Staat van baten- en lastendienst
Oorspronkelijke vastgestelde begroting | Realisatie | Verschil realisatie en oorspronkelijk vastgestelde begroting | Realisatie 2010 | |
---|---|---|---|---|
Baten | ||||
Opbrengst moederdepartement | 111 411 | 86 228 | – 25 183 | 108 939 |
Opbrengsten overige departementen | 0 | |||
Opbrengst derden | 775 | 680 | – 95 | 795 |
Rentebaten | 400 | 94 | – 306 | 42 |
Overige opbrengsten | 1 524 | 1 524 | 3 440 | |
Vrijval voorzieningen | 0 | |||
Bijzondere baten | 0 | |||
Totaal baten | 112 586 | 88 526 | – 24 060 | 113 216 |
Lasten | ||||
Apparaatskosten | ||||
– personele kosten | 61 130 | 53 232 | – 7 898 | 60 776 |
– materiële kosten | 49 305 | 34 815 | – 14 490 | 47 753 |
Rentelasten | 170 | 25 | – 145 | 115 |
Afschrijvingskosten | 0 | |||
– materieel | 981 | 946 | – 35 | 896 |
– immaterieel | 0 | |||
– desinvesteringen | 249 | |||
Overige lasten | 0 | |||
– dotaties voorzieningen | 1 000 | 0 | – 1 000 | 1 372 |
– bijzondere lasten | 0 | 0 | ||
Totaal lasten | 112 586 | 89 267 | – 23 319 | 110 912 |
Saldo van baten en lasten | 0 | – 741 | – 741 | 2 304 |
Algemeen
Als gevolg van de bezuinigingen bij het moederdepartement is er in 2011 sprake geweest van vraagdemping, neerwaartse bijstelling van de dienstverleningsovereenkomsten en sluiting van een aantal locaties. De omzet uit verkopen is gedaald door een daling van het aantal gasten.
Opbrengst moederdepartement
De opbrengst moederdepartement bestaat uit twee delen. Het betreft hier de opbrengst bedrijfsvoering (verkopen) en de opbrengst bijdrage defensieonderdelen.
Opbrengst bedrijfsvoering (verkopen)
Dit betreft in het boekjaar de door Paresto in rekening gebrachte opbrengst verkopen voor in het boekjaar verrichte leveranties en diensten.
Bedragen x € 1 000 | Oorspronkelijk vastgestelde begroting | Realisatie 2011 |
---|---|---|
Omzet regulier | 36 839 | 26 769 |
Omzet niet-regulier | 9 946 | 8 806 |
Omzet logistiek ondersteuning | 13 956 | 8 265 |
Totaal opbrengst verkopen | 60 741 | 43 840 |
De opbrengst bedrijfsvoering is ten aanzien van de opbrengst verkopen onder te verdelen naar de volgende productgroepen:
-
– De omzet regulier betreft de verkopen in de bedrijfsrestaurants, de kantines en toko’s op locaties;
-
– De niet-reguliere omzet is omzet van onder andere vergaderingen, diners en recepties die op locaties gehouden worden;
-
– De omzet logistieke ondersteuning betreft onder andere de leveringen van gevechtsrantsoenen door de logistieke centra in Bathmen en Den Helder.
De lagere reguliere omzet wordt veroorzaakt door een versobering van de dienstverlening, een daling van het gastenaantal en een lagere besteding per gast. De omzet logistieke ondersteuning ligt lager dan de begroting als gevolg van een achterblijvende vraag.
Opbrengst bijdrage defensieonderdelen
De opbrengst bijdrage defensieonderdelen betreft de vergoeding die Paresto ontvangt voor de personele en materiële inzet op de locaties. De onderverdeling van deze bijdrage naar de defensieonderdelen is als volgt:
Bedragen x € 1 000 | Oorspronkelijk vastgestelde begroting | Realisatie 2011 |
---|---|---|
Commando landstrijdkrachten | 20 699 | 17 724 |
Commando zeestrijdkrachten | 5 468 | 4 585 |
Commando luchtstrijdkrachten | 7 916 | 6 708 |
Commando Koninklijke marechaussee | 2 880 | 2 227 |
Commando Dienstencentra | 8 142 | 6 795 |
Defensie Materieelorganisatie | 2 162 | 1 368 |
Bestuursstaf | 3 402 | 2 981 |
Totaal bijdrage defensieonderdelen | 50 669 | 42 388 |
De opbrengst bijdrage defensieonderdelen ligt € 8,3 miljoen lager dan begroot voor 2011. Dit wordt veroorzaakt doordat als gevolg van doorwerking van de bezuinigingen in 2010 het budget dat de defensieonderdelen in 2011 beschikbaar hadden voor vergoeding aan Paresto voor de personele en materiële inzet op de locaties, lager was dan oorspronkelijk begroot.
