Algemene doelstelling
Het KNMI garandeert als onafhankelijke autoriteit aan Nederland de best beschikbare informatie op het gebied van meteorologie en seismologie als bijdrage aan de veiligheid, bereikbaarheid en leefbaarheid van Nederland, inclusief de openbare lichamen Saba, Sint Eustatius en Bonaire.
Financieren
Rol en verantwoordelijkheden
De Minister is verantwoordelijk voor het faciliteren van een internationaal systeem van organisaties waarin Nederland vertegenwoordigd wordt door het KNMI. Dit doet zij door haar rol van financier in de vorm van bijdragen en contributies. Met name te noemen zijn EUMETSAT44, ECMWF45, IPCC46 en WMO47.
(Doen) uitvoeren
De Minister is verantwoordelijk voor de uitvoering van de wettelijke taken van het agentschap KNMI zoals vastgelegd in de Wet op het KNMI (2002). De rol «(doen) uitvoeren» heeft betrekking op de volgende taken:
-
• Het beschikbaar maken, houden en stellen van een algemeen weerbericht voor de Nederlandse samenleving.
-
• Het beschikbaar maken, houden en stellen van KNMI-gegevens.
-
• Het beschikbaar maken, houden en stellen van luchtvaartmeteorologische inlichtingen.
-
• Het verrichten van meteorologisch en seismologisch onderzoek.
-
• Het adviseren van de Minister op het terrein van de meteorologie en andere geofysische terreinen.
-
• Het onderhouden van de nationale infrastructuur voor de meteorologie en andere geofysische terreinen.
-
• Het ten behoeve van de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba beschikbaar maken, houden en stellen van luchtvaartmeteorologische inlichtingen.
-
• Andere door de Minister aangewezen taken ten aanzien van de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba op het terrein van de meteorologie en andere geofysische terreinen.
De Minister van Buitenlandse Zaken is verantwoordelijk voor het Kernstopverdrag en de Minister van Economische Zaken is verantwoordelijk voor het kader van de Mijnbouwwet. De rol «uitvoeren» heeft voor beide wetten betrekking op het monitoren (verrichten van waarnemingen) en doen van onderzoek.
Indicatoren en kengetallen
Realisatie | Begroot | Realisatie | |||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
2009 | 2010 | 2011 | 2012 | 2013 | 2013 | ||
Algemene weersverwachtingen en adviezen | |||||||
– afwijking min.temperatuur (°C) | – 0,28 | – 0,24 | – 0,06 | – 0,17 | ABS (<0,5) | – 0,01 | |
– afwijking max.temperatuur (°C) | – 0,34 | – 0,21 | – 0,33 | – 0,37 | ABS (<0,5) | – 0,25 | |
– gemiddelde afwijking windsnelheid (m/s) | 0,18 | 0,04 | – 0,03 | – 0,06 | ABS (<1,0) | 0,26 | 1 |
Maritieme verwachtingen | |||||||
– tijdigheid marifoonbericht (%) | 98,4 | 99,3 | 99 | 98,6 | > 99 | 99,3 | |
Gereviewde publicaties | 89 | 120 | 97 | 103 | > 80 | 105 | |
Kengetallen | |||||||
Aantal uitgegeven weeralarmen | 3 | 4 | 0 | 1 | – | 2 | 2 |
Percentage tijdige beschikbaarheid van de meteorologische producten (Bron: EUMETSAT) | >98,5 | >98,5 | >98,5 | >98,5 | >98,5 | >98,5% | 3 |
Bron: KNMI
Toelichting
Ad 1) In verband met een technische storing van het opslagsysteem voor de windverwachtingen zijn de maanden juli en augustus niet meegenomen in de berekening van de gemiddelde afwijking voor de windsnelheid.
Ad 2) Op maandag 28 oktober 2013 en op donderdag 5 december 2013 is een Weeralarm uitgegeven, beide in verband met zeer zware windstoten.
Het Weeralarm van 28 oktober voor zware tot zeer zware windstoten in de provincies Noord-Holland, Friesland, Groningen, Utrecht en Flevoland op 28 oktober is terecht en op tijd uitgegeven. Naar mening van maatschappelijke organisaties belast met de zorg voor veiligheid en mobiliteit heeft het Weeralarm bijgedragen aan het voorkomen van schade en letsel.
De evaluatie van het Weeralarm van 5 december is nog niet afgerond.
Ad 3) Dit betreft de realisatie in de periode januari tot en met juni 2013.
Beleidsconclusies
Qua uitvoering en resultaten van het beleid zijn geen bijzonderheden te melden. Tevens zijn er geen grote afwijkingen aan het licht gekomen.
