De Justitiële Informatiedienst (Justid) is opgericht in 2006 om cruciale justitiële (keten)informatie eenvoudig en snel te delen binnen overheidsinstanties. Ze werkt daarbij intensief samen met diverse partners binnen de strafrecht-, migratie- en jeugdketen zowel in Nederland als op Europees niveau.
2023 | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Baten | |||||||
Omzet | 72.094 | 82.345 | 82.345 | 82.345 | 78.345 | 76.345 | 76.345 |
waarvan omzet moederdepartement | 58.998 | 72.835 | 72.835 | 72.835 | 68.835 | 66.835 | 66.835 |
waarvan omzet overige departementen | 8.859 | 3.777 | 3.777 | 3.777 | 3.777 | 3.777 | 3.777 |
waarvan omzet derden | 4.237 | 5.733 | 5.733 | 5.733 | 5.733 | 5.733 | 5.733 |
Rentebaten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Vrijval voorzieningen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Bijzondere baten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Totaal baten | 72.094 | 82.345 | 82.345 | 82.345 | 78.345 | 76.345 | 76.345 |
Lasten | |||||||
Apparaatskosten | 67.927 | 80.253 | 80.197 | 80.134 | 76.064 | 73.880 | 73.696 |
- Personele kosten | 53.718 | 58.960 | 58.960 | 58.960 | 54.960 | 52.960 | 52.960 |
waarvan eigen personeel | 36.023 | 45.130 | 45.130 | 45.130 | 45.130 | 45.130 | 45.130 |
waarvan inhuur externen | 15.780 | 11.288 | 11.288 | 11.288 | 7.288 | 5.288 | 5.288 |
waarvan overige personele kosten | 1.915 | 2.542 | 2.542 | 2.542 | 2.542 | 2.542 | 2.542 |
- Materiële kosten | 14.209 | 21.293 | 21.237 | 21.174 | 21.104 | 20.920 | 20.736 |
waarvan apparaat ICT | 7.843 | 11.683 | 11.627 | 11.564 | 11.494 | 11.310 | 11.126 |
waarvan bijdrage aan SSO's | 396 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
waarvan overige materiële kosten | 5.970 | 9.610 | 9.610 | 9.610 | 9.610 | 9.610 | 9.610 |
Materiële programmakosten | |||||||
Rentelasten | |||||||
Afschrijvingskosten | 2.524 | 2.092 | 2.148 | 2.211 | 2.281 | 2.465 | 2.649 |
- Materieel | 1.764 | 2.092 | 2.148 | 2.211 | 2.281 | 2.465 | 2.649 |
waarvan apparaat ICT | 1.764 | 2.092 | 2.148 | 2.211 | 2.281 | 2.465 | 2.649 |
waarvan overige materiele kosten | |||||||
- Immaterieel | 760 | ||||||
Overige lasten | 266 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
waarvan dotaties voorzieningen | 266 | ||||||
waarvan bijzondere lasten | 0 | ||||||
Totaal lasten | 70.718 | 82.345 | 82.345 | 82.345 | 78.345 | 76.345 | 76.345 |
Saldo van baten en lasten gewone bedrijfsuitoefening | 1.376 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Agentschapsaandeel VPB-lasten | |||||||
Saldo van baten en lasten | 1.376 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Voor de periode 2022 tot en met 2024 zijn de tarieven vastgezet, exclusief loon- en prijsbijstelling en meer- en minderwerk. Voor de periode vanaf 2025 worden nieuwe tarieven afgesproken op basis van integrale kostprijzen en een verschillenanalyse tussen begrote en gerealiseerde inzet en kosten in 2022-2024.
Baten
Omzet
De omzet van het moederdepartement betreft omzet van werkzaamheden voor het kerndepartement Justitie en Veiligheid en overige (taak-)organisaties van het ministerie van Justitie en Veiligheid. Justid verwacht een daling in omzet vanaf 2027, door het wegvallen van het huidig programma TIV. De verwachting is dat andere programma's, onder andere voor beveiliging en privacy, daarvoor in de plaats zullen komen, evenals een verwachte groei in de opdrachten. De omvang hiervan kan nog niet worden geraamd, waardoor de tabel alleen is gebaseerd op de huidige opdrachten en programma's.
