Een kwalitatief goed, toegankelijk en betaalbaar aanbod voor curatieve zorg.
De Minister van VWS is verantwoordelijk voor een goed werkend en samenhangend stelsel voor curatieve zorg. De Zorgverzekeringswet vormt samen met de zorgbrede wetten, zoals de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg) en de Wet Toelating Zorginstellingen (WTZi) de wettelijke basis van dit stelsel. Vanuit deze verantwoordelijkheid vervult de Minister de volgende rollen:
Stimuleren:
• Het bevorderen van de kwaliteit, (patiënt)veiligheid en innovatie in de curatieve zorg.
• Het ondersteunen van initiatieven om de toegankelijkheid en betaalbaarheid van de curatieve zorg te garanderen en/of te verbeteren. Belangrijk daarin zijn de initiatieven om te komen tot een betrouwbare en veilige informatie-uitwisseling.
• Het ondersteunen van initiatieven om fraude in de zorg zoveel mogelijk te voorkomen.
• Het bevorderen van de risicosolidariteit door het systeem van risicoverevening.
• Het bevorderen dat verzekerden beschikken over de juiste en begrijpelijke informatie om een keuze te kunnen maken voor een zorgverzekering en voor hun zorgaanbieder.
• Het stimuleren van regionale samenwerking tussen alle zorgaanbieders om antibioticaresistentie aan te pakken.
• Het faciliteren en ondersteunen van gemeenten en regio’s in het realiseren van een sluitende aanpak voor personen met verward gedrag.
Financieren:
• Bevorderen van de toegankelijkheid en betaalbaarheid van de zorg door het financieren van de zorguitgaven voor kinderen tot 18 jaar.
• Het bevorderen van kwalitatief goede zorg door het medefinanciering van hoogwaardig oncologisch onderzoek.
• Het financieren van onderzoek dat gericht is op een snellere ontwikkeling van waarde toevoegende medische producten en behandelwijzen tegen aanvaardbare prijzen.
• Het financieren van onderzoek dat bijdraagt aan kwalitatief goed gepast gebruik van genees- en hulpmiddelen.
• Het financieren van initiatieven voor het ontwikkelen van alternatieve verdienmodellen voor geneesmiddelenontwikkeling.
• Verbetering van de kwaliteit van de zorg door financiering van de familie- en vertrouwenspersonen in ggz-instellingen.
• Financieren van diverse initiatieven gericht op suïcidepreventie waaronder 24/7 beschikbaarheid van acute anonieme psychische hulp.
• Het (mede)financieren van het digitale communicatiesysteem voor de zwaailichtsector.
• Het financieren van initiatieven die bijdragen aan een zorgvuldige orgaandonorwerving in de ziekenhuizen, het onderhouden van het donorregister en het geven van publieksvoorlichting over orgaandonatie.
• Het financieren van bijwerkingenregistraties en onderzoek ten behoeve van het monitoren van de productveiligheid.
• Bevorderen van de toegankelijkheid en betaalbaarheid van de zorg door het (deels) compenseren van de gederfde inkomsten van zorgaanbieders als gevolg van het verstrekken van zorg aan onverzekerde (verwarde) personen, illegalen en andere onverzekerbare vreemdelingen.
• Het compenseren van kostencomponenten die een gelijk speelveld verstoren (risicoverevening).
• Financieren van initiatieven op het gebied van ICT-infrastructuur ten behoeve van innovatieve zorgverlening en toegankelijkheid van gegevens voor patiënten.
Regisseren:
• Het onderhouden van wet- en regelgeving op het gebied van geneesmiddelen, medische hulpmiddelen, lichaamsmaterialen en bloedvoorziening.
• Het (door)ontwikkelen van productstructuren op basis waarvan onderhandelingen over bekostiging plaatsvinden.
• Het bepalen van de normen/criteria, waaraan de registers (bijvoorbeeld het BIG-register) die worden bijgehouden om de werking van het stelsel te bevorderen, moeten voldoen.
De hoofdlijnenakkoorden
Er zijn in 2018 voor de periode 2019 tot en met 2022 nieuwe hoofdlijnenakkoorden afgesloten met de medisch-specialistische zorg, de geestelijke gezondheidszorg, wijkverpleegkundigen en huisartsen. Hierin staan afspraken over het verbeteren van de kwaliteit van de zorg en de daarmee gepaard gaande kosten. In juni 2019 zijn de handtekeningen gezet onder de bestuurlijke afspraken paramedische zorg 2019-2022. De paramedische sector committeert zich hiermee aan de beweging naar de juiste zorg op de juiste plek en maakte afspraken over kwaliteit van zorg, informatie voor de patiënt, de organisatiegraad en digitalisering. De voortgang van de uitvoering van de bestuurlijke akkoorden wordt in het beleidsverslag nader toegelicht.
