Dit onderdeel bevat het verdiepingshoofdstuk van de SZW-begroting. In deze paragraaf wordt voor alle artikelen op de SZW-begroting de mutatie van uitgaven en ontvangsten tussen de ontwerpbegroting 2021 en de huidige ontwerpbegroting 2022 gedetailleerd toegelicht. Dit gebeurt zowel voor de begrotingsgefinancierde als voor de premiegefinancierde regelingen.
De opbouw van deze tabellen is gelijk aan elkaar. Bij de begrotingsgefinancierde en bij de premiegefinancierde regelingen worden, conform de RBV, de mutaties in de amendementen, de drie incidentele suppletoire begrotingen, de eerste suppletoire begroting (Voorjaarsnota) en de nieuwe mutaties (Miljoenennota) vermeld.
1. Arbeidsmarkt
2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 | 5.875.149 | 1.313.166 | 1.089.618 | 1.095.861 | 875.988 | |
Mutaties Nota van wijziging 2021 | 1.362.531 | 0 | 0 | ‒ 100.000 | 0 | |
Mutaties1e Incidentele suppletoire begroting | 4.134.922 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Mutaties 2e Incidentele suppletoire begroting | ‒ 29.600 | 34.600 | 0 | 0 | 0 | |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2021 | 241.717 | 4.049.126 | 99.167 | 95.777 | 138.766 | |
Nieuwe mutaties: | ||||||
1. Loon- en prijsbijstelling 2021 | 202 | 275 | 281 | 298 | 291 | |
2. Overboekingen met andere departementen | ‒ 1.848 | ‒ 1.254 | ‒ 1.280 | ‒ 1.300 | ‒ 1.300 | |
3. Budgettair neutrale herschikkingen | 703 | ‒ 19.629 | ‒ 19.293 | ‒ 19.293 | ‒ 19.493 | |
4. Kasschuiven | ‒ 25.185 | 17.185 | 0 | 0 | ‒ 15.000 | |
5. Kasschuif MDIEU | ‒ 53.368 | ‒ 54.939 | 47.712 | 49.409 | 4.610 | |
6. Kasschuif NOW | 0 | ‒ 459.631 | 459.631 | 0 | 0 | |
7. Bijstelling NOW 1 | 275.467 | 26.802 | 0 | 0 | 0 | |
8. Bijstelling NOW 2 | ‒ 370.670 | ‒ 53.863 | ‒ 28.349 | 0 | 0 | |
9. Bijstelling NOW 3.3 | ‒ 563.756 | ‒ 193.838 | 2.430 | 0 | 0 | |
10. Bijstelling NOW 4.0 | ‒ 628.000 | ‒ 120.375 | 109.875 | 0 | 0 | |
11. Bijstelling loonsubsidie CN | ‒ 4.700 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
12. Cie Heerts, opdrachten TSB | 0 | 9.000 | 12.000 | 12.000 | 12.000 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 | 10.213.564 | 4.546.625 | 1.771.792 | 1.132.752 | 995.862 | 1.006.439 |
1. De loon- en prijsbijstelling 2021 is overgeheveld om de uitkeringslasten op prijspeil 2021 te brengen.
2. Er zijn 7 overboekingen met andere departementen. De grootste mutatie is de overboeking naar het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van ‒ € 1,3 miljoen voor het adviesbudget voor de Gezondheidsraad.
3. Er is sprake van diverse budgettair neutrale herschikkingen binnen de SZW-begroting, waaronder het met ingang van de begroting van 2022 toebedelen van de uitgaven van artikel 98 naar artikel 1.
4. Om beter aan te sluiten bij het kasritme worden onder andere middelen voor de subsidieregeling leren en ontwikkelen in het MKB (SLIM) doorgeschoven (€ 16,0 miljoen van 2021 naar 2022 en € 23,0 miljoen van 2025 naar 2026). Dit heeft onder meer te maken met de doorlooptijd voor de financiële afwikkeling en voor 2021 speelt tevens mee dat veel projectperiodes zijn gewijzigd vanwege onder andere de landelijke coronamaatregelen. Om beter aan te sluiten bij het kasritme wordt tevens € 8,0 miljoen voor Duurzame inzetbaarheid en leven lang ontwikkelen doorgeschoven van 2021 naar 2025.
5. Voor de maatwerkregeling Duurzame Inzetbaarheid en Eerder Uittreden (MDIEU) is meerjarig in totaal € 1 miljard beschikbaar. Het 1e tijdvak met een subsidieplafond van € 350 miljoen is eind juli 2021 gesloten. De omvang van de totale aanvragen ligt onder dit subsidieplafond. Veel sectoren hebben aangegeven dat zij in het volgende tijdvak begin 2022 alsnog een aanvraag zullen doen, zodat er vooral sprake is van verschuiving van de aanvragen in tijd. Om hier rekening mee te houden wordt een deel van de middelen middels de voorgestelde kas- en verplichtingenschuif doorgeschoven naar latere jaren.
6. Door het harmoniseren van de loketten NOW 3 en 4 (Kamerstukken II 2020/21, 35 420, nr. 357) hebben werkgevers meer tijd om vaststellingsaanvraag in te dienen. Om beter aan te sluiten bij het kasritme schuiven nabetalingen door van 2022 naar 2023.
7. Op basis van de ontvangen informatie van UWV is de raming van het aantal nabetalingen opwaarts bijgesteld voor de NOW 1 (eerste tranche). Dit leidt tot een tegevaller van € 275,5 miljoen in 2021.
8. Op basis van de ontvangen informatie van UWV is de raming van het aantal nabetalingen neerwaarts bijgesteld voor de NOW 2 (tweede tranche). Dit leidt tot een meevaller van € 370,7 miljoen in 2021.
9. Op basis van de ontvangen informatie van UWV blijkt dat de totale subsidieaanvraag voor de NOW 3.3 (vijfde tranche) lager is uitgevallen dan waar eerder rekening mee werd gehouden. Dit leidt tot een meevaller van € 563,8 miljoen in 2021.
10. Op basis van de CPB-raming wordt de prognose van de NOW 4.0 (zesde tranche) naar beneden bijsteld met ‒ € 600,0 miljoen in 2021. Er wordt minder gebruik verwacht van de NOW 4.0 dan waar eerder van werd uitgegaan. Verder is het omzetverliespercentage in de NOW 4.0 begrensd, waardoor bedrijven over maximaal 80% van loonsom een vergoeding kunnen krijgen. Dit leidt tot een neerwaartse bijstelling van ‒ € 28,0 miljoen in 2021. Door de bekendmaking van de data van het vaststellingenloket NOW 4 worden er ook in de jaren 2022 en 2023 nabetalingen verwacht voor de NOW 4.
11. Op basis van de realisaties van het eerste en tweede kwartaal van 2021 zijn de middelen voor de loonsubsidie CN neerwaarts bijgesteld. Verder is in verband met de verlaging van het subsidiepercentage van 80% naar 60% voor het derde kwartaal 2021, de raming voor de loonsubsidie voor het derde kwartaal neerwaarts bijgesteld.
12. Voor de tegemoetkomingsregeling stoffengerelateerde beroepsziekten (TSB) wordt in 2022 € 3,0 miljoen en structureel € 6,0 miljoen vanaf 2023 beschikbaar gesteld voor de medische beoordeling door het landelijk expertisecentrum voor stoffengerelateerde beroepsziekten (LEC-SB) op het opdrachtenbudget. Verder wordt er voor TSB € 6,0 miljoen structureel beschikbaar gesteld voor de onafhankelijke arbeidskundige organisatie op het opdrachtenbudget.
2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 | 24.975 | 25.110 | 25.180 | 25.180 | 25.180 | |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2021 | 1.030.637 | 1.101.870 | 282.606 | 32.604 | ‒ 11.300 | |
Nieuwe mutaties: | ||||||
1. Kasschuiven | 126.870 | ‒ 318.799 | 122.502 | 20.257 | 38.705 | |
2. Bijstelling NOW | 656.657 | 180.618 | 74.580 | 22.197 | 9.570 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 | 1.839.139 | 988.799 | 504.868 | 100.238 | 62.155 | 25.683 |
1. Om beter aan te sluiten bij het kasritme worden terugontvangsten van de NOW geschoven van 2022 en 2023 naar 2021 en naar latere jaren. Vanwege het afrekenproces zal een deel van ontvangsten in latere jaren worden ontvangen.
2. Op basis van de ontvangen informatie van UWV is de raming van de terugontvangsten NOW 1 tot en met 4 (eerste tot en met zesde tranche) opwaarts bijgesteld. Dit leidt tot € 656,7 miljoen minder ontvangsten in 2021.