Opbrengst derden
De opbrengsten derden betreffen de opbrengst die Paresto in rekening brengt bij het CDC voor de cateringkosten van het Militair Revalidatie Centrum
Rentebaten
Dit betreft de rente die Paresto heeft ontvangen op deposito (gemiddeld rentepercentage bedraagt 0,98) en de lopende rekening courant met het ministerie van Financiën (gemiddeld rentepercentage bedraagt 0).
Overige opbrengsten
Dit betreft de retour ontvangen bedragen conform de contractuele afspraken met de leveranciers en de producentenbonussen. Deze opbrengsten zijn niet initieel begroot.
Personele kosten
De realisatie van gemiddelde bezetting over 2011 ten opzichte van de begroting is als volgt:
Budget | Realisatie | |||
---|---|---|---|---|
Vte'n | Prijs per vte | Vte'n | Prijs per vte | |
Militair personeel | 170 | 52 566 | 159 | 51 339 |
Burger personeel | 1 034 | 47 205 | 908 | 46 103 |
Overige categorieën: | ||||
Inhuur en uitzendkrachten | 26 | 61 005 | 36 | 57 627 |
Herplaatsers en SBK | 30 | 47 205 | 19 | 46 103 |
Totaal/Gemiddeld | 1 260 | 48 213 | 1 122 | 47 215 |
Zowel op locaties als op het servicekantoor is strikte personeelsplanning en vacaturemanagement toegepast en zijn tijdelijke contracten uitgefaseerd. Dit heeft geleid tot een verminderde instroom van burgerpersoneel. Operationele knelpunten zijn opgevangen met inhuur, voor een groter deel dan gebudgetteerd. Het tarief daarentegen is lager dan gebudgetteerd.
Materiële kosten
De materiële kosten betreffen de lopende exploitatiekosten. Deze post bestaat uit kosten ingrediënten (€ 30,3 miljoen), automatiseringskosten (€ 2,1 miljoen) en overige exploitatiekosten (€ 2,4 miljoen). De daling ten opzichte van het budget is voor het overgrote deel te verklaren door lagere inkoopkosten en versobering van de dienstverlening.
Afschrijvingskosten
De gerealiseerde afschrijvingskosten zijn beïnvloed door versnelde afschrijvingen in verband met de overdracht van materiële vaste activa aan CDC en in het kader van de verwachte outsourcing cateringdienstverlening.
Rentelasten
Dit betreft rente die Paresto verschuldigd is op de lening van het ministerie van Financiën, evenals de rente op de lopende rekening-courant.
Overige lasten
Deze lasten zijn onder te verdelen naar dotaties voorzieningen en bijzondere lasten. Vanaf 2011 wordt geen voorziening meer getroffen voor wachtgelden. Deze kosten worden vanaf 2011 verantwoord door het moederdepartement.
Resultaatbestemming
Het resultaat over 2011 bedraagt € 0,741miljoen negatief. Het resultaat komt conform de vigerende regelgeving ten laste van het eigen vermogen. De grens voor de exploitatiereserve voor 2011 is € 5,1 miljoen, te weten maximaal 5% van de gemiddelde omzet over de afgelopen 3 jaar. Paresto komt daardoor niet boven de gestelde grens voor de exploitatiereserve uit.
