Base description which applies to whole site

Zorg

ZORG: UITGAVEN
 

2018

2019

2020

2021

2022

2023

Stand Miljoenennota 2018

77.744,1

82.317,2

87.205,6

92.414,0

97.710,8

 

Mee- en tegenvallers

           

Zorg

           

Geestelijke gezondheidszorg

– 243,0

– 300,0

– 300,0

– 300,0

– 300,0

 

Genees- en hulpmiddelen

– 355,0

– 351,7

– 352,0

– 352,2

– 352,2

 

Huisartsenzorg

– 200,0

– 200,0

– 200,0

– 200,0

– 200,0

 

Loon- en prijsontwikkeling

34,0

1.302,4

2.224,0

2.823,8

3.647,8

 

Multidisciplinaire zorgverlening

100,0

100,0

100,0

100,0

100,0

 

Overige eerstelijnszorg

– 41,0

– 41,0

– 41,0

– 41,0

– 41,0

 

Persoonsgebonden budgetten

– 247,9

– 247,9

– 247,9

– 247,9

– 247,9

 

Prijsontwikkeling genees- en hulpmiddelen

0,0

182,0

182,0

182,0

182,0

 

Ramingsbijstelling geneesmiddelen

– 100,0

– 100,0

– 100,0

– 100,0

– 100,0

 

Ramingsbijstelling wlz

– 100,0

– 222,9

– 159,0

– 165,0

– 159,0

 

Vrijval nominaal en onverdeeld wlz

– 3,4

– 1,3

– 7,5

– 19,4

– 29,8

 

Wijkverpleging

– 100,0

– 100,0

– 100,0

– 100,0

– 100,0

 

Zorg in natura

247,9

247,9

247,9

247,9

247,9

 

Diversen

– 35,9

– 35,9

– 35,9

– 35,9

– 35,9

 
 

– 1.044,3

231,6

1.210,6

1.792,3

2.611,9

 

Beleidsmatige mutaties

           

Zorg

           

A2 accreseffect inclusief aanpassing normeringssystematiek gf/pf

0,0

0,0

– 269,0

– 550,0

– 856,0

 

Effect hoofdlijnenakkoorden 2022

0,0

0,0

0,0

0,0

– 818,0

 

Ggz-cliënten toegang tot wlz

0,0

0,0

0,0

30,0

37,0

 

Hla: geestelijke gezondheidszorg

0,0

50,0

50,0

50,0

50,0

 

Hla: huisartsenzorg

50,0

50,0

50,0

50,0

50,0

 

Hla: wijkverpleging

50,0

50,0

50,0

50,0

50,0

 

H51 hoofdlijnenakkoorden 2019–2021

0,0

– 460,0

– 1.190,0

– 1.920,0

– 1.920,0

 

H52 maatregelen genees- en hulpmiddelen

0,0

– 61,0

– 158,0

– 305,0

– 465,0

 

H54 gedragseffect derving eigen risico a.g.v. hla + geneesmiddelen

0,0

20,0

35,0

50,0

65,0

 

H55 gedragseffect stabilisatie eigen risico

39,0

80,0

105,0

130,0

125,0

 

H72 terugdraaien taakstelling bkz

0,0

136,0

208,0

213,0

188,0

 

Kostenonderzoek wlz

0,0

127,8

127,8

127,8

127,8

 

Middelen voor interbestuurlijk programma

100,0

0,0

0,0

0,0

0,0

 

Nominaal en onverdeeld wlz

– 1,0

32,0

19,0

5,0

– 14,0

 

Overheveling sociaal domein jeugdhulp

0,0

– 1.912,1

– 1.912,1

– 1.915,9

– 1.915,9

 

Overheveling sociaal domein volume wmo + jeugd tranche 2019 van z

0,0

– 76,3

– 76,3

– 76,3

– 76,3

 

Overheveling sociaal domein wmo

0,0

– 3.334,7

– 3.340,3

– 3.402,7

– 3.399,3

 

Pakketmaatregel vitaminen, mineralen en paracetamol

0,0

– 40,0

– 40,0

– 40,0

– 40,0

 