2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 reëel | 447.570 | 233.512 | 233.512 | 233.512 | 233.512 | |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2021 | 374.388 | 187.548 | 192.920 | 198.368 | 203.891 | |
Nieuwe mutaties: | ||||||
1. Loon- en prijsbijstelling 2021 | 12.579 | 6.025 | 6.109 | 6.194 | 6.280 | |
2. Macro mutaties | ‒ 73.616 | 21.344 | 21.640 | 21.939 | 22.243 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 reëel | 760.921 | 448.429 | 454.181 | 460.013 | 465.926 | |
Stand ontwerpbegroting 2021 nominaal | 22.303 | 19.832 | 23.488 | 23.488 | 23.488 | |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2021 | ‒ 9.724 | ‒ 7.822 | ‒ 4.524 | 3.264 | 11.797 | |
Nieuwe mutaties: | ||||||
3. Bijstellingen grondslag en indexatiepercentages | 0 | 2.692 | 4.690 | 6.762 | 9.068 | |
4. Overheveling loon- en prijsbijstelling 2021 | ‒ 12.579 | ‒ 6.025 | ‒ 6.109 | ‒ 6.194 | ‒ 6.280 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 nominaal | 0 | 8.677 | 17.545 | 27.320 | 38.073 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 | 760.921 | 457.106 | 471.726 | 487.333 | 503.999 | 521.343 |
1. De loon- en prijsbijstelling 2021 is overgeheveld om de uitkeringslasten op prijspeil 2021 te brengen.
2. De raming compensatie transitievergoeding bij langdurige arbeidsongeschiktheid is meerjarig bijgesteld. De geraamde uitgaven voor 2021 zijn neerwaarts bijgesteld, omdat de verwachte uitgaven die betrekking hebben op aanvragen met terugwerkende kracht lager uitvallen. Dit wordt verklaard doordat - op basis van nieuwe uitvoeringsinformatie - het aantal toekenningen en de gemiddelde compensatie van deze categorie lager uitvallen dan bij de Voorjaarsnota werd geraamd. De geraamde uitgaven vanaf 2022 (waarbij geen sprake meer is van aanvragen met terugwerkende kracht) worden op basis van nieuwe uitvoeringsinformatie per saldo opwaarts bijgesteld. Hoewel de gemiddelde compensatie naar beneden wordt bijgesteld, is het verwachte aantal toekenningen opwaarts bijgesteld.
3. Nominale ontwikkeling als gevolg van bovenstaande mutaties van de uitkeringen (grondslag) en als gevolg van aanpassing van de indexcijfers.
4. Zie bij mutatie nummer 1.
2. Bijstand, Participatiewet en Toeslagenwet
2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 | 8.148.597 | 8.216.853 | 8.155.799 | 8.094.574 | 8.053.926 | |
Mutaties Nota van Wijziging 2021 | 110.607 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Mutaties amendement 2021 | 2.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Mutaties 1e Incidentele suppletoire begroting 2021 | 272.400 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2021 | 41.268 | ‒ 583.070 | ‒ 386.111 | ‒ 281.370 | ‒ 133.803 | |
Mutaties 3e Incidentele suppletoire begroting 2021 | ‒ 1.405 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Nieuwe mutaties: | ||||||
1. Loon- en prijsbijstelling 2021 | 97.746 | 101.718 | 103.724 | 104.453 | 106.117 | |
2. Macromutaties | ‒ 156.093 | ‒ 472.184 | ‒ 432.253 | ‒ 233.760 | ‒ 146.365 | |
3. Overboekingen met andere departementen | 321 | 674 | ‒ 3.815 | ‒ 3.916 | ‒ 3.910 | |
4. Budgettair neutrale herschikkingen | 118 | 9.202 | 13.763 | 17.213 | 13.168 | |
5. Kasschuiven | ‒ 4.425 | 2.169 | 1.576 | 517 | 54 | |
6. Ramingsbijstelling | ‒ 3.047 | ‒ 8.585 | ‒ 2.933 | ‒ 1.253 | ‒ 2.181 | |
7. Compensatie verdeelmodel | 38.118 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
8. Overboeking van begroting naar premie | ‒ 4.650 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
9. Uitstel LKS-vrijlating bijstand | 0 | ‒ 7.377 | 3.983 | 0 | 0 | |
10. Nationaliteitseis | 0 | ‒ 207 | ‒ 202 | ‒ 193 | ‒ 153 | |
11. AIO schuldig nalatig | 0 | 0 | ‒ 103 | ‒ 129 | ‒ 155 | |
12. Amendement Kwint | 0 | 3.000 | 3.000 | 3.000 | 3.000 | |
13. AIO AOW inconsistenties | 0 | 79 | 67 | 56 | 48 | |
14. Ramingsbijstelling Tozo | ‒ 65.683 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
15. Overboeking van premie naar begroting | 12.162 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
16. Bbz Tozo doorstroom | 5.414 | 125.396 | 0 | 0 | 0 | |
17. Bijstand afbouw dubbele AHK | 0 | 1.283 | 1.614 | 1.614 | 1.614 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 | 8.493.448 | 7.388.951 | 7.458.109 | 7.700.806 | 7.891.360 | 8.019.305 |
1. De loon- en prijsbijstelling 2021 is toegevoegd om de uitkeringslasten op het loon- en prijspeil 2021 te brengen.
2. De raming van het macrobudget Participatiewetuitkeringen is aangepast op basis van de laatste ontwikkelingen in de werkloosheid. Het CPB heeft zijn beeld over de werkloze beroepsbevolking positief bijgesteld. Hierdoor dalen de uitgaven aan bijstandsuitkeringen.
3. Er zijn 6 overboekingen met andere departementen. De grootste mutatie is de overboeking van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Er wordt voor 2021 € 1,3 miljoen overgeboekt voor de bijdrage aan de re-integratiemethode Individuele Plaatsing en Steun (IPS).
4. Er is sprake van diverse budgettair neutrale herschikkingen binnen de SZW-begroting, waaronder het met ingang van de begroting van 2022 toebedelen van de uitgaven van artikel 98 naar artikel 2.
5. Om beter aan te sluiten bij het verwachte kasritme worden middelen van subsidies die onderdeel zijn van de intensivering van de armoede- en schuldenaanpak, doorgeschoven van 2021 naar latere jaren.
6. De mutatie betreft een samenstelling van doorwerkingen van uitvoeringsgegevens op het terrein van onder andere macrobudget Participatiewetuitkeringen, Bijstand Zelfstandigen en Toeslagenwet. Dit leidt tot een meevaller van € 3,0 miljoen in 2021.
7. De Centrale Raad van Beroep (CRvB) heeft eerder geoordeeld dat verschillende gemeenten zijn benadeeld in de verdeling van het macrobudget Participatiewetuitkeringen. Enkele gemeenten hebben daarom in 2021 een compensatie ontvangen met betrekking tot het verdeelmodel 2015 en 2016.
8. Er is een budgettair neutrale herschikking tussen begrotings- en premiegefinancierde budgetten. In het kader van de herijking van de no-riskpolis voor personen vanuit de banenafspraak en beschut werk in 2021 is € 4,7 miljoen overgeheveld van het macrobudget Participatiewetuitkering naar het budget voor de Ziektewet.
9. Door uitstel van de wetsbehandeling Breed Offensief is de ingangsdatum van 1 januari 2022 niet haalbaar voor de loonkostensubsidie(LKS)-vrijlating en gaat deze pas in op 1 juli 2022.
10. Er is geconstateerd dat het hanteren van de nationaliteitsvereiste in artikel 56 AOW op gespannen voet staat met (internationale) non-discriminatiebepalingen. In de Verzamelwet 2022 wordt dit artikel daarom geschrapt. Door het schrappen van de nationaliteitsvereiste in de AOW krijgt een klein aantal personen recht op een hogere AOW-uitkering op grond van artikel 55 AOW. Een deel van de AOW-gerechtigden ontvangt hierdoor geen aanvulling meer vanuit de AIO tot het sociaal minimum, hetgeen leidt tot een neerwaartse bijstelling op de AIO-uitkeringslasten.
11. Door de door de Centrale Raad van Beroep (CRvB) gedane uitspraak uit 2020 zullen er minder burgers, dan wel in mindere mate, worden gekort op hun AOW door een schuldig nalatig verklaring. Een schuldig nalatig verklaring wordt door de SVB afgegeven indien de AOW-premie niet is betaald over een bepaald aanslagjaar. In de oude situatie werd deze korting in sommige gevallen aangevuld vanuit de AIO. Deze aanvulling vanuit de AIO zal in deze gevallen door de uitspraak afnemen. De AIO-uitkeringslasten worden hierdoor naar beneden bijgesteld.
12. Door invoering van amendement Kwint c.s. (Kamerstukken II, 2020/21, 35 667, nr. 37) behouden personen die gedwongen worden opgenomen hun uitkering, ter hoogte van het instellingstarief. Dit zorgt voor extra uitkeringslasten.
13. Zoals in de brief over de stand van de uitvoering vermeld (Kamerstukken II 2020/21, 26 448, nr. 652), is uit onderzoek van de SVB gebleken dat voor een aantal AOW-gerechtigden de hoogte van de AOW-uitkering onjuist is vastgesteld. Een herziening van een AOW-uitkering kan gevolgen hebben voor de hoogte van de AIO-uitkering van de betrokkenen. De kosten hiervan worden nu geschat op circa € 0,08 miljoen in 2022.
14. Op basis van nieuwe signalen (snelle monitoring) over realisaties Tozo-3 en Tozo-4 en de verwachte doorstroom naar Tozo-5, is de raming voor 2021 naar beneden bijgesteld.
15. Er is een budgettair neutrale herschikking tussen premie- en begrotingsgefinancierde budgetten. Er is € 12,2 miljoen overgeheveld van uitvoeringskosten UWV naar budget Participatiewetuitkeringen. Bij de correctie van een fout in het verdeelmodel van het macrobudget bijstand 2021 worden vier gemeenten gecompenseerd voor de neerwaartse bijstelling van hun budget.
16. Het stopzetten van de Tozo per 1 oktober 2021 zorgt voor een verhoogde instroom in het Bbz 2004. De uitkeringslasten van het Bbz 2004 zullen toenemen. Bij de verwerking van de budgettaire gevolgen voor 2021 in de 3e ISB is het eerder ingeboekte effect voor doorstroom vanuit de Tozo uitgeboekt. Er is onterecht € 92 miljoen in plaats van € 87 miljoen uitboekt. Met deze correctie van € 5,4 miljoen in 2021 wordt het verschil weer teruggeboekt. Een deel van de zelfstandigen zal ook in 2022 nog gebruik maken van het Bbz 2004. Voorlopige inschatting is dat de Bbz-uitgaven in 2022 daardoor met circa € 125 miljoen toenemen.
