In dit wetsvoorstel is een aantal begrotingswijzigingen opgenomen die per saldo leiden tot een verhoging van de geraamde uitgaven op de begroting van Buitenlandse Zaken (V) met EUR 258 miljoen en stijging van de ontvangsten met EUR 2 miljoen.
De belangrijkste uitgavenmutaties bij de eerste suppletoire begroting worden in onderstaande tabel weergegeven en toegelicht. De uitgebreide toelichtingen zijn per beleidsartikel opgenomen in hoofdstuk 4.
Uitgaven
Artikelnummer | Uitgaven 2021 | |
---|---|---|
Vastgestelde begroting 2021 | 11 393 366 | |
Belangrijkste suppletoire mutaties | ||
1) Bevordering van veiligheid, stabiliteit en rechtsorde in internationaal verband | 2.4 | ‒ 25 200 |
2) Afdrachten aan de Europese Unie | 3.1 | 189 843 |
3) Europese Vredesfaciliteit | 3.5 | ‒ 13 218 |
4) Consulaire dienstverlening Nederlanders in het buitenland | 4.1 | 8 284 |
5) Samen met (keten) partners het personenverkeer reguleren | 4.2 | 6 390 |
6) Uitdragen Nederlandse waarden en belangen | 4.4 | 5 000 |
7) Apparaat; personeel | 7.1.1 | 8 983 |
8) Apparaat; materieel | 7.1.2 | 71 771 |
9) Overige mutaties | div. | 5 911 |
Stand 1e suppletoire begroting 2021 | 11 651 130 |
Toelichting
1. Het budget voor bevordering van veiligheid, stabiliteit en rechtsorde in internationaal verband daalt als gevolg van de overheveling van een deel van het budget voor de inzet hoog-risicoposten naar het ministerie van Defensie voor de beveiliging van een aantal hoog-risico posten.
2. De betalingen uit de negende- en tiende aanvullende EU-begroting (DAB9 en DAB10 2020) zijn over de jaargrens heen geschoven en het budgettaire kaseffect slaat daardoor niet in 2020 maar in 2021 neer. Het resultaat van de nacalculatie over de periode 2016-2019 leidt daarnaast voor Nederland in 2020 tot een nabetaling van EUR 45 miljoen in 2021.
3. Voor 2021 is het budget voor de Europese Vredesfaciliteit (EVF) naar beneden bijgesteld. Het kasritme van de uitgaven voor de EVF is aangepast op basis van de inmiddels door de Raad vastgestelde jaarplafonds, waardoor er budget tussen verschillende jaren is verschoven.
4. Voor de consulaire dienstverlening van Nederlanders in het buitenland stijgt het budget voor Loket Buitenland. Dit komt voor een deel door een toevoeging van eindejaarsmarge uit 2020 en een kasschuif uit 2023 en 2024.
5. Het budget voor de consulaire informatiesystemen stijgt voor artikel 4.2 'Samen met (keten) partners het personenverkeer reguleren'. Dit komt voor een deel door een toevoeging van eindejaarsmarge uit 2020.
6. De uitgaven voor het Programma Ondersteuning Buitenland Beleid (POBB) COVID budget stijgen in 2021 door de toevoeging van de eindejaarsmarge uit 2020 en een intensivering op het terrein van programma’s ten behoeve van de internationale bestrijding van de COVID-19 crisis.
7. De uitgaven voor personeel nemen toe. Dit komt voornamelijk door de loon- en prijsontwikkeling, waardoor het budget zowel voor het personeel in Nederland als op de posten stijgt. Deze uitgaven worden vanuit de voorziening binnen de HGIS gefinancierd. Daarnaast stijgen de budgetten door de verwerking van twee door het lid Koopmans c.s. ingediende amendementen voor: (1) nieuwe technologie en wapenbeheersing en (2) middelen voor het bereiken van strategische autonomie.
8. De materiële uitgaven nemen toe in 2021. Dit heeft meerdere oorzaken: de toevoeging van eindejaarsmarge uit 2020 (EUR 43,3 miljoen) waaronder de middelenafspraak huisvesting (EUR 14 miljoen) en vertraagde uitgaven op veiligheid van hoog-risico posten (EUR 25 miljoen). Ook worden hogere uitgaven verwacht als gevolg van verkopen om investeringen te realiseren binnen de kaders van de huisvestingsstrategie (EUR 42 miljoen) en reguliere loon- en prijsontwikkelingen. Daarnaast worden de tegenvallende consulaire inkomsten (beleidsartikel 4) gedesaldeerd op de overige materiële uitgaven. Dit betreft voor 2021 naar verwachting per saldo EUR 39,7 miljoen. Voor 2021 heeft het kabinet eenmalig EUR 18,2 miljoen beschikbaar gesteld om deze tegenvaller te mitigeren (zie ook ontvangsten).
Ontvangsten
De belangrijkste ontvangstenmutaties bij de eerste suppletoire begroting worden in onderstaande tabel weergegeven en toegelicht. De uitgebreide toelichtingen zijn per beleidsartikel opgenomen in hoofdstuk 4.
Artikelnummer | Ontvangsten 2021 | |
---|---|---|
Vastgestelde begroting 2021 | 921 285 | |
Belangrijkste suppletoire mutaties | ||
1) Consulaire dienstverlening | 4.10 en 4.20 | ‒ 39 700 |
2) Diverse ontvangsten apparaat | 7.10 | 41 900 |
3) Overige mutaties | div. | ‒ 270 |
Stand 1e suppletoire begroting 2021 | 923 215 |
Toelichting
1. De ontvangsten van de consulaire dienstverlening dalen als gevolg van de COVID-19 pandemie en de wereldwijde reisrestricties.
2. De ontvangsten nemen toe vanwege verwachte inkomsten uit de verkoop van vastgoed in het buitenland. Deze ontvangsten worden gebruikt om investeringen te realiseren binnen de kaders van de huisvestingsstrategie.