Base description which applies to whole site

2.4 Strategische evaluatieagenda

In lijn met de derde voortgangsrapportage Inzicht in Kwaliteit (Kamerstukken II 2019/20, 31865, nr. 168 ) worden in de begroting van 2021 stappen gezet richting een strategische evaluatieagenda (SEA).

De begroting van 2021 is een overgangsjaar waarin nadere invulling wordt gegeven aan de SEA. Dat leidt ertoe dat in plaats van de meerjarenplanning beleidsdoorlichtingen hier de strategische evaluatieagenda wordt getoond. Het onderstaande overzicht strategische onderzoeken biedt inzicht in en toelichting bij een selectie van strategische onderzoeken in aansluiting op de beleidsprioriteiten van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) in 2021. Het volledige overzicht ‘Evaluatie- en overig onderzoek’, inclusief de geplande beleidsdoorlichtingen, is te vinden in bijlage 5.

Tabel 6 Overzicht strategische onderzoeken

Artikelonderdeel

Strategische onderzoeken

Afronding

Sterke en levendige democratie

1.1 Bestuur en regio

Studiegroep Interbestuurlijke en Financiële verhoudingen

2020

Evaluatie Interbestuurlijk Programma (IBP)

2020

Evaluatie programma Sociaal Domein

2021

1.2 Democratie

Monitor Democratie in Actie

2021

Duurzaam wonen en leven in heel Nederland

3.3 Woningbouw

Woningbouwimpuls monitoring

2021

4.1 Energietransitie gebouwde omgeving

Monitoring en evaluatie Programma Aardgasvrije Wijken

2022

Beleidsdoorlichting Energietransitie en duurzaamheid

2021

Een waardegedreven digitale overheid

6.2 Overheidsdienstverlening, informatiebeleid, en informatiesamenleving

Monitor tevredenheid overheids-dienstverlening

2021

6.6 Investeringspost Digitale Overheid

Beleidsdoorlichting investeringspost Digitale overheid

2021

Versnelling naar een grenzeloos samenwerkende overheid

7.1 Werkgevers- en bedrijfsvoeringsbeleid

Brede evaluatie organisatiekaders van het Rijk

2021

9.1 Doelmatige rijkshuisvesting

Beleidsdoorlichting doelmatige rijkshuisvesting

2021

Toelichting

Sterke en levendige democratie

Het Ministerie van BZK werkt samen met het Rijk en de medeoverheden aan een betrouwbaar, eigentijds en goed functionerend democratisch bestuur. We versterken en vernieuwen de democratie zodat elke stem gehoord wordt, zodat mensen vertrouwen hebben in hun bestuur en zodat inwoners met goede ideeën de ruimte hebben voor eigen initiatief. Evaluatie en onderzoek dragen bij aan het bereiken van deze beleidsprioriteiten.

Studiegroep interbestuurlijke en financiële verhoudingen

Deze studiegroep doet concrete aanbevelingen met betrekking tot de voorwaarden die nodig zijn om gezamenlijk en gelijkwaardig op te kunnen trekken als één overheid. De Studiegroep levert – vertrekkend vanuit de maatschappelijke ontwikkelingen en opgaven – concrete beleidsopties op die de kwaliteit van de interbestuurlijke verhoudingen bevorderen ten bate van het vermogen van het openbaar bestuur om beter in te spelen op maatschappelijke ontwikkelingen en opgaven.

Evaluatie Interbestuurlijk Programma (IBP)

In opdracht van het programmateam Interbestuurlijk Programma (IBP) heeft adviesbureau Andersson Elffers Felix (AEF) een onderzoek uitgevoerd naar de ervaringen met twee jaar IBP. Wat is er in de praktijk terechtgekomen van de IBP-uitgangspunten? Heeft interbestuurlijke samenwerking tot (andere) resultaten geleid? Hoe hebben medewerkers van het Rijk en de koepels hun betrokkenheid bij de opgaven ervaren? De lessen en aanbevelingen uit het onderzoek worden gebruikt bij de uitvoering van het IBP in de komende periode en bij het vervolg na het IBP.

Evaluatie programma Sociaal Domein

Het Programma Sociaal Domein is voor vier jaar ingesteld, de facto tot het aantreden van het volgende kabinet. Het Programma werkt in opdracht van de Brede regietafel Sociaal Domein. Na in de beginfase te hebben ingezet op zestien trajecten heeft het programma zich ontwikkeld naar een netwerk van gemeenten en rijkspartijen. Doel van de evaluatie is om een bijdrage te leveren aan de beslissing om al dan niet door te gaan met het programma, en zo ja, op welke wijze.

