Base description which applies to whole site

2.3 Belangrijkste beleidsmatige mutaties

De onderstaande tabellen bevatten de belangrijkste mutaties voor respectievelijk de uitgaven en ontvangsten sinds de ontwerpbegroting 2019. Daarbij is onderscheid gemaakt tussen mutaties bij nota van wijziging, bij Voorjaarsnota 2019 en bij Miljoenennota 2020. De mutaties die groter zijn dan € 10 mln. worden toegelicht en, indien politiek relevant, worden ook kleinere mutaties toegelicht.

Tabel 2.3.1 Belangrijkste beleidsmatige uitgavenmutaties (Bedragen x € 1.000)
   

Beleidsartikel

2019

2020

2021

2022

2023

2024

 

Stand uitgaven ontwerpbegroting 2019

 

12.738.059

12.338.508

12.183.971

11.906.467

11.987.621

12.281.485

                 
 

Nota van wijziging

             

1.

B5 Regeerakkoord Politie

31

12.600

21.100

21.100

21.100

21.100

21.100

2.

B12 Ondermijningsbestrijdingsfonds

33

100.000

0

0

0

0

0

3.

B6 digitalisering werkprocessen strafrechtketen

33

30.300

0

0

0

0

0

4.

B7 Extra capaciteit strafrechtketen

92

10.000

15.000

20.000

20.000

20.000

20.000

                 
 

Voorjaarsnota 2019/ eerste suppletoire begroting 2019

             

5.

B5 Regeerakkoord Politie

31

37.200

60.900

60.900

60.900

60.900

60.900

6.

Rechtspraak

32

50.000

         

7.

Rechtsbijstand

32

– 19.743

– 19.432

– 14.546

2.026

25.832

25.863

8.

Terugdraaien restant taakstelling OM

33

11.300

17.300

17.300

17.300

12.300

11.300

9.

B6 digitalisering werkprocessen strafrechtketen

33, 92

39.600

24.900

24.900

24.000

0

0

10.

Prognosemodel justitiële ketens (PMJ)

34,37,91 en 92

48.970

93.329

80.159

0

0

0

11.

Ramingsbijstelling/ dekking problematiek JenV

33, 34 en 92

– 79.462

– 68.175

– 67.336

– 65.356

– 41.545

– 42.404

12.

Kasschuif DJI frictiekosten

34, 92

77.100

0

0

0

0

– 77.100

13.

Asiel: COA herijkingsreeks ODA oud en nieuw (non-Oda)

37

149.121

98.995

50.641

26.725

37.290

41.220

14.

Asiel: COA mutatie VJN (ODA)

37

– 22.937

56.976

41.024

14.855

– 997

– 8.723

15.

Asiel: COA non-Oda

37

– 40.082

47.758

69.940

84.178

64.680

56.057

16.

Asiel: IND basisfinanciering

37

41.466

65.638

65.321

65.355

65.640

65.640

17.

Asiel: IND MPP

37

32.876

34.641

23.539

0

0

0

18.

Asiel: Nidos MPP

37

– 20.736

– 16.364

– 17.235

– 17.703

– 18.148

– 18.148

19.

Asiel: Oda-toerekening

37

24.690

0

0

0

0

0

20.

Asiel: uitvoeringskosten kinderpardon

37

12.900

0

0

0

0

0

21.

Brexit middelen IND

37

14.000

14.000

0

0

0

0

22.

Eindejaarsmarge Eurojust

91

16.000

0

0

0

0

0

23.

Eindejaarsmarge

92

24.687

0

0

0

0

0

24.

Prijsbijstelling

92

44.490

43.275

42.436

41.356

41.545

42.401

25.

Loonbijstelling

alle

310.819

300.580

297.364

290.904

293.050

300.453

                 
 

Miljoenennota 2020/ Ontwerpbegroting 2020

             

26.

