Toelichting exploitatie 2011
Baten
Omzet moederdepartement
De onderstaande posten zijn de belangrijkste verklarende factoren dat de bijdrage moederdepartement € 1,8 miljoen hoger is uitgevallen dan begroot:
-
– project Xiraf online € 0,8 miljoen
-
– project multimodale antropometrie uit videobeelden € 0,1 miljoen
-
– project NFI.com € 0,6 miljoen
Omzet overige departementen en omzet derden
De gerealiseerde omzet derden is circa € 4,3 miljoen hoger dan begroot. Dit heeft 2 oorzaken:
-
– Het NFI voert in samenwerking met andere partijen activiteiten uit waarvoor het NFI in voorkomende gevallen geheel of gedeeltelijk wordt gecompenseerd voor gemaakte kosten.
-
– Het NFI werkt in toenemende mate voor betalende overheidsklanten in binnen en buitenland.
Rentebaten
De rentebaten waren circa € 0,079 miljoen lager dan begroot vanwege lagere dan geplande deposito’s en de renteontwikkeling.
Lasten
Apparaatskosten
De gerealiseerde personeelskosten zijn circa € 1 miljoen hoger uitgevallen dan begroot.
De gemiddelde bezetting was in 2011 ruim 10 fte’s hoger dan in 2010.
Het gemiddelde aantal fte’s ambtelijk personeel over 2011 bedroeg 537 fte (537 fte is gemiddelde van stand januari 2011 en december 2011). De bijbehorende gemiddelde loonsom bedroeg ongeveer € 71 000***,-. Om meer inzicht te verstrekken in de realisatie van de personele- en materiële kosten, zijn onderstaande overzichten opgenomen.
Omschrijving | Realisatie 2011 | Realisatie 2010 |
---|---|---|
Ambtelijk personeel | 37 985 | 35 652 |
Overig personeel | ||
– Uitzendkrachten1 | 832 | 723 |
– Inhuur externe dienstverlening2 | ||
– Post-actief personeel | 0 | |
– Niet actief personeel | 0 | |
– Niet regulier | 364 | |
Reiskosten woon-/standplaats | 588 | 605 |
Overige personeelskosten | 75 | 1 544 |
Ontvangsten personeel | – 404 | – 184 |
Totaal3 | 39 076 | 38 704 |
Materiële kosten
Specificatie materiële kosten
Omschrijving | Realisatie 2011 | Realisatie 2010 |
---|---|---|
Huisvestingskosten | 10 881 | 9 926 |
Bureaukosten | 1 518 | 1 622 |
Reis- en verblijfkosten | 916 | 824 |
Kosten documentatie en publicatie | 118 | 158 |
Kosten pers en publieksvoorlichting | 334 | 301 |
Werving & selectiekosten | 49 | 75 |
Kosten kinderopvang en studiefaciliteiten | 132 | 85 |
Onderhoud en exploitatiekosten bedrijfsmiddelen | 6 408 | 4 195 |
Uitrusting, dienst- en werkkleding/sport | 134 | 178 |
Kosten deskundigen/adviseurs | 2 886 | 2 324 |
Laboratoriumkosten | 8 565 | 6 305 |
Overige exploitatiekosten | 868 | 643 |
Totaal | 32 809 | 26 636 |
De gerealiseerde materiële kosten zijn circa € 4,3 miljoen hoger uitgevallen dan begroot.
Een belangrijk deel van het verschil (circa de helft) wordt veroorzaakt door het feit dat er in 2011 circa € 2 miljoen aan het budget van het NFI is toegevoegd door het moederdepartement (voor XIRAF online en NFI.com). De beschikbaarstelling daarvan heeft met name effect gehad op de hoogte van de materiële kosten. Verder zal er ook een belangrijk effect zijn op de materiële kosten als gevolg van het werken voor betalende klanten.
