Tabellen 8.1, 8.2 en 8.3 en 8.4 geven een totaaloverzicht van directe en indirecte risicoregelingen van het Rijk. Voor details over onderstaande garantieregelingen en achterborgstellingen wordt verwezen naar begrotingen en jaarverslagen van de betreffende vakdepartementen.
Garanties
Een garantie is een voorwaardelijke, financiële verplichting van het Rijk aan een derde buiten het Rijk, die pas tot uitbetaling komt als zich bij de wederpartij een bepaalde omstandigheid (realisatie van een risico) voordoet. Garantieregelingen worden als verplichting opgenomen in de begroting van het betreffende vakdepartement.
Onderstaande tabel 8.1 bevat de garantieregelingen van het Rijk. Alle regelingen met een uitstaand risico groter dan 100 miljoen euro zijn weergegeven. Alle regelingen met een uitstaand risico, een risicoplafond en mutaties kleiner dan 100 miljoen euro zijn samengevat in de post «Overig». Het overzicht bevat alle garanties met de stand ultimo 2020. Ontwikkelingen daarna zijn niet in het overzicht opgenomen omdat die buiten de reikwijdte van het jaarverslag 2020 vallen. Deze worden meegenomen in het overzicht van risicoregelingen van het Rijk bij de Miljoenennota 2022.
In het overzicht worden achtereenvolgens de begroting, het begrotingsartikel en de omschrijving van de garantie weergegeven. Daarachter staat voor de jaren 2019 en 2020 het bedrag dat daadwerkelijk als risico is verleend dan wel door de Tweede Kamer is geautoriseerd, genaamd de «uitstaande garanties». Onder de uitstaande garanties vallen ook de garanties die in eerdere jaren zijn verstrekt. In 2020 zijn er garanties verleend, maar zijn er ook garanties komen te vervallen. Dit is terug te lezen in de kolommen «verleende garanties» en «vervallen garanties».
Een garantieregeling van het Rijk kent vrijwel altijd een maximum, het zogenoemde plafond. Dit plafond kan een jaarlijks plafond zijn (per jaar mag een maximaal bedrag aan garanties worden verleend) of een totaalplafond (er mogen nooit meer garanties verleend worden dan het plafond). In tabel 8.1 is onderscheid gemaakt tussen beide soorten plafonds. Bij internationale organisaties is gekozen het garantieplafond gelijk te stellen aan de uitstaande garanties. Hiervan is sprake bij de Europese garanties (EFSF, EFSM en ESM en NGEU) en de garanties van een aantal internationale financiële instellingen (IMF en Wereldbank). Ook in het geval van verleende Garantie KLM is het garantieplafond gelijkgesteld aan de uitstaande garantie van 2,16 miljard euro. Dit omdat deze garantie in zijn volledigheid contractueel is verstrekt aan banken om leningen te kunnen verstrekken aan KLM. Van de 2,16 miljard euro is 599 miljoen euro ultimo 2020 benut.
Uit tabel 8.1 blijkt dat het totaalbedrag aan uitstaande garanties van het Rijk in 2020 circa 234 miljard euro bedroeg. In 2019 was dit bedrag nog circa 179 miljard euro. Mede als gevolg van de ondersteuning vanuit het Rijk voor de coronacrisis, zijn de totale uitstaande garanties gestegen met 55 miljard euro.