Desaldering bijzondere bijdragen politie

31

11.527

12.158

8.688

0

0

0

27.

Budgetwijziging Recherche Samenwerkingsteam (RST)

31

0

17.245

17.245

17.245

17.245

0

28.

Recherchecapaciteit en bestrijding ondermijning (Nationale Politie)

31

0

9.470

9.470

0

0

0

29.

Rechtspraak

32

 

60.700

57.800

52.800

47.800

38.300

30.

Kasschuif ondermijningsbestrijdingsfonds (B12)

33

– 64.920

33.215

31.705

0

0

0

31.

Kasschuif MH-17

33

9.900

– 1.000

– 2.000

– 3.000

– 3.900

0

32.

Prognosemodel justitiële ketens (PMJ)

33, 34

 

28.379

21.755

0

0

0

33.

Hogere bezetting DJI GW

34

10.921

         

34.

Verkenning invulling vrijheidsbeneming justitiële jeugd

34, 92

52.500

– 2.400

– 6.700

– 5.800

– 5.700

– 4.100

35.

Asiel: IND doelmatigheidskorting

37

0

– 2.999

– 5.915

– 8.654

– 11.393

– 14.132

36.

Invulling taakstelling JenV

92

0

49.050

49.050

49.050

49.050

49.050

37.

Overheveling individueel keuzebudget (IKB)

92

0

39.677

0

0

0

0

38.

Meevaller WSNP en Wbtv

92

20.463

0

0

0

0

0

                 
 

Overige mutaties

 

– 81.591

3.795

30.502

172.803

74.400

– 121.446

                 
 

Stand ontwerpbegroting 2020

 

13.602.018

13.376.219

13.111.078

12.766.551

12.736.770

12.727.716

Toelichting op de tabel

Bij het Regeerakkoord zijn extra middelen beschikbaar gesteld voor de JenV-begroting. Deze middelen zijn in afwachting van bestedingsplannen gereserveerd op de Aanvullende Post van de rijksbegroting. Bij de nota van wijziging op de Ontwerpbegroting 2019 zijn de middelen vermeld bij de mutaties 1 tot en met 4 overgeheveld van de Aanvullende Post naar de JenV-begroting.

1. B5 Regeerakkoord Politie

De Minister, korpschef en de vakbonden hebben in 2018 een nieuwe cao politie afgesloten. In het kader van afspraken rondom goed werkgeverschap, zijn middelen overgeheveld naar de JenV-begroting van de Aanvullende Post van de rijksbegroting. Dit betreft in 2019 € 12,6 mln. en voor de jaren daarna structureel € 21,1 mln.

2. B12 Ondermijningsbestrijdingsfonds

Er is incidenteel € 100 mln. van de Aanvullende Post van de rijksbegroting naar JenV overgeheveld voor de aanpak van ondermijnende criminaliteit.

3. B6 Digitalisering werkprocessen strafrechtketen

In het Regeerakkoord is voor digitalisering van de werkprocessen in de strafrechtketen extra geld uitgetrokken. De middelen worden besteed aan verschillende projecten met als doel om papier uit de keten te krijgen, de dienstverlening te verbeteren en te investeren in de kernsystemen.

4. B7 Extra capaciteit strafrechtketen

Deze middelen zijn bedoeld om de effecten van de investeringen bij de politie op de strafrechtketen op te vangen en om de strafrechtketen efficiënt en effectief in te kunnen richten. De investeringen bij de politie leiden naar verwachting tot meer strafzaken. Deze zaken moeten worden opgevolgd door de partners in de strafrechtketen, zoals het Openbaar Ministerie, de Rechtspraak, het NFI en de executieketen.