Lasten
Personele kosten
Onderstaand is een overzicht opgenomen van het aantal fte’s en de loonkosten daarvan. De personeelskosten betreffen zowel ambtelijke medewerkers in dienst van Justid als tijdelijke externe inhuur. Extern personeel wordt waar mogelijk verambtelijkt en alleen ingehuurd voor tijdelijke projecten, specifieke kennis of moeilijk te vervullen functies. In overleg met eigenaar, DFEZ en opdrachtgevers wordt bezien of verambtelijking ook kan plaatsinden voor het volume aan projecten dat meerjarig als stabiel kan worden beschouwd. In de verambtelijkingsopgave heeft Justid veel last van de krapte op de arbeidsmarkt, omdat het veel specifieke (IT-) functies nodig heeft, die in de markt veelgevraagd zijn en weinig beschikbaar. Ook de spreiding van het wel beschikbare arbeidspotentieel speelt Justid parten: deze concentreert zich voornamelijk in de Randstad en de regio’s direct daaromheen. Daarom kiest Justid soms bewust voor voortzetting van de tijdelijke inhuur om ervoor te zorgen dat de benodigde capaciteit, in hoeveelheid en kwaliteit, niet alsnog verloren gaat. Zonder voldoende personeel, vast of extern, ontstaat het risico dat Justid de gevraagde dienstverlening of projecten niet kan uitvoeren.
2023 | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Eigen personeel | |||||||
Kosten | 36.023 | 45.130 | 45.130 | 45.130 | 45.130 | 45.130 | 45.130 |
Aantal fte's | 449 | 538 | 538 | 538 | 538 | 538 | 538 |
Externe inhuur | |||||||
Kosten | 15.780 | 11.288 | 11.288 | 11.288 | 7.288 | 5.288 | 5.288 |
Aantal fte's | 107 | 66 | 66 | 66 | 46 | 36 | 36 |
Overige personele kosten | 1.915 | 2.542 | 2.542 | 2.542 | 2.542 | 2.542 | 2.542 |
Totale kosten | 53.718 | 58.960 | 58.960 | 58.960 | 54.960 | 52.960 | 52.960 |
De begrote fte's eigen personeel blijft stabiel, maar kan toenemen als besloten wordt om de capaciteit voor het meerjarig vaste volume van de projecten te verambtelijken.
Het aantal externen neemt met ingang van 2027 af door afloop van de nu lopende programma's met een meerjarig tijdelijk karakter. Justid zet zich maximaal in voor verambtelijking waar mogelijk (namelijk op de vaste formatie) maar acht een stabilisatie van de totale externe inhuur op vaste formatie en tijdelijke projecten realistischer.
Materiële kosten
De materiële apparaat ICT kosten bestaan uit contracten met leveranciers voor onder andere onderhoud van ICT apparatuur (zoals servers en netwerk), ICT middelen (zoals opslagruimtes, multifunctionals etc) en jaarlijkse licentiekosten voor software. De raming voor de materiële kosten betreft alleen het regulier beheer voor instandhouding van de huidige ICT infrastructuur en applicatielandschap. Grote wijzigingen, zoals vernieuwing van applicaties, bijvoorbeeld als gevolg van «end of life» of door wetswijzigingen, dus grootschalige wijzigingen, valt buiten het reguliere beheer en kan Justid niet eigenstandig begroten; hiervoor zal in nauwe afstemming met opdrachtgevers telkens incidenteel financiering gevonden moeten worden.
De overige materiële kosten bevatten onder andere huisvestingslasten, kosten inbesteding en overige exploitatiekosten.
Afschrijvingskosten
De afschrijvingskosten bestaan uit afschrijvingen op hardware en software licenties.
2023 | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | ||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
1 | Rekening courant RHB 1 januari + depositorekeningen | 11.080 | 8.204 | 7.462 | 5.995 | 4.811 | 3.293 | 1.722 |
2 | +/+ totaal ontvangsten operationele kasstroom | 82.271 | 82.345 | 82.345 | 82.345 | 78.345 | 76.345 | 76.345 |
-/- totaal uitgaven operationele kasstroom | ‒ 83.497 | ‒ 80.253 | ‒ 80.197 | ‒ 80.134 | ‒ 76.064 | ‒ 73.880 | ‒ 73.696 | |
Totaal operationele kasstroom | ‒ 1.226 | 2.092 | 2.148 | 2.211 | 2.281 | 2.465 | 2.649 | |
3 | -/- totaal investeringen | ‒ 3.192 | ‒ 5.905 | ‒ 4.075 | ‒ 3.726 | ‒ 3.353 | ‒ 3.446 | ‒ 3.446 |
+/+ totaal boekwaarde desinvesteringen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Totaal investeringsstroom | ‒ 3.192 | ‒ 5.905 | ‒ 4.075 | ‒ 3.726 | ‒ 3.353 | ‒ 3.446 | ‒ 3.446 | |
4 | -/- eenmalige uitkering aan moederdepartement | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
+/+ eenmalige storting door moederdepartement | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
-/- aflossingen op leningen | ‒ 2.203 | ‒ 2.834 | ‒ 3.615 | ‒ 3.395 | ‒ 3.799 | ‒ 4.036 | ‒ 4.036 | |
+/+ beroep op leenfaciliteit | 3.745 | 5.905 | 4.075 | 3.726 | 3.353 | 3.446 | 3.446 | |
Totaal financieringskasstroom | 1.542 | 3.071 | 460 | 331 | ‒ 447 | ‒ 591 | ‒ 591 | |
5 | Rekening courant RHB 31 december + stand depositorekeningen (=1+2+3+4) | 8.204 | 7.462 | 5.995 | 4.811 | 3.293 | 1.722 | 335 |
Operationele kasstroom
De operationele kasstroom bestaat uit opbrengsten uit de dienstverlening en uit directe en indirecte kosten exclusief afschrijvingen.