Ramingsbijstelling groei wlz

0,0

– 30,0

– 110,0

– 160,0

– 160,0

 

Ramingsbijstelling groei zvw

0,0

– 25,0

– 25,0

– 25,0

– 25,0

 

Ramingsbijstelling nhc in wlz-tarief

11,0

– 7,7

– 29,9

– 36,1

– 42,7

 

Regelgeving marktordening hulpmiddelen

0,0

0,0

45,0

45,0

45,0

 

Regelgeving veiligheid geneesmiddelen

0,0

70,0

70,0

70,0

70,0

 

Verlaging veronderstelde onderuitputting zorg in natura

54,0

54,0

54,0

54,0

54,0

 

Verminderen overgangsproblematiek naar wlz

10,0

20,0

25,0

30,0

40,0

 

Diversen

– 28,3

84,8

79,3

46,9

19,9

 
 

284,7

– 5.172,2

– 6.232,5

– 7.479,3

– 8.810,5

 

Technische mutaties

           

Zorg

           

Loon- en prijsbijstelling 2018 wmo en jeugd

0,0

– 154,2

– 154,5

– 156,2

– 156,2

 

Loon- en prijsontwikkeling

– 44,6

– 589,6

– 1.080,1

– 1.395,7

– 1.929,0

 

Overheveling middelen interbestuurlijk programma

– 100,0

0,0

0,0

0,0

0,0

 

Zorginfrastructuur

0,0

– 90,0

– 90,0

– 90,0

0,0

 

Diversen

– 63,2

– 121,8

– 135,6

– 109,6

– 81,2

 
 

– 207,8

– 955,6

– 1.460,2

– 1.751,5

– 2.166,4

 

Extrapolatie

94.676,5

Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018

– 967,3

– 5.896,2

– 6.482,1

– 7.438,6

– 8.365,2

 

Stand Miljoenennota 2019

76.776,8

76.421,0

80.723,6

84.975,4

89.345,6

 
ZORG: NIET-BELASTINGONTVANGSTEN
 

2018

2019

2020

2021

2022

2023

Stand Miljoenennota 2018

5.187,5

5.430,5

5.689,1

5.957,2

6.232,4

 

Mee- en tegenvallers

           

Zorg

           

Lagere opbrengst eigen risico

0,0

– 141,1

– 146,0

– 149,1

– 165,2

 

Diversen

– 24,5

– 15,3

– 9,7

– 5,7

– 0,8

 
 

– 24,5

– 156,4

– 155,7

– 154,8

– 166,0

 

Beleidsmatige mutaties

           

Zorg

           

H53 doorwerking maatregelen zvw (hla + geneesmiddelen)

0,0

– 43,0

– 92,0

– 141,0

– 184,0

 

H55 stabilisatie eigen risico 2018–2021

– 101,0

– 203,0

– 306,0

– 411,0

– 413,0

 

H67 verlaging eigen bijdragen wlz

– 16,2

– 44,8

– 30,5

– 30,5

– 30,5

 

Diversen

0,0

0,0

– 10,0

– 10,0

– 10,0

 
 

– 117,2

– 290,8

– 438,5

– 592,5

– 637,5

 

Extrapolatie

5.723,6

Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018

– 141,7

– 447,2

– 594,2

– 747,3

– 803,5

 

Stand Miljoenennota 2019

5.045,8

4.983,2

5.094,8

5.209,8

5.428,8

 

Geestelijke gezondheidszorg

In 2017 kwam de onderschrijding van de uitgaven aan geestelijke gezondheidszorg (ggz) voorlopig uit op ca. 300 mln. Dit lag in het verlengde van de onderschrijding uit eerdere jaren. De onderschrijding hangt onder meer samen met substitutie naar de praktijkondersteuner huisarts (POH-ggz) voor psychische klachten, een verschuiving van gespecialiseerde ggz naar basis-ggz en de scherpe inkoop van zorgverzekeraars. In het bestuurlijk akkoord geestelijke gezondheidszorg 2019- 2022 is afgesproken dat de onderschrijding in 2017 structureel wordt verwerkt in de begroting. De actualisering is voor 2018 gecorrigeerd met 57 mln., omdat voor dit jaar (incidenteel) middelen naar de begroting zijn overgeheveld voor het informatie- gegevensuitwisselingprogramma in de ggz (50 mln.) en voor kwaliteitsmiddelen (7 mln.).

