Base description which applies to whole site

2 DE ONTWIKKELING VAN DE UITGAVEN EN ONTVANGSTEN

Het kabinet beheerst de uitgaven van het Rijk door per kabinetsperiode een vast uitgavenplafond te hanteren. De kaders hiervoor zijn vastgelegd in de Startnota van kabinet Rutte IV. Het uitgavenplafond is opgedeeld in vier deelplafonds: Rijksbegroting, Sociale Zekerheid, Zorg en Investeringen. Deze plafonds geven het maximum aan van de uitgaven in een gegeven jaar en mogen niet overschreden worden. Het uitgavenplafond wordt jaarlijks aangepast voor niet-beleidsmatige ontwikkelingen, zoals uitgaven aan de Werkloosheidswet (WW) en de bijstand. Op deze manier hoeft het kabinet niet te bezuinigen als deze uitgaven toenemen, bijvoorbeeld bij stijgende werkloosheid door economische tegenslag. Daarnaast kiest het kabinet er voor om bepaalde uitgaven buiten het uitgavenplafond te plaatsen, zoals uitgaven gerelateerd aan oorlog in Oekraïne. Op deze manier gaan deze uitgaven niet ten koste van andere uitgaven. In bijlages 4 en 5 worden verschillende uitgavencategorieën nader toegelicht.

Tegenover de uitgaven staan de ontvangsten van het Rijk, in de vorm van belasting- en premie-inkomsten. Deze bewegen mee met de economische conjunctuur. In tijden van economische groei stijgen de belasting- en premie-inkomsten, waardoor het overheidssaldo verbetert. Bij economische tegenwind nemen de inkomsten af, bijvoorbeeld door dalende consumptie van huishoudens. Hierdoor verslechtert het overheidssaldo. Het meebewegen van de ontvangsten met de conjunctuur zorgt voor een automatische stabilisatie van de economische ontwikkeling.

Licence