primair onderwijs:
-
• hoogbegaafde leerlingen: de regeling voor hoogbegaafdheid is nog in voorbereiding en zal in 2019 ingaan waardoor het budget 2018 van € 8,3 miljoen kan worden ingezet ter dekking van de tegenvaller,
-
• teambeurs po: het budget voor 2018 wordt verlaagd met € 3 miljoen op basis van de verwachte aanvragen,
-
• regeling snel internet po: uit de ingediende aanvragen blijkt dat het budget voor 2018 met € 1,5 miljoen naar beneden kan worden bijgesteld,
-
• effectieve interventies: in 2018 wordt € 0,5 miljoen minder ingezet. Dit betreft het onderdeel onderzoek naar interventies bij onderwijsachterstanden (via NRO) omdat de openstelling in september 2018 start en de toekenning voor onderzoek pas in 2019 plaatsvindt.
Voortgezet onderwijs:
-
• doorstroomregeling po-vo: voor deze regeling in het kader van de kansengelijkheid bedraagt het subsidieplafond € 9 miljoen in 2018. Het additionele budget 2018 van € 5 miljoen wordt ingezet ter dekking van de tegenvaller,
-
• lente en zomerscholen vo: uit de ingediende aanvragen blijkt dat het budget voor 2018 naar beneden kan worden bijgesteld met € 0,6 miljoen; alle aanvragen die aan de voorwaarden voldeden, zijn gehonoreerd.
Middelbaar beroepsonderwijs:
-
• regionaal investeringsfonds: een bedrag van € 7,3 miljoen dat niet tot besteding is gekomen in 2017 en in de eerste aanvraagperiode van 2018 wordt ingezet ter dekking van de tegenvaller,
-
• regeling praktijkleren: uit latere jaren is met een kasschuif € 12 miljoen naar 2018 geschoven. Hiervan wordt nu € 7 miljoen ingezet ter dekking van de tegenvaller; € 5 miljoen wordt toegevoegd aan het in 2018 beschikbare bedrag voor de regeling.
Hoger onderwijs:
-
• onverplicht ho: op het subsidiebudget voor het hoger onderwijs is € 1,1 miljoen nog niet juridisch verplicht en wordt niet in subsidies ter beschikking gesteld.
6. Kasschuiven
Op de begroting worden diverse meerjarige kasschuiven doorgevoerd, om de budgetten in overeenstemming te brengen met het verwachte bestedingsritme.
7. Niet kaderrelevante mutaties
De niet kaderrelevante mutaties hebben betrekking op de studiefinanciering. Er zijn verschillende bewegingen, maar met name de hogere omzettingen van prestatiebeurzen naar gift (zie mutatie 1) leiden tot minder leningen en dus een meevaller op de niet relevante uitgaven. Ook de niet relevante ontvangsten zijn naar beneden bijgesteld op basis van de nieuwste realisatiecijfers.
8. Rente studiefinanciering
Door de lage rentestand is er een tegenvaller op de ontvangen rente op studieleningen. Deze komt conform de begrotingsregels ten laste van het generale beeld.
9. Reclameontvangsten
De voor 2018 geraamde reclameontvangsten bij de STER worden met € 28 miljoen verlaagd, zoals aangekondigd in de brief over de mediabegroting 2018. Eenzelfde bedrag wordt onttrokken aan de Mediareserve, zodat het budget voor media in 2018 nog ongewijzigd blijft. De structurele verlaging van de raming van de reclameontvangsten wordt in de begroting 2019 verwerkt.
10. Overige mutaties
Dit is een saldopost van kleinere en technische mutaties.