Zorg op de juiste plek
de beweging vanuit het veld wordt omarmd en gefaciliteerd door VWS. Het voorkomen van (duurdere) zorg, verplaatsen van zorg (dichterbij mensen thuis als het kan, verder weg als het moet) en het vervangen van zorg (door andere zorg zoals e-health) zijn belangrijke elementen van het nog beter laten functioneren en betaalbaar houden van ons zorgstelsel. (Kamerstukken II 2018/2019, 29689, nr. 896). Met de hoofdlijnenakkoorden hebben de partijen in het veld zich gecommitteerd aan de gewenste ontwikkeling naar de juiste zorg op de juiste plek. Het thema Zorg op de juiste plek wordt in het beleidsverslag nader toegelicht.
Polyfarmacie
De multidisciplinaire richtlijn ‘Polyfarmacie bij ouderen’ dateert uit 2012. In de periode 2018-2020 ondersteunt VWS de doorontwikkeling van de multidisciplinaire richtlijn ‘Polyfarmacie bij ouderen’. Het gaat om het voorkomen van schade door geneesmiddelen bij kwetsbare groepen zoals 75-plussers die 10 of meer geneesmiddelen gebruiken. In september 2019 hebben de betrokken veldpartijen een herziene module voor medicatiebeoordeling opgeleverd. Er is hierbij gekeken naar de groep patiënten voor wie een medicatiebeoordeling echt toegevoegde waarde heeft. Deze groep is in de module benoemd als de primaire doelgroep voor een medicatiebeoordeling. Huisartsen en apothekers zijn begonnen met scholing en het toepassen van interventies bij ouderen (Kamerstuk II 2019/20, 29477, nr. 63). Sinds 2018 werken de betrokken veldpartijen ook aan handvatten om verantwoord medicatie te stoppen en te minderen bij polyfarmacie patiënten. De generieke uitwerking voor artsen en apothekers wordt halverwege 2020 verwacht.
Dure geneesmiddelen
Het kabinet heeft zich, in 2019 verder ingezet voor een beheerste uitgavenontwikkeling voor genees- en hulpmiddelen. De Wet geneesmiddenprijzen is per 1 januari 2020 aangepast en de wijze waarop het kabinet het geneesmiddelenvergoedingssysteem wil moderniseren is onlangs naar de Kamer gestuurd (Kamerstukken II, 2019-2020, 29477, nr 644). Ook is er blijvende aandacht voor scherpere inkoop, meer beheerste toegang en gepast gebruik van dure geneesmiddelen. Met de ziekenhuissector is daartoe in 2019 een integraal pakket aan maatregelen afgesproken, met zeven actielijnen gericht op de borging van de betaalbaarheid en toegankelijkheid van dure geneesmiddelen (Kamerstukken II, 2019-2020, 29477, nr 452). Daarnaast is in 2019 de maximering voor eigen betalingen aan geneesmiddelen van € 250 per verzekerde per jaar geïntroduceerd.
Wettelijke verankering verzekerdeninvloed
Om de invloed van verzekerden op het beleid van hun zorgverzekeraar te borgen, wordt deze wettelijk vastgelegd. Zorgverzekeraars moeten hiervoor een schriftelijke inspraakregeling vastleggen en een representatieve, deskundige en onafhankelijke verzekerden-vertegenwoordiging organiseren. Hiertoe is op 8 oktober 2019 een wetsvoorstel met algemene stemmen aangenomen door de Tweede Kamer (Handelingen 2019-2020, nr. 10, item 14). Het moment van inwerkingtreding hangt af van het moment van instemming door de Eerste Kamer.