Genees- en hulpmiddelen

De uitgaven aan genees- en hulpmiddelen zijn in 2017 ca. 350 mln. lager uitgevallen dan geraamd. Deze lagere uitgaven worden onder andere verklaard door de lagere koers van het Britse pond (via de Wet geneesmiddelenprijzen), de scherpe inkoop door verzekeraars en de effecten van financiële arrangementen. De lagere uitgaven worden structureel verwerkt in de begroting.

Huisartsenzorg

In 2017 kwam de onderschrijding van de uitgaven aan huisartsenzorg uit op ca. 200 mln. Deze onderschrijding is in lijn met voorgaande jaren. Deze onderschrijding hangt samen met de overschrijding bij de multidisciplinaire zorgverlening (ca. 100 mln.), waar de mogelijkheden groter zijn om meer zorg te leveren. In het bestuurlijk akkoord huisartsenzorg en multidisciplinaire zorgverlening 2019–2022 is afgesproken dat de onderschrijding in 2017 van 200 mln. bij huisartsenzorg en de overschrijding van 100 mln. bij multidisciplinaire zorgverlening structureel worden verwerkt in de begroting.

Loon- en prijsontwikkeling

Ten opzichte van de MEV-raming bij Miljoenennota is de raming van loon- en prijsontwikkeling in de zorg op basis van de CPB-raming bij Startnota naar boven bijgesteld.

Multidisciplinaire zorgverlening

In 2017 kwam de overschrijding bij de uitgaven aan multidisciplinaire zorgverlening uit op ca. 100 mln. Deze overschrijding hangt samen met de onderschrijding op de uitgaven voor huisartsenzorg (-200 mln.). Bij de multidisciplinaire zorg zijn de mogelijkheden groter om meer zorg te leveren. In het bestuurlijk akkoord huisartsenzorg en multidisciplinaire zorgverlening 2019–2022 is afgesproken dat de onderschrijding in 2017 van 200 mln. bij huisartsenzorg en de overschrijding van 100 mln. bij multidisciplinaire zorgverlening structureel worden verwerkt in de begroting.

Overige eerstelijnszorg

Op basis van de realisatiecijfers over 2017 worden de uitgaven voor eerstelijnszorg neerwaarts bijgesteld. Het gaat onder andere om lagere uitgaven aan zorg voor de zintuiglijk gehandicapten (13 mln.) en om lagere uitgaven aan verloskundige zorg (13 mln.).

Persoonsgebonden budgetten

In 2017 was sprake van een verschuiving tussen de verschillende leveringsvormen in de Wlz. Het gaat met name om een verschuiving van persoonsgebonden budget naar zorg in natura. Dit heeft geleid tot een overschrijding ten opzichte van het geraamde bedrag voor zorg in natura en een onderschrijding bij het persoonsgebonden budget. De gerealiseerde uitgaven per leveringsvorm weerspiegelen de voorkeuren van de cliënt voor de betreffende leveringsvorm. Dit wordt structureel verwerkt in de begroting.

Prijsontwikkeling genees- en hulpmiddelen

In het regeerakkoord is vanaf 2019 een verhoging van het verlaagde Btw-tarief van 6% naar 9% opgenomen. Dit betekent dat de uitgaven aan zowel intramurale als extramurale genees- en hulpmiddelen toenemen. Het effect wordt geraamd op 182 mln.

Ramingsbijstelling geneesmiddelen

De uitgaven aan geneesmiddelen zijn in 2018 naar verwachting lager dan geraamd. Dit is onder andere het gevolg van prijsdruk op geneesmiddelen. Dit leidt tot een neerwaartse bijstelling van de uitgavenraming.

Ramingsbijstelling Wlz

Uit uitvoeringsgegevens blijkt dat er ruimte is tussen het beschikbare Wlz-kader voor zorg in natura en persoonsgebonden budgetten en de raming in de begroting. Dit wordt structureel verwerkt in de begroting en betekent een verlaging van de uitgavenraming in 2018 met 100 mln.