Afschrijvingskosten
De afschrijvingskosten hebben betrekking op de afschrijvingen op:
Omschrijving | Afschrijvingstermijn | Afschrijvingskosten |
---|---|---|
Verbouwingen (> € 45 000) | 10 jaar | 81 |
Installaties | 15 jaar | 377 |
Meubilair | 10 jaar | 750 |
Kantoormachines | 5 jaar | – |
Audiovisuele middelen | 5 jaar | 72 |
Laboratoriumapparatuur | 7 jaar | 837 |
Overige inventaris | 5 jaar | 1 540 |
Hardware | 3 jaar | 858 |
Technische infrastructuur hardware | 3 jaar | 47 |
Netwerk | 3 jaar | 16 |
Overige vervoersmiddelen | 5 jaar | 237 |
Totaal | 4 815 |
De gerealiseerde afschrijvingskosten zijn circa € 0,952 miljoen lager uitgevallen dan begroot.
Omschrijving | Stand per 01-01-2011 | Vrijval in 2011 | Dotatie in 2011 | Onttrekking in 2011 | Stand per 31-12-2011 |
---|---|---|---|---|---|
FPU | 148 | 98 | 50 | ||
Wachtgelden | 178 | 65 | 113 | ||
Totaal | 326 | 0 | 0 | 163 | 163 |
Saldo Baten en Lasten
Doelmatigheid
De doelmatigheidsparagraaf is gewijzigd ten opzichte van de begroting 2011. Belangrijkste reden hiervoor is een wijziging in de organisatiestructuur van het NFI per 1 april 2011. Op deze datum zijn ook het productie- en financieel systeem aangepast, waardoor de realisatie uitsluitend in de nieuwe organisatiestructuur beschikbaar is.
Toelichting doelmatigheid
De voor 2011 geplande productie telt in bovenstaand overzicht op tot 81.273 producten. Eerder is in de begroting 2011 een raming van de productie-omvang 2011 gegeven die uitkomt op 84.969 producten. Dit verschil heeft te maken met de periode van het jaar waarin de begroting voor het volgend jaar wordt opgesteld en de periode waarin het NFI afspraken maakt met haar opdrachtgevers (m.n. politie en OM).
De productie die voor 2011 is begroot is gebaseerd op de beschikbare capaciteit. De oorzaak voor het verschil tussen begrote en gerealiseerde productie 2011 is dat OM en politie de bij het NFI beschikbare capaciteit voor het verwerken van onderzoeksaanvragen in het kader van de uitvoering van de Wet DNA-Veroordeelden niet volledig hebben benut. De door het NFI te leveren DNA-V-onderzoeksproducten zijn relatief eenvoudige producten en leggen slechts een beperkt beslag op de DNA-onderzoekscapaciteit van het NFI. Met betrekking tot de meer complexe, tijdrovender DNA-onderzoeken is er juist sprake van een grote vraag van politie en OM. Per saldo is de DNA-onderzoekscapaciteit van het NFI volledig bezet.
Doelmatigheid
Aantal geleverde producten forensisch | Realisatie | SLA | Verschil | |||
---|---|---|---|---|---|---|
onderzoek (extern product in hondertallen) | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 | 2011 | |
NFI-totaal: | ||||||
FTE-totaal | 516 | 524 | 537 | 560 | – 23 | |
Saldo van baten en lasten in % | – 1,5 | – 0 | 2,2 | 0 | ||
1. DNA-Databank | 22 | 73 | 75 | – 2 | ||
2. Biologisch Sporenonderzoek | 4 205 | 6 408 | 7 480 | – 1 072 | ||
3. Haaronderzoek | 105 | 116 | 120 | – 4 | ||
4. DNA | 24 659 | 31 288 | 58 744 | – 27 456 | ||
5. Verdovende middelen | 4 411 | 5 231 | 4 805 | 426 | ||
6. Chemisch Identificatieonderzoek | 380 | 371 | 415 | – 44 | ||
7. Schotresten | 269 | 240 | 209 | 31 | ||
