Base description which applies to whole site

4.2. Decentralisatie-uitkeringen

De verdeling van de decentralisatie-uitkering volgt evenmin als de integratie-uitkering de regels van de verdeling van de algemene uitkering van het provinciefonds. Anders dan bij de integratie-uitkering, waar de termijn van overheveling naar de algemene uitkering van tevoren vaststaat, ontbreekt bij de decentralisatie-uitkering een dergelijke termijn. Dat maakt de uitkering geschikt voor de overheveling van specifieke uitkeringen, ook als die termijn nog niet bekend is. Ook maakt het de uitkering geschikt voor middelen die slechts tijdelijk beschikbaar zijn. In tabel 4.2.1. is een overzicht opgenomen van de decentralisatie-uitkeringen.

Tabel 4.2.1. Overzicht decentralisatie-uitkeringen provinciefonds (x € 1.000)
 

2017

2018

2019

2020

2021

2022

Ontwerpbegroting 2017:

           

Besluit Risico Zware Ongevallen-inrichtingen

10.050

10.050

10.050

10.050

10.050

10.050

Bodemsanering

38.150

35.830

35.997

35.925

   

Brede Doeluitkering Verkeer en vervoer

1.001.925

966.814

965.760

964.395

945.977

945.977

DU Ontwikkel/OEM variabel

406.438

         

Monumenten

20.000

20.000

20.000

20.000

20.000

20.000

Natuur

446.000

346.000

346.000

346.000

346.000

346.000

Programma Impuls Omgevingsveiligheid

14.286

         

Programma Rijke Waddenzee (Vismigratierivier Afsluitdijk)

1.240

1.653

       

Versnellingsagenda melkveehouderij Noord NL

60

60

60

     

Waddenfonds

28.878

28.878

28.878

28.878

28.878

28.878

Weidevogels

25

25

25

     

Zuiderzeelijn REP-middelen

20.062

15.213

15.213

15.213

   
             

Stand ontwerpbegroting 2017

1.987.114

1.424.523

1.421.983

1.420.461

1.350.905

1.350.905

             

1e suppletoire begroting 2017:

           

Wijziging betalingsverloop decentralisatie-uitkeringen 2016

– 1

         

Programma Rijke Waddenzee (Vismigratie Afsluitdijk)

2.893

         

Verduurzaming ketens Energie-Chemie Eemsdelta

35

35

       

BDU Verkeer en vervoer Maaslijn Electrificatie

– 1.483

– 1.255

– 1.255

– 1.255

   

Hydrologische Maatregelen

5.900

         

MKB Innovatiestimulering Topsectoren (MIT)

1.515

         

Meerjarenprogramma Eems-Dollard

248

         

MIRT-project IJsseldelta Fase 2

5.890

1.528

       

Beter benutten

44.594

         

Erfgoed en ruimte

562

         

Ontwikkelingsbedrijf NOM

2.000

         

Monumenten (Eusebius)

4.000

         

Interreg V Projectstimuleringsregeling

24

         

Innovatie Landbouw Veenkoloniën

5

         

Natuur

9.500

         
             

Stand 1e suppletoire begroting 2017

2.062.796

1.424.831

1.420.728

1.419.206

1.350.905

1.350.905

             

Nog niet eerder opgenomen in een begroting:

           

Besluit Risico Zware Ongevallen-inrichtingen (nieuw verdeelmodel)

– 10.050

– 10.050

– 10.050

– 10.050

– 10.050

– 10.050

Brede Doeluitkering Verkeer en vervoer (nieuw verdeelmodel)

– 919.943

– 924.852

– 924.797

– 923.428

– 923.399

– 923.399

DU Ontwikkel/OEM variabel (nieuw verdeelmodel)

– 406.438

         

Natuur (nieuw verdeelmodel)

– 455.500

– 346.000

– 346.000

– 346.000

– 346.000

– 346.000

Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport (MIRT-projecten)

12.028

17

       

Zoetwatermaatregelen

9.373

9.605

12.284

     

Groei op het spoor

717

         

Monumenten (Restauratie Domtoren)

4.000

         

Innovatie landbouw Veenkoloniën

65

         

Regionale verkenning Utrecht

29

         

RSP Zuiderzeelijn

105.104

         

Vierkant voor Werk

3.500

         

Erfgoed en Ruimte

165

         

Programma Impuls Omgevingsveiligheid 2015–2018

 

14.507

       
             

Stand ontwerpbegroting 2018

405.846

168.058

152.165

139.728

71.456

71.456

In artikel 13, lid 5, van de Financiële-verhoudingswet wordt bepaald dat jaarlijks, in overleg met de ministers die het aangaat, wordt bezien of een decentralisatie-uitkering kan worden gewijzigd in een integratie-uitkering of een algemene uitkering. In de volgende alinea’s wordt hiervan verslag gedaan.

In het licht van het traject dat de fondsbeheerders gestart zijn om het uitkeringsstelsel te vereenvoudigen (zie de toelichting bij de integratie-uitkeringen in paragraaf 3.5), zullen geen nieuwe integratie-uitkeringen meer worden gecreëerd. Voor de decentralisatie-uitkeringen betekent dit dat alleen een mogelijke omzetting naar de algemene uitkering aan de orde kan zijn.

In tabel 4.2.1. zien we dat de meeste bij ontwerpbegroting 2017 en 1e suppletoire begroting 2017 opgenomen decentralisatie-uitkeringen niet structureel zijn. Van omzetting naar de algemene uitkering is voor die decentralisatie-uitkeringen dan ook vooralsnog geen sprake. Voor de decentralisatie-uitkeringen «Monumenten» en «Waddenfonds» geldt dat deze niet aan alle provincies worden uitgekeerd en/of nu nog niet kunnen worden verdeeld via de maatstaven van de algemene uitkering.

Vanaf 2017 is het nieuwe verdeelmodel voor het provinciefonds van kracht (zie in paragraaf 4.1 de toelichting op de nieuwe mutaties). Een belangrijk gevolg van deze herziening is dat de decentralisatie-uitkeringen Verkeer en Vervoer (met uitzondering van het projectdeel), Natuur, Besluit Risico Zware Ongevallen-inrichtingen en de Ontwikkel/OEM (Overige Eigen Middelen) variabel onderdeel zijn geworden van de algemene uitkering.

Licence