Vrijval nominaal en onverdeeld Wlz

Een deel van de middelen die gereserveerd waren als vergoeding voor loon- en prijsontwikkeling 2017 blijkt niet nodig te zijn en valt vrij.

Zorg in natura

In 2017 was sprake van een verschuiving tussen de verschillende leveringsvormen in de Wlz. Het gaat met name om een verschuiving van persoonsgebonden budget naar zorg in natura. Dit heeft geleid tot een overschrijding ten opzichte van het geraamde bedrag voor zorg in natura en een onderschrijding bij het persoonsgebonden budget. De gerealiseerde uitgaven per leveringsvorm weerspiegelen de voorkeuren van de cliënt voor de betreffende leveringsvorm. Dit wordt structureel verwerkt in de begroting.

Wijkverpleging

In 2017 kwam de onderschrijding van de uitgaven aan wijkverpleging uit op ca. 100 mln.

In het bestuurlijk akkoord wijkverpleging is afgesproken de onderschrijding in 2017 voor een bedrag van 100 mln. structureel te verwerken in de begroting.

Diversen mee- en tegenvallers

Deze post betreft het saldo van diverse kleinere mee- en tegenvallers waaronder lagere uitgaven bij de geriatrische revalidatiezorg (-19 mln.) en bij de overige curatieve zorg (-21 mln.) en een tegenvaller bij Wlz buiten contracteerruimte (12 mln.).

A2 Accreseffect inclusief aanpassing normeringssytematiek gf/pf

De gereserveerde middelden voor de indexatie van de Wmo- en jeugdbudgetten die voorheen tot het uitgavenplafond behoorden, worden (met uitzondering van de middelen voor de indexatie van het budget voor beschermd wonen) vanaf 2020 afgeboekt omdat vanaf dat jaar de accressystematiek gaat gelden die vanuit het Uitgavenplafond voor de Rijksbegroting loopt (RA-maatregel A2).

Effect hoofdlijnenakkoorden 2022

De voor de jaren 2019–2022 gesloten hoofdlijnenakkoorden leveren een extra besparing op in 2022 ten opzichte van het Regeerakkoord (RA). De taakstellende besparing uit RA betrof namelijk de akkoordperiode 2019–2021. Deze taakstelling had geen verdere oploop na 2021. Omdat ook voor het jaar 2022 afspraken zijn gemaakt over de beperking van de groei, wordt deze extra besparing voor 2022 nu ingeboekt.

GGZ-cliënten toegang tot Wlz

VWS is conform regeerakkoord voornemens om, als de effecten in kaart zijn gebracht en deze geen belemmering vormen voor een zorgvuldige uitvoering, met een wetsvoorstel te komen om de Wet langdurige zorg (Wlz) ook toegankelijk te maken voor ggz-cliënten die langdurige zorg nodig hebben. De meerkosten die ontstaan door een gewijzigde aanspraak en een aangepast Wlz-tarief zijn structureel 68 mln. (in 2026).

HLA: geestelijke gezondheidszorg

Om de ambities uit het hoofdlijnenakkoord ggz te realiseren, is afgesproken dat 50 mln. per jaar beschikbaar blijft voor de sector. Deze middelen zijn onder andere beschikbaar om de juiste zorg op de juiste plek te realiseren, de wachttijden te verminderen, arbeidsmarktproblematiek aan te pakken en richtlijnontwikkeling op peil te houden en te verbeteren.

HLA: huisartsenzorg

Om de ambities in het hoofdlijnenakkoord huisartsen te realiseren, is afgesproken dat 50 mln. per jaar beschikbaar blijft voor de sector. Deze middelen zijn onder andere beschikbaar om de juiste zorg op de juiste plek te realiseren, het versterken van de organisatiegraad van de eerste lijn en de inzet van praktijksondersteuners of e-health.

HLA: wijkverpleging

Om de ambities in het bestuurlijk akkoord wijkverpleging te realiseren, is afgesproken dat 50 mln. per jaar beschikbaar blijft voor de sector. Deze middelen zijn onder andere beschikbaar om de juiste zorg op de juiste plek te realiseren, e-health te stimuleren en arbeidsproblematiek aan te pakken.

