In deze paragraaf worden de uitgaven van de Rijksbegroting in 2020 besproken. Hierbij is bijzondere aandacht voor de mutaties sinds de Miljoenennota. Het jaar 2020 kende bijzondere uitgaven in het kader van de coronacrisis. De coronagerelateerde uitgaven zijn buiten het plafond geplaatst, om te voorkomen dat deze uitgaven ertoe leidden dat er minder kon worden uitgegeven aan andere zaken. Figuur 2.1.1 laat zien dat de uitgaven buiten het uitgavenplafond fors groter zijn dan in eerdere jaren. Aan het einde van deze paragraaf wordt daarbij uitgebreid stilgestaan.
Naast deze bijzondere uitgaven kende Nederland de reguliere uitgaven waarvoor het uitgavenplafond wel geldt. Dit hoofdstuk begint met de ontwikkeling van deze laatste uitgaven, die binnen het uitgavenplafond zijn gedaan. Het uitgavenplafond is onderverdeeld in drie deelplafonds: Rijksbegroting, Sociale Zekerheid en Zorg.
Figuur 2.1.1 Uitgaven binnen en buiten het uitgavenplafond (in miljarden euro)
In het Regeerakkoord heeft het kabinet afgesproken hoeveel er elk jaar maximaal kan worden uitgegeven. Met de plafondtoetsen toetst het kabinet of het verwachte uitgavenniveau binnen het vastgestelde uitgavenplafond blijft. Tabel 2.1.1 geeft de plafondtoets weer van de drie verschillende deelplafonds en het totaalplafond.
Ten opzichte van de Miljoenennota 2020 is de overschrijding op het deelplafond Rijksbegroting toegenomen en is de onderschrijding op het deelplafond Zorg afgenomen. De onderschrijding op deelplafond Zorg compenseert een deel van de overschrijding van de deelplafonds Rijksbegroting en Sociale Zekerheid. In de Najaarsnota 2020 sloot het uitgavenplafond voor 2020 nog op nul. Sindsdien is er bij de reguliere uitgaven nog een aantal tegenvallers gemeld, waaronder lagere afpakontvangsten en lagere ontvangsten van de NAM. Hierdoor wordt het totale plafond overschreden met 0,5 miljard euro.
De ontwikkeling van de uitgaven onder de drie deelplafonds wordt in deze paragraaf toegelicht.
Miljoenennota 2020 | FJR2020 | Verschil | |
---|---|---|---|
Rijksbegroting | |||
Uitgavenplafond regulier | 142,6 | 143,3 | 0,7 |
Uitgavenniveau regulier | 143,5 | 144,5 | 1,0 |
Uitgaven coronamaatregelen | 10,9 | 10,9 | |
Over-/onderschrijding reguliere uitgaven | 1,0 | 1,3 | 0,3 |
Sociale Zekerheid | |||
Uitgavenplafond regulier | 84,9 | 85,6 | 0,7 |
Uitgavenniveau regulier | 85,2 | 85,9 | 0,7 |
Uitgaven coronamaatregelen | 16,4 | 16,4 | |
Over-/onderschrijding reguliere uitgaven | 0,3 | 0,3 | ‒ 0,0 |
Zorg | |||
Uitgavenplafond regulier | 74,7 | 74,5 | ‒ 0,2 |
Uitgavenniveau regulier | 73,4 | 73,4 | ‒ 0,0 |
Uitgaven coronamaatregelen | 0,5 | 0,5 | |
Over-/onderschrijding reguliere uitgaven | ‒ 1,3 | ‒ 1,1 | 0,2 |
Totale uitgavenplafond | |||
Uitgavenplafond regulier | 302,2 | 303,4 | 1,2 |
Uitgavenniveau regulier | 302,2 | 303,8 | 1,6 |
Uitgaven coronamaatregelen | 27,8 | 27,8 | |
Over-/onderschrijding reguliere uitgaven | 0,0 | 0,5 | 0,5 |
Het totale uitgavenplafond voor 2020 is ten opzichte van de Miljoenennota 2020 met 1,2 miljard euro verhoogd voor de reguliere uitgaven. Conform de reguliere systematiek is het uitgavenplafond aangepast voor de loon- en prijsontwikkeling en voor de WW en bijstand.
Het is niet wenselijk om andere uitgaven te verminderen vanwege de uitgaven aan de nood- en steunpakketten. Daarom gaan de uitgaven aan deze maatregelen buiten het reguliere uitgavenplafond om. In de technische verwerking wordt dit gerealiseerd via een plafondcorrectie. Bij het opstellen van de Miljoenennota 2020 was er nog geen sprake van uitgaven aan coronamaatregelen. De totale uitgaven hieraan zijn voor 2020 uitgekomen op 27,8 miljard euro.