Polisaanbod
Het aanbod van zorgverzekeringspolissen is per 2019 toegenomen van 55 naar 59 polissen. Hoewel het goed is om iets te kiezen te hebben, is het huidige aanbod van een dergelijke omvang dat het de keuze juist bemoeilijkt. Vooral omdat het aanbod lijkt te bestaan uit polissen die sterk op elkaar lijken of identiek zijn, maar waarvan de premie wel verschilt. De minister heeft opgeroepen tot een kleiner en overzichtelijker polisaanbod, omdat dit het voor verzekerden makkelijker maakt om de polis te kiezen die het beste past bij hun wensen. In reactie hierop hebben twee verzekeraars stevig gesneden in hun aanbod. Enkele andere verzekeraars hebben nieuwe polissen geïntroduceerd. Bij de start van het overstapseizoen in november 2019 werd bekend dat het polisaanbod voor 2020 per saldo gedaald is en weer uit 55 modelpolissen bestaat. De NZa heeft in 2019 de vindbaarheid en begrijpelijkheid van polisinformatie onderzocht. Daaruit blijkt dat mensen polisinformatie steeds beter kunnen vinden op de website van een zorgverzekeraar, maar dat er tegelijkertijd grote verschillen in vindbaarheid en begrijpelijkheid zijn zowel tussen als binnen een concern van zorgverzekeraars. Ook is in 2019 de algemene maatregel van bestuur gepubliceerd die per 2020 regelt dat de maximale korting op collectiviteiten in de basisverzekering wordt verlaagd naar 5%. Dit omdat het aanbod aan collectiviteiten zeer groot is, terwijl de zorginhoudelijke voordelen ervan niet onderbouwd konden worden, en de collectiviteitskortingen daarmee niet gebaseerd waren op zorginhoudelijke voordelen. Met zorgverzekeraars is afgesproken dat de sector nog een kans heeft om de collectiviteitskorting te legitimeren vanuit zorginhoudelijke elementen. Er vindt een meting plaats naar de stand van zaken.
Subsidieregeling Veelbelovende Zorg Sneller bij de Patiënt
Op 1 februari 2019 is de subsidieregeling Veelbelovende Zorg Sneller bij de Patiënt gestart. De uitvoering van de subsidieregeling ligt bij het Zorginstituut in samenwerking met ZonMw. De nieuwe regeling is ter vervanging van de regeling voor de voorwaardelijke pakkettoelating, met als doel het versnellen van de toegang van de patiënt tot potentieel veelbelovende en innovatieve zorg via het basispakket. Tijdens het eerste jaar, 2019, zijn door de Adviescommissie Veelbelovende Zorg (ADVEZO) en het Zorginstituut een aantal wijzigingen voorgesteld. Met deze wijzigingen is beoogd dat het aantal interventies dat voor subsidie in aanmerking komt toeneemt. Een voorbeeld is onderzoek naar een off-label toepassing van een generiek geneesmiddel ook al is de prevalentie van de aandoening lager dan 1:150.000. De wijzigingen treden per 1 februari 2020 in werking. In 2019 zijn daarnaast twee rondes geopend waarin onderzoekers projectideeën konden indienen. De onderzoekers hebben van de ADVEZO-feedback gehad op hun projectideeën en advies gekregen om al dan niet een uitgewerkt onderzoeksvoorstel in te dienen.
Implementatie Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg
Op 1 januari 2020 is de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz) in werking getreden. VWS heeft in 2019 de betrokken ketenpartijen gefaciliteerd bij de implementatie van de wet en blijft dit ook in 2020 doen. In 2019 zijn onder andere de benodigde handreikingen en informatieproducten opgesteld met de sector. Ook zijn door het hele land informatiebijeenkomsten en proefimplementaties georganiseerd. VWS is en blijft verantwoordelijk voor de regelgeving en een eenduidige informatievoorziening over de wet in de vorm van handleidingen en andere voorlichtingsmaterialen.
Personen met verward gedrag
De pilots uit het Actieprogramma lokale initiatieven verward gedrag, die erop zijn gericht een beter samenhangend aanbod van zorg en begeleiding tot stand te brengen voor personen met verward gedrag en die grotendeels in 2018 zijn gestart, zijn in 2019 verder voortgezet. In 2019 zijn onder andere verbindingen gelegd met de implementatie van de Wvggz door ondersteuning van regio coördinatoren en toevoegen van kennis aan de vliegende brigade. Ook zijn de pilots die zien op het vormgeven van een model-meldfunctie voor regionale en gemeentelijke advies- en meldpunten verder ondersteund en hebben gemeenten en regio’s gebruik kunnen maken van de inzet van de deskundigen van de Vliegende Brigade. In 2019 heeft de brigadier vervoer de lopende vervoerspilots ondersteund en haar opdracht afgerond. De pilots geven inzicht in de opbrengst en effectiviteit van de flexibele inzet van begeleiding, behandeling en in de randvoorwaarden die nodig zijn om dit structureel te kunnen realiseren. Het Verbindend Landelijk Ondersteuningsteam (VLOT) is een interdepartementale samenwerking en ondersteunt gemeenten en hun partners en verbindt landelijke programma’s. Op deze manier is er samenhang tussen zorg en veiligheid. Samen met ZonMw heeft VLOT in december 2019 een congres ‘voorbij de verwarring’ georganiseerd waarbij de geleerde lessen uit de praktijk van de pilots zijn verspreid.
