Base description which applies to whole site

1. Inleiding: zorg voor de toekomst

In de afgelopen twee jaar zijn we samen met ziekenhuizen, zorginstellingen, brancheorganisaties, patiëntenverenigingen, professionals en al die andere partijen die aan een gezond Nederland werken, voortvarend aan de slag gegaan met het uitwerken van het regeerakkoord. Met een reeks van programma’s, vijf afgesloten hoofdlijnenakkoorden, het Nationaal Preventieakkoord, het Sportakkoord en diverse andere trajecten blijven we werken aan toegankelijke en betaalbare zorg die merkbaar beter wordt voor mensen, nu en in de toekomst. Hierbij hoort ook een verschuiving van de focus op ziekte en zorg naar een focus op gezondheid en gedrag. Van medicalisering en hospitalisering naar zorg en ondersteuning dichtbij mensen. Van denken in eerste-, tweede- en derdelijnszorg naar samenhangende zorg rondom mensen. Van complexiteit, regeldruk en offline, naar anders en slimmer werken, datagedreven en digitaal.

Daarbij staan de mogelijkheden voor mensen om zo goed mogelijk te functioneren centraal, of dat lichamelijk, psychisch of sociaal is, bij voorkeur in hun eigen leefomgeving. En anders dan vroeger, hebben mensen als het even kan, zelf de regie in handen, samen met naasten en professionals. Want wat passende zorg en ondersteuning is, is voor ieder mens anders, en dus moeten zij zelf kunnen beslissen hoe zij zorg en ondersteuning het liefste ontvangen.

Ons uitgangspunt is daarom dat we niet óver patiënten praten zonder hen daarbij te betrekken. We zorgen dat we ervaringsdeskundigen, patiënten, cliënten en/of hun familieleden en mantelzorgers aan tafel hebben bij het bedenken van nieuw beleid. Zo willen we bereiken dat de zorg aansluit bij wat mensen echt nodig hebben.

Zorg waarin de mens centraal staat, vraagt om een andere organisatie van de zorg en ondersteuning. Het vraagt om een beweging naar de juiste (voor)zorg op de juiste plek: het voorkomen van (duurdere) zorg, het verplaatsen van zorg (dichterbij mensen thuis) en het vervangen van zorg (door andere zorg zoals e-health). Deze beweging is in gang gezet op veel terreinen en plekken in Nederland, en vraagt nu om verbreding, versterking en versnelling. Dit vraagt actieve inzet van alle betrokkenen (paragraaf 2).

De opdracht om de zorg toegankelijk en betaalbaar te houden, is onverminderd urgent. Uit studies van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP, 2019) blijkt dat mensen over het geheel genomen tevreden zijn over de kwaliteit van zorg, maar tegelijkertijd ook bezorgd zijn over oplopende hoge kosten, toenemende personeelstekorten en mogelijk groeiende wachtlijsten. Er zijn dus zorgen over de zorg in de toekomst. En die bezorgdheid is terecht.

In 2018 hadden ongeveer 5,4 miljoen mensen in Nederland meerdere chronische aandoeningen tegelijk. Naar verwachting groeit dit aantal naar bijna 6,5 miljoen in 2040, hetgeen een toename van 21% betekent. Het gaat met name om artrose, diabetes, COPD, hartfalen en (jeugd-) reuma, waarbij het aantal mensen met dementie zal verdubbelen. De kans op het krijgen van één of meer chronische aandoeningen neemt toe met de leeftijd, maar sommige aandoeningen komen steeds vroeger in het leven voor. Bovendien hebben mensen vaak meerdere chronische aandoeningen. Medische vooruitgang leidt ertoe dat mensen langer en beter met ziekten kunnen leven. Dat is een groot goed, maar het vraagt ook veel van mensen zelf, van hun omgeving en van de professionele hulp die nodig is. Dit onderstreept het belang om de mogelijkheden om chronische aandoeningen te voorkomen, beter te benutten.

Een tweede, deels samenhangende, ontwikkeling is de vergrijzing van Nederland. Met een relatief jonge bevolking moet de echte groei van het aantal 75-plussers nog komen: van ongeveer 1,4 miljoen begin 2019 (8,1% van de bevolking) tot naar verwachting bijna 2,6 miljoen over 20 jaar (14,2% van de bevolking). In vergelijking met andere OESO-landen is deze stijging zeer sterk, terwijl onze uitgaven aan ouderen nu al op een hoog niveau liggen. Trekken we de demografische lijnen uit het verleden door, dan zien we dat het aantal mensen ouder dan 75 verdubbelt tot aan 2040, dat het aantal mensen boven de 90 bijna wel verdrievoudigt en het aantal mensen boven de 100 jaar bijna verviervoudigt.

