Base description which applies to whole site

Strategische Evaluatie Agenda

Conform de Regeling Periodiek Evaluatieonderzoek 2022 (RPE 2022) is het overzicht met een planning van beleidsdoorlichtingen omgevormd tot een Strategische Evaluatie Agenda (SEA). Voorheen waren beleidsdoorlichtingen primair gericht op de doorlichting van afzonderlijke begrotingsartikelen; in de SEA staan tegenwoordig de beleidsthema’s van de missie van KGG centraal. Daarmee komt het vizier meer te liggen op de integrale en samenhangende beleidsaanpak van een beleidsthema (zoals energietransitie of innovatie) en minder op de afzonderlijke beleidsonderdelen. Met de SEA wordt tevens beoogd onderzoeken beter te laten aansluiten op de beleidscyclus en wordt meer recht gedaan aan ontwikkelingen op een beleidsveld. Op deze wijze kunnen ook leerervaringen benut worden om het beleid tussentijds bij te sturen als dat nodig blijkt.

Strategische Evaluatie Agenda (SEA)

De SEA is gericht op onderstaande beleidsthema’s die het merendeel van de KGG-begroting afdekken. Hierbij is met name ingegaan op onderdelen waar geen recente beleidsdoorlichting of ander integraal onderzoek is ingepland/uitgevoerd en waar behoefte is aan nader inzicht. Deels gaat het om het verbeteren van methoden van onderzoek en opzetten van monitors en deels om het verkrijgen van inzicht in effecten van belangrijke beleidsmaatregelen. In bijlage 6 wordt toegelicht welke onderliggende evaluatieplanning hiermee samenhangt.

Overal waar artikel 4 genoemd wordt, wordt bedoeld artikel 4 van de EZK-begroting.

Tabel 8 Strategische Evaluatie Agenda

Thema

Type onderzoek

Afronding

Status

Toelichting onderzoek

Begrotings-artikel

Vindplaats

Lerende evaluatie Klimaatbeleid

Ex durante

2024

Afgerond

De Klimaatwet bepaalt dat iedere vijf jaar een herijking van de opgave plaatsvindt op basis van een evaluatie. Er is voor gekozen om dit te doen via een «lerende evaluatie» en een synthese-onderzoek (zie opzet: Kamerstuk 32 813, nr. 901 en Kamerstuk 32 813, nr. 1229). De lerende evaluatie verbreedt de blik naar de vraag hoe de governance en het instrumentarium van het beleid kunnen worden ingericht op de transformatie richting klimaatneutraliteit in 2050. De lerende evaluatie is daarmee complementair aan het synthese-onderzoek. PBL formuleert in het rapport handelingsperspectieven om het transformerend vermogen van het klimaatbeleid richting klimaatneutraliteit in 2050 te vergroten. De uitkomsten worden in het nieuwe klimaatplan 2024 betrokken.

4

Eindrapport Lerende evaluatie Klimaatbeleid: «Klimaatbeleid richten op maatschappelijke transformatie»

      

Tussenrapportages Lerende evaluatie Klimaatbeleid

Synthese-onderzoek klimaat(mitigatie)beleid

Synthese

2024

Afgerond

Eind 2023 en begin 2024 is een synthese-onderzoek naar het klimaatbeleid uitgevoerd. (zie opzet: Kamerstuk 32 813, nr. 1229). Het synthese-onderzoek heeft de beleidstheorie van het Nederlandse klimaatbeleid gereconstrueerd en een analyse gemaakt van wat we weten over de doeltreffendheid en doelmatigheid van het klimaatbeleid tussen 2019 (Klimaatplan) en de Voorjaarsbesluitvorming 2023. Het synthese-onderzoek is daarbij uitgegaan van de beschikbare instrumentenevaluaties, onderzoeksrapporten en analyses. Het eindrapport is voor de zomer 2024 opgeleverd. De uitkomsten worden in het nieuwe klimaatplan 2024 betrokken.