Suïcidepreventie
Op 2 april 2019 is de campagne ‘Hey het is oké, maak depressie bespreekbaar’ verbreed naar alle psychische aandoeningen . Daarnaast is samen met 113 Zelfmoordpreventie stevig ingezet om het taboe op suïcidaliteit te doorbreken. Meer mensen hebben 113 Zelfmoordpreventie weten te bereiken, volgens het jaarverslag van 113 Zelfmoordpreventie zelfs ruim 93.000 in 2019 (70.000 in 2018).
Realisatie2 | Vastgestelde begroting | Verschil | |||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
2015 | 2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2019 | 2019 | |
Verplichtingen | 8.697.821 | 3.640.437 | 3.533.898 | 2.953.820 | 3.157.586 | 3.152.861 | 4.725 |
Uitgaven | 4.614.649 | 4.236.317 | 3.735.342 | 3.449.505 | 3.112.270 | 3.177.587 | ‒ 65.317 |
1. Kwaliteit en veiligheid | 118.506 | 128.574 | 149.906 | 173.812 | 211.025 | 241.563 | ‒ 30.538 |
Subsidies | 111.162 | 120.557 | 138.425 | 162.365 | 185.721 | 215.995 | ‒ 30.274 |
IKNL en NKI | 51.542 | 52.590 | 53.192 | 55.320 | 57.079 | 54.323 | 2.756 |
Zwangerschap en geboorte | 3.574 | 4.796 | 5.504 | 3.976 | 3.982 | 3.104 | 878 |
Registratie en uitwisseling zorggegevens (PALGA) | 3.264 | 3.339 | 3.401 | 3.608 | 3.721 | 3.712 | 9 |
Ontsluiten patiëntgegevens ziekenhuizen | 25.289 | 46.019 | 28.202 | 28.844 | ‒ 642 | ||
Stimuleren E health en versterken inzet ICT GGZ | 0 | 14.094 | 39.074 | ‒ 24.980 | |||
Nederlandse transplantatie stichting | 3.881 | 9.120 | 7.500 | 1.620 | |||
Orgaandonatie en transplantatie | 11.446 | 10.370 | 11.047 | 6.155 | 4.526 | 4.413 | 113 |
Expertisefunctie zintuigelijk gehandicapten | 0 | 21.967 | 22.112 | 22.710 | 0 | 0 | 0 |
Antibioticaresistentie | 0 | 0 | 3.257 | 6.482 | 10.048 | 15.100 | ‒ 5.052 |
Basisondersteuning Research Prinses Maxima Centrum | 0 | 0 | 0 | 4.114 | 4.114 | 4.114 | 0 |
Digitale landelijke gegevensuitwisseling in de geboortezorg | 0 | 0 | 0 | 0 | 4.200 | 4.500 | ‒ 300 |
Hoofdlijnenakkoord MSZ | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 13.000 | ‒ 13.000 |
Hoofdlijnenakkoord GGZ | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 5.000 | ‒ 5.000 |
Hoofdlijnenakkoord Huisartsenzorg | 0 | 0 | 0 | 0 | 2.128 | 18.000 | ‒ 15.872 |
Hoofdlijnenakkoord Wijkverpleging | 0 | 0 | 0 | 0 | 370 | 2.800 | ‒ 2.430 |
Overig | 41.336 | 27.495 | 14.623 | 10.100 | 44.138 | 12.511 | 31.627 |
Opdrachten | 3.855 | 4.612 | 3.433 | 3.107 | 11.499 | 15.020 | ‒ 3.521 |
Publiekscampagne orgaandonatie | 1.461 | 1.157 | 1.585 | 1.841 | 7.609 | 10.000 | ‒ 2.391 |
Overig | 2.394 | 3.455 | 1.848 | 1.266 | 3.890 | 5.020 | ‒ 1.130 |
Bijdragen aan agentschappen | 3.489 | 3.355 | 7.705 | 6.970 | 12.092 | 8.756 | 3.336 |
aCBG | 0 | 0 | 0 | 1.769 | 2.140 | 0 | 2.140 |
CIBG: Donorregister | 2.746 | 3.035 | 2.759 | 2.896 | 8.238 | 3.040 | 5.198 |
Overig | 743 | 320 | 4.946 | 2.305 | 1.714 | 5.716 | ‒ 4.002 |
Bijdragen aan ZBO's/RWT's | 0 | 50 | 343 | 1.370 | 1.713 | 1.792 | ‒ 79 |
Overig | 0 | 50 | 343 | 1.370 | 1.713 | 1.792 | ‒ 79 |
Bijdrage aan (inter)nationale organisaties | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Overig | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