8. Niet humane biologische sporen | 91 | 88 | 90 | – 2 | ||
9. Pathologie | 1 000 | 1 114 | 915 | 199 | ||
10. Antropologie | 305 | 280 | 90 | 190 | ||
11. Geneeskunde | 229 | 426 | 330 | 96 | ||
12. Toxicologie | 4 055 | 3 957 | 4 845 | – 888 | ||
13. Beeldonderzoek en biometrie | 119 | 126 | 90 | 36 | ||
14. Digitale technologie | 248 | 307 | 350 | – 43 | ||
15. Document en printeronderzoek | 110 | 91 | 115 | – 24 | ||
16. Hand- en machineschriftonderzoek | 94 | 76 | 55 | 21 | ||
17. KECIDA | 0 | 4 | 6 | – 2 | ||
18. Spraak en audio | 36 | 54 | 55 | – 1 | ||
19. Vingersporen | 358 | 362 | 845 | – 483 | ||
20. Afvalstoffen en risico's | 97 | 83 | 87 | – 4 | ||
21. Brand, technisch en materiaalonderzoek | 69 | 45 | 50 | – 5 | ||
22. Explosies en explosieven | 145 | 199 | 187 | 12 | ||
23. Verkeersongevallenonderzoek | 59 | 64 | 50 | 14 | ||
24. Wapens en munitie | 427 | 490 | 518 | – 28 | ||
25. Mobiel forensisch team | 192 | 198 | 193 | 5 | ||
26. Interdisciplinair forensisch onderzoek | 18 | 19 | 33 | – 14 | ||
27. Vezels & textiel | ||||||
28. Verf, glas en tape | ||||||
29. Forensische Elementenanalyse | ||||||
30. Kras-, indruk- en vormsporen | 426 | 502 | 521 | – 19 | ||
Totaal (afgerond op honderdtallen) | 53 500 | 46 200 | 42 100 | 52 200 | 81 300 | – 29 100 |
waarvan Humane biologische sporen | 38 000 | 31 100 | 29 000 | 37 800 | 66 300 | – 28 500 |
Balans 31/12/2011 | Balans 31/12/2010 | |
---|---|---|
Activa | ||
Immateriële activa | ||
Materiële vaste activa | ||
– grond en gebouwen | – | |
– installaties en inventarissen | 13 850 | 13 771 |
– overige materiële vaste activa | 1 113 | 1 290 |
Voorraden | 10 | 26 |
Debiteuren | 799 | 502 |
Nog te ontvangen | 829 | 3 181 |
Liquide middelen | 14 615 | 2 234 |
Totaal activa | 31 216 | 21 004 |
Passiva | ||
Eigen Vermogen | ||
– exploitatiereserve | 1 889 | 1 956 |
– verplichte reserves | – | – |
– onverdeeld resultaat | 1 709 | – 67 |
Leningen bij het Ministerie van Financiën | 12 363 | 12 262 |
Voorzieningen | 163 | 326 |
Crediteuren | 4 787 | 374 |
Nog te betalen | 10 305 | 6 153 |
Totaal passiva | 31 216 | 21 004 |
(1) | (2) | (3)=(2)-(1) | (4) | |
---|---|---|---|---|
Oorspronkelijk vastgestelde begroting | Realisatie 2011 | Verschil realisatie en oorspronkelijk vastgestelde begroting | Realisatie 2010 | |
Baten | ||||
Omzet moederdepartement | 71 621 | 73 386 | 1 765 | 66 311 |
Omzet overige departementen | 0 | |||
Omzet derden | 1 157 | 5 418 | 4 261 | 4 258 |
Rentebaten | 111 | 32 | – 79 | 24 |
Bijzondere baten | 0 | |||
Totaal baten | 72 889 | 78 836 | 5 947 | 70 593 |
Lasten | ||||
Apparaatskosten | ||||
– personele kosten | 38 060 | 39 076 | 1 016 | 38 704 |
– materiële kosten | 28 488 | 32 809 | 4 321 | 26 637 |
Rentelasten | 574 | 427 | – 147 | 541 |
Afschrijvingskosten | ||||
– materieel | 5 767 | 4 815 | – 952 | 4 719 |
– immaterieel | 0 | 0 | 0 | 0 |
Overige lasten | ||||
– dotaties voorzieningen | 0 | 0 | 0 | 59 |
– bijzondere lasten | 0 | 0 | 0 | 0 |
Totaal lasten | 72 889 | 77 127 | 4 238 | 70 660 |
Saldo van baten en lasten | 0 | 1 709 | 1 709 | – 67 |
Kasstroomoverzicht | (1) | (2) | (3) = (2)-(1) | |
---|---|---|---|---|
