Zorg kan niet meer zonder goede en veilige informatie (-uitwisseling) en ondersteunende ICT. Het is aan de overheid om voorwaarden te stellen aan een juiste balans tussen kwalitatief betere zorg door informatie te delen en slimme, technologische vernieuwing aan de ene kant en zeggenschap over gegevens, beveiliging en privacy aan de andere kant.
Innovatie en het stimuleren van de inzet van e-health zijn een belangrijk onderdeel van de hoofdlijnenakkoorden die zijn gesloten met de medisch-specialistische zorg en met de geestelijke gezondheidszorg.
E-health helpt mensen makkelijker de regie te voeren over hun leven en gezondheid. Zorg is niet meer per se gebonden aan tijd of plaats, maar kan in de eigen omgeving worden georganiseerd. Patiënten met chronische aandoeningen kunnen met behulp van slimme technologie, zoals beeldschermzorg en domotica, blijven werken en meedoen. En mensen met geestelijke gezondheidsproblemen kunnen soms sneller online worden geholpen door een professional, zodat ze weer verder kunnen met het dagelijks leven. In de verpleeghuiszorg kan e-health eveneens de kwaliteit van leven van mensen verbeteren.
Hoewel face to face contact altijd blijft bestaan, kunnen zorgverleners online vaker contact met patiënten hebben. Dankzij innovatie hebben zorgverleners meer tijd over om patiënten en cliënten aandacht te geven, terwijl de zorg betaalbaar blijft.
De bedoeling is dat in 2020 alle Nederlanders digitaal toegang hebben tot hun eigen medische gegevens. Het programma Medmij zorgt ervoor dat iedereen die dat wil, op een veilige en vertrouwde manier kan beschikken over zijn gezondheidsgegevens. Daarnaast is voor de jaren 2017–2019 in totaal 100 miljoen euro vrijgemaakt voor het Versnellingsprogramma Informatie-uitwisseling Patiënt & Professional (VIPP). Daarmee stimuleren we ziekenhuizen, revalidatiecentra en andere zorginstellingen de patiënt toegang te geven tot de eigen medische gegevens.
Ook met de geestelijke gezondheidszorg is afgesproken te investeren in betere voorziening en uitwisseling van informatie, zowel tussen zorgverleners en hun patiënten als tussen zorgverleners onderling. Om patiënten in de geestelijke gezondheidszorg gemakkelijk inzicht te geven in hun gegevens, is voor 2018 een bedrag van 25 miljoen euro beschikbaar.
Met de digitalisering verandert ook de criminaliteit. Cybercrime is een reële dreiging voor verschillende sectoren, waaronder de zorg. Om de gegevens en systemen in de zorg beter te beveiligen is er sinds 1 april 2017 een Computer Emergency Response Team voor de zorg (Z-CERT) actief dat helpt bij ICT-incidenten in de zorg. De Z-CERT kan bij cyberincidenten snel in actie komen en deelt kennis om de impact van incidenten, zoals diefstal en gijzeling van patiënt- en personeelsgegevens en verstoring van ICT-systemen, te beperken. VWS ondersteunt dit met een startsubsidie.
Tevens hebben wij in juni 2017 het Actieplan (informatie-) beveiliging patiëntgegevens naar de Kamer gestuurd. Het voornaamste doel is om tot een verbetering van de informatiebeveiliging en privacybescherming te komen. Daarnaast voorziet VWS zorginstellingen van informatie om zich voor te bereiden op de invoering van de Europese Algemene Verordening Gegevensbescherming in 2018 (de AVG vervangt de Wet bescherming persoonsgegevens). De AVG zorgt ervoor dat de bescherming van persoonsgegevens in Europa zoveel mogelijk gelijk is en dat er voldoende waarborgen zijn, zodat burgers nog beter kunnen vertrouwen op beschermde verwerking van hun persoonsgegevens.
Wij onderzoeken op dit moment wat verder nodig is op het terrein van cybersecurity in de zorg om aan deze toenemende dreiging het hoofd te bieden. Het heeft komend jaar prioriteit om samen met de sector de systeem- en gegevensbeveiliging naar een hoger niveau te tillen.