17. Als gevolg van de temporisering van de afbouw van de dubbele algemene heffingskorting in het referentieminimumloon, zal de bijstandsuitkering vanaf 2022 hoger uitvallen. Een deel van het eerder ingeboekte gedragseffect voor de afbouw is daarom uitgeboekt.
2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 | 4.415 | 12.859 | 120.825 | 182.426 | 185.293 | |
Mutaties 2e Incidentele suppletoire begroting 2021 | 0 | 0 | ‒ 36.500 | ‒ 18.200 | ‒ 50 | |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2021 | 958.294 | 4.939 | ‒ 66.046 | ‒ 86.542 | ‒ 107.826 | |
Nieuwe mutaties: | ||||||
1. Terugontvangsten | 778 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
2. Bbz bijstelling | 0 | 417 | ‒ 47 | ‒ 94 | ‒ 130 | |
3. Bijstelling terugontvangsten Tozo | 0 | 0 | 0 | ‒ 2.050 | ‒ 2.150 | |
4. Bijstelling terugontvangsten Tozo 2020 | ‒ 7.712 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 | 955.775 | 18.215 | 18.232 | 75.540 | 75.137 | 74.415 |
1. Er zijn diverse terugontvangsten bij artikel 2, onder andere van de subsidie kansberoep is er terugontvangst van toegekende subsidies (€ 0,8 miljoen).
2. De raming van de terugontvangsten Bijstand zelfstandigen is bijgesteld naar aanleiding van de uitvoeringsinformatie.
3. Op basis van nieuwe signalen (snelle monitoring) over realisaties Tozo-1, 2 en 4, is de raming naar beneden bijgesteld. Dit zorgt vanaf 2024 voor lagere ontvangsten.
4. Werkelijke terugontvangsten uit de voorlopige verrekening over 2020 zijn lager dan eerder ingeboekt. Daarom is de raming van de ontvangsten in 2021 naar beneden bijgesteld.
3. Arbeidsongeschiktheid
2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 | 10.722 | 10.745 | 4.767 | 790 | 802 | |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2021 | ‒ 6 | ‒ 6 | ‒ 6 | ‒ 6 | ‒ 6 | |
Nieuwe mutaties: | ||||||
1. Budgettair neutrale herschikkingen | 4.861 | 7.655 | ‒ 795 | 0 | 0 | |
2. Overboeking van begroting naar premie | ‒ 90 | ‒ 680 | ‒ 680 | 0 | 0 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 | 15.487 | 17.714 | 3.286 | 784 | 796 | 804 |
1. Er is sprake van diverse budgettair neutrale herschikkingen binnen de SZW-begroting.
2. Er is een budgettair neutrale herschikking tussen begrotings- en premiegefinancierde budgetten. De herschikking betreft ‒ € 0,1 miljoen in 2021 en ‒ € 0,7 miljoen in 2022 en 2023 voor het scholingsexperiment WGA in 2021.
2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 reëel | 10.598.310 | 10.759.146 | 10.976.838 | 11.168.660 | 11.325.979 | |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2021 | ‒ 64.940 | ‒ 26.753 | 22.496 | 52.741 | 49.149 | |
Nieuwe mutaties: | ||||||
1. Loon- en prijsbijstelling 2021 | 163.675 | 168.700 | 172.961 | 176.552 | 179.044 | |
2. Ramingsbijstelling | 38.739 | 25.291 | 28.313 | 23.196 | 20.415 | |
3. Overboekingen tussen begroting en premie | ‒ 1.862 | ‒ 2.393 | 680 | 0 | 0 | |
4. Budgettair neutrale herschikking | 11.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 reëel | 10.744.922 | 10.923.991 | 11.201.288 | 11.421.149 | 11.574.587 | |
Stand ontwerpbegroting 2021 nominaal | 148.031 | 282.928 | 451.835 | 653.867 | 885.781 | |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2021 | 15.644 | 59.207 | 98.926 | 129.917 | 149.700 | |
Nieuwe mutaties: | ||||||
5. Bijstellingen grondslag en indexatiepercentages | 0 | 93.132 | 152.893 | 217.260 | 277.660 | |
6. Overheveling loon- en prijsbijstelling 2021 | ‒ 163.675 | ‒ 168.700 | ‒ 172.961 | ‒ 176.552 | ‒ 179.044 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 nominaal | 0 | 266.567 | 530.693 | 824.492 | 1.134.097 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 | 10.744.922 | 11.190.558 | 11.731.981 | 12.245.641 | 12.708.684 | 13.128.652 |
1. De loon- en prijsbijstelling 2021 is overgeheveld om de uitkeringslasten op prijspeil 2021 te brengen.
2. Op basis van de uitvoeringsinformatie van UWV zijn de geraamde uitgaven aan de arbeidsongeschiktheidsregelingen bijgesteld. De IVA-uitgaven zijn meerjarig naar beneden bijgesteld. Dit komt voornamelijk door een lager aantal uitkeringen. De WGA-uitgaven zijn meerjarig naar boven bijgesteld. Dit komt voornamelijk door een hoger aantal uitkeringen. De WAO en de WAZ zijn slechts beperkt bijgesteld.
3. Er zijn budgettair neutrale herschikkingen tussen begrotings- en premiegefinancierde budgetten. De herschikkingen betreffen scholingsexperiment WGA en de bijdrage van VWS voor de Individuele Plaatsing en Steun (IPS).
4. Er is sprake van een budgettair neutrale herschikking binnen de SZW-begroting.
5. Nominale ontwikkeling als gevolg van bovenstaande mutaties van de uitkeringen (grondslag) en als gevolg van aanpassing van de indexcijfers.
6. Zie bij mutatie nummer 1.
4. Jonggehandicapten
2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 | 3.484.285 | 3.484.868 | 3.501.353 | 3.521.093 | 3.568.671 | |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2021 | 14.858 | 9.352 | 1.657 | ‒ 4.878 | ‒ 12.425 | |
Nieuwe mutaties: | ||||||
1. Loon- en prijsbijstelling 2020 | 53.320 | 53.940 | 54.065 | 54.269 | 54.869 | |
2. Ramingsbijstelling Wajong | ‒ 7.586 | 8.678 | 13.902 | 19.895 | 39.231 | |
3. Budgettair neutrale herschikkingen | ‒ 1.953 | ‒ 3.072 | 0 | 0 | 0 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 | 3.542.924 | 3.553.766 | 3.570.977 | 3.590.379 | 3.650.346 | 3.665.168 |
1. De loon- en prijsbijstelling 2021 is overgeheveld om de uitkeringslasten op prijspeil 2021 te brengen.
2. Op basis van de realisatiegegevens van UWV is de raming van de uitgaven van de uitkeringslasten Wajong voor 2021 naar beneden bijgesteld. Dit is naar aanleiding van een lagere instroom en een hogere uitstroom in de Wajong2010 dan eerder geraamd. Vanaf 2022 stijgen de uitkeringslasten door een hogere verwachte stijging van het gemiddelde aantal Wajongers in de Wajong2015.
3. Er is sprake van budgettair neutrale herschikkingen binnen de SZW-begroting.
2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2021 | 28.416 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 | 28.416 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
5. Werkloosheid
2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 | 142.369 | 133.271 | 168.841 | 200.396 | 212.586 | |
Mutaties Nota van Wijziging 2021 | 112.777 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Mutaties 2e Incidentele suppletoire begroting | ‒ 1.825 | 4.724 | 2.562 | 0 | 0 | |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2021 | 4.773 | ‒ 5.896 | ‒ 18.253 | ‒ 28.961 | ‒ 33.660 | |
Nieuwe mutaties: | ||||||
1. Loon- en prijsbijstelling 2021 | 2.002 | 1.974 | 2.337 | 2.663 | 2.791 | |
2. Ramingsbijstelling | 4.246 | 2.393 | ‒ 12.388 | ‒ 31.951 | ‒ 38.502 | |
3. Kasschuiven | ‒ 36.376 | 36.376 | 0 | 0 | 0 | |
4. Budgettaire neutrale herschikkingen | ‒ 2.975 | 109.692 | 325 | 0 | 0 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 | 224.991 | 282.534 | 143.424 | 142.147 | 143.215 | 129.082 |
1. De loon- en prijsbijstelling 2021 is overgeheveld om de uitkeringslasten op prijspeil 2021 te brengen.
2. Op basis van uitvoeringsinformatie van UWV is de IOW voor 2021 en 2022 opwaarts bijgesteld. Voor latere jaren zijn de IOW-uitgaven naar beneden bijgesteld, voornamelijk op basis van nieuwe werkloosheidsvoorspellingen van het CPB.
3. Om beter aan te sluiten bij het kasritme worden onder andere middelen van crisisdienstverlening door UWV doorgeschoven van 2021 naar 2022. De declaraties hiervan worden achteraf gedaan en daarom worden diverse uitgaven pas in 2022 gedaan.
4. Er is sprake van budgettair neutrale herschikkingen binnen de SZW-begroting. Onder andere de uitvoeringskosten van de impuls banenafspraak zijn overgeboekt van artikel 5 naar artikel 11 uitvoeringskosten UWV. Ook zijn er middelen voor de crisisdienstverlening en MBO praktijkleren overgeboekt van artikel 99 Nog onverdeeld.