H51 Hoofdlijnenakkoorden 2019–2021

In het regeerakkoord (RA) is opgenomen dat er opnieuw hoofdlijnenakkoorden worden gesloten met de medisch-specialistische zorg, geestelijke gezondheidszorg, huisartsen- en multidisciplinaire zorg en wijkverpleging met een totale opbrengst die oploopt tot 1,92 mld. per jaar vanaf 2021 (RA-maatregel H51).

H52 Maatregelen geneesmiddelen- en hulpmiddelen

In het regeerakkoord (RA) is een samenhangend pakket aan maatregelen opgenomen waarmee de uitgaven aan genees- en hulpmiddelen beter worden beheerst (RA-maatregel H52). Dit gebeurt zo veel mogelijk door een scherpere inkoop van genees- en hulpmiddelen, een overheveling van extramuraal naar intramuraal en een aanpassing van de Wet geneesmiddelenprijzen. Sluitpost is een aanpassing van het Geneesmiddelenvergoedingensysteem (GVS). Waarbij de GVS-bijbetalingen per verzekerde per 2019 gemaximeerd worden op 250 euro per jaar.

H54 Gedragseffect derving eigen risico agv hla + geneesmiddelen

De gematigde ontwikkeling van het verplicht eigen risico (als gevolg van het beperken van de curatieve zorguitgaven in het regeerakkoord) leidt tot een verlaagd remgeldeffect, dat wil zeggen extra zorgconsumptie en extra zorguitgaven (RA-maatregel H54).

H55 Gedragseffect stabilisatie eigen risico

In het regeerakkoord (RA) is besloten het verplicht eigen risico te stabiliseren op 385 euro. Dit leidt tot een verlaagd remgeldeffect, dat wil zeggen extra zorgconsumptie en extra zorguitgaven (RA-maatregel H55).

H72 Terugdraaien taakstelling BKZ

Bij de begrotingsvoorbereiding voor 2018 is een niet-ingevulde taakstelling op de zorguitgaven geboekt om het beeld voor het Uitgavenplafond Zorg sluitend te maken. Deze taakstelling wordt in het regeerakkoord (RA) teruggedraaid (RA-maatregel H72).

Kostenonderzoek Wlz

Op basis van een kostenonderzoek stelt de NZa per 2019 nieuwe tarieven vast voor de gehandicaptenzorg, geestelijke gezondheidszorg en extramurale ouderenzorg. Voor de gehandicaptenzorg en de geestelijke gezondheidszorg leidt dit per saldo tot hogere maximumtarieven. Om te zorgen dat zorgaanbieders de kwaliteit van zorg kunnen blijven leveren wordt het Wlz-kader verhoogd. De hogere tarieven leiden naar verwachting tot hogere zorguitgaven per 2019 van 128 mln.

Middelen interbestuurlijk programma

Het Rijk en de VNG hebben in het Interbestuurlijk programma (IBP) afspraken gemaakt over de financiële consequenties van het Regeerakkoord. In het kader van het IBP heeft VWS 100 mln. in 2018 beschikbaar gesteld voor gemeenten.

Nominaal en onverdeeld Wlz

Dit betreft onder andere middelen voor een aantal technische correcties op de overheveling van budgetten in het kader van hervorming langdurige zorg.

Overheveling sociaal domein jeugdhulp

Het jeugdbudget dat voorheen tot het Uitgavenplafond Zorg behoorde, wordt vanaf 2019 overgeheveld naar de algemene uitkering van het gemeentefonds en komt daarmee onder het Uitgavenplafond voor de Rijksbegroting.

Overheveling sociaal domein volume wmo + jeugd tranche 2019

De gereserveerde middelden voor de volume-indexatie 2019 van de Wmo- en jeugdbudgetten die voorheen tot het uitgavenplafond zorg behoorden, worden (met uitzondering van de middelen voor de indexatie van het budget voor beschermd wonen) overgeheveld naar de algemene uitkering van het gemeentefonds en vallen daarmee onder het Uitgavenplafond voor de Rijksbegroting. De loon- en prijsindexatie 2018 en 2019 voor deze budgetten blijft conform reguliere begrotingssystematiek gereserveerd op de Wlz en wordt bij Voorjaarsnota van het betreffende jaar op basis van de dan actuele indices overgeheveld naar het gemeentefonds (Uitgavenplafond rijksbegroting).