5. B5 Regeerakkoord Politie

De Politie heeft bij het Regeerakkoord structureel extra middelen gekregen voor verschillende te nemen maatregelen. Deze middelen zijn in afwachting van bestedingsplannen gereserveerd op de Aanvullende Post van de rijksbegroting. JenV heeft bij de eerste suppletoire begroting 2019 voor 2019 € 37,2 mln, en vanaf 2020 meerjarig € 60,9 mln. ontvangen vanuit de Aanvullende Post voor o.a. de doeleinden terugdringen arbeidsverzuim en centraliseren arrestantenzorg. Ook wordt een deel ingezet voor JenV brede problematiek.

6. De Rechtspraak

Door het uitblijven van baten van het inmiddels stopgezette digitaliseringsprogramma «Kwaliteit en Innovatie» en vanwege de autonome daling bij de meeste zaakscategorieën wordt bij de rechtspraak over 2019 een tekort verwacht van ongeveer € 50 mln. Om die reden is € 50 mln. toegevoegd aan de bijdrage voor de rechtspraak.

7. Rechtsbijstand

Doordat het wetsvoorstel duurzaam stelsel rechtsbijstand niet in procedure is gebracht, worden de ingeboekte besparingen vanaf 2022 gecompenseerd. Daarnaast zijn er meevallers volgend uit de raming van het Prognosemodel Justitiële Ketens (PMJ). Per saldo blijft als gevolg van een kasschuif over de jaren 2019 tot en met 2024 het budget voor rechtsbijstand gelijk.

8. Terugdraaien restant taakstelling OM

De algemene efficiencytaakstelling van Rutte II kende een oplopende reeks tot en met het jaar 2018. Ten tijde van het opstellen van de begroting 2016 is voor het OM vastgesteld dat deze taakstelling niet in deze tijdspanne kon worden gerealiseerd en is de periode waarin de taakstelling is ingeboekt verlengd naar 2020. Het restant van deze taakstelling van het OM wordt structureel teruggedraaid.

9. B6 Digitalisering werkprocessen strafrechtketen

JenV ontvangt bij de eerste suppletoire begroting voor 2019 € 39,6 mln. aflopend naar € 24 mln. in 2022 vanaf de Aanvullende Post. In 2019 wordt € 19,6 mln. aangewend voor digitalisering van de executiefase van de strafrechtketen en de vernieuwing van kernsystemen voor de gehele keten. De overige middelen worden ingezet voor dekking van tekorten in de justitiële ketens. Zie ook post 3.

10. Prognosemodel justitiële ketens (PMJ)

De uitgaven worden in het jaar 2019 totaal met € 49,0 mln. (in 2020 met € 93,3 en in 2021 met 80,2 mln.) verhoogd, omdat de meest recente uitkomsten van het Prognosemodel Justitiële Ketens (PMJ) per saldo tekorten laat zien. Zie ook uitgavenmutatie 32 en ontvangstenmutatie 1.

11. Ramingsbijstelling/ dekking problematiek JenV

Er zijn maatregelen genomen om diverse tegenvallers te dekken waaronder het afromen van het eigen vermogen boven de 5% bij de agentschappen, de inzet van de eindejaarsmarge 2018 en van de prijsbijstelling 2019. Ook zijn er verschillende incidentele meevallers aangewend ter dekking van de problematiek. Zie ook ontvangsten.

12. Kasschuif DJI frictiekosten

De kasschuif van € 77,1 mln. is bedoeld ter financiering van de frictiekosten van de capaciteitsafbouw van Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI). Hiermee kunnen onder meer de frictiekosten van de sluiting van vier gevangenislocaties worden gefinancierd, zoals aangekondigd in de brief capaciteitsmaatregelen DJI9 en de capaciteitsafbouw van JJI’s, zoals aangekondigd in de brief aanpak jeugdcriminaliteit10.