b | a | Omschrijving | Uitstaande garanties 2019 | Verleende garanties 2020 | Vervallen garanties 2020 | Uitstaande garanties 2020 | Garantie-plafond 2020 | Totaal plafond 2020 |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
V | 3 | Raad van Europa | 177 | 177 | ||||
VIII | 7 | Bouwleningen academische ziekenhuizen | 151 | 13 | 139 | 177 | ||
VIII | 14 | Indemniteitsregeling | 250 | 376 | 555 | 71 | 300 | |
VIII | 14 | Achterborgovereenkomst NRF | 328 | 61 | 38 | 351 | 380 | |
IXB | 2 | Single Resolution Fund | 4.164 | 4.164 | 4.164 | |||
IXB | 2 | WAKO (kernongevallen) | 9.769 | 9.769 | 9.769 | |||
IXB | 3 | Financieringsmaatschappij voor ontwikkelingslanden (FMO) | 5.507 | 5.507 | 5.507 | |||
IXB | 3 | Garantie en vrijwaring inzake verkoop en financiering van staatsdeelnemingen | 309 | 300 | 9 | 9 | ||
IXB | 3 | Garantie KLM | 2.160 | 2.160 | 2.160 | |||
IXB | 4 | Kredieten EU-betalingsbalanssteun | 2.450 | 1.262 | 3.712 | 3.712 | ||
IXB | 4 | European Stability Mechanism (ESM) | 35.430 | 6 | 35.424 | 35.424 | ||
IXB | 4 | Wereldbank | 5.387 | 455 | 4.932 | 4.932 | ||
IXB | 4 | European Investment Bank (EIB) | 9.896 | 1.900 | 11.796 | 11.796 | ||
IXB | 4 | European Financial Stabilisation Mechnism (EFSM) | 2.940 | 168 | 2.772 | 2.772 | ||
IXB | 4 | European Bank for Reconstruction and Development (EBRD) | 589 | 589 | 589 | |||
IXB | 4 | DNB - deelneming in kapitaal IMF | 43.833 | 681 | 43.152 | 43.152 | ||
IXB | 4 | Asian Infrastructure Investment Bank (AIIB) | 734 | 62 | 672 | 672 | ||
IXB | 4 | European Financial Stability Facility (EFSF) | 34.154 | 34.154 | 34.154 | |||
IXB | 4 | Next Generation EU (NGEU) | 27.401 | 27.401 | 27.401 | |||
IXB | 4 | EIB - pan Europees Garantiefonds | 1.301 | 1.301 | 1.301 | |||
IXB | 4 | Support to mitigate Unemployment Risks in an Emergency (SURE) | 6.071 | 6.071 | 6.071 | |||
IXB | 5 | Herverzekering leverancierskredieten | 12.000 | 28 | 11.972 | 12.000 | ||
IXB | 5 | Exportkredietverzekering | 16.403 | 7.831 | 5.391 | 18.842 | 10.000 | |
XIII | 2 | Borgstelling MKB Kredieten (BMKB) | 1.868 | 380 | 441 | 1.807 | 765 | |
XIII | 2 | Garantie Ondernemingsfinanciering (GO)-Corona | 612 | 54 | 557 | 8.500 | ||
XIII | 2 | Garantie Ondernemingsfinanciering (GO) | 321 | 187 | 104 | 404 | 1.500 | |
XIII | 2 | MKB-financiering | 268 | 40 | 228 | 268 | ||
XIII | 2 | Microkredieten | 125 | 5 | 130 | 130 | ||
XIII | 2 | Borgstelling MKB Kredieten (BMKB)-Corona | 448 | 22 | 426 | 735 | ||
XIII | 2 | Klein Krediet Corona | 36 | 36 | 713 | |||
XIV | 11 | Garantie voor investeringen & werkkapitaal landbouwondernemingen | 330 | 92 | 35 | 386 | 120 | |
XIV | 12 | Garantie voor natuurgebieden en landschappen | 328 | 22 | 305 | 328 | ||
XVI | 2,3,9 | Instellingen voor de gezondheidszorg | 183 | 29 | 154 | 154 | ||
XVI | 1 | Garantie vaccinontwikkeling | 171 | 171 | 171 | |||
XVI | 1 | Garantie testmaterialen | 231 | 231 | 231 | |||
XVI | 1 | Garantie Synlab | 124 | 124 | 124 | |||
XVI | 1 | Garantie Eurofins | 170 | 170 | 170 | |||
XVII | 1 | Garantie Dutch Good Growth Fund (DGGF) | 158 | 48 | 81 | 124 | 675 | |
XVII | 1 | Dutch Trade and Investment Fund (DTIF) | 9 | 22 | 12 | 19 | 140 | |
XVII | 5 | Garanties Internationale samenwerking - Netwerk internationaal ondernemen (IS-NIO) | 119 | 14 | 105 | 105 | ||
XVII | 5 | Garanties Regionale Ontwikkelingsbanken | 2.221 | 800 | 62 | 2.959 | 2.959 | |
Overig | 534 | 57 | 109 | 482 | 207 | 366 | ||
Totaal | 178.934 | 63.745 | 8.724 | 233.778 | 12.592 | 222.387 |
Tabel 8.2 bevat de uitgaven en ontvangsten behorende bij de door het Rijk verstrekte garanties in 2019 en 2020. Alleen garanties waarbij de daadwerkelijke uitgaven en ontvangsten groter zijn dan 50 duizend euro worden weergegeven. De in de tabel getoonde uitgaven betreffen de schade-uitkeringen op afgegeven garanties. De in de tabel getoonde ontvangsten betreffen zowel ontvangen premies, provisies en dergelijke als op derden verhaalde (schade-)uitkeringen.