2. Toegankelijkheid en betaalbaarheid van de zorg | 4.324.965 | 3.924.276 | 3.457.366 | 3.221.536 | 2.847.166 | 2.858.118 | ‒ 10.952 |
Subsidies | 14.224 | 22.459 | 22.492 | 30.433 | 49.804 | 52.385 | ‒ 2.581 |
Sluitende aanpak personen met verward gedrag | 0 | 0 | 2.206 | 1.761 | 21.000 | 17.581 | 3.419 |
Stimuleringsprogramma competentieontwikkeling openbaar apothekers | 2.888 | 2.888 | 0 | ||||
Vertrouwenspersoon in de ggz | 6.204 | 6.476 | 6.528 | 6.839 | 7.507 | 6.686 | 821 |
Suïcidepreventie | 1.854 | 3.154 | 4.186 | 7.026 | 8.097 | 9.056 | ‒ 959 |
Subsidieregeling Borstvergroting transgenders | 753 | 4.200 | ‒ 3.447 | ||||
Overig | 6.166 | 12.829 | 9.572 | 14.807 | 9.559 | 11.974 | ‒ 2.415 |
Bekostiging | 4.306.800 | 3.896.700 | 3.429.614 | 3.184.380 | 2.788.985 | 2.787.715 | 1.270 |
Rijksbijdrage Zorgverzekeringsfonds voor financiering van verzekerden 18- | 2.470.800 | 2.508.700 | 2.490.500 | 2.695.900 | 2.749.100 | 2.749.100 | 0 |
Rijksbijdrage dempen premie ten gevolgen van HLZ | 1.804.000 | 1.353.000 | 902.000 | 451.000 | 0 | 0 | 0 |
Zorg illegalen en andere onverzekerbare vreemdelingen | 32.000 | 35.000 | 37.114 | 37.480 | 39.885 | 38.615 | 1.270 |
Opdrachten | 2.671 | 3.315 | 3.544 | 2.810 | 3.169 | 14.308 | ‒ 11.139 |
Kwaliteit, veiligheid, doelmatigheid hulpmiddelen | 0 | 0 | 194 | 308 | 854 | 900 | ‒ 46 |
Implementatie wet verplichte GGZ | 213 | 5.437 | ‒ 5.224 | ||||
Overig | 2.671 | 3.315 | 3.350 | 2.502 | 2.102 | 7.971 | ‒ 5.869 |
Bijdragen aan agentschappen | 1.270 | 1.802 | 1.716 | 3.913 | 5.208 | 2.739 | 2.469 |
CIBG: WPG/GVS/APG | 1.270 | 1.802 | 1.716 | 3.913 | 5.208 | 2.739 | 2.469 |
Bijdragen aan ZBO's/RWT's | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 971 | ‒ 971 |
ZonMW: gepast gebruik genees- en hulpmiddelen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Overig | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 971 | ‒ 971 |
3. Ondersteuning van het stelsel | 171.178 | 183.467 | 128.070 | 54.157 | 54.079 | 77.906 | ‒ 23.827 |
Subsidies | 37.183 | 2.339 | 1.837 | 2.718 | 12.822 | 34.272 | ‒ 21.450 |
Stichting Klachten en Geschillen Zorgverzekeringen | 1.085 | 927 | 1.171 | 1.206 | 1.083 | 1.270 | ‒ 187 |
Overgang integrale tarieven medisch-specialistische zorg | 35.920 | 1.120 | 80 | 120 | 9.020 | 32.727 | ‒ 23.707 |
Overig | 178 | 292 | 586 | 1.392 | 2.719 | 275 | 2.444 |
Bekostiging | 0 | 47.750 | 3.430 | 0 | 153 | 0 | 153 |
Overig | 0 | 47.750 | 3.430 | 0 | 153 | 0 | 153 |
Inkomensoverdrachten | 113.098 | 110.137 | 104.121 | 29.328 | 25.286 | 17.696 | 7.590 |
Overgangsregeling FLO/VUT ouderenregeling ambulancepersoneel | 27.830 | 25.048 | 23.056 | 24.469 | 25.185 | 17.570 | 7.615 |
Overig | 85.268 | 85.089 | 81.065 | 4.859 | 101 | 126 | ‒ 25 |
Opdrachten | 4.745 | 7.358 | 3.161 | 3.199 | 2.951 | 5.006 | ‒ 2.055 |
Risicoverevening | 1.857 | 1.826 | 1.699 | 1.400 | 1.084 | 1.954 | ‒ 870 |
Uitvoering zorgverzekeringstelsel | 361 | 548 | 263 | 524 | 267 | 915 | ‒ 648 |
Overig | 2.527 | 4.984 | 1.199 | 1.275 | 1.600 | 2.137 | ‒ 537 |