13. Asiel: COA herijkingsreeks ODA oud en nieuw (non-Oda)

De toerekening aan official development assistance (ODA) van de kosten van de eerstejaarsopvang van asielzoekers wordt met ingang van 2019 conform de verduidelijkte richtlijn van OESO-DAC herijkt. Dit leidt er onder meer toe dat de kosten voor vastgoed en overhead niet meer mogen worden toegerekend en kosten voor rechtsbijstand, tolken IND en voorlichting wel. Voorts wordt de toerekening voor de eerstejaars asielopvang voortaan op individueel niveau bepaald. Daarnaast wordt een verbetering van de toerekeningsystematiek doorgevoerd. In de nieuwe systematiek wordt de raming gebaseerd op de verwachte bezetting in het Centraal Orgaan opvang Asiel (COA) in plaats van de asielinstroom. Dit leidt tot een transparantere, schokbestendigere en doelmatigere toerekening. Gevolg van deze herijking is dat per saldo minder kosten mogen worden toegerekend aan ODA. Deze lagere toerekening wordt éénmalig generaal gedekt en toegevoegd aan de begroting van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (BHOS). Deze herijkingsreeks (non-ODA) wordt ook op de JenV-begroting inzichtelijk gemaakt en moet worden bezien in samenhang met de posten COA non-ODA en COA mutatie VJN (ODA).

14. Asiel: COA mutatie VJN (ODA)

De nieuwe systematiek voor de ODA-toerekening leidt tot aanpassing van de stand van de ODA-toerekening voor de eerstejaars asielopvang. Zie toelichting bij de COA herijkingsreeks ODA oud en nieuw (non-ODA). Dat leidt tezamen met de nieuwe Meerjaren Productie Prognose (MPP) tot aanpassing van de ODA-toerekening.

15. Asiel: COA non-Oda

De ramingsbijstelling naar aanleiding van de MPP en de stabielere financiering voor het COA leidt tot een verhoging van de uitgaven voor het COA. Deze reeks voor het COA moet worden bezien in relatie tot de volgende posten: COA mutatie VJN (ODA) en de COA herijkingsreeks ODA oud en nieuw (non-ODA). Tezamen zorgen deze drie mutaties voor de benodigde verhoging van het budget voor COA.

16. Asiel: IND basisfinanciering

Het kabinet stelt extra middelen ter beschikking voor de stabiele financiering van de asielketen, waaronder voor de Immigratie en Naturalisatiedienst (IND).

17. Asiel: IND MPP

De ramingsbijstelling op basis van de MPP wordt tot en met 2021 verwerkt.

18. Asiel: Nidos MPP

Op basis van de MPP-raming wordt voor Nidos een lagere bezetting verwacht. De uitgaven aan Nidos worden daarop aangepast.

19. Asiel: Oda-toerekening

Vanwege de hogere asielinstroom in 2018 is de ODA-toerekening naar boven bijgesteld. JenV ontvangt € 24,7 mln. van de begroting van BHOS.

20. Asiel: uitvoeringskosten kinderpardon

Eind januari 2019 heeft het kabinet besloten tot een herbeoordeling van alle personen wiens aanvraag voor de Definitieve Regeling Langdurig Verblijvende is afgewezen op grond van het meewerkcriterium. De kosten voor deze herbeoordeling door IND en DT&V bedragen € 12,9 mln.

21. Brexit middelen IND

De in het voorjaar 2018 gereserveerde middelen voor de IND zijn nu beschikbaar gesteld voor de afhandeling van de aanvragen voor een verblijfsvergunning door Britse onderdanen naar aanleiding van de Brexit.

22. Eindejaarsmarge Eurojust

De technische verrekening met het Rijksvastgoedbedrijf van de egalisatieregeling heeft in 2018 niet plaatsgevonden. Door middel van de eindejaarsmarge worden de gelden toegevoegd aan 2019, zodat verrekening dit jaar alsnog kan plaatsvinden.

23. Eindejaarsmarge

De eindejaarsmarge 2018 is met deze mutatie aan de begroting van JenV toegevoegd en is ingezet om de uitvoeringproblematiek meerjarig te dekken.