Met betrekking tot de uitgaven en ontvangsten op de door het Rijk verstrekte garanties, vroeg uw Kamer of de bijbehorende premies op een bepaald moment gedurende de looptijd zouden kunnen worden aangepast indien de benutting van de garantie lager blijkt te zijn dan verwacht. Een risicopremie is een vergoeding voor het aangegane risico die (verdisconteerd) de waarde weergeeft van onder meer de omvang van de garantie, de bijbehorende looptijd en kans dat het risico waarvoor de staat zich garant stelt daadwerkelijk manifesteert. Dit wordt conform het toetsingskader risicoregelingen per geval bekeken, vaak beoordeelt door een onafhankelijk expert. De looptijd van deze risico’s verschilt dus sterk per regeling en daarom acht het kabinet het passend om hierin de staande praktijk te continueren.
b | a | omschrijving | Uitgaven | Ontvangsten | Uitgaven | Ontvangsten |
---|---|---|---|---|---|---|
2019 | 2019 | 2020 | 2020 | |||
VI | 33 | Garantiestelling Faillissementscuratoren dienst JUSTIS | 2,0 | 1,5 | ||
IXB | 1 | Garantie procesrisico's | 0,2 | 0,2 | ||
IXB | 2 | Terrorismeschades (NHT) | 0,9 | 0,6 | ||
IXB | 2 | WAKO (kernongevallen) | 0,5 | 0,5 | ||
IXB | 3 | Tennet | 4,8 | 3,2 | ||
IXB | 5 | Herverzekering leverancierskredieten | 100,6 | 194,2 | ||
IXB | 5 | Exportkredietverzekering | 184,7 | 217,6 | 21,6 | 110,8 |
XII | 13 | (MKB) Regeling bijzondere financiering (Bodemsanering) | ||||
XIII | 2 | Borgstelling MKB Kredieten (BMKB) | 23,7 | 37,2 | 16,9 | 25,9 |
XIII | 2 | Garantie Ondernemingsfinanciering (GO)-Corona | 2,0 | |||
XIII | 2 | Groeifaciliteit | 2,0 | 3,0 | 5,2 | 5,4 |
XIII | 2 | Garantie Ondernemingsfinanciering (GO) | 3,2 | 7,8 | 1,9 | 4,7 |
XIII | 2 | MKB-financiering | 0,3 | 0,2 | ||
XIII | 2 | Microkredieten | 0,2 | 0,3 | ||
XIII | 2 | Borgstelling MKB Kredieten (BMKB)-Corona | 11,6 | |||
XIII | 2 | Klein Krediet Corona | 0,8 | |||
XIII | 4 | Aardwarmte | 0,4 | 4,5 | ||
XIV | 11 | Garantie voor investeringen & werkkapitaal landbouwondernemingen | 2,3 | 0,7 | ||
XVII | 1 | Garantie Dutch Good Growth Fund (DGGF) | 1,3 | 1,2 | 5,0 | 2,2 |
XVII | 1 | Dutch Trade and Investment Fund (DTIF) | 4,7 | 1,0 | 7,9 | 2,7 |
XVII | 1 | Garantie FOM | 0,9 | 0,1 | 1,5 | 0,1 |
XVII | 5 | Garanties Internationale samenwerking - Netwerk internationaal ondernemen (IS-NIO) | 2,8 | |||
Totaal | 225 | 275 | 170 | 365 |
Achterborgstellingen
Naast het risico uit garantieregelingen staat het Rijk ook indirect bloot aan risico’s uit achterborgstellingen. In die gevallen wordt de daadwerkelijke garantieverplichting niet afgegeven door het Rijk maar door een daarvoor aangewezen tussenpersoon, bijvoorbeeld een stichting. Het Rijk wordt pas aangesproken zodra de tussenpersoon niet aan haar verplichtingen kan voldoen. In de begroting van het betreffende vakdepartement worden achterborgstellingen niet als verplichting opgenomen. De achterborgstellingen zijn opgenomen in tabel 8.3. Deze cijfers van WSW en WEW zijn voorlopige cijfers.
