Het jaar 2019 heeft in het teken gestaan van het leveren van maatwerk per eiland. Steeds vaker bleken de uitdagingen per eiland zo verschillend, dat een eigen aanpak en een set aan maatregelen noodzakelijk werden geacht. Deze beweging is afgelopen jaren ingezet en heeft in 2019 verder vorm gekregen. Het Bestuursakkoord Bonaire en de bestuurlijke ingreep op Sint Eustatius in 2018 zijn daar voorbeelden van. Dit jaar is deze maatwerkaanpak uitgebreid met onder andere het sluiten van het Saba Package en het Groeiakkoord met Curaçao (Kamerstukken II 2018/19, 34269, nr. 5). Op Sint Maarten staat nog steeds de wederopbouw centraal en in 2019 zijn diverse projecten gestart. Daarnaast blijft de financieel-economische situatie van alle eilanden (met uitzondering van Saba) een aandachtspunt dat maatwerk per eiland vergt.
Tevens is er in 2019 hard gewerkt aan de onderlinge samenwerking en het overkoepelende belang van de eilanden. Zo heeft het kabinet haar reactie op de adviezen van de Afdeling advisering van de Raad van State (RvS) en het Interdepartementaal Beleidsonderzoek Koninkrijksrelaties (IBO KR) geformuleerd en is er gestart met het bieden van ondersteuning aan Aruba en Curaçao in het kader van de uitdagingen die beide landen ondervinden (mede) als gevolg van de situatie in Venezuela.
Coördinerende verantwoordelijkheid BZK
Met de kabinetsreactie op de voorlichting van de Afdeling advisering van de RvS en het IBO KR is verder richting gegeven aan de vormgeving van de Haagse coördinatie en de samenwerking tussen Europees Nederland en Caribisch Nederland. Niet als doel op zich, maar om het sociaaleconomische perspectief in Caribisch Nederland te verbeteren, met als uitgangspunt om alle Nederlanders gelijkwaardig te behandelen.
De belangrijkste aanbevelingen, die door het kabinet zijn overgenomen:
• Een uitvoeringsagenda per eiland opstellen, als logisch vervolg op de bestuursakkoorden die al met Bonaire en Saba zijn gesloten.
• Bij wet- en regelgeving steeds bezien of en hoe deze wetgeving van toepassing kan worden verklaard in Caribisch Nederland én of differentiatie nodig en wenselijk is.
• De huidige taakverdeling tussen het Rijk en de openbare lichamen verduidelijken en herijken.
• Verschillende mogelijkheden van toezicht en sturing in de wet uitbreiden, zodat er bestuurlijk gedifferentieerd kan worden al naargelang de specifieke situaties van de drie eilanden.
• In overleg met de eilandbesturen het ambtelijk apparaat versterken en de publieke dienstverlening aan de inwoners van de eilanden verbeteren.
De coördinerende verantwoordelijkheid van BZK loopt grotendeels via het voorzitterschap van de stuurgroep Caribisch Nederland. In 2019 is, onder regie van de stuurgroep Caribisch Nederland, een start gemaakt met de uitvoering van de aanbevelingen uit de kabinetsreactie. Dit loopt de komende jaren door.
Wederopbouw bovenwinden
Versterking grenstoezicht Sint Maarten
De uitvoering van het grenstoezicht in Sint Maarten vormde na het passeren van orkaan Irma een verhoogd risico voor de veiligheid. Een integere en versterkte uitvoering van het grenstoezicht is een essentiële schakel in de aanpak van criminaliteit en instroom van illegale arbeidsmigranten.
In 2019 is verder uitvoering gegeven aan de onderlinge regeling versterking grenstoezicht Sint Maarten. De uitvoering van de onderlinge regeling wordt in de praktijk steeds zichtbaarder. Zo er is sprake van een multidisciplinaire aanpak van de grensdiensten, geïnstitutionaliseerde samenwerkingsverbanden (ook met Frankrijk), een gerichte inzet van de flexpool Koninklijke Marechaussee (KMar), nieuw materiaal en veilige uitrusting en tot slot worden er diverse trainingen en opleidingen gegeven. De grote uitdaging is echter de verduurzaming van deze positieve maatregelen, wat geborgd dient te worden in de begroting van Sint Maarten.