24. Prijsbijstelling 2019

De prijsbijstelling 2019 wordt tot en met 2024 ingezet voor dekking van JenV-brede Problematiek.

25. Loonbijstelling 2019

De loonbijstelling 2019 is met deze mutatie aan de begroting van JenV toegevoegd en is vervolgens verdeeld naar de desbetreffende artikelen.

26. Desaldering bijzondere bijdragen politie

Een deel van de interne problematiek, die na de voorjaarsnotabesluitvorming op de JenV-begroting resteerde, wordt gedekt door over drie jaren in totaal € 32,4 mln. aan bijzondere bijdragen van de politie te desalderen. Deze wel beschikbare maar nog niet uitgegeven middelen komen niet meer tot besteding binnen het doel waarvoor ze zijn toegekend. Zie ook ontvangsten.

27. Budgetwijziging Recherche Samenwerkingsteam (RST)

Het Protocol Recherchesamenwerking is hernieuwd11 en is op 27 juli 2019 in de Staatscourant gepubliceerd (Stcrt. 2019, 38964). De 4 landen hebben hierin afspraken vastgelegd over taakgebieden, een herinrichting, het sturingsmodel en informatiedeling van het RST. De herziening van het protocol bood tegelijkertijd een kans voor de verduurzaming van de inzet. Om deze verduurzaming mogelijk te maken wordt het budget voor 4 jaar overgeboekt naar JenV. Hiermee wordt ook recht gedaan aan de Politiewet 2012, die bepaalt dat er tussen de politie en de Minister van JenV een gesloten systeem van financiering bestaat. Dit heeft geen gevolgen voor beleidsverantwoordelijkheid van de Staatssecretaris van Binnenlandse zaken en Koninkrijksrelaties.

28. Recherchecapaciteit en bestrijding ondermijning (Nationale Politie)

Zoals vastgelegd in de Rijkswet Politie van Curaçao, van Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba12 en het Protocol Recherchesamenwerking heeft het Recherche Samenwerkingsteam (RST) de taak om zware, georganiseerde en grensoverschrijdende criminaliteit te bestrijden, als ook criminaliteit die een ernstige inbreuk maakt op de rechtsorde. Daarnaast verricht het RST de afhandeling van internationale rechtshulpverzoeken op dit gebied. Het RST werkt onder gezag van de lokale Openbaar Ministeries.

Het RST, de Openbaar Ministeries en het Gemeenschappelijk Hof van Justitie zetten zich met een gemeenschappelijke aanpak in op bestrijding van ondermijning in Sint Maarten en Curaçao. De inzet hierop is in 2018 gecontinueerd tot en met 2021. Zo wordt met name de aanpak van ondermijning en high impact crimes versterkt. De hiervoor beschikbare middelen worden overgeheveld van de Koninkrijksrelaties-begroting naar de JenV-begroting.

29. De Rechtspraak

Door het uitblijven van baten van het inmiddels stopgezette digitaliseringsprogramma «Kwaliteit en Innovatie» en vanwege de autonome daling bij de meeste zaakscategorieën kampt de Rechtspraak met een structureel tekort. Er zijn door het Kabinet extra middelen beschikbaar gesteld om de rechtspraak financieel gezond te maken. Deze middelen maken onderdeel uit van het Prijsakkoord 2020–2022 met de Rechtspraak.

30. Kasschuif ondermijningsfonds (B12)

Betreft een verdeling van de incidentele gelden voor de versterking van de aanpak van ondermijnende criminaliteit over de jaren, op basis van de meerjarige versterkingsplannen van betrokken regionale en landelijke partners.

31. Kasschuif MH-17

Er is een kasschuif gedaan van de jaren 2020 tot en met 2023 naar 2019 ter dekking van de in 2019 benodigde middelen aan voorbereidingskosten ten behoeve van het proces rondom de vervolging en berechting van de MH-17 verdachten.