Overheveling sociaal domein wmo

Het Wmo-budget dat voorheen tot het Uitgavenplafond Zorg behoorde, wordt (met uitzondering van het budget voor beschermd wonen) vanaf 2019 overgeheveld naar de algemene uitkering van het gemeentefonds en komt daarmee onder het Uitgavenplafond voor de Rijksbegroting.

Pakketmaatregel vitaminen, mineralen en paracetamol

Het Zorginstituut heeft geadviseerd vitaminen, mineralen en paracetamol waarvoor een gelijkwaardig of nagenoeg gelijkwaardig geneesmiddel of voedingssupplement verkrijgbaar is in de vrije verkoop, uit het te verzekeren basispakket te halen. Het kabinet neemt dit advies over. Dit leidt tot een besparing van 40 mln.

Ramingsbijstelling groei Wlz

De beschikbare groeiruimte voor de Wlz wordt meer in lijn gebracht met de gerealiseerde uitgaven van de afgelopen jaren 2015–2017. Met deze ramingsbijstelling is er voldoende groei beschikbaar om de verwachte uitgavenstijging conform de afgelopen jaren te accommoderen.

Ramingsbijstelling groei Zvw

In de raming van Zvw-uitgaven is rekening gehouden met een jaarlijkse groei van de uitgaven (groeiruimte). Er heeft een ramingsbijstelling plaatsgevonden op de groeiruimte, omdat niet alle gereserveerde middelen voor volumegroei binnen de Zvw nodig zijn.

Ramingsbijstelling NHC in Wlz-tarief

De NZa heeft de indexering van de normatieve huisvestingscomponent (NHC) in het Wlz-tarief voor de periode 2018–2022 vastgesteld op 2,5% per jaar. VWS neemt dit indexeringspercentage over voor de periode 2018–2022. De raming van de Wlz-uitgaven wordt hierop aangepast.

Regelgeving marktordening hulpmiddelen

Medische hulpmiddelen moeten vanaf 2020 voldoen aan de nieuwe regelgeving van de EU omtrent markttoelating. Als gevolg van deze regelgeving moeten fabrikanten onder andere een risicomanagementsysteem opzetten en onderhouden, technische documentatie opstellen en actualiseren en voldoen aan registratieverplichtingen rondom hulpmiddelen. Dit werkt prijsverhogend en leidt tot extra uitgaven van 45 mln.

Regelgeving veiligheid geneesmiddelen

Vanaf februari 2019 treedt de Europese gedelegeerde verordening betreffende veiligheidkenmerken in werking. Dit is een onderdeel van de Europese richtlijn vervalste geneesmiddelen, de zogeheten Falsified Medicines Directive (FMD). Deze richtlijn heeft als doel om te voorkomen dat vervalste geneesmiddelen in het legale circuit terechtkomen. De uitvoering/implementatie hiervan werkt kostenverhogend en leidt tot extra uitgaven van 70 mln.

Verlaging veronderstelde onderuitputting zorg in natura

Naar aanleiding van actualisatiecijfers wordt de in de VWS-begroting veronderstelde onderuitputting van de Wlz-leveringsvorm zorg in natura vanaf 2018 verlaagd van 0,6% naar 0,3%. De in de begroting geraamde uitgaven vallen hierdoor 54 mln. hoger uit. Het budget dat beschikbaar is voor inkoop van zorg in natura verandert niet.

Verminderen overgangsproblematiek naar Wlz

Dit betreft middelen voor vermindering van de overgangsproblematiek van Wmo en/of Zvw naar de Wlz («zorgval»). Om de gevolgen van deze zogenaamde «zorgval» te verminderen (en maatwerkregelingen zoals extra kosten thuis en de meerzorgregeling te kunnen financieren) zijn extra middelen beschikbaar oplopend tot 40 mln. in 2022.