2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2021 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Nieuwe mutaties: | ||||||
1. Terugontvangsten | 1 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 | 1 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
1. Er is een terugontvangst van de tijdelijke subsidieregeling ontwikkeladvies vijfenveertigplussers (€ 1000).
2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 reëel | 6.449.130 | 6.777.079 | 6.209.473 | 5.668.406 | 5.312.052 | |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2021 | ‒ 1.243.060 | ‒ 951.291 | ‒ 726.557 | ‒ 459.385 | ‒ 103.525 | |
Nieuwe mutaties: | ||||||
1. Loon- en prijsbijstelling 2021 | 89.546 | 99.885 | 93.931 | 89.196 | 89.178 | |
2. Ramingsbijstelling | ‒ 1.282.199 | ‒ 1.696.329 | ‒ 1.208.092 | ‒ 625.851 | ‒ 391.732 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 reëel | 4.013.417 | 4.229.344 | 4.368.755 | 4.672.366 | 4.905.973 | |
Stand ontwerpbegroting 2021 nominaal | 91.347 | 198.725 | 290.595 | 377.510 | 471.948 | |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2021 | ‒ 1.801 | 7.303 | 16.472 | 29.240 | 57.550 | |
Nieuwe mutaties: | ||||||
3. Bijstellingen grondslag en indexatiepercentages | 0 | ‒ 1.007 | 6.691 | 44.389 | 76.331 | |
4. Overheveling loon- en prijsbijstelling 2021 | ‒ 89.546 | ‒ 99.885 | ‒ 93.931 | ‒ 89.196 | ‒ 89.178 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 nominaal | 0 | 105.136 | 219.827 | 361.943 | 516.651 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 | 4.013.417 | 4.334.480 | 4.588.582 | 5.034.309 | 5.422.624 | 5.627.910 |
1. De loon- en prijsbijstelling 2021 is overgeheveld om de uitkeringslasten op prijspeil 2021 te brengen.
2. Op basis van uitvoeringsinformatie van UWV en nieuwe werkloosheidsvoorspellingen van het CPB verwachten we minder WW-uitkeringen de komende jaren. Dit heeft geleid tot een neerwaartse ramingsbijstelling.
3. Nominale ontwikkeling als gevolg van bovenstaande mutaties van de uitkeringen (grondslag) en als gevolg van aanpassing van de indexcijfers.
4. Zie bij mutatie nummer 1.
2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 reëel | 305.149 | 312.328 | 314.103 | 314.103 | 314.103 | |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2021 | ‒ 50.000 | ‒ 50.000 | ‒ 50.000 | ‒ 50.000 | ‒ 50.000 | |
Nieuwe mutaties: | ||||||
1. Loon- en prijsbijstelling 2021 | 4.333 | 4.454 | 4.485 | 4.485 | 4.485 | |
2. Ramingsbijstelling | ‒ 67.483 | ‒ 32.482 | ‒ 32.482 | ‒ 32.482 | ‒ 32.482 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 reëel | 191.999 | 234.300 | 236.106 | 236.106 | 236.106 | |
Stand ontwerpbegroting 2021 nominaal | 4.274 | 9.107 | 14.640 | 20.871 | 27.890 | |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2021 | 59 | 139 | 125 | ‒ 261 | ‒ 1.029 | |
Nieuwe mutaties: | ||||||
3. Bijstellingen grondslag en indexatiepercentages | 0 | 1.064 | 1.660 | 2.253 | 2.609 | |
4. Overheveling loon- en prijsbijstelling 2021 | ‒ 4.333 | ‒ 4.454 | ‒ 4.485 | ‒ 4.485 | ‒ 4.485 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 nominaal | 0 | 5.856 | 11.940 | 18.378 | 24.985 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 | 191.999 | 240.156 | 248.046 | 254.484 | 261.091 | 261.927 |
1. De loon- en prijsbijstelling 2021 is overgeheveld om de ontvangsten op prijspeil 2021 te brengen.
2. Overheidswerkgevers zijn eigenrisicodragers voor de WW. De WW-uitgaven worden door UWV verhaald op deze werkgevers. De raming van de ontvangsten uit verhaal is op basis van uitvoeringsinformatie voor alle jaren naar beneden bijgesteld.
3. Nominale ontwikkeling als gevolg van bovenstaande mutaties van de uitkeringen (grondslag) en als gevolg van aanpassing van de indexcijfers.
4. Zie bij mutatie nummer 1.
6. Ziekte en verlofregelingen
2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 | 12.612 | 11.203 | 9.392 | 8.787 | 8.629 | |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2021 | ‒ 541 | ‒ 2.021 | ‒ 676 | ‒ 333 | ‒ 335 | |
Nieuwe mutaties: | ||||||
1. Loon- en prijsbijstelling 2021 | 138 | 1.194 | 2.253 | 2.253 | 2.253 | |
2. Uitkeringslasten TSB | 0 | 26.250 | 52.500 | 52.500 | 52.500 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 | 12.209 | 36.626 | 63.469 | 63.207 | 63.047 | 62.882 |
1. De loon- en prijsbijstelling 2021 is overgeheveld om de uitkeringslasten op prijspeil 2021 te brengen.
2. Voor de tegemoetkomingsregeling stoffengerelateerde beroepsziekten (TSB) wordt in 2022 € 26,3 miljoen en structureel € 52,5 miljoen vanaf 2023 geraamd. Via deze regeling wordt vanaf 1 juli 2022 een financiële tegemoetkoming toegekend aan slachtoffers van beroepsziekten veroorzaakt door blootstelling aan gevaarlijke stoffen.
2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 reëel | 3.332.003 | 3.497.050 | 3.767.521 | 3.802.627 | 3.825.283 | |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2021 | 27.432 | ‒ 77.566 | ‒ 49.380 | 19.646 | 65.665 | |
Nieuwe mutaties: | ||||||
1. Loon- en prijsbijstelling 2021 | 57.234 | 58.222 | 63.351 | 65.170 | 66.394 | |
2. Ramingsbijstelling | 138.597 | 153.638 | 131.281 | 93.929 | 82.778 | |
3. Overboeking van begroting naar premie | 4.650 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
4. Overboeking met ander departement | 5.459 | 5.313 | 8.335 | 11.324 | 14.601 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 reëel | 3.565.375 | 3.636.657 | 3.921.108 | 3.992.696 | 4.054.721 | |
Stand ontwerpbegroting 2021 nominaal | 46.664 | 103.261 | 181.331 | 259.458 | 346.686 | |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2021 | 10.570 | 18.081 | 29.942 | 42.840 | 53.497 | |
Nieuwe mutaties: | ||||||
5. Bijstellingen grondslag en indexatiepercentages | 0 | 27.016 | 46.027 | 66.756 | 86.075 | |
6. Overheveling loon- en prijsbijstelling 2021 | ‒ 57.234 | ‒ 58.222 | ‒ 63.351 | ‒ 65.170 | ‒ 66.394 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 nominaal | 0 | 90.136 | 193.949 | 303.884 | 419.864 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 nominaal | 3.565.375 | 3.726.793 | 4.115.057 | 4.296.580 | 4.474.585 | 4.652.946 |
1. De loon- en prijsbijstelling 2021 is overgeheveld om de uitkeringslasten op prijspeil 2021 te brengen.
2. De ZW kent meerjarig een tegenvaller. Dit komt vooral door een sterke toename van het aantal uitkeringen in het kader van ziekte bij zwangerschap. Ook de geraamde uitgaven aan zwangerschaps-/bevallingsverlof, aanvullend geboorteverlof en betaald ouderschapsverlof worden meerjarig opwaarts bijgesteld.
3. Er is een budgettair neutrale herschikking tussen begrotings- en premiegefinancierde budgetten. De herschikking betreft € 4,7 miljoen voor no-riskpolis voor personen vanuit de banenafspraak en beschut werk in 2021.
4. Er is een meerjarige overboeking van het Gemeentefonds voor herijking no-risk polis banenafspraak en beschut werk van € 5,5 miljoen in 2021 tot € 14,6 miljoen in 2025.
5. Nominale ontwikkeling als gevolg van bovenstaande mutaties van de uitkeringen (grondslag) en als gevolg van aanpassing van de indexcijfers.
6. Zie bij mutatie nummer 1.
7. Kinderopvang
2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 | 3.550.009 | 3.538.760 | 3.537.286 | 3.572.182 | 3.632.239 | |
Mutaties Nota van Wijziging 2021 | 8.500 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Mutaties 1e Incidentele suppletoire begroting 2021 | 213.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Mutaties 2e Incidentele suppletoire begroting 2021 | 74.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2021 | 39.939 | 9.898 | 6.192 | ‒ 12.589 | ‒ 20.166 | |
Nieuwe mutaties: | ||||||
1. Loon- en prijsbijstelling 2021 | 124.741 | 123.410 | 123.423 | 124.138 | 125.990 | |
2. Ramingsbijstelling KOT | 115.154 | 193.593 | 179.892 | 166.423 | 154.037 | |
3. Kasschuif | ‒ 2.500 | 0 | 2.500 | 0 | 0 | |
4. Budgettair neutrale herschikkingen | 0 | ‒ 6.370 | ‒ 6.370 | ‒ 6.370 | ‒ 6.370 | |
5. Overboekingen met andere departementen | ‒ 4.446 | ‒ 653 | ‒ 753 | ‒ 653 | ‒ 550 | |
6. Behandelgrens KOT nabetalingen | 14.700 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
7. Behandelgrens KOT geheel | 0 | 3.400 | 3.400 | 3.400 | 3.400 | |
8. Verhoging eigen bijdrage 2022 | ‒ 2.826 | ‒ 4.061 | ‒ 1.105 | 539 | 174 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 | 4.130.271 | 3.857.977 | 3.844.465 | 3.847.070 | 3.888.754 | 3.947.795 |
1. De loon- en prijsbijstelling 2021 is overgeheveld om de uitkeringslasten op prijspeil 2021 te brengen.
2. De uitgaven kinderopvangtoeslag zijn naar boven bijgesteld. Het gebruik van kinderopvang is meerjarig opwaarts bijgesteld. Ten eerste komt het gebruik hoger uit doordat het gemiddeld aantal uren dat kinderen naar de opvang gaan, verder is gestegen. Daarnaast is er meer gebruik van kinderopvang doordat het aantal geboorten en de migratie hoger uitkomen dan eerder werd verwacht. Verder zijn als gevolg van de neerwaarts bijgestelde werkloosheid de uitgaven aan kinderopvangtoeslag naar boven bijgesteld.