Bijdragen aan agentschappen | 16.152 | 15.883 | 15.521 | 14.187 | 12.467 | 15.595 | ‒ 3.128 |
CJIB: Onverzekerden en wanbetalers | 16.152 | 15.883 | 15.521 | 14.187 | 12.467 | 15.595 | ‒ 3.128 |
Bijdragen aan ZBO's/RWT's | 0 | 0 | 0 | 4.725 | 400 | 5.256 | ‒ 4.856 |
SVB: Onverzekerden | 0 | 0 | 0 | 3.225 | 0 | 3.781 | ‒ 3.781 |
Overig | 0 | 0 | 0 | 1.500 | 400 | 1.475 | ‒ 1.075 |
Bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 81 | ‒ 81 |
VenJ: Bijdrage C2000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 81 | ‒ 81 |
Ontvangsten | 98.455 | 152.126 | 8.906 | 5.701 | 6.158 | 1.053 | 5.105 |
Overig | 98.455 | 152.126 | 8.906 | 5.701 | 6.158 | 1.053 | 5.105 |
Uitgaven
2.1. Kwaliteit en veiligheid
Subsidies
Kankercentrum Nederland en Nederlands Kanker Instituut
Het Kankercentrum Nederland heeft in 2019 aanvullende subsidie ontvangen. De extra middelen zijn gebruikt voor de financiering van aanvullende projecten voor palliatieve zorg en voor de ontwikkeling van een datawarehouse voor de bevolkingsonderzoeken. Het Nederlands Kanker Instituut heeft onder andere aanvullende subsidie ontvangen voor de ontwikkeling van een Biobank. De totale additionele uitgaven bedragen voor 2019 € 2,8 miljoen.
Stimuleren e-health en versterken inzet ICT GGZ
Zoals vermeld in de tweede suppletoire begroting 2019, komen de middelen voor het Versnellingsprogramma informatie-uitwisseling patiënt en professional (VIPP) in 2019 niet volledig tot besteding. Hierdoor zijn de uitgaven ca. € 25 miljoen lager uitgevallen dan voorzien.
Antibioticaresistentie
Zoals vermeld in de eerste suppletoire begroting 2019, vallen de uitgaven van de zorgnetwerken (Kamerstukken II 2017/2018, 32620 nr. 203) lager uit dan verwacht. De vrijvallende middelen (€ 5 miljoen) zijn voor een deel ingezet voor (internationale) onderzoeksprogramma’s ten behoeve van de ontwikkeling van nieuwe antibioticageneesmiddelen en alternatieve behandelwijzen.
Hoofdlijnenakkoord MSZ
Zoals gemeld bij tweede suppletoire begroting 2019 zijn de middelen voor de uitvoering van het programma Topzorg en het Citrienfonds (€ 12 miljoen) overgeboekt naar artikel 4 Zorgbreed beleid.
Hoofdlijnenakkoord GGZ
Voor de uitvoering van het hoofdlijnenakkoord geestelijke gezondheidszorg is gedurende de looptijd van het akkoord (2019–2022) € 14 miljoen beschikbaar voor een meerjarig onderzoeksprogramma bij ZonMw. Zoals vermeld in de tweede suppletoire begroting 2019 zijn de middelen doorgeschoven om het kasritme in overeenstemming te brengen met de uitgaven. Hierdoor zijn de uitgaven (€ 5 miljoen) niet volledig gerealiseerd in 2019.
Hoofdlijnenakkoord Huisartsenzorg
Zoals toegelicht in de tweede suppletoire begroting 2019, zijn de middelen doorgeschoven zodat de begroting aansluit op de uitgaven in de komende periode. Hierdoor zijn de uitgaven in 2019 € 16 miljoen lager uitgevallen dan voorzien.
Hoofdlijnenakkoord Wijkverpleging
De partijen zijn in 2019 aan de slag gegaan met de afspraken uit het hoofdlijnenakkoord. De partijen hebben een aanlooptijd nodig gehad voor de uitvoering van de afspraken, waardoor de middelen niet volledig tot besteding zijn gekomen.