Diversen beleidsmatige mutaties

Dit is de optelsom van diverse mutaties waaronder een uitbreiding van het basispakket met zittend ziekenvervoer (14 mln. vanaf 2020), een maximering van bijbetalingen aan geneesmiddelen tot 250 euro per persoon per jaar (15 mln. vanaf 2019) en een kasschuif bij het informatieuitwisselingsprogramma in de GGZ.

Loon- en prijsbijstelling 2018 Wmo en jeugd

De betreft de overheveling van de loon- en prijsbijstelling tranche 2018 voor de naar de algemene uitkering van het Gemeentefonds overgehevelde budgetten van Wmo en Jeugd.

Loon- en prijsontwikkeling

Ten opzichte van de CPB-raming bij Startnota is de raming van loon- en prijsontwikkeling in de zorg op basis van de MEV 2018 naar beneden bijgesteld.

Overheveling middelen interbestuurlijk programma

Het Rijk en de VNG hebben in het Interbestuurlijk programma (IBP) afspraken gemaakt over de financiële consequenties van het Regeerakkoord. In het kader van het IBP heeft VWS 100 mln. in 2018 beschikbaar gesteld voor gemeentes. Dit bedrag wordt overgeheveld van het uitgavenplafond zorg naar een decentralisatie-uitkering binnen het Gemeentefonds (uitgavenplafond rijksbegroting).

Zorginfrastructuur

De zorginfrastructuur voor de langdurige zorg wordt gestimuleerd vanuit drie regelingen. Er wordt ingezet op zorg thuis waarmee de extramurale zorg wordt gestimuleerd en ondersteuning om dit mogelijk te maken vanuit onder meer ICT-systemen. De bijbehorende middelen zijn overgeheveld naar de VWS-begroting

Diversen technische mutaties

Dit is de optelsom van verschillende overhevelingen van uitgavenplafond zorg naar uitgavenplafond rijksbegroting. Het gaat onder andere om middelen voor onafhankelijke cliëntondersteuning (-15 mln.).

Lagere opbrengst eigen risico

De opbrengst uit het eigen risico valt lager uit doordat een groter deel van de zorgkosten wordt gemaakt door mensen die het eigen risico al vol maken en doordat de totale Zvw-uitgaven naar beneden zijn bijgesteld (inclusief hoofdlijnenakkoorden 2019–2022).

Diversen mee- en tegenvallers

De opbrengst uit eigen bijdragen in de Wlz is in 2017 25 mln. lager uitgevallen doordat er meer Wlz-zorg thuis geleverd wordt. De eigen bijdrage voor zorg thuis is lager dan die voor zorg in een instelling. Deze lagere opbrengst wordt structureel verwerkt in de raming.

H53 Doorwerking maatregelen Zvw (HLA + geneesmiddelen)

Het beperken van de curatieve zorguitgaven in het regeerakkoord (RA) als gevolg van de hoofdlijnenakkoorden en de maatregelen op het terrein van de genees- en hulpmiddelen leidt tot lagere ontvangsten van het verplicht eigen risico (RA-maatregel H53).

H55 Stabilisatie eigen risico 2018 -2021

In het regeerakkoord (RA) is besloten het verplicht eigen risico te stabiliseren op 385 euro. Dit leidt tot een derving van de opbrengst van het eigen risico (RA-maatregel H55).

H67 Verlaging eigen bijdragen Wlz

In het regeerakkoord (RA) is besloten de vermogensinkomensbijtelling Wlz te halveren naar 4%. Daarnaast wordt de overgangstermijn van de lage eigen bijdrage aangepast naar 4 maanden; mensen betalen bij verhuizing naar een instelling of accommodatie voortaan 4 maanden de lage eigen bijdrage en daarna de hoge eigen bijdrage. Deze maatregel is van toepassing op cliënten die vanaf 2019 in een instelling komen wonen (geen effect op bestaande bewoners). Tot slot wordt het marginale tarief van de lage eigen bijdrage verlaagd naar 10%.

Diversen beleidsmatige mutaties

Door aanpassing van de vermogensrendementsheffing valt de opbrengst van de eigen bijdrage Wlz lager uit.

Licence