3. Om beter aan te sluiten bij het kasritme worden middelen voor huisvesting kinderopvang BES doorgeschoven van 2021 naar 2023. Vanwege vertraging bij indienen en goedkeuren van de plannen van de eilanden zullen de middelen in 2023 worden besteed.
4. Er zijn enkele budgettair neutrale herschikkingen binnen de SZW-begroting. Dit hangt met name samen met extra middelen die vanaf 2022 worden ingezet om toezicht en handhaving in de gastouderopvang te intensiveren. De betreffende middelen (€ 6,4 miljoen per jaar) worden overgeboekt naar het Gemeentefonds. De mutatie op artikel 7 (jaarlijks -/- € 6,4 miljoen) betreft de dekking voor genoemde intensivering middels een maatregel op de kinderopvangtoeslag.
5. Er zijn 4 overboekingen met andere departementen. De grootste overboeking is naar het Ministerie van Financiën voor de uitvoeringskosten van de Tijdelijke Tegemoetkomingsregeling Kinderopvang (- € 4,2 miljoen in 2021).
6. Bij de definitieve vaststelling van de kinderopvangtoeslag werden verschillen tussen opgaven van ouders en de jaaropgaven van kinderopvangorganisaties, kleiner dan een door Toeslagen vastgestelde behandelgrens (€ 300), niet behandeld. Dit uit overwegingen van beperkte beschikbare capaciteit in handmatig toezicht. Nu er meer capaciteit beschikbaar is bij Toeslagen is besloten om de behandelgrens van € 300 bij nabetalingen voor berekeningsjaar 2020 los te laten. Dit leidt in 2021 tot € 14,7 miljoen aan extra nabetalingen.
7. Toeslagen hanteert een behandelgrens bij definitief toekennen in de kinderopvangtoeslag, uit overwegingen van beperkte beschikbare capaciteit in handmatig toezicht. Deze behandelgrens is in 2021 eenzijdig (alleen voor de nabetalingen) losgelaten (zie mutatie 6). Vanaf 2022 wordt beoogd om deze grens indien mogelijk geheel los te laten, dus voor zowel de nabetalingen als de terugvorderingen. Per saldo leidt dit structureel tot € 3,4 miljoen hogere uitgaven.
8. De eigen bijdrage die ouders betalen voor kinderopvang wordt in 2022 verhoogd als dekkingsmaatregel voor enkele intensiveringen in de kinderopvangtoeslag. De nadere uitwerking van de maatregel leidt met name in de eerste jaren tot iets meer dekking, mede als gevolg van ingroei-effecten.
2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 | 1.546.276 | 1.556.470 | 1.569.913 | 1.585.622 | 1.601.069 | |
Mutaties amendement 2021 | ‒ 2.400 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Mutaties 2e Incidentele suppletoire begroting | ‒ 11.654 | ‒ 19.650 | ‒ 19.650 | ‒ 19.650 | ‒ 10.424 | |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2021 | ‒ 695 | ‒ 4.027 | ‒ 3.538 | ‒ 2.714 | ‒ 2.977 | |
Nieuwe mutaties: | ||||||
1. Ramingsbijstelling | ‒ 9.241 | 10.308 | 18.837 | 22.208 | 22.630 | |
2. Werkgeversbijdrage | 44.036 | 41.572 | 32.601 | 23.970 | 14.811 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 | 1.566.322 | 1.584.673 | 1.598.163 | 1.609.436 | 1.625.109 | 1.638.950 |
1. Er is in 2021 een tegenvaller op de ontvangsten. Dit hangt vooral samen met lagere ontvangsten over de toeslagjaren 2018 en 2019. Meerjarig is er een meevaller, mede als gevolg van de opwaartse bijstelling van de uitgaven. Hogere uitgaven leiden met vertraging tot meer ontvangsten.
2. De werkgeversbijdrage kinderopvang is een vast percentage van de totale loonsom. De loonsom is naar boven bijgesteld. Dit leidt tot hogere ontvangsten werkgeversbijdrage.
8. Oudedagsvoorziening
2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 | 26.178 | 27.410 | 28.528 | 29.855 | 31.419 | |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2021 | ‒ 2.466 | ‒ 2.610 | ‒ 2.783 | ‒ 2.942 | ‒ 3.074 | |
Nieuwe mutaties: | ||||||
1. Loon- en prijsbijstelling 2021 | 16 | 13 | 7 | 2 | 0 | |
2. Budgettair neutrale herschikking | 0 | 461 | 461 | 461 | 461 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 | 23.728 | 25.274 | 26.213 | 27.376 | 28.806 | 30.544 |
1. De loon- en prijsbijstelling 2021 is overgeheveld om de uitkeringslasten op prijspeil 2021 te brengen.
2. Er is sprake van een budgettair neutrale herschikking binnen de SZW-begroting, waaronder het met ingang van de begroting van 2022 toebedelen van de uitgaven van artikel 98 naar artikel 8.
2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2021 | 64 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 | 64 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 reëel | 42.185.100 | 42.523.673 | 42.807.650 | 43.286.194 | 44.242.636 | |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2021 | ‒ 138.074 | ‒ 115.510 | ‒ 100.080 | ‒ 83.158 | ‒ 68.200 | |
Nieuwe mutaties: | ||||||
1. Loon- en prijsbijstelling 2021 | 1.060.683 | 1.070.034 | 1.077.791 | 1.090.484 | 1.115.138 | |
2. Ramingsbijstelling | ‒ 85.070 | ‒ 76.079 | ‒ 66.484 | ‒ 67.548 | ‒ 68.099 | |
3. Duurzaam gescheiden leven | ‒ 668 | ‒ 1375 | ‒ 1375 | ‒ 1375 | ‒ 1375 | |
4. Nationaliteitseis | 0 | 591 | 576 | 551 | 437 | |
5. AOW schuldig nalatig | 0 | 0 | 512 | 640 | 769 | |
6. AOW inconsistenties | 0 | 34.588 | ‒ 728 | ‒ 1.149 | ‒ 1.507 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 reëel | 43.021.971 | 43.435.922 | 43.717.862 | 44.224.639 | 45.219.799 | |
Stand ontwerpbegroting 2021 nominaal | 971.913 | 1.628.768 | 2.272.539 | 3.087.047 | 4.061.468 | |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2021 | 88.770 | 103.534 | 274.386 | 319.553 | 343.203 | |
Nieuwe mutaties: | ||||||
7. Bijstellingen grondslag en indexatiepercentages | 0 | 62.625 | 246.449 | 459.841 | 677.539 | |
8. Overheveling loon- en prijsbijstelling 2021 | ‒ 1.060.683 | ‒ 1.070.034 | ‒ 1.077.791 | ‒ 1.090.484 | ‒ 1.115.138 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 nominaal | 0 | 724.893 | 1.715.583 | 2.775.957 | 3.967.072 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 | 43.021.971 | 44.160.815 | 45.433.445 | 47.000.596 | 49.186.871 | 51.501.617 |
1. De loon- en prijsbijstelling 2021 is overgeheveld om de uitkeringslasten op prijspeil 2021 te brengen.
2. Op basis van realisatiecijfers van de SVB is de raming voor de uitkeringslasten van de AOW en IOAOW naar beneden bijgesteld. In 2021 bedraagt de neerwaartse bijstelling per saldo € 85,1 miljoen.
3. Gehuwde AOW-gerechtigden waarvan één van de partners in een zorginstelling woont, kunnen zelf aangeven of er sprake is van duurzaam gescheiden leven (DGL) en daarmee de hogere alleenstaande AOW-uitkering ontvangen. Dit kan financieel onvoordelig uitpakken, omdat deze personen een hogere eigen bijdrage Wlz betalen. Eerder kon de keuze voor DGL niet worden teruggedraaid, deze beslissing is herzien. Hierdoor kunnen AOW-gerechtigden die als DGL geregistreerd stonden weer het lagere gehuwdenpensioen aanvragen, waardoor minder AOW-gerechtigden de alleenstaande AOW-uitkering zullen ontvangen. De AOW-uitkeringslasten worden daarom neerwaarts bijgesteld.
4. Er is geconstateerd dat het hanteren van de nationaliteitsvereiste in artikel 56 AOW op gespannen voet staat met (internationale) non-discriminatiebepalingen. In de Verzamelwet 2022 wordt dit artikel daarom geschrapt. Door het schrappen van de nationaliteitsvereiste in de AOW krijgt een klein aantal personen recht op een hogere AOW-uitkering op grond van artikel 55 AOW. Dit leidt tot een opwaartse bijstelling van de AOW-uitkeringslasten.
5. Door de door de Centrale Raad van Beroep (CRvB) gedane uitspraak uit 2020 zullen er minder burgers, dan wel in mindere mate, worden gekort op hun AOW door een schuldig nalatig verklaring. Een schuldig nalatig verklaring wordt door de SVB afgegeven indien de AOW-premie niet is betaald over een bepaald aanslagjaar. Voor elk jaar dat er geen AOW-premie wordt afgedragen wordt de AOW-uitkering met 2% gekort. Door de CRvB uitspraak ontvangen meer mensen een hogere AOW-uitkering, daarom worden de AOW-uitkeringslasten hiervoor naar boven bijgesteld.
6. Zoals in de brief over de stand van de uitvoering vermeld (Kamerstukken II 2020/21, 26 448, nr. 652), is uit onderzoek van de SVB gebleken dat voor een aantal AOW-gerechtigden de hoogte van de AOW-uitkering onjuist is vastgesteld. Op dit moment worden nadere analyses gemaakt en wordt er verder nagedacht over de verdere vormgeving van de herstelactie. In de begroting voor 2022 wordt rekening gehouden met circa € 35 miljoen aan extra uitgaven als gevolg van deze herstelactie.
