2.1 Inleiding
Het CIBG vertaalt, samen met ketenpartners, beleid in tastbare en toegankelijke uitvoering voor burgers, professionals en organisaties op het gebeid van registers, data en informatie. Als agentschap van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport richt het CIBG zich primair op het VWS beleidsterrein. We dragen zorg voor een integrale dienstverlening, gericht op wat de samenleving nodig heeft. De focus hierbij ligt op transparantie en betrouwbaarheid, het bewust omgaan met kapitaal, kosten en kwaliteit. We investeren met onze partners in de keten in samenwerking en kennisdeling.
Het CIBG heeft een breed takenpakket zoals het BIG-register, het Donorregister, Registerleraar en het UZI-register. Meer informatie over de organisatie en taken van het CIBG is te vinden op: www.cibg.nl.
2.2 Begroting
2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Stand Slotwet | Vastgestelde begroting | ||||||
Baten | |||||||
Omzet moederdepartement | 31.978 | 18.996 | 37.344 | 38.091 | 38.853 | 39.630 | 40.423 |
Omzet overige departementen | 3.839 | 3.118 | 8.380 | 8.548 | 8.719 | 8.893 | 9.071 |
Omzet derden | 22.753 | 24.479 | 27.947 | 28.506 | 29.076 | 29.658 | 30.251 |
Rentebaten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Vrijval voorzieningen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Bijzondere baten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Totaal baten | 58.570 | 46.593 | 73.671 | 75.145 | 76.648 | 78.181 | 79.745 |
Lasten | |||||||
Apparaatskosten | 62.685 | 41.425 | 67.103 | 68.446 | 69.815 | 71.211 | 72.636 |
– Personele kosten | 26.680 | 19.270 | 31.568 | 32.200 | 32.844 | 33.500 | 34.170 |
waarvan eigen personeel | 18.496 | 15.844 | 23.416 | 23.885 | 24.363 | 24.849 | 25.346 |
waarvan externe inhuur | 5.465 | 1.951 | 6.236 | 6.361 | 6.488 | 6.618 | 6.750 |
waarvan overige pers kosten | 2.719 | 1.475 | 1.916 | 1.954 | 1.993 | 2.033 | 2.074 |
– Materiële kosten | 36.005 | 22.155 | 35.535 | 36.246 | 36.971 | 37.711 | 38.466 |
waarvan apparaat ICT | 4.926 | 7.089 | 3.824 | 3.900 | 3.978 | 4.058 | 4.139 |
waarvan bijdrage aan SSO’s | 8.611 | 9.580 | 9.155 | 9.338 | 9.525 | 9.716 | 9.910 |
waarvan overige mat kosten | 22.468 | 5.486 | 22.556 | 23.008 | 23.468 | 23.937 | 24.417 |
Rentelasten | 1 | 0 | 1 | 1 | 1 | 1 | 1 |
Afschrijvingskosten | 3.096 | 5.168 | 6.567 | 6.698 | 6.832 | 6.969 | 7.108 |
– Materieel | 9 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
waarvan apparaat ICT | 8 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
– Immaterieel | 3.087 | 5.168 | 6.567 | 6.698 | 6.832 | 6.969 | 7.108 |
Overige lasten | 8.319 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
– Dotaties voorzieningen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
– Bijzondere lasten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Totaal lasten | 74.101 | 46.593 | 73.671 | 75.145 | 76.648 | 78.181 | 79.745 |
Saldo van baten en lasten | – 15.531 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
De begroting 2019 is aanzienlijk hoger dan de in september 2017 vastgestelde begroting 2018. Belangrijkste oorzaak voor deze stijging zijn de gestegen ICT-kosten. Deze kosten bestaan zowel uit personele als materiële kosten. In het kader van het ingezette verandertraject bij het CIBG zijn in de begroting 2019 zijn ook de kosten voor projecten meegenomen, waardoor een realistischer beeld ontstaat. Deze projecten bestaan uit opdrachten op de reguliere producten en diensten, die door opdrachtgevers worden gefinancierd. In het verleden werden alleen de reguliere producten en diensten gebudgetteerd. Bovendien nemen de personele kosten toe als gevolg van CAO-aanpassingen en de materiële kosten als gevolg van overige indexaties. Het CIBG is eind 2017 een verandertraject gestart dat ook heeft geleid tot nieuwe (financiële) afspraken met opdrachtgevers voor 2018 en daarna. De uiteindelijke gevolgen voor de begroting zullen zichtbaar worden in de tweede suppletoire begrotingswet. Als gevolg van deze herijkte begroting zijn de bijdragen van opdrachtgevers aangepast. De herijkte begroting is afgestemd met opdrachtgevers en eigenaar.