Monitor Democratie in Actie

Het kabinet zet in op de versterking van lokale democratie en bestuur. Een belangrijk instrument daarvoor is het samenwerkingsprogramma Democratie in Actie, dat in het najaar van 2018 is gelanceerd. Dit programma is een gezamenlijk initiatief van het Ministerie van BZK, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) en de beroeps- en belangenverenigingen in het decentraal bestuur. Onderzoeksbureau BMC monitort de uitvoering van het programma. Het doel van monitoring is om periodiek te volgen wat de resultaten en, zo veel als mogelijk, effecten zijn van de ingezette acties. Monitoring vormt zodoende een basis voor de evaluatie. Daarnaast is het streven om al tijdens de uitvoering van het actieprogramma te leren. Wat leveren bepaalde activiteiten op? Zijn er onvoorziene (neven)effecten? Onder welke voorwaarden slaagt of faalt een actie? Wat moet of kan er anders?

Duurzaam wonen en leven in heel Nederland

Met onder andere de bouwopgave en de verduurzamingsopgave staat Nederland voor grote uitdagingen. Ruimte in Nederland is daarbij schaars. Er is behoefte aan kennis hoe we deze opgaven zo doeltreffend en doelmatig mogelijk kunnen uitvoeren, en hoe de overheid zich daarbij het beste kan organiseren. Onderstaande onderzoeken dragen daaraan bij.

Woningbouwimpuls monitoring

De woningbouwimpuls van € 1 mld. beoogt het woningtekort in te lopen door de bouw van betaalbare woningen met een focus op regio’s waar de toegankelijkheid het meest onder druk staat te ondersteunen. De woningbouwimpuls moet zorgen voor de bouw van extra (betaalbare) woningen die anders niet of later gebouwd zouden zijn. Om de effectiviteit vast te stellen wordt gebruik gemaakt van een nulmeting, een jaarlijkse monitor en een eindevaluatie, uiterlijk binnen zeven jaar na beëindiging van het besluit. Met de nulmeting wordt een foto gemaakt van het huidige regionale woningtekort en de stand van de centrale doelen van de woningbouwimpuls. Jaarlijks monitoren we de voortgang van projecten aan de hand van afspraken die we met gemeenten maken. De monitor kan gebruikt worden om de regeling aan te passen als dat nodig blijkt. Op basis van gegevens uit de nulmeting en de monitor wordt de effectiviteit van de impuls geëvalueerd, door projecten die met de impuls tot stand zijn gekomen te vergelijken met vergelijkbare projecten die geen steun hebben ontvangen.

Beleidsdoorlichting energietransitie en duurzaamheid

Met de beleidsdoorlichting wordt onderzocht in hoeverre het beleid op artikel 4.1 duurzaamheid en energietransitie gericht op verduurzaming en het aardgasvrij maken van de gebouwde omgeving doeltreffend en doelmatig is geweest in de periode 2015 tot en met 2020. In de beleidsdoorlichting wordt binnen het verduurzamingsbeleid op artikel 4.1 onderscheid gemaakt in enerzijds het beleid in het kader van het Klimaatakkoord Gebouwde Omgeving (KAGO) en anderzijds het al langer lopende beleid in het kader van het Energieakkoord en het Woonakkoord uit 2013 en alle aanvullende afspraken. Deze onderverdeling wordt gemaakt, omdat het beleid in het kader van het Klimaatakkoord betrekkelijk recent is. Het Klimaatakkoord is gesloten in juni 2019 en is daarmee per 2020 nog maar net in gang gezet.

Monitor en evaluatie Programma Aardgasvrije Wijken

De monitoring van het Programma Aardgasvrije Wijken (PAW) is een belangrijke prioriteit, omdat deze waardevolle informatie biedt voor de wijkgerichte aanpak, de regierol van gemeente daarbinnen en de doorontwikkeling van de aanpak. Deze (ex-post) evaluatie wordt in 2023 opgeleverd en heeft raakvlakken met de evaluatie van de Regionale Energie Strategieën (RES). Tevens vindt er voor 1 oktober 2020 ook een tussentijdse evaluatie (ex-durante) plaats van het PAW.

Interdepartementaal Beleidsonderzoek Ruimtelijke ordening

Ruimtelijke ordening is een domein overstijgend onderwerp. Er is in de laatste jaren sprake van een toenemende ruimtedruk in Nederland vanuit verschillende concurrerende functies. Nederland is nog niet af en het inpassen van alle opgaves is een grote uitdaging. Deze opgaven worden ook samengebracht in de Nationale Omgevingsvisie (NOVI). Het interdepartementaal beleidsonderzoek (IBO) dient in deze veranderende context te worden bezien. De focus van dit IBO ligt op de governance van de ruimtelijke ordening; hoe ziet het geheel aan sturing op ruimtelijke ordening er uit? Hoe zijn de check’s en balances? Wie heeft welke (beleids)verantwoordelijkheid, beslisbevoegdheid en sturingsinstrumenten?