Integriteitskamer Sint Maarten
Nederland draagt, op basis van eerder gemaakte afspraken, financieel bij aan de integriteitskamer. Dit houdt in dat Nederland van 2018 tot en met 2021 zorg zal dragen voor de financiering van de helft van de kosten van de integriteitskamer. De andere helft, waar Sint Maarten voor verantwoordelijk is, zal tot en met 2020 vergoed worden vanuit de wederopbouwmiddelen die beschikbaar zijn voor directe steun. In 2019 zijn de voorbereidingen getroffen voor het fysiek bemannen en operationeel krijgen van de integriteitskamer, de Raad van Toezicht en het secretariaat. Verwachting is dat begin 2020 de laatste benoeming plaatsvindt (voorzitter Raad van Toezicht) en dat de werkzaamheden van de integriteitskamer van start kunnen gaan.
Wederopbouw Sint Maarten
Het hoofdspoor van de wederopbouw van Sint Maarten verloopt via een trustfonds bij de Wereldbank. Met twee tranches van respectievelijk € 112 mln. en € 150 mln. is er tot nu toe € 262 mln. in het trustfonds gestort. Er is nog maximaal € 190,9 mln. beschikbaar voor toekomstige stortingen in het trustfonds. In 2019 is een overbruggingskrediet van € 13,2 mln. voor de luchthaven verstrekt, zodra het overbruggingskrediet is terugontvangen komt deze weer beschikbaar op de Aanvullende Post. Daarmee komt de stand van de Aanvullende Post in 2019 op € 177,7 mln.. Inmiddels is voor € 185 mln. aan projecten in uitvoering.
In 2019 zijn verschillende wederopbouwprojecten in uitvoering gegaan. Zo zijn er met behulp van Nederland inmiddels ruim 1.100 huizen hersteld met hulpgeld uit Nederland. Hiervan is bijna de helft gerealiseerd met de wederopbouwmiddelen die door de Minister van BZK beschikbaar zijn gesteld en de rest dankzij de inzamelingsactie van het Rode Kruis. Het trustfonds voorziet bovendien in verschillende projecten waarmee in totaal nog circa 500 huizen worden opgeknapt in 2020. Verder is het herstel van noodvoorzieningen zoals politiebureaus en de meldkamer vergevorderd en loopt het inkomens- en beroepstrainingsprogramma voor werklozen en inwoners met onvoldoende werk voortvarend met ruim 1.300 gevolgde trainingen (Kamerstukken II 2019/20, 34773, nr. 19). Naast de uitvoering van deze projecten stond 2019 vooral in het teken van voorbereiding van verschillende nieuwe projecten. Deze voorbereidingen hebben er onder andere toe geleid dat op de valreep van 2019 de benodigde overeenkomsten voor de financiering van het herstel van het luchthaven terminalgebouw zijn ondertekend.
Naast het traject met de Wereldbank, verleent Nederland ook voor € 98,3 mln. directe steun aan Sint Maarten vanuit de middelen voor de wederopbouw van Sint Maarten. Een gedeelte hiervan, in totaal € 41 mln., is besteed aan liquiditeitssteun. De rest van deze middelen zijn onder andere de bijdragen aan de inrichting van de integriteitskamer en de versterking van het grenstoezicht betaald. Daarnaast heeft Nederland in 2019 technische ondersteuning aangeboden bij het op orde brengen van het gevangeniswezen op Sint Maarten. Dergelijke vormen van ondersteuning hebben in 2019 niet geleid tot Nederlandse inzet wegens het ontbreken van een formeel verzoek om ondersteuning vanuit de regering van Sint Maarten. Over de detentiesituatie wordt met regelmaat gerapporteerd door en gesproken met de autoriteiten van Sint Maarten. De bijstand aan het Korps Politie Sint Maarten (KPSM) is conform afspraak per 1 juli 2019 voor rekening van de regering van Sint Maarten gekomen. Parallel daaraan vindt een geleidelijke afbouw van de bijstand plaats.