Eind 2017 heeft op grond van de Regeling Agentschappen een correctie plaatsgevonden van de voorgefinancierde investeringsbijdragen van opdrachtgevers naar het eigen vermogen. Financiering van investeringen zal voortaan via de leenfaciliteit bij het Ministerie van Financiën plaatsvinden. De afschrijvingskosten van de investeringen gefinancierd uit de eerdere investeringsbijdragen (circa € 2 tot 3 miljoen per jaar van 2018–2022) worden door de eigenaar gedekt.
Toelichting
Baten
De omzet moederdepartement bestaat uit de omzet op basis van opdrachten vanuit de beleidsdirecties van VWS, zoals Vakbekwaamheidsverklaring, Donorregister, TZI, SBVZ en WNT. Daarnaast is er bij het CIBG ook sprake van omzet op basis van opdrachten van andere departementen, zoals OCW-registers en Register Diergeneeskundigen. Tevens is er omzet afkomstig van derden (burgers en bedrijven). Deze hangt samen met het verrichten van verschillende (wettelijke) registratieactiviteiten, het verstrekken van UZI-passen en -certificaten, het verlenen van vergunningen en ontheffingen tegen door het departement vastgestelde tarieven alsmede met de verkoop van medicinale cannabis.
Als gevolg van de hernieuwde (financiële) afspraken zijn de bijdragen van de opdrachtgevers van het CIBG aangepast. Hierdoor is het CIBG in staat om kostendekkend te werken.
Lasten
De lasten bewegen mee met de omvang van het verwachte takenpakket.
Omzet 2019 | |
---|---|
MEVA | 11.171 |
Informatiebeleid CIO | 2.566 |
EST | 295 |
GMT | 7.639 |
PG | 1.551 |
PZO | 5.652 |
DJ | 1.317 |
IGJ | 1.952 |
Diverse projecten | 2.249 |
Subtotaal VWS | 34.392 |
OCW | 5.567 |
LNV | 1.319 |
BZK | 1.494 |
Subtotaal overige departementen | 8.380 |
BIG-(her)registratie | 5.102 |
Vakbekwaamheid | 255 |
UZI-register | 8.715 |
Vergunningen | 1.662 |
Medische hulpmiddelen | 385 |
Opiaten | 662 |
BMC | 11.166 |
Subtotaal Derden | 27.947 |
Overig Voorgefinancierde afschrijvingskosten | 2.952 |
Totaal | 73.671 |
In de meerjarenraming 2020–2023 is rekening gehouden met een indexatie van 2% voor loon- en prijsontwikkelingen.