Investeringskasstroom
De investeringen die worden gedaan zijn gerelateerd aan vernieuwing en vervanging van ICT componenten (hardware en software licenties) in het kader van life cycle management en ALCM.
Doelmatigheid
2023 | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Kostprijzen per product (groep) (* € 1.000) | 85.779 | 82.345 | 82.345 | 82.345 | 78.345 | 76.345 | 76.345 |
Tarieven/uur | 104,08 | 98,20 | 98,20 | 98,20 | 98,20 | 98,20 | 98,20 |
Omzet per productgroep (pxq) (* € 1.000) | 82.271 | 82.345 | 82.345 | 82.345 | 78.345 | 76.345 | 76.345 |
FTE-totaal (excl. externe inhuur) | 449 | 538 | 538 | 538 | 538 | 538 | 538 |
Saldo van baten en lasten (%) | ‒ 4,3% | 0,0% | 0,0% | 0,0% | 0,0% | 0,0% | 0,0% |
De voorgeschreven doelmatigheidsindicatoren worden door Justid berekend, gemonitord, gestuurd en periodiek gerapporteerd. De indicatoren ‘kostprijs per productgroep/ dienst’ en ‘omzet per productgroep/ dienst’ vermelden nu de totale kosten respectievelijk omzet. Vanaf 2023 is het mogelijk de kostprijs en omzet per opdracht(gever) te monitoren vanuit de recentelijk geïmplementeerde projectenadministratie. Kanttekening daarbij is dat Justid geen standaard product(groepen) of diensten heeft die het repeterend voortbrengt; elke Overeenkomst van Opdracht, Dienst Nadere Overeenkomst of Project is verschillend en wordt apart geoffreerd. Bovendien wijzigen de dienstverleningsafspraken jaarlijks en soms ook gedurende het jaar. De daaraan gekoppelde mutaties in de inzet van personeel en materieel werken door in de kostprijs en omzet, waarmee deze indicatoren niet sec de ontwikkeling van de doelmatigheid weergeven, maar ook de resultante zijn van meer- of minderwerk. Justid begroot op een 0-saldo, mee- en tegenvallers worden deel van het eigen vermogen conform de Regeling agentschappen.
2023 | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Percentage overhead | 29,8% | 30,0% | 22,0% | 22,0% | 22,0% | 22,0% | 22,0% |
Verhouding directe en indirecte kosten | |||||||
Productiviteit | 77% | 67% | 67% | 67% | 67% | 67% | 67% |
Ziekteverzuim | 6,2% | 5,5% | 5,5% | 5,5% | 5,5% | 5,5% | 5,5% |
% Externe inhuur (t.o.v. intern personeel) | 31% | 20% | 20% | 20% | 20% | 20% | 20% |
Vanaf 2025 is de verwachting dat het overheadpercentage circa 22% zal bedragen mede omdat de definitie alleen nog PIOFACH bevat. De verhouding directe en indirecte kosten ontbreekt omdat er nog geen nulmeting heeft plaatsgevonden. Op termijn zal daar vorm aan worden gegeven. Justid streeft naar een verzuimpercentage lager dan 5,5% conform de Handleiding Overheidstarieven 2024. Voor Justid is afgesproken dat de totale kosten van tijdelijk extern personeel niet hoger zijn dan 20% van de totale personele kosten. De werkelijke kosten liggen iets hoger, vanwege de omvang van de projectenportefeuille. Deze zijn per definitie tijdelijk van aard en worden dan ook normaliter uitgevoerd met tijdelijk (extern) personeel. Het is onjuist om hiervoor (dezelfde) verambtelijkingsopgave/ percentage externe inhuur te hanteren als indicator. Justid zal daarom rapporteren over de externe inhuur op de vaste formatie (voor reguliere opdrachten). Dit geeft een beter inzicht in de mate waarin Justid voldoet aan de verambtelijkingsopgave.