Wederopbouw Saba en Sint Eustatius
In 2019 is het herstel van beschadige woningen in een zeer vergevorderd stadium geraakt. De meeste huizen zijn inmiddels hersteld, waarbij de zwaarst beschadigde woningen als eerste zijn aangepakt. Alleen op Sint Eustatius wordt in 2020 nog de laatste hand gelegd aan een aantal minder zwaar beschadigde woningen. Het herstel van scholen en overheidsgebouwen is in 2019 geheel afgerond. De natuurprojecten op beide eilanden zijn afgerond of in gang gezet. Voor enkele projecten geldt dat ze met een startsubsidie zijn opgezet, maar vanwege de aard een langere doorlooptijd hebben. Dat is bijvoorbeeld het geval bij het herbebossingsproject waarin bomen worden opgekweekt. Over de voortgang van deze projecten is gerapporteerd in de voortgangsrapportage van 29 mei 2019 (Kamerstukken II 2018/19, 35000 IV nr. 57). Het herstel van de wegen is in gang gezet en het project voor de bescherming van de klif onder Fort Oranje bevindt zich in de afrondende fase, waarbij 80% van het werk inmiddels heeft plaatsgevonden. Dit project maakt deel uit van de integrale aanpak van de erosieproblematiek door de Ministeries van IenW, OCW, BZK en het openbaar lichaam Sint Eustatius.
Rechtshandhaving/versterken rechtsstaat
Team Bestrijding Ondermijning (TBO)
De projectmatige aanpak van de georganiseerde (ondermijnende) criminaliteit is in 2018 gecontinueerd tot en met 2021. Deze aanpak (beter bekend onder de naam Team Bestrijding Ondermijning, TBO) krijgt vorm door een extra inzet van het Recherche Samenwerkingsteam (RST), de Openbaar Ministeries en het Gemeenschappelijk Hof. De resultaten in 2019 illustreren nut en noodzaak van deze inzet (Kamerstukken II 2019/20, 35300 IV, nr. 14). De onderzoeken kennen een zeker tijdsverloop, zijn complex, omvangrijk, hebben doorgaans een (zware) financieel-economische component en hebben een grensoverschrijdend karakter. Dat maakt samenwerking tussen de landen van het Koninkrijk noodzakelijk. In de onderzoeken tot op heden is criminele betrokkenheid van onder meer politici, ambtenaren, belangrijke overheidsbedrijven, organisaties in de (semi-)collectieve sector en private ondernemingen aangetoond. Het gaat dan om onder meer corruptie, belastingfraude, witwassen, valsheid in geschrifte, oplichting of verduistering. Deze projectaanpak legt de verwevenheid tussen onder- en bovenwereld bloot en maakt duidelijk dat misdaad niet loont.
Het Protocol inzake gespecialiseerde recherchesamenwerking tussen de landen van het Koninkrijk Aruba, Curaçao, Sint Maarten en Nederland is herzien (Stcrt. 2019, 38964). De vier landen hebben hierin afspraken vastgelegd over taakgebieden, een herinrichting, het sturingsmodel en informatiedeling van het RST (Kamerstukken II 2018/19, 29628, nr. 861).
Versterking goed bestuur en regionale ontwikkeling
Bestuurlijk ingrijpen Sint Eustatius
Door middel van de Tijdelijke wet taakverwaarlozing Sint Eustatius heeft Nederland in februari 2018 bestuurlijk ingegrepen op Sint Eustatius. Om de bestuurlijke en ambtelijke organisatie te verbeteren is er in 2018 een aantal projecten opgepakt, zoals de verbetering van het financieel beheer, de reorganisatie van het ambtelijk apparaat en het op orde brengen van alle administraties van het openbaar lichaam. Over de voortgang van de verschillende projecten is gerapporteerd in de voortgangsrapportages (Kamerstukken II 2018/19, 35000 IV, nr. 57 en Kamerstukken II 2019/20, 35300 IV, nr. 36).
In zijn brief aan de Tweede en Eerste Kamer van 24 september 2019 (Kamerstukken II 2019/20, 35300 IV, nr. 6) heeft de Staatssecretaris van BZK het voornemen uitgesproken om op 21 oktober 2020 de verkiezingen van de eilandsraad te organiseren. Deze verkiezingen vormen de eerste stap op weg naar het geleidelijk herstel van de reguliere bestuurlijke verhoudingen en het einde van de bestuurlijke ingreep. Hoewel er al veel werk is verzet op Sint Eustatius en er concrete verbeteringen zichtbaar zijn, is er nog steeds veel te doen voordat er sprake is van een stevig fundament waarop een nieuw lokaal bestuur verder kan bouwen. Er is meer tijd nodig om op verscheidene terreinen orde op zaken te stellen. De Staatssecretaris achtte een geleidelijke overgang naar reguliere bestuurlijke verhoudingen daarom noodzakelijk en wil dit in een nieuwe tijdelijke wet regelen. Dit wetstraject is in 2019 aangevangen en loopt door in 2020.