Naar aanleiding van een evaluatie van de wet op het KNMI is in 2013 een brief aan de Tweede Kamer gestuurd met daarin een voorstel ter vervanging van deze wet door een nieuwe wet voor meteorologie en seismologie (Kamerstukken II, 2012/13, 32 379, nr 8). Dat het KNMI uitvoering geeft aan deze taken wordt verankerd in een ministeriële regeling. Deze wijziging is echter formeel nog niet van kracht daar deze nog in de Tweede Kamer behandeld moet worden.
Budgettaire gevolgen van beleid
23 | Meteorologie, seismologie en aardobservatie | Realisatie | Oorspronkelijk vastgestelde begroting | Verschil | |||
---|---|---|---|---|---|---|---|
2011 | 2012 | 2013 | 2013 | 2013 | |||
Verplichtingen | 42.042 | 47.046 | – 5.004 | 1) | |||
Uitgaven | 43.001 | 46.310 | – 3.309 | ||||
23.01 | Meteorologie en seismologie | 26.911 | 30.396 | – 3.485 | |||
23.01.03 | Bijdrage aan het agentschap KNMI | 25.952 | 29.660 | – 3.708 | |||
– Meteorologie | 24.363 | 28.118 | – 3.755 | 2) | |||
– Seismologie | 1.589 | 1.542 | 47 | ||||
23.01.04 | Bijdrage aan internationale organisatie | 959 | 736 | 223 | |||
– Contributie WMO (HGIS) | 959 | 736 | 223 | ||||
23.02 | Aardobservatie | 16.090 | 15.914 | 176 | |||
23.02.03 | Bijdrage aan het agentschap KNMI | 16.090 | 15.914 | 176 | |||
– Aardobservatie | 16.090 | 15.914 | 176 | ||||
Ontvangsten | 0 | 0 | 0 |
Verplichtingen (ad 1)
Toelichting op de financiële instrumenten
De lagere realisatie op de verplichtingen staat voor een groot deel in relatie met de mutaties op de uitgavenbegroting. Voor een kleiner deel is dit het gevolg van een in 2013 aangebrachte negatieve bijstelling op een in 2012 vastgelegde betalingsverplichting.
23.01 Meteorologie en seismologie
23.01.01 Bijdrage aan het agentschap
Meteorologie (ad 2)
De lagere realisatie wordt voornamelijk veroorzaakt door invoering van het profijtbeginsel. Hierdoor zijn de uitgaven met € 5 miljoen verlaagd. Door loonbijstelling, prijsbijstelling en een eenmalige bijdrage aan projectkosten van het KNMI zijn de uitgaven verhoogd met circa € 1,2 miljoen.
-
• Reguliere uitgifte van een algemeen weerbericht en van waarschuwingen voor gevaarlijk weer (code geel, code oranje en weeralarm);
-
• Publieke doelgroepspecifieke weerdiensten op het gebied van met name mobiliteit, waterbeheer, milieubeheer, calamiteitenbeheersing, defensie en gezondheid;
-
• Terbeschikkingstelling van de meteorologische basisdata van het nationale meteorologische meetnet en de nationale meteorologische modelinfrastructuur, op basis van een open databeleid;
-
• Terbeschikkingstelling van data, informatie en kennis over het huidige klimaat;
-
• Het leveren van projecties over het toekomstige klimaat (klimaatscenario’s);
-
• Verrichten van strategisch en toegepast onderzoek en het geven van beleidsadviezen op het gebied van de meteorologie;
-
• Internationale vertegenwoordigingen op het gebied van de meteorologie (met name WMO, EUMETSAT en ECMWF);
-
• Beantwoorden van vragen vanuit de maatschappij op het gebied van meteorologische verschijnselen;
Seismologie
-
• Continue monitoring van natuurlijke en geïnduceerde seismiciteit in Nederland;
-
• Verrichten van strategisch en toegepast onderzoek en het geven van beleidsadviezen op het gebied van de seismologie;
-
• Beantwoorden van vragen vanuit de maatschappij op het gebied van aardbevingen en tsunami’s;
-
• Verrichten van waarnemingen en onderzoek ten behoeve van het kernstopverdrag (CTBT).
23.01.02 Bijdragen aan internationale organisatie
Contributie WMO
De beschikbare middelen worden gebruikt om de Nederlandse contributie aan het WMO te voldoen. Deelname aan de activiteiten van het WMO wordt gefinancierd uit HGIS. Door de gestegen koers van de Zwitserse Frank is deze hoger dan begroot.
23.02 Aardobservatie
Het KNMI levert voor de bijdrage aan het agentschap in de hieronder weergegeven productgroep aardobservatie het volgende product.
Bijdrage aan het agentschap: aardobservatie
Het verzorgen van de waarnemingen vanuit polaire en geostationaire weersatellieten in Europees verband (EUMETSAT).