Balans per 31 december 2011
Omschrijving | Stand 31-12-2011 | Stand 31-12-2010 |
---|---|---|
Activa | ||
Immateriële activa | ||
Materiële vaste activa | ||
– grond en gebouwen | ||
– installaties en inventarissen | 979 | 1 851 |
– overige materiële vaste activa | 41 | 305 |
Voorraden | 4 975 | 4 317 |
Debiteuren | – 800 | |
Nog te ontvangen | 930 | 2 032 |
Liquide middelen | 3 498 | 7 149 |
Totaal activa: | 29 790 | 31 914 |
Passiva | ||
Eigen Vermogen | ||
– exploitatiereserve | 5 808 | 5 635 |
– verplichte reserve | ||
– onverdeeld resultaat | – 741 | 2 304 |
Leningen bij het Ministerie van Financiën | 383 | |
Voorzieningen | 9 029 | |
Crediteuren | 10 528 | 7 490 |
Nog te betalen | 14 195 | 7 073 |
Totaal passiva | 29 790 | 31 914 |
Materiële vaste activa
Op deze post hebben extra afschrijvingen en desinvesteringen plaatsgevonden. Ten aanzien van de waardering is rekening gehouden met het eindscenario van outsourcing medio 2013.
Voorraden
De voorziening incourante voorraden is getroffen om de verwachte waardevermindering van de balansvoorraden op te vangen. De waardevermindering is het gevolg van de afnemende (oefen)activiteiten bij de Defensieonderdelen.
Crediteuren
Het crediteurensaldo bedroeg ultimo 2011 € 10,5 miljoen. € 8,8 miljoen (84 procent) van dit saldo betreft één crediteur en twee facturen. In de eerste maand van 2012 zijn beide facturen betaald.
Eigen vermogen
In 2011 heeft Paresto een uitkering gedaan aan moederdepartement van € 2,1 miljoen. De grens voor de exploitatiereserve voor 2011 is € 5,1 miljoen, te weten maximaal 5 procent van de gemiddelde omzet over de afgelopen drie jaar. Paresto komt daardoor niet boven de gestelde grens voor de exploitatiereserve uit.
Leningen
Stand 31-12-2011 | Stand 31-12-2010 | |
---|---|---|
Leningen bij het ministerie van Financiën | ||
Investeringsleningen | – | 383 |
Totaal leningen | – | 383 |
Voorzieningen
Stand | Dotaties | Vrijval | Onttrekkingen | Stand | |
---|---|---|---|---|---|
31-12-2010 | 2011 | 2011 | 2011 | 31-12-2011 | |
Wachtgelduitkeringen | 9 029 | 0 | – 9 029 | 0 | |
Totaal aan voorzieningen | 9 029 | 0 | 0 | – 9 029 | 0 |
De voorziening dient ter dekking van de verplichtingen voortvloeiend uit wachtgeldaanspraken van voormalig medewerkers. Vanaf 2011 wordt geen voorziening meer getroffen voor wachtgelden. Deze kosten worden vanaf 2011 verantwoord door het moederdepartement. De bestaande voorziening is als kortlopende schuld aan het moederdepartement opgenomen. De kosten van interne herplaatsers worden in de personele kosten verantwoord.
Nog te betalen
Stand 31-12-2011 | Stand 31-12-2010 | |
---|---|---|
Vakantieverplichting personeel | 3 253 | 3 292 |
Aflossingen leningen die binnen een jaar vervallen | 0 | 399 |
Restitutie defensieonderdelen | 0 | 0 |
Overige schulden | 10 942 | 3 382 |
Totaal nog te betalen | 14 195 | 7 073 |
De vakantieverplichtingen aan het personeel bestaan uit € 1,6 miljoen te betalen vakantiedagen en € 1,6 miljoen te betalen aan vakantiegelden. De stijging van overige schulden is te verklaren door de post nog af te dragen voorziening wachtgeld.
