Na de zware economische crisis is in 2015 het economisch herstel ingezet en trekt ook de arbeidsmarkt aan. In het afgelopen jaar steeg het aantal banen, uitzenduren en werkenden. Prioriteit van het kabinet is Nederland sterker uit de crisis te laten komen. Enerzijds door het prille herstel te ondersteunen, anderzijds door de hervormingen uit het Regeerakkoord en het sociaal akkoord zorgvuldig te implementeren.
De werkloosheid daalde in 2015, maar was nog steeds te hoog. Het kabinet heeft daarom in 2015 nieuwe initiatieven genomen om het herstel te stimuleren en de kansen op werk te vergroten. De meest in het oog springende is de in het belastingplan 2016 aangekondigde lastenverlaging voor meer koopkracht en meer banen. Het kabinet heeft speciale aandacht voor mensen in een kwetsbare positie op de arbeidsmarkt. Onderdeel van de aangekondigde lastenverlichting is het lage-inkomensvoordeel (LIV), dat het voor werkgevers aantrekkelijk maakt om mensen met een laag inkomen aan te nemen of in dienst te houden. Daarnaast stimuleert de Wet tegemoetkomingen loondomein de werkgelegenheid voor mensen in een kwetsbare positie bij kleine werkgevers. De sectorplannen hebben als doel de huidige werklozen aan een baan te helpen, maar ook van-werk-naar-werk te bevorderen om zo werkloosheid te voorkomen. Als mensen te maken krijgen met een periode van werkloosheid, dan hebben ze met de invoering van de Wet werk en zekerheid (Wwz) recht op een transitievergoeding waarmee ze kunnen investeren in scholing gericht op ander werk. Om ouders die werkloos worden de ruimte te geven nieuw werk te vinden, is de werkloosheidstermijn in de kinderopvangtoeslag tijdelijk verlengd. Daardoor hebben ouders in 2015 en 2016 gedurende de eerste zes maanden van werkloosheid nog recht op kinderopvangtoeslag in plaats van drie maanden.
Hervormingen van dit kabinet hebben het doel de arbeidsmarkt toekomstbestendig te maken. Het kabinet heeft dit niet alleen gedaan, maar met breed draagvlak in het parlement en in de samenleving, onder andere door het sluiten van het sociaal akkoord. De Participatiewet en de Wet banenafspraak en quotum arbeidsbeperkten bieden mensen met een beperking meer kansen op de arbeidsmarkt2, de Wwz verbetert de balans tussen flexibel en vast werk3, schijnconstructies worden met de Wet aanpak schijnconstructies (WAS) bestreden4, het stelsel van kindregelingen is vereenvoudigd5, de AOW-leeftijd is verhoogd6 en er zijn stappen gezet om het pensioenstelsel te borgen.
Sinds het uitbreken van de crisis heeft het kabinet maatregelen getroffen om de begroting op orde te brengen en het sociaal stelsel betaalbaar en toegankelijk te houden. Het kabinet probeert daarbij de lasten zo evenwichtig mogelijk te verdelen. De inkomensachteruitgang van alleenverdieners met kinderen met een modaal inkomen in 2015 is beperkt door onder andere het afbouwpercentage van het kindgebonden budget te verlagen. Door de hervorming van de kindregelingen zijn werkende alleenstaande ouders met een laag inkomen er fors op vooruit gegaan. Hierdoor is werken vanuit een bijstandsuitkering lonend geworden.
Met de in 2015 aangekondigde lastenverlichting voor werkenden vanaf 2016 kiest het kabinet kiest ervoor om werken lonender te maken. Omdat het kabinet het daarnaast belangrijk vindt dat ook uitkeringsgerechtigden en gepensioneerden mee profiteren van het herstel, is in 2015 aangekondigd dat voor 2016 de bezuiniging op de huurtoeslag wordt uitgesteld, de verhoging van de zorgtoeslag wordt verlengd en de ouderkorting en het kindgebonden budget worden verhoogd. Door maatregelen in de kindregelingen zijn in het bijzonder alleenstaande ouders en paren met kinderen met lage inkomens ontzien.
In 2015 kwamen veel meer vluchtelingen dan gebruikelijk Nederland binnen. Het vergt een grote inspanning om die instroom in goede banen te leiden. We laten vluchtelingen niet in de kou staan, maar er zit een grens aan de instroom die onze samenleving aan kan. Het kabinet zet daarom in op internationale samenwerking om de instroom te beperken en de lasten eerlijk over landen te verdelen. De vluchtelingen die al in ons land zijn en de vluchtelingen die nog komen, krijgen nette, maar sobere opvang. Voor de vluchtelingen die mogen blijven geldt dat het kabinet verwacht dat zij een actieve bijdrage leveren aan de Nederlandse samenleving. Uit het verleden hebben we geleerd dat het van groot belang is dat mensen die hier komen en blijven, snel aan het werk gaan, de taal leren en integreren in de Nederlandse samenleving. We moeten ons daarvoor maximaal inspannen en obstakels wegnemen die integratie en participatie in de weg staan. De eigen verantwoordelijkheid om aan het werk te gaan, de taal te leren en te integreren staat daarbij voorop.