7. Nominale ontwikkeling als gevolg van bovenstaande mutaties van de uitkeringen (grondslag) en als gevolg van aanpassing van de indexcijfers.
8. Zie mutatie nummer 1.
9. Nabestaanden
2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 | 1.370 | 1.404 | 1.435 | 1.470 | 1.486 | |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2021 | ‒ 250 | ‒ 252 | ‒ 254 | ‒ 256 | ‒ 257 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 | 1.120 | 1.152 | 1.181 | 1.214 | 1.229 | 1.242 |
2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 reëel | 314.958 | 303.499 | 297.671 | 293.268 | 286.423 | |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2021 | 984 | ‒ 858 | ‒ 2.486 | ‒ 3.849 | ‒ 6.568 | |
Nieuwe mutaties: | ||||||
1. Loon- en prijsbijstelling 2021 | 3.017 | 2.889 | 2.819 | 2.764 | 2.671 | |
2. Ramingsbijstelling | ‒ 750 | ‒ 640 | ‒ 614 | ‒ 761 | ‒ 463 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 reëel | 318.209 | 304.890 | 297.390 | 291.422 | 282.063 | |
Stand ontwerpbegroting 2021 nominaal | 2.843 | 3.946 | 5.072 | 7.028 | 9.188 | |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2021 | 174 | 1.240 | 2.288 | 2.640 | 2.948 | |
Nieuwe mutaties: | ||||||
3. Bijstellingen grondslag en indexatiepercentages | 0 | 2.652 | 4.072 | 5.490 | 6.609 | |
4. Overheveling loon- en prijsbijstelling 2021 | ‒ 3.017 | ‒ 2.889 | ‒ 2.819 | ‒ 2.764 | ‒ 2.671 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 nominaal | 0 | 4.949 | 8.613 | 12.394 | 16.074 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 | 318.209 | 309.839 | 306.003 | 303.816 | 298.137 | 293.159 |
1. De loon- en prijsbijstelling 2021 is overgeheveld om de uitkeringslasten op prijspeil 2021 te brengen.
2. De raming van de uitkeringslasten Anw is licht naar beneden bijgesteld, omdat onder andere de indexatie van de normbedragen van de Anw (prijspeil 2021) lager uitvalt dan geraamd.
3. Nominale ontwikkeling als gevolg van bovenstaande mutaties van de uitkeringen (grondslag) en als gevolg van aanpassing van de indexcijfers.
4. Zie mutatie nummer 1.
10. Tegemoetkoming ouders
2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 | 6.521.835 | 6.462.911 | 6.404.382 | 6.379.068 | 6.339.008 | |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2021 | ‒ 80.936 | ‒ 73.276 | ‒ 90.890 | ‒ 82.637 | ‒ 73.893 | |
Nieuwe mutaties: | ||||||
1. Loon- en prijsbijstelling 2021 | 109.402 | 129.178 | 127.620 | 127.272 | 126.627 | |
2. Ramingsbijstelling WKB | ‒ 66.500 | ‒ 94.083 | ‒ 78.040 | ‒ 69.297 | ‒ 61.504 | |
3. Ramingsbijstelling AKW | 286 | ‒ 2.625 | 2.721 | 5.394 | 5.620 | |
4. Koppelingsbeginsel | 30 | 20 | 20 | 20 | 20 | |
5. WKB herstelactie | 28.000 | 2.000 | 1.000 | 0 | 0 | |
6. WKB verhoging vanaf 2e kind | 4.606 | 55.183 | 54.222 | 53.992 | 53.688 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 | 6.516.723 | 6.479.308 | 6.421.035 | 6.413.812 | 6.389.566 | 6.386.298 |
1. De loon- en prijsbijstelling 2021 is overgeheveld om de uitkeringslasten op prijspeil 2021 te brengen.
2. Op basis van het eerste tertaal 2021 lijken de beschikkingen WKB lager uit te komen (meevaller). Ook lijkt het aantal nabetalingen over 2020 lager uit te komen (meevaller). De inkomensontwikkeling zoals geraamd door het CPB komt hoger uit. Dit leidt meerjarig tot meevallers. Daarentegen wordt op basis van realisaties rekening gehouden met meer geboorten en een licht hogere migratie (tegenvaller). Per saldo is sprake van een meevaller.
3. De bijstelling op de AKW is het gevolg van twee effecten. Ten eerste komt het indexeringspercentage van juli 2021 lager uit dan was verwacht, met een neerwaarts effect op de uitgaven als gevolg. Ten tweede wordt op basis van realisaties rekening gehouden met meer geboorten en een licht hogere migratie (demografie). Dit leidt juist tot hogere uitgaven op de AKW. Per saldo vallen beide effecten in 2021 vrijwel tegen elkaar weg. Na een kleine meevaller in 2022 is in latere jaren sprake van een tegenvaller.
4. De Belastingdienst onderdeel Toeslagen heeft de uitvoeringstoets voor de uitzondering op het koppelingsbeginsel voor de WKB vernieuwd. De uitvoeringskosten in deze uitvoeringstoets liggen hoger dan in de eerdere uitvoeringstoets; incidenteel € 30.000, structureel € 20.000.
5. In de afrondende fase van de WKB-herstelactie is gebleken dat nog een aantal groepen ouders recht heeft op herstel. Deze groepen zijn voornamelijk hersteld in 2021. Later dit jaar wordt de Kamer geïnformeerd over de voortgang van de herstelactie middels een Kamerbrief. Hierin wordt ook nader ingegaan op deze groepen.
6. De bedragen per kind in het kindgebonden budget worden per 1 januari 2022 vanaf het 2e kind met € 70 op jaarbasis verhoogd. Omdat het eerste voorschot in december wordt uitbetaald, is er ook in 2021 sprake van uitgaven.
2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 | 201.680 | 209.800 | 210.462 | 208.047 | 206.154 | |
Mutaties amendement 2021 | ‒ 3.600 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Mutaties 2e Incidentele suppletoire begroting | ‒ 5.695 | ‒ 4.926 | ‒ 2.741 | ‒ 1.922 | 0 | |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2021 | ‒ 5.909 | ‒ 10.849 | ‒ 10.245 | ‒ 7.700 | ‒ 7.682 | |
Nieuwe mutaties: | ||||||
1. Ramingsbijstelling WKB | 7.841 | ‒ 5.749 | ‒ 13.479 | ‒ 17.484 | ‒ 18.618 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 | 194.317 | 188.276 | 183.997 | 180.941 | 179.854 | 179.111 |
1. De ramingsbijstelling van de ontvangsten volgt (vertraagd) het patroon van de ramingsbijstelling van de uitgaven. Indien aan de voorkant meer wordt uitgekeerd, volgen meer terugontvangsten na definitieve toekenning en vice versa.
11. Uitvoering
2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 | 655.858 | 572.373 | 537.133 | 545.031 | 541.486 | |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2021 | 38.864 | ‒ 184 | ‒ 12.392 | ‒ 13.524 | ‒ 16.860 | |
Nieuwe mutaties: | ||||||
1. Loon- en prijsbijstelling 2021 | 11.558 | 11.412 | 11.292 | 11.457 | 11.383 | |
2. Ramingsbijstelling | 0 | 909 | 1.433 | 1.653 | 2.092 | |
3. Kasschuiven | ‒ 2.880 | 2.880 | 0 | 0 | 0 | |
4. Overboekingen met andere departementen | ‒ 100 | ‒ 900 | ‒ 900 | ‒ 900 | ‒ 900 | |
5. Budgettair neutrale herschikkingen | ‒ 1.234 | 73.718 | 36.754 | 37.138 | 37.214 | |
6. Vrijval NOW middelen | ‒ 40.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
7. Uitvoeringskosten BKWI TWI | 250 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
8. Uitvoeringskosten SVB TSB | 0 | 2.500 | 4.000 | 4.000 | 4.000 | |
9. POC-KOT dienstverlening SVB | 0 | 15.700 | 22.600 | 22.800 | 22.900 | |
10. Overboeking tussen premie en begroting | ‒ 456 | ‒ 16.587 | ‒ 13.794 | ‒ 13.908 | ‒ 13.965 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 | 661.860 | 661.821 | 586.126 | 593.747 | 587.350 | 586.805 |
1. Ontvangen loon- en prijsbijstelling ten behoeve van de begrotingsgefinancierde uitvoeringsbudgetten van de ZBO’s.
2. De uitvoeringskosten voor UWV zijn bijgesteld naar aanleiding van wijzigingen in de ramingen van onder andere de Wajong en IOW. Het uitvoeringsbudget stijgt hierdoor licht vanaf 2022.
3. Om beter aan te sluiten bij het kasritme worden middelen van diverse bedrijfsvoeringskosten van UWV doorgeschoven van 2021 naar 2022 en verder.
4. Er zijn 3 overboekingen met andere departementen. De grootste overboeking is structureel vanaf 2022 naar het Gemeentefonds (- € 2,5 miljoen) voor de landelijke structuur interventieteams.
5. Er is sprake van diverse budgettair neutrale herschikkingen binnen de SZW-begroting, waaronder het met ingang van de begroting van 2022 toebedelen van de uitgaven van artikel 98 naar artikel 11. Verder worden in 2022 vanaf artikel 99 Nog onverdeeld de uitvoeringskosten NOW 3 door UWV, inzet doelgroep banenafspraak en middelen voor crisisdienstverlening overgeboekt.
6. De reservering bij UWV voor de noodmaatregelen NOW 1, 2, 3 en 4 wordt naar beneden bijgesteld op basis van de verwachte uitvoeringskosten 2021.