Versterken bestuur
In 2019 is uitvoering gegeven aan het Bestuursakkoord Bonaire dat in november 2018 is afgesloten tussen het openbaar lichaam Bonaire en de Staat der Nederlanden (Kamerstukken I 2018/19, 35000 IV, nr. B). In juni 2019 is ook het Saba Package getekend, een soortgelijke samenwerking tussen het openbaar lichaam van Saba en de Staat der Nederlanden (Kamerstukken II 2018/19, 35000 IV, nr. 66). Beide akkoorden hebben ten doel een bijdrage te leveren aan de verbetering van de levensstandaard van de inwoners van Bonaire en Saba. In 2019 zijn op dit gebied diverse stappen gezet onder andere door het ondertekenen van het convenant volkshuisvesting Bonaire en het opstellen van een verbeterplan voor de versterking van het ambtelijk apparaat op Bonaire (Kamerstukken II 2018/19, 35000 IV, nr. 58). Een ander belangrijk onderdeel van de akkoorden is het versterken van het lokale bestuur en het ambtelijk apparaat, onder andere door het Talent Ontwikkel Programma (TOP) Bonaire voor jonge lokale professionals.
Regionale knelpunten Caribisch Nederland
De eerste tranche van de Regio Envelop Caribisch Nederland bedroeg € 30 mln. afkomstig van de begroting van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en de eerste projecten hiervan zijn inmiddels in uitvoering, bijvoorbeeld de renovatie van het slachthuis op Bonaire en het landbouwproject op Saba (Kamerstukken II 2019/20, 29697, nr. 72).
Venezuela
Het kabinet heeft in 2019, mede gelet op de situatie in Venezuela én met het oog op crisisbeheersing in de regio, € 23,8 mln. vrijgemaakt voor ondersteuning van de Benedenwindse Eilanden. In dit kader heeft het Ministerie van Justitie en Veiligheid (JenV) in september 2019 de uitvoering van technische ondersteuning aan Aruba en Curaçao bij het verder optimaliseren van vreemdelingenprocessen voortgezet. Daarnaast is het Ministerie van Defensie in 2019 gestart met maatregelen ter versterking van de maritieme grenzen. Het Ministerie van BZK heeft in december 2019 een eerste bijdrage geleverd ter verbetering van de omstandigheden binnen de vreemdelingenbewaring in Curaçao. Bovendien heeft het Ministerie van BZK een eerste bijdrage geleverd aan diverse bijstandsprojecten in Aruba (Kamerstukken I 2018/19, 29653, nr. H).
Financiële situatie (ei)landen in relatie tot financieel toezicht en economische ontwikkeling
Aruba
De financieel-economische situatie van Aruba blijft zorgelijk. Zowel in 2017 als in 2018 werden de begrotingsnormen uit de Landsverordening Aruba tijdelijk financieel toezicht (LAft) niet gehaald. Om het financieel toezicht op Aruba door de Rijksministerraad (RMR) en het Collega Aruba financieel toezicht (CAft) te continueren na 2018, is op 22 november 2018 een protocol gesloten tussen Nederland en Aruba met een nieuw normenkader voor de jaren 2019 tot en met 2021 en verder (Kamerstukken II 2018/19, 35000 IV, nr. 31). De inhoud van het Protocol 2018 moet nog adequaat worden vastgelegd in wet- en regelgeving door Aruba. Op 23 september 2019 heeft het CAft de RMR geadviseerd een aanwijzing aan de Minsterraad van Aruba te geven. In reactie hierop hebben de Minister van BZK en de Minister-president van Aruba op 21 november 2019 afspraken gemaakt om te komen tot een solide Arubaanse begroting 2020, betere motivering van (toekomstige) baten en lasten en om hierover te rapporteren aan de RMR. Naar aanleiding van deze afspraken heeft de RMR besloten de Ministerraad van Aruba vooralsnog geen aanwijzing te geven. Indien de afspraken van 21 november 2019 niet of onvoldoende worden nagekomen, volgt mogelijk alsnog een aanwijzing.