Kasstroomoverzicht 2011
1 | 2 | 3=2–1 | ||
---|---|---|---|---|
Oorspronkelijke vastgestelde begroting | Realisatie | Verschil realisatie en oorspronkelijk vastgestelde begroting | ||
1. | Rekening-courant RHB 1 januari 2011 + stand depositorekeningen | 8 751 | 15 777 | 7 026 |
2. | Totaal operationele kasstroom | 581 | 6 864 | 6 283 |
Totaal investeringen (–/–) | – 760 | – 59 | 701 | |
Totaal boekwaarde desinvesteringen (+) | 249 | 249 | ||
3. | Totaal investeringskasstroom | – 760 | 190 | 950 |
Eenmalige uitkering aan moederdepartement (–/–) | – 2 100 | – 2 100 | ||
Eenmalige storting door het moederdepartement (+) | 0 | |||
Aflossingen op leningen (–/–) | – 689 | – 782 | – 93 | |
Beroep op leenfaciliteit (+) | 760 | – 760 | ||
4. | Totaal financieringskasstroom | 71 | – 2 882 | – 2 953 |
5. | Rekening–courant RHB 31 december 2011+ stand depositorekeningen (=1+2+3+4) | 8 643 | 19 949 | 11 306 |
Kasstroom uit operationele activiteiten
Onder de kasstroom uit operationele activiteiten zijn opgenomen de kasstroom uit bedrijfsactiviteiten, de mutatie in het werkkapitaal en de ontvangen dan wel betaalde interest. Door een afname van de debiteurenstand en de post vorderingen is de operationele kasstroom hoger dan begroot.
Kasstroom uit investeringsactiviteiten
Onder de kasstroom uit investeringsactiviteiten zijn opgenomen de investeringen die in 2011 hebben plaatsgevonden. Het verschil tussen realisatie en begroting betreft voornamelijk het uitstellen van eerder geplande investeringen.
Kasstroom uit financieringsactiviteiten
De eenmalige uitkering aan het moederdepartement vanwege de overschrijding van de exploitatiereserve is verricht.
Doelmatigheidsparagraaf
Het is niet mogelijk om model 380 uit de Rijksbegrotingsvoorschriften (de doelmatigheidsindicatoren) volledig te voeren. De omzet bij Paresto bestaat uit de verkoop van ingekochte producten. Er is geen sprake van productie en hierdoor is er geen kostprijs per product.
De gekozen indeling in een specifiek deel en een generiek deel vloeit voort uit de aard van de dienstverlening door Paresto. Gestuurd wordt op de bruto-marge van de locaties. De hiermee samenhangende indicatoren zijn daarom specifiek benoemd.
Omschrijving generieke deel | 2008 | 20091 | 2010 | 2011 |
---|---|---|---|---|
Omzet verkopen (x € 1000) | 60 085 | 59 746 | 57 331 | 43 840 |
Vte'n totaal | 1 476 | 1 429 | 1 271 | 1 121 |
– waarvan in eigen dienst | 1 332 | 1 285 | 1 195 | 1 085 |
– waarvan inhuur | 144 | 144 | 76 | 36 |
saldo baten/lasten als % van totale baten | 5,0% | 0,6% | 2,0% | 0,1% |
Omschrijving specifiek deel | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 |
Aantal locaties | 143 | 140 | 130 | 125 |
Productiviteit per medewerker (omzet per vte) | 40 708 | 41 810 | 45 087 | 39 082 |
% Ziekteverzuim | 9,1% | 8,1% | 8,6% | 8,9% |
% Bruto marge locaties | 29,7% | 32,0% | 32,8% | 37,7% |
Gasttevredenheid2 | 7,0 | 7,3 |
Het overgrote deel van de kosten van Paresto, ruim 90 procent, bestaat uit personeels- en ingrediëntkosten. De doelmatigheid van Paresto komt onder andere tot uitdrukking in een zo doelmatig mogelijke inzet van deze middelen. Twee belangrijke graadmeters daarvoor zijn de prductiviteit per medewerker en het percentage bruto marge (inkoop ten opzichte van de omzet).
Uit bovenstaand overzicht blijkt duidelijk dat beide indicatoren zich de afgelopen jaren positief hebben ontwikkeld. De daling in de productiviteit van 2010 naar 2011 wordt ondanks een daling van het aantal VTE’n onder andere verklaard door lagere omzetten als gevolg van minder bestedingen en afnemende gastenaantallen. Het gasttevredenheidsonderzoek tweejaarlijks uitgevoerd. In 2010 heeft Paresto het rapportcijfer 7,3 gekregen ten opzichte van een 7,0 in 2008.