Overig
Deze post is het saldo van verschillende beleidsmatige mutaties, waaronder de overbruggingsfinanciering (in de vorm van een lening) in 2019 om medische isotopen te realiseren. Binnen het hoofdlijnenakkoord paramedische zorg zijn middelen (€ 2,4 miljoen) gereserveerd voor het ontwikkelen van zorgstandaarden en richtlijnen. Deze middelen komen in 2019 niet tot besteding en zijn doorgeschoven naar latere jaren. Een bedrag van € 1,3 miljoen is overgeboekt naar artikel 10 Apparaatsuitgaven voor de uitvoeringskosten van DUS-I in verband met diverse subsidieregelingen. Het resterende deel van de lagere uitgaven onder de post overig betreft meerdere kleine mutaties.
Opdrachten
Publiekscampagne orgaandonatie
De uitgaven op deze post vallen lager uit dan geraamd doordat de activiteiten niet met opdrachten maar door andere instrumenten zijn gerealiseerd. Een deel van de uitgaven (€ 0,4 miljoen) wordt verantwoord onder subsidies voor activiteiten door de Nederlandse Transplantatie-stichting. Naast de uitgaven op artikel 2 wordt een deel van de uitgaven verantwoord op artikel 10 Apparaatsuitgaven aan voorlichting (€ 0,5 miljoen).Een bedrag van € 0,8 miljoen voor een campagneopdracht aan de Dienst Publiek en Communicatie van het ministerie van Algemene Zaken wordt afgerekend in 2020 na het opstellen van de eindverantwoording en komt daarom in 2019 niet tot besteding.
Bijdragen aan agentschappen
CIBG: Donorregister
Zoals toegelicht in de tweede suppletoire begroting 2019, vallen de uitgaven in 2019 in totaal € 3 miljoen hoger uit. De hogere uitgaven worden hoofdzakelijk veroorzaakt door aangescherpte eisen aan ICT (i.v.m. privacy en beveiliging), een groter aantal inschrijvingen in het huidige donorregister als gevolg van de huidige campagne rond de nieuwe Donorwet (€ 1,2 miljoen) en de afrekening met het agentschap CIBG over 2018 in verband met meer registraties (€ 0,9 miljoen). Daarnaast zijn de kosten voor de herbouw en aanschrijving van het Donorregister (voorbereidingskosten aanschrijving € 2 miljoen, herbouw donorregister € 1,1 miljoen (inclusief € 0,2 miljoen vervroegde afschrijving)) verantwoord onder de post CIBG: Donorregister, dat oorspronkelijk onder de post overig was begroot.
Overig
De uitgaven vallen in totaal € 4 miljoen lager uit dan geraamd doordat de activiteiten waarvoor deze middelen zijn geraamd niet onder de post overig worden verantwoord. Een bedrag van € 2,9 miljoen geraamd voor de herbouw en aanschrijving van het Donorregister (voorbereidingskosten aanschrijving € 2,0 miljoen en kosten voor de herbouw van het donorregister € 0,9 miljoen) worden verantwoord onder de post CIBG: Donorregister. Daarnaast is een bedrag van € 1 miljoen dat oorspronkelijk onder deze post was begroot, gerealiseerd onder de post aCBG ten behoeve van informatievoorziening patiënten over geneesmiddelen en een internationaal samenwerkingsprogramma met Europese toelatingsautoriteiten.
2.2. Toegankelijkheid en betaalbaarheid van de zorg
Subsidies
Sluitende aanpak personen met verward gedrag
Zoals vermeld in de tweede suppletoire begroting 2019 is er in 2019 meer gebruik gemaakt van de subsidieregeling waarmee financiële belemmeringen worden weggenomen om medisch noodzakelijke zorg aan onverzekerde personen te verlenen. Hierdoor zijn de uitgaven in het kader van deze regeling € 13 miljoen miljoen hoger uitgevallen. Daarnaast is er een bedrag van € 9,4 miljoen overgeboekt naar artikel 4 Zorgbreed beleid voor de uitvoering van het Actieprogramma lokale initiatieven voor mensen met verward gedrag. Hierdoor is er per saldo € 3,4 miljoen meer uitgegeven dan geraamd.