Curaçao en Sint Maarten
Het financieel toezicht op Curaçao en Sint Maarten is geregeld in de Rijkswet financieel toezicht Curaçao en Sint Maarten (Rft). Op Curaçao vormen, naast een stagnerende economische groei, de beperkte capaciteit om tegenvallers op te vangen en de ontwikkelingen rondom de olieraffinaderij de grootste risico’s. Op 12 juli 2019 heeft de RMR het besluit genomen tot het geven van een aanwijzing aan het bestuur van Curaçao tot aanpassing van de begroting 2019 (Kamerstukken II 2018/19, 34269, nr. 5). Tegen dit besluit is door Curaçao kroonberoep aangetekend. Deze procedure was eind 2019 nog niet afgerond.
De economie van Sint Maarten groeit de komende jaren relatief hard. In 2019 groeide de economie met 5% en het IMF verwacht dat Sint Maarten in 2020 een economische groei heeft van ongeveer 3%. Het snelle herstel van het toerisme en investeringen in het kader van wederopbouw dragen bij aan een spoedig herstel van de economie. Sint Maarten heeft 2019 afgesloten met een begrotingstekort van ANG 45 mln. en heeft voor 2019 ook behoefte gehad aan liquiditeitssteun. Aan het toekennen van de liquiditeitssteun heeft de Rijksministerraad echter voorwaarden verbonden. Tot op heden voldoet Sint Maarten niet aan de gestelde voorwaarden waardoor de liquiditeitssteun voor 2019 niet is uitgekeerd. Wel is € 16,5 mln. aan liquiditeitssteun, welke in 2018 was toegekend, in 2019 uitgekeerd.
Het College financieel toezicht (Cft) is nauw betrokken bij het op orde brengen van het financieel beheer van de landen conform artikel 4 Rft. Daarnaast kunnen de landen gebruik maken van de expertise en advisering van de eigen rekenkamers.
BES-eilanden
Daar waar Saba al enkele jaren een goedkeurende accountantsverklaring krijgt, blijft het voor Bonaire en Sint Eustatius een uitdaging om het financieel beheer naar een aanvaardbaar niveau te brengen. Hoewel het financieel beheer op orde is, ondervindt Saba toenemende druk op de begroting. De begroting van Saba kent namelijk veel incidentele bijdragen, soms ook voor structurele taken. In het Saba Package is afgesproken om per ministerie te bezien hoe structurele taken ook met structurele middelen gedekt kunnen worden. In het kader van het bestuurlijke ingrijpen is in 2018 een verbetertraject financieel beheer gestart op Sint Eustatius, dit traject is in 2019 voortgezet. Er is al veel werk verzet, maar er moet ook nog steeds veel gebeuren om te komen tot een verantwoorde overdracht aan een nieuw bestuur. Het trage en gefragmenteerde digitaliseringsproces speelt hier een belangrijke rol in. Ook op Bonaire blijft het financieel beheer een aandachtspunt en is het als een van de hoofdprioriteiten opgenomen in het Bestuursakkoord Bonaire. Inmiddels is een verbeterplan voor het financieel beheer opgesteld en wordt het versneld in uitvoering gebracht. Het College financieel toezicht (Cft) is ook voor de openbare lichamen betrokken bij het op orde brengen van het financieel beheer.
Groeiakkoord Curaçao
Gelijktijdig met de aanwijzing vanuit de RMR heeft Nederland op 12 juli 2019 in een onderlinge regeling (het Groeiakkoord) met Curaçao afspraken gemaakt over het duurzaam oplossen van de economische problemen van het eiland (Kamerstukken II 2018/19, 34269, nr. 5). Er zijn onder andere afspraken gemaakt over hervormingen in de sociale sector, de zorg, het onderwijs, de arbeidsmarkt en het overheidsapparaat. Belangrijke voorwaarde voor de geboden ondersteuning vanuit Nederland hierbij is, dat deze daadwerkelijk wordt ingezet om de overheidsfinanciën op orde te krijgen, de economie een impuls te geven en noodzakelijke structurele hervormingen door te voeren. In 2019 is ondersteuning geleverd bij het ontwikkelen van strategisch grondexploitatiebeleid, het opzetten van een garantiefonds en het inrichten van de financiële functie.