32. Prognosemodel justitiële ketens (PMJ)

De uitgaven worden met deze mutatie in het jaar 2020 met € 28,4 en in 2021 met € 21,8 mln. verhoogd op basis van de meest recente uitkomsten van het Prognosemodel Justitiële Ketens (PMJ). Te samen met de verhoging bij post 10 bedraagt de bijstelling voor het jaar 2020 in totaal € 121,8 mln. Van dit bedrag heeft € 117,3 mln. betrekking op een toename van de gewenste capaciteit bij DJI. Hierbij is een onderscheid te maken naar € 25,1 mln. gevangeniswezen en € 92,1 mln. en forensische zorg (€ 27,6 mln. TBS, € 58,9 mln OFZ en € 5,6 mln PPC).

33. Hogere bezetting DJI gevangeniswezen

Hiermee wordt de tegenvaller door hogere bezetting dan verwacht binnen het gevangeniswezen van de Dienst Justitiële Inrichtingen gedekt.

34. Verkenning invulling vrijheidsbeneming justitiële inrichting

Hiermee wordt financieel uitvoering gegeven aan de maatregelen uit de brief van 28 juni jl. inzake investeren in maatwerk en afbouw van overcapaciteit binnen de jeugdinrichtingen van DJI (Kamerstukken II, 2018/19, 28 741-53).

35. Asiel: IND doelmatigheidskorting

De IND heeft nu een stabiele financiering waardoor er gewerkt kan worden aan doelmatigheid. Het betreft een korting van 0,75% per jaar vanaf 2020.

36. Invulling taakstelling JenV

Vanaf 2020 is de bestaande taakstelling voor het structurele niveau ingevuld door een ramingsbijstelling op de uitgaven en op de ontvangsten waaronder afpakopbrengsten.

37. Overheveling individueel keuzebudget (IKB)

In de cao-rijk zijn afspraken gemaakt over het invoeren van een Individueel Keuzebudget. Naar verwachting leidt dit tot € 39,7 mln. hogere uitgaven.

38. Meevaller WSNP en Wbtv

Het totaalbedrag € 20,5 mln. is opgebouwd uit de mutaties Wet schuldsanering natuurlijke personen (WSNP, € 19,7 mln.) en Wet beëdigde tolken en vertalers (Wbtv, € 0,8 mln.). De Wsnp vergoedingensystematiek is zodanig opgesteld, dat ervan uit wordt gegaan dat de daadwerkelijke betaling van de in een bepaald jaar gestarte Wsnp-zaken binnen 6 jaar plaatsvindt. Deze Wsnp vergoedingensystematiek is door de RvR herijkt. Het blijkt over de periode 2013–2018 dat JenV een beperkter incassorisico heeft dan waarvoor nu de afgelopen jaren rekening mee is gehouden. Door het naar beneden bijstellen van het totaal aan Wsnp-verplichtingen resteert eenmalig een bedrag van circa € 19,7 mln. De uitvoeringskosten Wbtv zijn lager dan begroot, hierdoor resteert een eenmalig bedrag van circa € 0,8 mln. Deze middelen zijn ingezet als dekking voor de JenV-brede problematiek. Zie ook ontvangsten.

Tabel 2.3.2 Belangrijkste beleidsmatige ontvangstenmutaties (Bedragen x € 1.000)
   

Beleidsartikel

2019

2020

2021

2022

2023

2024

 

Stand ontvangsten ontwerpbegroting 2019

 

1.600.564

1.544.852

1.539.788

1.499.189

1.494.954

1.493.885

                 
 

Voorjaarsnota 2019/ eerste suppletoire begroting 2019

             

1.

Prognosemodel Justitiële ketens (PMJ)

32, 34

– 29.349

– 33.345

– 65.297

0

0

0

2.

Ramingsbijstelling/ dekking problematiek JenV

32, 34, 37

75.728

3.000

5.000

5.000

5.000

5.000

3.