2.3 Kasstroomoverzicht
Omschrijving | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Stand Slotwet | Vastgestelde begroting | |||||||
1. | Rekening courant RHB 1 januari + depositorekeningen | 9.986 | 5.290 | 591 | 591 | 591 | 591 | 591 |
+/+ totaal ontvangsten operationele kasstroom | 59.521 | 47.000 | 73.671 | 75.145 | 76.648 | 78.181 | 79.745 | |
–/– totaal uitgaven operationele kasstroom | 64.661 | 45.000 | 67.104 | 68.447 | 69.816 | 71.212 | 72.637 | |
2. | Totaal operationele kasstroom | – 5.140 | 2.000 | 6.567 | 6.698 | 6.832 | 6.969 | 7.108 |
–/– totaal investeringen | 8.240 | 3.000 | 6.567 | 6.698 | 6.832 | 6.969 | 7.108 | |
+/+ totaal boekwaarde desinvesteringen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
3. | Totaal investeringskasstroom | – 8.240 | – 3.000 | – 6.567 | – 6.698 | – 6.832 | – 6.969 | – 7.108 |
–/– eenmalige uitkering aan moederdepartement | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
+/+ eenmalige storting door moederdepartement | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
–/– aflossingen op leningen | 1.467 | 2.000 | 6.567 | 6.698 | 6.832 | 6.969 | 7.108 | |
+/+ beroep op leenfaciliteit | 4.000 | 3.000 | 6.567 | 6.698 | 6.832 | 6.969 | 7.108 | |
4. | Totaal financieringskasstroom | 2.533 | 1.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
5. | Rekening-courant RHB 31 december + stand depositorekeningen (=1+2+3+4), de maximale roodstand is € 0,5 mln. | – 861 | 5.290 | 591 | 591 | 591 | 591 | 591 |
Toelichting
In 2017 werd voorzien dat de ultimo stand 2017 en 2018 op € 5,3 miljoen zou uitkomen. Vanwege hogere kosten (en uitgaven) bedroeg het saldo van de rekening-courant eind 2017 uiteindelijk € 861.000 negatief en dit is hoger dan wat de Regeling agentschappen toestaat (een maximum roodstand van € 500.000 is toegestaan). Ten opzichte van de vastgestelde begroting 2018 zal ook de rekening courant stand per ultimo 2018 lager uitvallen dan het vermelde bedrag van € 5,3 miljoen, De verwachting is dat het saldo aan liquide middelen eind 2018 licht positief is en dat dit de jaren erna zo blijft.
Bij het begroten van het saldo aan liquide middelen voor 2019 is rekening gehouden met de hogere gerealiseerde lasten uit 2017. Dit verklaart het aanzienlijke verschil tussen het verwachte saldo van de rekening courant op 1 januari 2019 (€ 591.000) en het saldo per 31 december 2018 van de vastgestelde begroting (€ 5.290.000).
De totale investeringen hebben vrijwel geheel betrekking op ICT en behoren tot de immateriële vaste activa. Er wordt uitgegaan van een afschrijvingstermijn van vijf jaar. Voor de financiering van deze activa wordt gebruik gemaakt van de leenfaciliteit van het Ministerie van Financiën, waarbij is uitgegaan van een aflossingstermijn van vijf jaar (conform afschrijvingstermijn).
2.4 Doelmatigheidsindicatoren
2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Stand Slotwet | Vastgestelde begroting | ||||||
Omschrijving generiek deel | |||||||
1. Kostprijzen per product (groep) | |||||||
– Besch. BIG-(her)registratie | 248 | 125 | 125 | 125 | 125 | 125 | 125 |
– Vakbekwaamheidsverklaring | 6.186 | 5.591 | 6.011 | 6.011 | 6.011 | 6.011 | 6.011 |
– Vergunning Farmatec | 1.914 | 2.824 | 2.764 | 2.764 | 2.764 | 2.764 | 2.764 |
– UZI-pas/certificaat | 332 | 286 | 312 | 312 | 312 | 312 | 312 |
– Wilsbeschikking Donorregister | 13 | 12 | 18 | 18 | 18 | 18 | 18 |
2. Omzet p prodgroep (x 1.000) | |||||||
– BIG-register + herregistratie | 3.692 | 8.500 | 10.048 | 10.048 | 10.048 | 10.048 | 10.048 |