Waar de zorgkosten de afgelopen jaren minder stegen dan de economische groei, is het beeld naar de toekomst dus minder rooskleurig. Onderzoekers van het RIVM verwachten zelfs dat, als we niets doen, de zorgkosten in 2040 twee keer zo hoog zijn als in 2015. De betaalbaarheid van de zorg en daarmee de solidariteit van het stelsel staan dus sterk onder druk (paragraaf 3). Maar we lopen ook aan tegen de grenzen van de organiseerbaarheid. We staan samen voor goede en toegankelijke zorg, betaalbaar voor iedereen, maar kunnen we dat echt waar maken?

Tegenover de groeiende zorgvraag staat dat het aantal potentiële mantelzorgers voor een hoogbejaarde met twee derde afneemt terwijl de totale beroepsbevolking krimpt. Nu werkt één op de zeven mensen in de zorg, in 2040 zou dat één op de vier moeten zijn. Een dergelijk beroep op de arbeidsmarkt is volstrekt onrealistisch. Doorgaan op de huidige voet betekent dat we vastlopen. Dat merken we vandaag al. Bijvoorbeeld in de acute zorg, waar de krapte op de arbeidsmarkt op verschillende plekken in het land voelbaar is.

De Juiste Zorg Op de Juiste Plek is dus niet alleen gewenst om mensen in hun functioneren te ondersteunen en te versterken, het is ook een harde noodzaak om de zorg organiseerbaar en betaalbaar te houden. Die urgentie vraagt om aanspreekbaarheid van alle betrokken partijen, inclusief de overheid, om de zorg en ondersteuning beter te maken. Het vraagt om regie op resultaat. Niet alleen op ieders eigen domein, maar juist ook op domeinoverstijgende samenwerking.

We willen daarom in samenspraak met betrokken partijen verkennen hoe de governance binnen ons zorgstelsel kan en moet worden versterkt om de (toekomstige) zorgvraag in de regio in te kunnen vullen. Als de urgentie («het waarom») steeds duidelijker wordt, de richting («het wat») steeds breder gedragen, dan is het aangewezen te bepalen «hoe» we de transformatie verder brengen en wat daarvoor nodig is op nationaal en regionaal niveau en op het gebied van het toezicht. Dat kan ook aanpassingen binnen het stelsel vergen. Daartoe brengen we voor het zomerreces van 2020 een contourennota uit om in het parlement te bespreken. Hierbij maken we gebruik van de inzichten en ontwikkelingen uit de beweging de Juiste Zorg Op de Juiste Plek. De nota gaat vervolgens in op wat er bestuurlijk nodig is om de organiseerbaarheid en betaalbaarheid van de (voor)zorg en ondersteuning te verbeteren. Daarbij wordt ook bezien welke aanpassingen in wet- en regelgeving nodig zijn om dit te realiseren (paragraaf 4).

Het vervolg van deze beleidsagenda staat in het teken van de uitvoering van programma’s, akkoorden en andere trajecten rondom de volgende thema’s: werken in de zorg (paragraaf 5), preventie (paragraaf 6), gezondheidsbescherming (paragraaf 7), sporten en bewegen (paragraaf 8), jeugd en gezin (paragraaf 9), waardig ouder worden (paragraaf 10), meedoen met een beperking (paragraaf 11), psychische gezondheid (paragraaf 12) en medische ethiek (paragraaf 13). Steeds worden beleidsdoelen geformuleerd, acties neergezet en de voortgang in beeld gebracht.

Tot slot: in 2019 en 2020 herdenken en vieren we dat we 75 jaar geleden werden bevrijd. Het bewustzijn van de cruciale betekenis van vrijheid, recht, democratie en internationale samenwerking verbindt ons. Ook in het besef dat deze waarden geenszins vanzelfsprekend zijn, onderhouden moeten worden, soms zelfs weerloos zijn. Ons stilstaan bij 75 jaar vrijheid wordt afgesloten met de viering van de oprichting van de Verenigde Naties (paragraaf 14).

Licence