7. Dit betreft de middelen BKWI ten behoeve van het project Toekomst Gegevensuitwisseling Werk en Inkomen (TWI) die in 2020 niet uitgegeven zijn en terugvloeien via terugontvangsten. In 2021 worden deze middelen alsnog ingezet.
8. Voor de tegemoetkomingsregeling stoffengerelateerde beroepsziekten (TSB) wordt voor de uitvoering door SVB in 2022 € 2,5 miljoen en structureel vanaf 2023 € 4,0 miljoen gereserveerd.
9. Voor tegemoetkoming aan de aanbevelingen van de Parlementaire ondervragingscommissie Kinderopvangtoeslag is in 2022 € 15,7 miljoen en structureel € 22,9 miljoen beschikbaar gesteld ten behoeve van de dienstverlening van de SVB.
10. Er zijn diverse budgettair neutrale herschikkingen op artikel 11 tussen premie- en begrotingsgefinancierde budgetten.
2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2021 | 65.892 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Nieuwe mutaties: | ||||||
1. Terugontvangst | 79 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
2. Terugontvangsten BKWI TWI | 250 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 | 66.221 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
1. Er is een terugontvangst van de landelijke cliëntenraden (€ 0,1 miljoen).
2. Betreft de terugontvangsten BKWI project Toekomst Gegevensuitwisseling Werk en Inkomen (TWI) over jaarrekening 2020, zie ook bij uitgaven mutatie nummer 7.
2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 reëel | 1.934.073 | 1.976.265 | 1.948.032 | 1.945.799 | 1.945.634 | |
Mutaties Nota van Wijziging 2021 | 10.800 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Mutaties 1e Incidentele suppletoire begroting | 2.394 | 10.968 | 1.400 | 500 | 0 | |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2021 | ‒ 26.693 | ‒ 41.251 | ‒ 18.651 | ‒ 5.407 | 10.427 | |
Nieuwe mutaties: | ||||||
1. Loon- en prijsbijstelling 2021 | 40.184 | 40.571 | 40.255 | 40.466 | 40.781 | |
2. Overboeking met ander departement | ‒ 2.649 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
3. Kasschuif | ‒ 4.600 | 3.500 | 1.100 | 0 | 0 | |
4. Ramingsbijstelling | 0 | ‒ 76.841 | ‒ 53.562 | ‒ 29.126 | ‒ 21.046 | |
5. POC-KOT UWV | 4.000 | 88.000 | 120.000 | 120.000 | 120.000 | |
6. Budgettair neutrale herschikking | ‒ 11.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
7. Overboeking tussen premie en begroting | ‒ 22.414 | 16.587 | 13.794 | 13.908 | 13.965 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 reëel | 1.924.095 | 2.017.799 | 2.052.368 | 2.086.140 | 2.109.761 | |
Stand ontwerpbegroting 2021 nominaal | 46.129 | 81.089 | 120.078 | 161.859 | 205.465 | |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2021 | ‒ 5.945 | ‒ 8.989 | ‒ 6.539 | ‒ 2.919 | ‒ 722 | |
Nieuwe mutaties: | ||||||
8. Bijstellingen grondslag en indexatiepercentages | 0 | 20.598 | 31.420 | 42.176 | 54.625 | |
9. Overheveling loon- en prijsbijstelling 2021 | ‒ 40.184 | ‒ 40.571 | ‒ 40.255 | ‒ 40.466 | ‒ 40.781 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 nominaal | 0 | 52.127 | 104.704 | 160.650 | 218.587 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 nominaal | 1.924.095 | 2.069.926 | 2.157.072 | 2.246.790 | 2.328.348 | 2.393.007 |
1. De loon- en prijsbijstelling ten behoeve van de premiegefinancierde uitvoeringsbudgetten van de ZBO’s.
2. Er is een overboeking naar het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties voor de extra bijdrage Basis Registratie Personen 2021 en de naheffing 2020.
3. Om beter aan te sluiten bij het kasritme worden middelen van diverse bedrijfsvoeringskosten van UWV doorgeschoven van 2021 naar 2022 en verder.
4. De uitvoeringskosten voor UWV zijn bijgesteld naar aanleiding van wijzigingen in de ramingen door volumeontwikkelingen van onder andere de WW en ZW. Het uitvoeringsbudget daalt hierdoor vanaf 2022.
5. Voor tegemoetkoming aan de Parlementaire ondervragingscommissie Kinderopvangtoeslag is in 2022 € 80,0 miljoen en structureel vanaf 2023 € 112,0 miljoen beschikbaar gesteld ten behoeve van dienstverlening van UWV. Verder is ten behoeve van informatiehuishouding van UWV in 2021 € 4,0 miljoen en structureel vanaf 2022 € 8,0 miljoen beschikbaar gesteld.
6. Er is sprake van budgettair neutrale herschikking binnen de SZW-begroting.
7. Er zijn diverse budgettair neutrale herschikkingen tussen premie- en begrotingsgefinancierde budgetten. Er is ‒ € 12,2 miljoen overgeheveld van uitvoeringskosten UWV naar budget Participatiewetuitkeringen. Er is ‒ € 10,7 miljoen overgeheveld van uitvoeringskosten UWV naar nog onverdeeld. Verder is er ook een herverdeling op artikel 11 tussen premie- en begrotingsgefinancierde budgetten, zie ook nummer 10 bij het begrotingsartikel 11.
8. Nominale ontwikkeling als gevolg van bovenstaande mutaties van de uitkeringen (grondslag) en als gevolg van aanpassing van de indexcijfers.
9. Zie mutatie nummer 1.
12. Rijksbijdragen
2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 | 22.756.024 | 23.390.851 | 23.699.121 | 24.171.823 | 25.132.338 | |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2021 | 395.427 | ‒ 947.065 | ‒ 1.378.544 | ‒ 1.378.384 | ‒ 1.380.941 | |
Nieuwe mutaties: | ||||||
1. Macromutaties | 14.700 | 405.082 | 758.110 | 733.230 | 715.333 | |
2. Afboeken RB transitievergoedingen | 0 | ‒ 11.267 | ‒ 11.267 | ‒ 11.267 | ‒ 11.267 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 | 23.166.151 | 22.837.601 | 23.067.420 | 23.515.402 | 24.455.463 | 25.455.914 |
1. De ramingen van de rijksbijdragen zijn op basis van uitvoeringsgegevens en van macro-economische gegevens van het CPB bijgesteld.
2. Vanaf 2022 is er geen rijksbijdrage meer nodig voor de compensatieregeling transitievergoeding bij ontslag vanwege langdurige arbeidsongeschiktheid. Deze middelen worden daarom afgeboekt.
2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2021 | 2.084 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Nieuwe mutaties: | ||||||
1. Terugontvangsten | 59 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 | 2.143 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
1. Er zijn diverse terugontvangsten bij artikel 12, onder andere van de tegemoetkoming WIA IVA is er terugontvangst (€ 0,1 miljoen).
13. Integratie en maatschappelijke samenhang
2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 | 237.197 | 252.207 | 238.532 | 227.414 | 220.503 | |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2021 | ‒ 28.245 | 118.290 | 78.155 | 52.834 | 37.030 | |
Nieuwe mutaties: | ||||||
1. Loon- en prijsbijstelling 2021 | 1.139 | 3.287 | 4.121 | 4.208 | 4.082 | |
2. Overboeking met ander departement | ‒ 35 | ‒ 15 | ‒ 15 | ‒ 15 | ‒ 15 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 | 210.056 | 373.769 | 320.793 | 284.441 | 261.600 | 257.358 |
1. De loon- en prijsbijstelling 2021 is geboekt om de uitgaven op prijspeil 2021 te brengen.
2. Dit betreft een structurele overboeking naar het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties voor een bijdrage aan NL Net.
2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 | 1.000 | 1.000 | 1.000 | 1.000 | 1.000 | |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2021 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Nieuwe mutaties: | ||||||
1. Ontvangst | 188 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 | 1.188 | 1.000 | 1.000 | 1.000 | 1.000 | 1.000 |
1. Bij boete ontvangsten handhaving leningen is een boeking van afgerond € 0,2 miljoen geregistreerd.
96. Apparaat kerndepartement
2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 | 404.477 | 405.809 | 397.685 | 399.749 | 398.178 | |
Mutaties Nota van Wijziging 2021 | 2.745 | ‒ 125 | 0 | 0 | 0 | |
Mutaties 2e Incidentele suppletoire begroting 2021 | ‒ 1.473 | 8.700 | 5.673 | 0 | 0 | |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2021 | 32.582 | 22.222 | 24.265 | 24.249 | 21.061 | |
Nieuwe mutaties: | ||||||
1. Loon- en prijsbijstelling 2021 | 9.623 | 9.802 | 9.729 | 8.755 | 8.687 | |
2. Overboekingen met andere departementen | ‒ 434 | ‒ 1.580 | ‒ 1.901 | ‒ 1.935 | ‒ 1.935 | |
3. Budgettair neutrale herschikkingen | ‒ 2.470 | 3.797 | 2.298 | 1.827 | 1.329 | |
4. Kasschuiven | ‒ 6.278 | 6.278 | 0 | 0 | 0 | |
5. Dienstverlening RSO | ‒ 5.881 | ‒ 140 | 1.791 | 1.791 | 1.791 | |
6. Uitvoeringskosten EMVF | 0 | 1.300 | 550 | 250 | 250 | |
7. POC-KOT opdrachtgeverschap | 3.947 | 10.616 | 10.437 | 10.000 | 10.000 | |
8. POC-KOT multiproblematiek | 5.000 | 5.000 | 5.000 | 5.000 | 5.000 | |
9. Uitvoeringskosten subsidie React-EU | 0 | 2.000 | 2.700 | 2.700 | 3.400 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 | 441.838 | 473.679 | 458.227 | 452.386 | 447.761 | 444.002 |
1. De ontvangen loon- en prijsbijstelling 2021 is aan het artikel toegevoegd om de budgetten op prijspeil 2021 te brengen.
