Base description which applies to whole site

Sociale Verzekeringen

SOCIALE VERZEKERINGEN

2019

2020

2021

2022

2023

2024

totaal uitgaven

58.502,6

61.600,4

63.864,3

65.822,0

68.134,1

70.662,1

totaal niet-belastingontvangsten

253,0

260,1

266,8

273,5

280,3

288,0

1

Arbeidsmarkt

Uitgaven

852,7

481,9

253,3

257,0

257,0

3

Arbeidsongeschiktheid

Uitgaven

10.236,5

10.544,2

10.765,3

11.166,1

11.655,5

12.068,5

5

Werkloosheid

Uitgaven

3.909,4

3.827,5

4.116,8

4.408,5

4.735,9

5.091,6

Ontvangsten

253,0

260,1

266,8

273,5

280,3

288,0

6

Ziekte en zwangerschap

Uitgaven

2.989,5

3.027,9

3.246,2

3.372,5

3.501,7

3.636,7

8

Oudedagsvoorziening

Uitgaven

39.468,6

41.321,0

43.210,5

44.512,1

45.820,2

47.372,7

9

Nabestaanden

Uitgaven

365,7

350,3

334,8

328,2

326,1

324,9

11

Uitvoeringskosten

Uitgaven

1.533,1

1.676,7

1.708,9

1.781,3

1.837,8

1.910,6

Artikel 1 Arbeidsmarkt

Per 1 april 2020 treedt de compensatieregeling transitievergoeding vanwege langdurige arbeidsongeschiktheid in werking. Deze regeling kent structureel circa 200 mln. aan uitgaven. Daarbij is er terugwerkende kracht tot 1 juli 2015. Dit leidt tot éénmalig hogere uitgaven in 2020 en deels 2021. Vanaf 2021 treedt daarnaast de compensatieregeling transitievergoeding bij bedrijfsbeëindiging vanwege pensionering of ziekte in werking.

Artikel 3 Arbeidsongeschiktheid

De WAO en WAZ zijn aflopende regelingen, de WIA groeit in. De totale uitgaven aan arbeidsongeschiktheid (WAO/WIA/WAZ) laten in de periode 2019–2024 een stijging zien. De voornaamste oorzaak van de stijging is de geraamde loon- en prijsbijstelling (nominaal). Daarnaast zorgt de geleidelijke verhoging van de AOW-leeftijd en de hogere arbeidsparticipatie bij ouderen voor een stijging van de uitgaven.

Artikel 5 Werkloosheid

Het CPB verwacht een stijging van de werkloosheid voor de komende jaren. Dit komt tot uiting in een stijging van het WW-volume. De WW-uitkeringslasten ontwikkelen zich in lijn met deze volumeontwikkeling. Daarnaast zorgt de nominale ontwikkeling voor een stijging in zowel de uitgaven als de ontvangsten.

Artikel 6 Ziekte en zwangerschap

De grootste verklaring voor de stijging van de uitgaven is het aanvullend geboorteverlof dat vanaf 1 juli 2020 van kracht gaat. Hierdoor stijgen de uitgaven in 2020 en 2021. Daarnaast zorgt de nominale ontwikkeling voor een stijging in de uitgaven.

Artikel 8 Oudedagsvoorziening

De stijgende levensverwachting en de vergrijzing leiden de komende jaren tot een toename van het aantal AOW-gerechtigden en daarmee tot een stijging van de verwachte uitgaven aan de AOW. Vanaf 2022 nemen de uitgaven minder snel toe, omdat de AOW-gerechtigde leeftijd dan weer wordt verhoogd.

Artikel 9 Nabestaanden

De uitkeringslasten van de Anw nemen de komende jaren af, omdat het aantal nabestaanden dat aanspraak maakt op een Anw-uitkering afneemt. De uitstroom uit de regeling is de komende jaren groter dan de instroom, omdat een groot deel van de nabestaanden die sinds 1996 onder ruimere voorwaarden een uitkering ontvangt op basis van de rechtsvoorganger van de Anw, de Algemene Weduwen en Wezenwet (AWW), in de komende jaren recht krijgt op een AOW-uitkering.

Artikel 11 Uitvoeringkosten

De uitvoeringskosten nemen toe als gevolg van ontwikkelingen in de moederwetten die de uitvoeringsorganisaties uitvoeren. Dit betekent dat de stijgingen en dalingen van onder andere de WW, ZW, WGA, Anw en AOW doorwerken in de uitvoeringskosten.

Licence