Subsidieregeling Borstvergroting transgenders
In 2019 is er € 4,2 miljoen gereserveerd voor een regeling die de vergoeding van geslachtschirurgie mogelijk maakt bij transgenders bij wie, ook na hormonale therapie, te weinig borstweefsel aanwezig is om een voldoende vrouwelijk profiel te hebben. Het beroep op deze regeling is dit jaar lager dan verwacht. Hierdoor vallen de uitgaven in het kader van deze regeling € 3,4 miljoen lager dan begroot.
Overig
De lagere uitgaven onder de post overig worden hoofdzakelijk veroorzaakt doordat € 3 miljoen van de middelen gereserveerd voor de implementatie van de Wet verplichte ggz voor dit doel zijn overgeboekt naar het ministerie van Justitie en Veiligheid en € 3 miljoen van deze middelen zijn doorgeschoven naar 2020. Daarnaast is nog een aantal kleinere mutaties verwerkt waardoor de realisatie op deze post € 2,4 miljoen lager uitvalt dan begroot.
Opdrachten
Implementatie wet verplichte GGZ
De uitgaven op deze post vallen € 5,2 miljoen lager uit dan geraamd doordat de activiteiten waarvoor deze middelen zijn geraamd niet met opdrachten maar met subsidies zijn gerealiseerd.
Overig
Zoals toegelicht in de tweede suppletoire begroting 2019 vallen de uitgaven geraamd onder de post overig ca. € 5,8 miljoen lager uit. Een bedrag van € 1 miljoen is overgeboekt naar artikel 3 Langdurige zorg en ondersteuning voor een bijdrage in de uitvoeringskosten van het CIZ in verband met het verschaffen van toegang van ggz-cliënten tot de Wlz. Een bedrag van € 1 miljoen is overgeboekt naar artikel 4 Zorgbreed beleid voor de uitvoering van de Hey-campagne. Door de vertraging bij de invoering van een landelijk meldnummer is er een bedrag van € 1,3 miljoen vrijgevallen. Het is een landelijk meldnummer dat mensen kunnen bellen als ze zich zorgen maken over iemand in hun omgeving (mensen met verward gedrag) of voor mensen die zelf voor niet-acute situaties hulp of advies nodig hebben. Het resterende deel van de lagere uitgaven onder de post overig betreft meerdere kleine mutaties.
2.3. Ondersteuning van het stelsel
Subsidies
Overgang integrale tarieven medisch-specialistische zorg
Zoals in de tweede suppletoire begroting 2019 is gemeld, is er in 2019 beperkt gebruik gemaakt van de subsidieregeling waarmee medisch specialisten in de periode 2017–2019 worden gefaciliteerd bij de overstap naar loondienst. Hierdoor zijn de uitgaven voor de subsidieregeling € 24 miljoen lager uitgevallen dan begroot.
Inkomensoverdrachten
Overgangsregeling FLO/VUT ouderenregeling ambulancepersoneel
Zoals gemeld in de tweede suppletoire begroting 2019, vallen de uitgaven voor de overgangsregeling FLO/VUT-ouderenregeling ambulancepersoneel in 2019 ruim € 7,5 miljoen hoger uit dan begroot.
Bijdragen aan agentschappen
Onverzekerden en wanbetalers
Zoals in de tweede suppletoire begroting 2019 is gemeld, is bij het CJIB sprake van lagere uitvoeringskosten in het kader van de aanpak van onverzekerden en wanbetalers. Dit is onder andere het gevolg van lagere aantallen wanbetalers en onverzekerden dan waarmee in de oorspronkelijke raming rekening was gehouden. Daarnaast heeft het voornemen om de zorgtoeslag om te leiden naar de zorgverzekeraars geen doorgang gevonden omdat de baten van de omleiding niet opwegen tegen de gemoeide kosten. Ten slotte heeft een aantal voor 2019 geplande onderzoeken geen doorgang gevonden. Hierdoor vallen de uitgaven in het kader van deze regeling € 3,2 miljoen lager uit dan was begroot.
Bijdragen aan ZBO's/RWT's
SVB: Onverzekerden
De wetgeving die de gegevensuitwisseling voor het opsporen van mogelijk ten onrechte verzekerde personen mogelijk moet maken, is vertraagd. In overleg met de zorgverzekeraars en de Sociale Verzekeringsbank wordt bekeken hoe ten onrechte onverzekerde personen benaderd worden. In totaliteit was hiervoor in 2019 een bedrag van € 3,1 miljoen geraamd. Deze geraamde uitgaven zijn niet gerealiseerd.
Ontvangsten
De hogere ontvangsten in 2019 worden veroorzaakt door afrekeningen van eerder verstrekte subsidievoorschotten.