Base description which applies to whole site

ARTIKEL XXXII

Het Belastingplan 2023 wordt als volgt gewijzigd:

A

De artikelen II, onderdeel A, III, onderdeel B, VI, X, onderdeel B, XI, onderdeel A, XII en LIII vervallen.

B

Artikel II, onderdeel C, en artikel III, onderdeel C, vervallen.

C

In artikel II vervallen de onderdelen D, E, H en I.

D

In artikel III, onderdeel I, wordt «op 31 december 2024» telkens vervangen door «onmiddellijk na de inwerkingtreding van artikel II van het Belastingplan 2024».

E

In artikel X vervallen onderdeel A en onderdeel C, onder 1 en 2.

F

In artikel XXVIII komt onderdeel Ba te luiden:

Ba

Artikel 60a, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste aandachtsstreepje wordt «€ 0,05549» vervangen door «€ 0,03721».

2. In het tweede aandachtsstreepje wordt «€ 0,05549» vervangen door «€ 0,03721».

3. In het derde aandachtsstreepje wordt «€ 0,01478» vervangen door «€ 0,01125».

4. In het vierde aandachtsstreepje wordt »€ 0,00061» vervangen door «€ 0,00116».

ARTIKEL XXXIII

Artikel 9.5, vijfde lid, van de Wet inkomstenbelasting 2001 en de artikelen 6, eerste lid, 7, eerste lid, 24, derde, vijfde en zesde lid, 27a, tweede en derde lid, en 31 en 70b van de Invorderingswet 1990 en de daarop berustende bepalingen zoals die luidden op 31 december 2023 blijven van toepassing op voorlopige aanslagen inkomstenbelasting die betrekking hebben op belastingschulden over een tijdvak dat vóór 1 januari 2024 is aangevangen.

ARTIKEL XXXIV

Na toepassing van de artikelen II, onderdeel A, III, IV, V en VI of de artikelen VIII, IX, X, XI en XII worden de bedragen in kolom III van de tabellen in de artikelen 2.10, eerste lid, en 2.10a, eerste lid, van de Wet inkomstenbelasting 2001, onderscheidenlijk in de artikelen 20a, eerste lid, en 20b, eerste lid, van de Wet op de loonbelasting 1964, bij ministeriële regeling gewijzigd in de bedragen die na toepassing van die artikelen voortvloeien uit de aan het begin van de betreffende jaren in de kolommen I en II van die tabellen vermelde bedragen en de in de kolom IV van die tabellen vermelde percentages.

ARTIKEL XXXV

De artikelen 10.1 en 10.2 van de Wet inkomstenbelasting 2001 zijn bij het begin van het kalenderjaar 2024 van overeenkomstige toepassing op het bedrag, genoemd in artikel XVII.

ARTIKEL XXXVI

Bij de toepassing van artikel 10.1 van de Wet inkomstenbelasting 2001 en artikel 22d van de Wet op de loonbelasting 1964 bij het begin van het kalenderjaar 2024 met betrekking tot het in artikel 8.11, tweede lid, eerste zin, onderdeel b, van de Wet inkomstenbelasting 2001 en artikel 22a, tweede lid, onderdeel b, van de Wet op de loonbelasting 1964 als tweede vermelde bedrag wordt dat bedrag berekend door het vóór toepassing van artikel I, onderdeel T, in artikel 8.11, tweede lid, eerste zin, onderdeel b, van de Wet inkomstenbelasting 2001 als tweede vermelde bedrag te vermenigvuldigen met de tabelcorrectiefactor, bedoeld in artikel 10.2 van de Wet inkomstenbelasting 2001 en vervolgens te verhogen met het in artikel I, onderdeel T, vermelde bedrag.