4

Kamerstuk 32 813, nr. 1401

Toelichting evaluatie Klimaatbeleid:

 

De Monitoring & Evaluatie van het Klimaatbeleid liep mee als pilot in de operatie Inzicht in Kwaliteit om het Rijksbrede belang te benadrukken, én een buitenboordmotor te hebben die nodig is om de komende jaren te komen tot een lerende evaluatiestructuur die beleid voorziet van resultaten op het moment dat de vaste momenten in de beleidscyclus (Klimaatwet, INEK) daarom vragen.

 

In het Klimaatplan is opgenomen dat het kabinet een evaluatieplan voor het nationaal klimaatbeleid ontwikkelt. Er is voor gekozen om deze in de evaluatiecyclus 2020-2024 in te vullen door een lerende evaluatie klimaatbeleid en een syntheseonderzoek, met name gebaseerd op een analyse van reeds uitgevoerde instrumentenevaluaties. De uitkomsten worden in het nieuwe klimaatplan 2024 betrokken. Na oplevering van deze twee integrale evaluaties in 2024 zal vanaf 2025 gestart worden met de ontwikkeling van de evaluatieagenda voor de volgende evaluatiecyclus 2025-2029 ten behoeve van een volgende periodieke rapportage, waarvan de lessen betrokken worden in het nieuwe Klimaatplan 2029. Een belangrijk onderdeel van de evaluatieagenda Klimaat 2025-2029 zal de evaluatie van het functioneren van het Klimaatfonds zijn (te starten in 2026 en op te leveren in 2027), waarbij voor de evaluatie van de doeltreffendheid en doelmatigheid van de instrumenten uit het Klimaatfonds zoveel mogelijk zal worden aangesloten bij de instrumentenevaluaties zoals vastgelegd in de departementale SEA's. Daarnaast zullen we conform de lessen uit het synthese-onderzoek in de evaluatieagenda Klimaat vanaf 2025 prioritering aanbrengen op de evaluatie van instrumenten die belangrijk zijn voor toekomstig synthese-onderzoek naar de mix van instrumenten in het klimaatbeleid, meer aandacht geven aan het evalueren van normerende instrumenten, en naast doelmatigheid en doeltreffendheid ook bezien hoe geëvalueerd kan worden op uitkomsten van beleid uit oogpunt van (principes van) rechtvaardigheid. Hiernaast wordt «Ondersteuning Cluster 6» meegenomen in de eerstvolgende integrale periodieke rapportage van het Klimaatbeleid. Reeds geplande relevante evaluaties in sectoren Gebouwde Omgeving, Landbouw & Landgebruik en Mobiliteit zijn weergegeven op de SEA’s/evaluatieplanningen van respectievelijk VRO, LVVN en IenW. De relevante monitors/evaluaties op de begroting van KGG voor de sectoren Elektriciteit en Industrie worden weergegeven in bijlage 6.

 

Evaluaties van herziening in regelgevend kader (o.a. Energiewet en Warmtewet)

Periodieke Rapportage

2029

Te starten

Betreft synthese van evaluaties van gewijzigde Elektriciteit- en gaswet en Warmtewet.

31

 

Toelichting met stand van inzicht:

 

De nieuwe Energiewet (wetsvoorstel tot vervanging van de Elektriciteit en Gaswet) is in voorbereiding. Deze wet zal naar alle waarschijnlijkheid vijf jaar na inwerkingtreding (ca. 2024) geëvalueerd worden. Dit zal waarschijnlijk in 2029 gebeuren. Ook de nieuwe Warmtewet (Wet Collectieve Warmtevoorziening) is nog in voorbereiding en zal naar verwachting medio 2024 in werking treden. Deze wet zal net als de Energiewet naar alle waarschijnlijkheid vijf jaar na inwerkingtreding geëvalueerd worden.

 

Voor een verdere onderbouwing van de meerjarenprogrammering zie Bijlage 6: Uitwerking Strategische Evaluatie Agenda.

Voor het meest recente overzicht van afgeronde evaluaties en doorlichtingen, zie: Jaarverslag EZK 2023, bijlage 3: Afgerond evaluatie- en overig onderzoek. Een interactieve weergave van de SEA is beschikbaar op www.rijksfinanciën.nl.

Licence