2. Er zijn tien overboekingen met andere departementen. De grootste mutatie betreft een overboeking naar het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties voor centrale bekostiging dienstverlening FM Haaglanden van € 1,3 miljoen structureel vanaf 2021.
3. Er zijn diverse budgettair neutrale herschikkingen binnen de SZW-begroting, waaronder het met ingang van de begroting van 2022 toebedelen van de uitgaven van artikel 98 naar artikel 96.
4. Er zijn diverse kasschuiven op personeel doorgevoerd om beter aan te sluiten bij het kasritme van de uitgaven.
5. De raming van de uitgaven van de uitvoeringsdirectie Rijksschoonmaakorganisatie is aangepast aan nieuwe inzichten van dienstverlening. Door corona is er in 2021 minder schoonmaakwerk. Daarnaast is de inpassing van de schoonmakers in het functiegebouw Rijk uitgesteld naar 2022. Verder is de begroting aangepast aan het actuele prijsniveau. Zie ook bij de ontvangsten mutatie nummer 1.
6. Voor de subsidie Europese Migratie- en Veiligheidsfondsen zijn meer aanvragen te verwerken dan waar eerst van werd uitgegaan. Zie ook bij de ontvangsten mutatie nummer 4.
7. Voor de uitwerking van de reactie op het onderzoek van de Parlementaire ondervragingscommissie Kinderopvangtoeslag, onderdeel opdrachtgeverschap, is jaarlijks € 10 miljoen beschikbaar gesteld.
8. Voor de uitwerking van de reactie op het onderzoek van de Parlementaire ondervragingscommissie Kinderopvangtoeslag, onderdeel multiproblematiek, is jaarlijks € 5 miljoen beschikbaar gesteld.
9. Voor de uitvoering van de nieuwe Europese subsidie React-EU worden van de Europese Commissie middelen ontvangen. Zie ook bij de ontvangsten mutatie nummer 3.
2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 | 58.761 | 60.013 | 58.235 | 57.084 | 57.084 | |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2021 | 14.511 | 17.489 | 19.706 | 19.706 | 19.706 | |
Nieuwe mutaties: | ||||||
1. Dienstverlening RSO | ‒ 5.881 | ‒ 140 | 1.791 | 1.791 | 1.791 | |
2. Kasschuif | ‒ 2.303 | 2.303 | 0 | 0 | 0 | |
3. Ontvangsten subsidie React EU | 0 | 2.000 | 2.700 | 2.700 | 3.400 | |
4. Ontvangsten EMVF | 0 | 1.300 | 550 | 250 | 250 | |
5. Aanpassing ontvangsten | ‒ 2.000 | ‒ 3.072 | ‒ 3.072 | ‒ 3.072 | ‒ 3.072 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 | 63.088 | 79.893 | 79.910 | 78.459 | 79.159 | 75.759 |
1. De raming van de ontvangsten van de uitvoeringsdirectie Rijksschoonmaakorganisatie is aangepast aan actuele inzichten. De lagere uitgaven 2021 zullen worden verrekend met de facturaties aan opdrachtgevers. Zie ook bij de uitgaven mutatie nummer 5.
2. Er is een kasschuif op de ontvangsten doorgevoerd om beter aan te sluiten bij het kasritme van de uitgaven voor de uitvoering van de Europese subsidies.
3. Voor de uitvoering van de nieuwe Europese subsidie React-EU worden van de Europese Commissie middelen ontvangen. Zie ook bij de uitgaven mutatie nummer 9.
4. Voor de subsidie Europese Migratie- en Veiligheidsfondsen zijn meer aanvragen te verwerken dan waar eerst van werd uitgegaan. Dit leidt tot hogere uitvoeringskosten die in rekening worden gebracht bij de opdrachtgever. Zie ook bij de uitgaven mutatie nummer 6.
5. Deze reeks ontvangsten wordt structureel uitgeboekt omdat niet verwacht wordt dat deze ontvangsten ieder jaar ontvangen worden.
98. Algemeen
2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 | 27.351 | 27.794 | 26.854 | 31.871 | 27.491 | |
Mutaties Nota van Wijziging 2021 | 500 | 125 | 0 | 0 | 0 | |
Mutaties 2e Incidentele suppletoire begroting 2021 | 248 | 264 | 20 | 0 | 0 | |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2021 | 3.675 | 4.508 | 4.547 | 3.346 | 3.621 | |
Nieuwe mutaties: | ||||||
1. Loon- en prijsbijstelling 2021 | 237 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
2. Overboekingen met andere departementen | ‒ 309 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
3. Budgettair neutrale herschikkingen | 853 | ‒ 33.691 | ‒ 31.421 | ‒ 35.217 | ‒ 31.112 | |
4. Kasschuif | ‒ 1.000 | 1.000 | 0 | 0 | 0 | |
5. Uitvoeringskosten Covid-19 CN | 188 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 | 31.743 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
1. De ontvangen loon- en prijsbijstelling 2021 is overgeheveld om het budget op prijspeil 2021 te brengen.
2. Er zijn vier overboekingen met andere departementen verwerkt. De grootste mutatie betreft een overboeking naar het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport voor het programma verbetering re-integratie tweede spoor uitgevoerd door ZonMw van € 0,3 miljoen.
3. Er zijn diverse budgettair neutrale herschikkingen binnen de begroting van SZW, waaronder het met ingang van de begroting van 2022 toebedelen van de uitgaven van artikel 98 aan afzonderlijke beleidsartikelen (artikel 1, 2, 8, 11 en 96).
4. Er is een kasschuif op uitvoeringskosten Caribisch Nederland (CN). Om de rechtmatigheid en het financieel beheer in de CN te verbeteren is budget ontvangen om het ICT-landschap van de CN te actualiseren. De uitvoering hiervan is later gestart en loopt langer door. Door deze kasschuif is het kasritme in overeenstemming met de uitgaven.
5. Er zijn extra middelen voor de RCN-Unit SZW ten behoeve van de uitvoering van de corona steunmaatregelen in het derde kwartaal 2021.
2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2021 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Nieuwe mutaties: | ||||||
1. Terugontvangsten | 95 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 | 95 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
1. Er zijn diverse terugontvangsten op artikel 98, waaronder de uitvoeringskosten van de directie Uitvoering van Beleid (€ 0,1 miljoen).
99. Nog onverdeeld
2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 | 639.941 | 80.206 | 62.039 | 71.460 | 70.508 | |
Mutaties Nota van wijzginging 2021 | ‒ 368.217 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Mutaties amendement 2021 | ‒ 2.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Mutaties 1e Incidentele suppletoire begroting 2021 | 65.500 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Mutaties 2e Incidentele suppletoire begroting 2021 | 102.845 | 1.000 | 1.000 | 0 | 0 | |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2021 | ‒ 45.801 | ‒ 5.426 | ‒ 2.452 | 26.948 | 25.359 | |
Mutaties 3e Incidentele suppletoire begroting 2021 | 36.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Nieuwe mutaties: | ||||||
1. Verdeling loon- en prijsbijstelling 2021 | ‒ 22.621 | ‒ 24.596 | ‒ 25.198 | ‒ 24.496 | ‒ 24.327 | |
2. Budgettair neutrale herschikkingen | 4.031 | ‒ 129.663 | 2.833 | 2.796 | 3.358 | |
3. Diverse reserveringen/vrijval | ‒ 6.964 | 183.966 | 4.812 | 4.812 | 4.812 | |
4. Kasschuiven | ‒ 147.444 | 84.501 | 59.215 | 1.807 | 1.011 | |
5. Overboekingen met andere departementen | ‒ 211.754 | ‒ 88.545 | ‒ 10.415 | ‒ 11.085 | ‒ 11.085 | |
6. Overboeking van premie naar begroting | 10.708 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Stand ontwerpbegroting 2022 | 54.224 | 101.443 | 91.834 | 72.242 | 69.636 | 74.698 |
1. Toedeling van de loon- en prijsbijstelling 2021 naar de begrotingsartikelen om de budgetten op prijspeil 2021 te brengen.
2. Er is sprake van diverse budgettair neutrale herschikkingen binnen de SZW-begroting.
3. In 2021 zijn middelen overgeboekt naar artikel 96 voor uitvoering NOW door de directie Uitvoering van Beleid en is de reservering Kinderopvang Caribisch Nederland vrijgevallen. Daarnaast is de loon- en prijsbijstelling van de tegemoetkomingsregeling stoffengerelateerde beroepsziekten (TSB) is aan de begroting toegevoegd. Verder zijn in 2022 de middelen voor bijzondere bijstand, re-integratiebudget gemeenten, middelen schuldhulpverlening en crisisdienstverlening aan de begroting toegevoegd. Deze middelen zijn direct overgeboekt naar het Gemeentefonds, het BTW-compensatiefonds en diverse artikelen op de SZW-begroting.
4. Dit betreffen verschillende kasschuiven, onder meer voor uitvoeringskosten NOW door de directie Uitvoering van Beleid, zodat het kasritme weer aansluit bij de benodigde middelen.
5. Er zijn 17 overboekingen met andere departementen. De grootste mutatie betreft een overboeking naar het Gemeentefonds voor de tweede tranche Tijdelijke ondersteuning noodzakelijke kosten € 195,0 miljoen.
6. Er is budgettair neutrale herschikking tussen premie- en begrotingsgefinancierde budgetten. Er is € 10,7 miljoen overgeheveld van uitvoeringskosten UWV naar nog onverdeeld.