Het risico uit de achterborgstellingen (in tabel 8.3) is niet één op één te vergelijken met het risico uit de garantieregelingen (in tabel 8.1), aangezien het risico over meerdere partijen wordt gespreid. Per achterborgstelling zijn er verschillende mogelijkheden om eventuele schade te dekken. Het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW) beschikt over een fondsvermogen en kan daarnaast indien nodig obligo ophalen bij deelnemende woningcorporaties ter hoogte van 3,09 miljard euro. Ook kunnen woningcorporaties in financiële problemen onder bepaalde voorwaarden een aanvraag doen voor saneringssteun. Saneringssteun wordt bekostigd via een heffing aan corporaties en deze middelen lopen via een risicovoorziening op de begroting van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Alle woningcorporaties zijn op basis van de wet verplicht om deze heffing te betalen. Financiële problemen bij corporaties worden in eerste instantie dus betaald door de corporatiesector zelf via het fondsvermogen WSW, obligo en de saneringsheffing. Pas daarna komen Rijk en gemeenten in beeld via de achtervang. De achtervang is nog niet eerder aangesproken.
De Stichting Waarborgfonds Zorg (WFZ) kent een soortgelijke regeling. Ook hier wordt eerst het bufferkapitaal van de stichting aangesproken om schade te dekken. Daarna moeten de zorginstellingen met een door het WFZ geborgde lening een percentage (maximaal 3 procent van de uitstaande garanties van de deelnemende zorginstelling) van het leningenbedrag afdragen (obligo). Mocht dit onvoldoende zijn om de verplichtingen van het WFZ na te komen, dan kan het WFZ een beroep doen op de rijksoverheid. Bij het WEW geldt geen obligoverplichting. Hier dienen huizen als onderpand, waardoor de schade zich beperkt tot eventuele restschulden na gedwongen verkoop. Het WEW teert bij verlies direct in op het bufferkapitaal.
Daarnaast worden bij twee achterborgstellingen de risico’s gedeeld met gemeenten. Zo worden de verplichtingen die het Waarborgfonds Eigen Woningen (WEW) voor 1 januari 2011 is aangegaan voor 50 procent gedekt door gemeenten en voor 50 procent door de rijksoverheid. Verplichtingen aangegaan na deze datum worden volledig door de rijksoverheid gedekt. Bij het WSW wordt de gehele positie gelijkelijk met gemeenten gedeeld.
b | a | omschrijving | Geborgd vermogen | Geborgd vermogen | Bufferkapitaal | Obligo |
---|---|---|---|---|---|---|
2019 | 2020 | 2020 | 2020 | |||
XVI | 2 | Stichting Waarborgfonds Zorg (WFZ) | 6.706 | 6.390 | 295,3 | 191,2 |
VII | 3 | WSW-achterborgstelling | 80.061 | 81.355 | 509,9 | 3.089 |
VII | 3 | WEW-achterborgstelling | 197.000 | 202.000 | 1.513 | n.v.t. |
Totaal Achterborgstellingen | 283.767 | 289.745 | 2.318 | 3.280 |
Leningen
Een lening wordt in principe met rente terugbetaald. Het risico dat de overheid loopt over leningen is de mogelijkheid dat de lenende partij de hoofdsom en/of de renteverplichtingen niet, slechts deels of pas op een later moment kan (terug)betalen. Dit kredietrisico moet worden meegeteld in de rentevoorwaarden. Met andere woorden: hoe groter het risico, hoe hoger de rente. Leningen vormen daarmee een risico voor de rijksbegroting. Voor het aangaan van nieuwe leningen geldt het nee, tenzij-beleid en is het kabinet dus terughoudend. Tabel 8.4 bevat een overzicht van de door het Rijk verstrekte leningen sinds de start van de coronacrisis.
b | omschrijving | Uitstaande lening | Looptijd lening |
---|---|---|---|
2020 | |||
IV | Liquiditeitssteun Aruba, Curacao en Sint-Maarten (1e tranche) | 174 | 2022 |
IV | Liquiditeitssteun Aruba, Curacoa en Sint-Maarten (2e tranche) | 183 | 2022 |
IV | Liquiditeitssteun Aruba, Curacoa en Sint-Maarten (3e tranche) | 264 | 2022 |
IV | Liquiditeitssteun loonsubsidie Sint Maarten 2020 | 10 | 2022 |
XIII | Corona overbruggingslening (COL-faciliteit) voor start-ups en scale-ups | 300 | 2026 |
XIII | Lening Stichting Garantiefonds Reisgelden | 157 | 2026 |
XIII | Steun aan IHC (voorheen Royal IHC) | 40 | onb. looptijd |
IXB | Steun KLM | 277 | 2025 |
XII | Hypothecaire Lening WinAir | 3 | 2023 |
XII | Lening Waddenveren | 0 | Reeds terugbetaald |
Totaal | 1.407 |