Asiel: inzet asielreserve

37

21.499

0

0

0

0

0

                 
 

Miljoenennota 2020/ Ontwerpbegroting 2020

             

4.

Desaldering bijzondere bijdragen politie

31

11.527

12.158

8.688

0

0

0

5.

Meevaller WSNP

32

20.463

0

0

0

0

0

6.

Verhoging raming afpakopbrengsten

33

0

24.000

68.000

107.000

107.000

107.000

                 
 

Overige mutaties

 

1.261

– 4.222

– 4.222

– 4.222

– 4.222

– 4.222

                 
 

Stand ontwerpbegroting 2020

1.701.693

1.546.443

1.551.957

1.606.967

1.602.732

1.601.663

Toelichting op de tabel

1. Prognosemodel Justitiële ketens (PMJ)

De ontvangsten worden in het jaar 2020 verlaagd met € 33,3 mln. op basis van de meest recente uitkomsten van het Prognosemodel Justitiële Ketens (PMJ). Het betreft een verlaging van de geraamde ontvangsten griffierechten met € 23 mln. en een verlaging van de ontvangen administratiekostenvergoeding van € 10,2 mln.

2. Ramingsbijstelling/ dekking problematiek JenV

Er zijn maatregelen genomen om diverse tegenvallers te dekken waaronder het afromen van het eigen vermogen boven de 5% bij de agentschappen, de inzet van de eindejaarsmarge 2018 en van de prijsbijstelling 2019. Ook zijn er verschillende incidentele meevallers aangewend ter dekking van de problematiek. Zie ook uitgaven.

3. Inzet Asielreserve

De resterende middelen in de asielreserve worden ingezet ter dekking van de interne JenV problematiek.

4. Desaldering bijzondere bijdragen politie

Een deel van de interne problematiek, die na de voorjaarsnotabesluitvorming op de JenV-begroting resteerde, wordt gedekt door over drie jaren in totaal € 32,4 mln. aan bijzondere bijdragen van de politie te desalderen. Deze wel beschikbare maar nog niet uitgegeven middelen komen niet meer tot besteding binnen het doel waarvoor ze zijn toegekend. Zie ook uitgaven.

5. Meevaller WSNP (Wet schuldsanering natuurlijke personen)

Het totaalbedrag € 20,5 mln. is opgebouwd uit de mutaties Wet schuldsanering natuurlijke personen (WSNP, € 19,7 mln.) en Wet beëdigde tolken en vertalers (Wbtv, € 0,8 mln.)

De Wsnp vergoedingensystematiek is zodanig opgesteld, dat ervan uit wordt gegaan dat de daadwerkelijke betaling van de in een bepaald jaar gestarte Wsnp-zaken binnen 6 jaar plaatsvindt. Deze Wsnp vergoedingensystematiek is door de RvR herijkt. Het blijkt over de periode 2013–2018 dat JenV een beperkter incassorisico heeft dan waarvoor nu de afgelopen jaren rekening mee is gehouden. Door het naar beneden bijstellen van het totaal aan Wsnp-verplichtingen resteert eenmalig een bedrag van circa € 19,7 mln. De uitvoeringskosten Wbtv zijn lager dan begroot, hierdoor resteert een eenmalig bedrag van circa € 0,8 mln. Deze middelen zijn ingezet als dekking voor de JenV-brede problematiek. Zie ook uitgaven.

6. Verhoging raming afpakopbrengsten

De raming van de afpakopbrengsten wordt vanaf 2020 structureel verhoogd en per jaar op hetzelfde niveau gebracht. JenV draagt een deel van het risico als de raming niet wordt gerealiseerd.

9

Kamerstukken II 2018–2019, 24 587 nr. 725

10

Kamerstukken II 2018–2019, 28 741 nr. 53

11

Kamerstukken II 2018–2019, 29 628 nr. 861

Licence