– Vakbekwaamheid | 3.054 | 3.075 | 3.907 | 3.907 | 3.907 | 3.907 | 3.907 |
– Farmatec | 1.669 | 1.271 | 2.073 | 2.073 | 2.073 | 2.073 | 2.073 |
– UZI-register | 8.582 | 9.005 | 9.831 | 9.831 | 9.831 | 9.831 | 9.831 |
– Donorregister | 2.365 | 2.440 | 3.638 | 3.638 | 3.638 | 3.638 | 3.638 |
3. Saldo baten en lasten (%) | – 27% | 0% | 0% | 0% | 0% | 0% | 0% |
4. Aantal fte totaal (excl. externe inhuur) | 281 | 272 | 294 | 294 | 294 | 294 | 294 |
Omschrijving specifiek deel | |||||||
1. productievolume | |||||||
– Besch. BIG-(her)registratie | 42.875 | 190.000 | 40.900 | 36.400 | 51.400 | 41.400 | 136.350 |
– Vakbekwaamheidverklaringen | 664 | 550 | 650 | 650 | 650 | 650 | 650 |
– Vergunningen Farmatec | 757 | 450 | 750 | 750 | 750 | 750 | 750 |
– UZI-pas/certificaat | 28.423 | 31.500 | 31.500 | 31.500 | 31.500 | 31.500 | 31.500 |
– Wilsbeschikkingen donorregister | 198.770 | 200.000 | 200.000 | 200.000 | 200.000 | 200.000 | 200.000 |
2. Aantal klachten / bezwaar en beroep | |||||||
– vakbekwaamheidverklaringen | 9 | 10 | 10 | 10 | 10 | 10 | 10 |
– wilsbeschikkingen donorregister | 7 | 5 | 5 | 5 | 5 | 5 | 5 |
3. Doorlooptijden (dagen) | |||||||
– wilsbeschikkingen donorregister | 7 | 16 | 16 | 16 | 16 | 16 | 16 |
Toelichting
Het overzicht doelmatigheidsindicatoren bevat een selectie van de belangrijkste producten uit het takenpakket van het CIBG die op basis van prijs maal hoeveelheid worden afgerekend.
Omzet per productgroep
Bij de BIG-herregistraties is de omzet niet gelijk aan het volume x kostprijs omdat de kostprijs is gebaseerd op een meerjarig gemiddelde en het volume per jaar sterk fluctueert. Daarom wordt de omzet ook op basis van het aantal ingeschrevenen in het register gespreid geboekt over 5 jaar.
Aantal fte totaal
Het totaal aantal fulltime-equivalenten werkzaam bij de baten-lastendienst per 31 december van het jaar, exclusief externe inhuur. Het aantal fte is licht toegenomen doordat er verambtelijking van externe inhuur heeft plaatsgevonden. De komende jaren worden, uitgaande van een gelijkblijvend producten- en dienstenpakket, geen grote wijzigingen verwacht in het aantal fte.
Saldo van baten en lasten
Het saldo van baten en lasten als percentage van de totale baten. Het CIBG is eind 2017 een verandertraject gestart dat ook heeft geleid tot nieuwe (financiële) afspraken met opdrachtgevers voor 2018 en daarna. De uiteindelijke gevolgen voor de begroting zullen zichtbaar worden in de tweede suppletoire wet. Als gevolg van deze herijkte begroting zijn de bijdragen van opdrachtgevers aangepast. De herijkte begroting is afgestemd met opdrachtgevers en eigenaar. Voor de komende jaren wordt verwacht dat het CIBG kostendekkend is
Aantallen per productgroep
Het verwachte outputvolume per jaar. Het wisselend volume van de BIG-(her-)registraties wordt voornamelijk veroorzaakt door de herregistraties die om de vijf jaar plaatsvinden. Voor de overige genoemde diensten blijft het productievolume nagenoeg gelijk. Aantal klachten/bezwaar en beroep
Aantal afgehandelde klachten en gegronde bezwaren. Verwacht wordt dat het aantal klachten c.q. bezwaar en beroepzaken de komende jaren gelijk blijft.
Doorlooptijden
De gemiddelde netto doorlooptijd in dagen. Verwacht wordt dat de doorlooptijd gelijk blijft.
Donorregistraties
De invloed van de politieke ontwikkelingen rondom de donorregistraties is nog zeer onzeker en niet meegenomen in bovenstaand overzicht. De gevolgen van invoering van de Actieve Donor Registratie (ADR) worden de komende periode nader uitgewerkt.