ARTIKEL XXXVII

Met betrekking tot een gebouw in eigen gebruik dat vóór 1 januari 2024 reeds tot het ondernemingsvermogen of resultaatvermogen van de belastingplichtige behoorde en waarop de belastingplichtige reeds vóór 1 januari 2024 heeft afgeschreven doch nog niet over drie volledige jaren heeft kunnen afschrijven, vindt de in artikel I, onderdeel H, opgenomen wijziging van artikel 3.30a, derde lid, van de Wet inkomstenbelasting 2001 voor het eerst toepassing met ingang van het boekjaar dat volgt op het boekjaar waarin die periode van drie volledige jaren is geëindigd.

ARTIKEL XXXVIII

  • 1. Artikel 15, elfde lid, van de Wet op belastingen van rechtsverkeer blijft op verzoek van de beoogde verkrijger, te doen op een door de inspecteur voorgeschreven wijze, buiten toepassing op de verkrijging, bedoeld in artikel 4, eerste lid, onderdeel a, van die wet, die voor 1 januari 2030 plaatsvindt, indien:

    • a. de beoogde verkrijger en de verkoper voor 19 september 2023 om 15:15 uur de betreffende verkrijging schriftelijk zijn overeengekomen;

    • b. het verzoek binnen drie maanden na 1 januari 2024 bij de inspecteur is ingediend, waarbij een afschrift van de betreffende overeenkomst is meegezonden; en

    • c. op het moment van sluiten van de overeenkomst aannemelijk is dat die overeenkomst niet hoofdzakelijk tot doel heeft om in aanmerking te komen voor de vrijstelling van artikel 15, eerste lid, onderdeel a, en zesde lid, van de Wet op belastingen van rechtsverkeer.

  • 2. De inspecteur beslist op het verzoek bij voor bezwaar vatbare beschikking.

ARTIKEL XXXIX

Artikel 10.1 van de Wet inkomstenbelasting 2001 vindt met betrekking tot artikelen 2.10, 2.10a en 5.5 van de Wet inkomstenbelasting 2001 geen toepassing bij het begin van het kalenderjaar 2024.

ARTIKEL XL

Artikel 84a van de Wet op de accijns vindt geen toepassing op de in artikel XXV, onderdeel E opgenomen verhoging van de accijns.

ARTIKEL XLI

Ingeval de samenloop van wetten die in 2023 in het Staatsblad zijn of worden gepubliceerd en wijzigingen aanbrengen in één of meer belastingwetten, niet of niet juist is geregeld, of indien als gevolg van die samenloop onjuistheden ontstaan in de aanduiding van artikelen, artikelonderdelen, verwijzingen en dergelijke in de desbetreffende wetten, kunnen die wetten op dit punt bij ministeriële regeling worden gewijzigd.

ARTIKEL XLII

  • 1. Deze wet treedt in werking met ingang van 1 januari 2024, met dien verstande dat:

    • a. artikel I, onderdelen D, O en P, terugwerkt tot en met 1 januari 2023;

    • b. de artikelen II en XXXII toepassing vinden voordat artikel III, onderdelen G en I, van het Belastingplan 2023 wordt toegepast;

    • c. artikel XIII voor het eerst toepassing vindt met betrekking tot boekjaren die aanvangen op of na 1 januari 2024;

    • d. artikel XXVIII, onderdeel B, terugwerkt tot en met 1 juli 2023;

    • e. artikel XXXII, onderdelen B en E, toepassing vindt voordat artikel II, onderdelen D, E, H en I, en artikel X, onderdeel A en onderdeel C, onder 1 en 2, van het Belastingplan 2023 worden toegepast;

    • f. artikel XXXII, onderdeel F, toepassing vindt voordat XXVIII, onderdeel Ba, van het Belastingplan 2023 wordt toegepast.

  • 2. In afwijking van het eerste lid treedt artikel XXIV in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.

  • 3. In afwijking van het eerste lid treedt artikel XXXVIII in werking met ingang van 1 januari 2025, met dien verstande dat onderdeel B dat artikel in werking treedt met ingang van 1 januari 2024.

ARTIKEL XLIII

Deze wet wordt aangehaald als: Belastingplan 2024.

Licence