Monitor NOVI

Uitvoering geven aan de doelstellingen uit de NOVI is een proces voor de lange termijn. Met behulp van een terugkerende cyclus van vier jaar wordt de uitvoering gemonitord. Onderdeel van die cyclus is de tweejarige monitor NOVI. Het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) brengt in samenwerking met andere onderzoeksinstuten elke twee jaar de ontwikkelingen in de fysieke leefomgeving in beeld. Door deze ontwikkelingen te vergelijken met doelstellingen of beoogde trends wordt aangegeven voor welke onderwerpen (verdere) beleidsinzet nodig is.

Een waardegedreven digitale overheid

Het Ministerie van BZK werkt aan een inclusieve, digitale, veilige, toegankelijke en transparante overheid. Het Ministerie van BZK kan hier veelal niet alleen voor zorgen en werkt daarom samen met medeoverheden als gemeenten, provincies en uitvoeringsorganisaties als de Belastingdienst en de Kamer van Koophandel (KvK). Evaluatieonderzoek vindt daarom plaats in samenwerking met uitvoeringsorganisaties en andere overheden.

Tevredenheid overheidsdienstverlening

Ter onderbouwing van het digitale inclusiebeleid worden diverse onderzoeken gedaan, die zowel ondersteunend aan de huidige beleidsinstrumenten als richtinggevend aan toekomstig beleid zijn. In onze digitaliserende samenleving staan grootse veranderingen te wachten voor iedereen: niet alleen komen er steeds meer nieuwe toepassingen bij onder de noemer Internet-of-Things, ook worden traditionele, offline producten en diensten in toenemende mate enkel nog online aangeboden. Digitale ongelijkheden zijn daardoor snel aan verandering onderhevig. Doorlopend en vernieuwend onderzoek is nodig om hiertoe beleidsinstrumenten te kunnen ontwikkelen.

De jaarlijkse monitor ‘Oordeel burgers en bedrijven over de overheidsdienstverdeling’ geeft inzicht in de kwaliteit en tevredenheid overheidsdienstverlening en maakt inzichtelijk hoe men de overheidsdienstverlening ervaart. Samen met actieve monitoring op het gebied van digitale toegankelijkheid, vaardigheden en bewustzijn kan het digitale inclusiebeleid bijdragen aan een grotere tevredenheid over de overheidsdienstverlening.

Beleidsdoorlichting investeringspost digitale overheid

De investeringspost bestaat uit interbestuurlijke opgehaalde middelen om innovatie in de Digitale overheid te bundelen. De middelen worden ingezet voor doorontwikkeling en innovatie van generieke digitale infrastructuur (GDI) voorzieningen en/of voor actielijnen zoals opgenomen in NL DIGIbeter. De investeringspost is niet alleen budget van BZK, maar aan het budget is ook bijgedragen door andere ministeries en overheden. De centrale vraag voor deze doorlichting is daardoor: zijn de interbestuurlijk opgehaalde middelen door het Ministerie van BZK doelmatig en doeltreffend ingezet?

Versnelling naar een grenzeloos samenwerkende overheid

Het Ministerie van BZK streeft naar een overheid die haar maatschappelijke taken op professionele wijze uitvoert en waar de samenleving op kan vertrouwen. Goed werkgeverschap, maatschappelijk verantwoord omgaan met vastgoed en inkoop en een veilige informatievoorziening zijn daarbij van groot belang. Er worden uiteenlopende onderzoeken ingezet om het functioneren van de Rijksdienst blijvend te verbeteren.

Brede evaluatie organisatiekaders van het Rijk

De Staatssecretaris van BZK en de Minister van Financiën hebben de wettelijke verplichting om specifieke kaders, die de organisatie van rijksorganisaties met een bepaalde zelfstandige positie reguleren, periodiek te evalueren. In de periode 2020-2021 dienen deze evaluaties uitgevoerd te worden. In afstemming met het Ministerie van Financiën is besloten om deze wettelijke evaluatietaken te combineren in een brede evaluatie.

Beleidsdoorlichting doelmatige rijkshuisvesting

Met de beleidsdoorlichting wordt onderzocht of de uitvoering van het Rijkshuisvestingsbeleid doeltreffend en doelmatig is geweest voor zover voor deze uitvoering middelen van artikel 9 ‘Uitvoering Rijksvastgoedbeleid’ van de begroting van BZK in de periode 2015 tot en met 2020 zijn ingezet. De doorlichting heeft betrekking op zowel artikelonderdeel 9.1 Doelmatige huisvesting als artikelonderdeel 9.2 Beheer materiële activa. In deze doorlichting zal in beeld worden gebracht welke factoren een doelmatige en doeltreffende uitvoering hebben bevorderd of juist belemmerd.

Licence