Realisatie beleidsdoorlichtingen Koninkrijksrelaties
Artikel | Naam artikel | 2013 | 2014 | 2015 | 2016 | 2017 | 2018 | 2019 | Geheel artikel? |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
1 | Versterken rechtsstaat | Ja | |||||||
4.1 | Bevorderen sociaaleconomische structuur Curaçao, Sint Maarten en Aruba | Nee | |||||||
4.2 | Bevorderen sociaaleconomische structuur Caribisch Nederland | ||||||||
5.1 | Schuldsanering/lopende inschrijving/leningen: schuldsanering landen Curaçao en Sint Maarten | Ja | |||||||
5.2 | Schuldsanering/lopende inschrijving/leningen: Leningen en/of garanties landen Curaçao, Sint Maarten en Aruba | ||||||||
8.1 | Wederopbouw Bovenwindse eilanden: Wederopbouw | ||||||||
8.2 | Wederopbouw Bovenwindse eilanden: Noodhulp |
Toelichting
Artikel 4.1 Aruba, Curaçao en Sint Maarten
De onder artikelonderdeel 4.1 geraamde pensioentoelagen worden niet in de beleidsdoorlichting meegenomen.
Het meest recente overzicht van de programmering van evaluaties en beleidsdoorlichtingen vindt u op rijksbegroting.nl.
Voor de realisatie van andere onderzoeken, zie bijlage 1 «Overzicht afgerond evaluatie- en overig onderzoek».
Overzicht risicoregelingen Koninkrijksrelaties
Artikel | Omschrijving | Uitstaande garanties 2018 | Verleend 2019 | Vervallen 2019 | Uitstaande garanties 2019 | Garantie- plafond | Totaal plafond | Totaalstand risicovoorziening |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Artikel 5 Schuldsanering/lopende inschrijving/leningen | Nederlandse Investeringsbank Ontwikkelingslanden / leningen aan het land Aruba | 230 | 0 | 230 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Artikel 5 Schuldsanering/lopende inschrijving/leningen | 9e Europees Ontwikkelingsfonds verlenging | 1.876 | 0 | 0 | 1.876 | 0 | 1.876 | 0 |
Totaal | 2.106 | 0 | 230 | 1.876 | 0 | 1.876 | 0 |
De garantie aan het land Aruba is in 2019 komen te vervallen. Er zijn in 2019 geen uitgaven gedaan op garanties. Voor verdere informatie wordt verwezen naar de toelichting bij de saldibalans.
Artikel | Omschrijving | Uitstaande lening in andere valuta | Uitstaande lening in €1 | Looptijd lening | Totaalstand risicovoorziening 2018 | Totaalstand mutatie volume risicovoorziening 2019 en 2018 |
---|---|---|---|---|---|---|
Totaal verstrekte leningen | 1.298.616 | ‒ | ‒ | |||
Artikel 5 Schuldsanering/ lopende inschrijving/ leningen | 1.246.587 | |||||
Lening lopende inschrijving Curaçao 2,5% | ANG 81.979 | 32.690 | 10 jaar (2010-2020) | |||
Lening lopende inschrijving Curaçao 2,75% | ANG 139.735 | 55.720 | 15 jaar (2010-2025) | ‒ | ‒ | |
Lening lopende inschrijving Curaçao 2,875 | ANG 370.000 | 147.539 | 20 jaar (2010-2030) | ‒ | ‒ | |
Lening lopende inschrijving Curaçao 3,0% | ANG 474.900 | 189.369 | 25 jaar (2010-2035) | ‒ | ‒ | |
Lening lopende inschrijving Curaçao 3,125% | ANG 582.391 | 232.231 | 30 jaar (2010-2040) | ‒ | ‒ | |
Lening lopende inschrijving Curaçao 2,75% | ANG 62.604 | 25.226 | 30 jaar (2013-2043) | ‒ | ‒ | |
Lening lopende inschrijving Curaçao 2,45% | ANG 247.036 | 103.186 | 30 jaar (2014-2044) | ‒ | ‒ | |