per 31 december 2011 | Oorspronkelijk vastgestelde begroting | Realisatie | Verschil realisatie en oorspronkelijk vastgestelde begroting | |
1 | Rekening Courant RHB 1 januari 2011 | 6 920 | 2 2251 | – 4 279 |
+ stand depositorekeningen | ||||
2 | Totaal operationele kasstroom | 5 767 | 16 454 | 11 469 |
3a | Totaal investeringen | – 4 643 | – 4 591 | – 730 |
3b | Totaal boekwaarden desinvesteringen | 0 | 422 | 422 |
3 | Totaal investeringskasstroom | – 4 643 | – 4 169 | – 308 |
4a | Eenmalige uitkering aan Moederdepartement | 0 | 0 | 0 |
4b | Eenmalige storting door Moederdepartement | 0 | 0 | 0 |
«4c | Aflossing op leningen | – 4 855 | – 4 399 | 456 |
4d | Beroep op leenfaciliteit | 4 643 | 4 501 | – 142 |
4 | Totaal financieringskasstroom | – 212 | 102 | 314 |
5 | Rekening Courant RHB 31 december 2011 | 7 832 | 14 612 | 7 196 |
+ stand depositorekeningen1 (5)= (1+2+3+4) (*noot: maximale roodstand € 0,5 mln.) |
De eindstand van het kasstroomoverzicht in de jaarrekening 2010 is per 31-12-2010 € 2,641 miljoen In het kasstroomoverzicht van de jaarrekening 2010 is een bedrag van € 0,416 miljoen dubbel opgenomen onder de post totaal operationele kasstroom. De beginstand van € 2,225 miljoen per 01-01-2011 sluit aan met de stand van de rekening courant van het ministerie van Financiën per 31-12-2010 die is opgenomen in de jaarrekening 2010.
Toelichting op het kasstroomoverzicht
De operationele kasstroom met behulp van onderstaande opstelling specificeren en toelichten:
Specificatie MVA, excl. derden | Investeringen 2011 |
---|---|
Verbouwingen | |
Installaties | |
Meubilair | |
Kantoormachines | |
Audiovisuele middelen | |
Laboratoriumapparatuur en -meubilair | |
Overige inventaris | |
Netwerk en computers | |
Vervoermiddelen | |
Totaal | 4 591 |
Een onderverdeling van de investeringen per klasse kan vanwege de Leonardo-problematiek momenteel niet worden gegenereerd. In 2011 is in totaal € 4,8 miljoen geïnvesteerd. Het geïnvesteerde bedrag is lager dan gepland.
Desinvesteringen | 1 037 |
Waarvan gefinancierd door derden | 0 |
Afschrijving op desinvestering | – 615 |
Waarvan gefinancierd door derden | 0 |
Boekwaarde desinvesteringen | 422 |
Toelichting op post 4c:
Het NFI heeft vanaf 2005 toestemming om voor gebouwgebonden installaties een afschrijftermijn van 15 jaar te hanteren. De afschrijvingskosten worden daardoor over meer jaren verspreid. Het aflossingsschema van de leningen met betrekking tot deze investeringen zijn daarom niet meer in overeenstemming met de afschrijvingstermijnen van deze investeringen.
Verder komt het soms voor dat tijdens de uitvoering van een begrotingsjaar het noodzakelijk is om investeringen anders aan te wenden dan begroot, omdat anders de productie stil komt te liggen. Bijvoorbeeld laboratoriumapparatuur (7 jaar afschrijvingstermijn) die kapot gaat, wordt vervangen ten laste van de begrote netwerkvervanging (3 jaar afschrijvingstermijn. Wij vragen leningen aan het einde van het begrotingsjaar op. Op dat moment is het niet meer mogelijk om de 3 jarige lening in te ruilen voor een 7 jarige lening. Ook hierdoor ontstaat een verschil tussen de aflossingen op de leningen en de afschrijvingstermijn.