Lening lopende inschrijving Curaçao 1,6% | ANG 212.727 | 112.230 | 30 jaar (2015-2045) | ‒ | ‒ | |
Lening lopende inschrijving Curaçao 1,62% | ANG 33.296 | 17.997 | 30 jaar (2015-2045) | ‒ | ‒ | |
Lening lopende inschrijving Curaçao 1,0% | ANG 59.050 | 29.702 | 30 jaar (2016-2046) | ‒ | ‒ | |
Lening lopende inschrijving Curaçao 1,24% | ANG 60.000 | 28.448 | 30 jaar (2017-2047) | ‒ | ‒ | |
Lening lopende inschrijving Curaçao 0,92% | ANG 69.100 | 34.167 | 30 jaar (2019-2049) | ‒ | ‒ | |
Lening lopende inschrijving Sint Maarten 2,5% | ANG 49.875 | 19.992 | 10 jaar (2010-2020) | ‒ | ‒ | |
Lening lopende inschrijving Sint Maarten 2,625% | ANG 73.500 | 29.461 | 15 jaar (2010-2025) | ‒ | ‒ | |
Lening lopende inschrijving Sint Maarten 2,75 % | ANG 78.571 | 31.494 | 20 jaar (2010-2030) | ‒ | ‒ | |
Lening lopende inschrijving Sint Maarten 2,875% | ANG 50.000 | 20.042 | 25 jaar (2010-2035) | ‒ | ‒ | |
Lening lopende inschrijving Sint Maarten 3,0% | ANG 50.000 | 20.042 | 30 jaar (2010-2040) | ‒ | ‒ | |
Lening lopende inschrijving Sint Maarten 2,25% | ANG 58.652 | 24.765 | 15 jaar (2014-2029) | ‒ | ‒ | |
Lening lopende inschrijving Sint Maarten 2,375% | ANG 44.818 | 18.739 | 20 jaar (2014-2034) | ‒ | ‒ | |
Lening lopende inschrijving Sint Maarten 2,45% | ANG 39.526 | 14.931 | 30 jaar (2014-2044) | ‒ | ‒ | |
Lening lopende inschrijving Sint Maarten 1,8% | ANG 25.226 | 13.388 | 30 jaar (2014-2044) | ‒ | ‒ | |
Lening lopende inschrijving Sint Maarten 0,5% | ANG 20.800 | 10.606 | 7 jaar (2016-2023) | ‒ | ‒ | |
Lening lopende inschrijving Sint Maarten 0,83% | ANG 18.811 | 8.895 | 25 jaar (2017-2032) | ‒ | ‒ | |
Lening lopende inschrijving Sint Maarten 0,74% | ANG 32.900 | 16.459 | 30 jaar (2019-2049) | 0 | 494 | |
Lening Ontwikkelingsbank Nederlandse Antillen | ‒ | 1.341 | 29 jaar (2001-2030) | ‒ | ‒ | |
Maatregel Tussenbalans begrotingslening Aruba 2,5% | ‒ | 763 | 30 jaar (1991-2021) | ‒ | ‒ | |
Maatregel Tussenbalans begrotingslening Aruba 2,5% | ‒ | 1.256 | 30 jaar (1992-2022) | ‒ | ‒ | |
Maatregel Tussenbalans begrotingslening Aruba 2,5% | ‒ | 953 | 30 jaar (1993-2023) | ‒ | ‒ | |
Maatregel Tussenbalans begrotingslening Aruba 2,5% | ‒ | 453 | 30 jaar (1994-2024) | ‒ | ‒ | |
Maatregel Tussenbalans begrotingslening Aruba 2,5% | ‒ | 85 | 30 jaar (1995-2025) | ‒ | ‒ | |
Water en Energiebedrijf Aruba 2,5% | ANG 9.199 | 4.416 | 30 jaar (1995-2025) | ‒ | ‒ | |
Artikel 8 Noodhulp en wederopbouw Bovenwindse eilanden | 52.029 | |||||
Liquiditeitssteun Sint Maarten 0% | ANG 50.000 | 22.790 | 30 jaar (2018-2048) | ‒ | ‒ | |
Liquiditeitssteun Sint Maarten 0% | ANG 32.600 | 15.789 | 30 jaar (2018-2048) | ‒ | ‒ | |
Liquiditeitssteun Sint Maarten 0% | $ 15.000 | 13.450 | 1 jaar (2019-2020) | ‒ | ‒ |
Toelichting
De leningen aan de landen worden meestal afgesloten in Antilliaanse guldens en vastgelegd in de begroting in euro's. Deze vastlegging gebeurt op basis van de geldende koers op het moment van aangaan van de lening (historische waarde).
Ten behoeve van de lening lopende inschrijving van Sint Maarten van 2019 is een begrotingsreserve van 3% op de Aanvullende Post gereserveerd.