Base description which applies to whole site

4.7 Artikel 37: Migratie

Een op maatschappelijk verantwoorde wijze en in overeenstemming met internationale verplichtingen gereglementeerde en beheerste toelating tot, verblijf in en vertrek uit Nederland van vreemdelingen, alsmede verkrijging van het Nederlanderschap of de intrekking daarvan.

De Minister ontwikkelt en geeft uitvoering aan het vreemdelingenbeleid en het beleid op grond van de rijkswet op het Nederlanderschap. Hij heeft daarbij:

  • een uitvoerende rol ten aanzien van de opvang van asielzoekers, de afwikkeling van toelatingsprocedures in Nederland en de terugkeer van vreemdelingen uit Nederland;

  • verantwoordelijkheid voor de uitvoering van de Vreemdelingenwet en de Rijkswet op het Nederlanderschap door het geheel aan overheidsorganisaties dat zich (primair) met het vreemdelingen- en nationaliteitsbeleid bezighoudt;

  • verantwoordelijkheid voor de uitvoeringsorganisaties Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND), Dienst Terugkeer en Vertrek (DT&V), het zelfstandig bestuursorgaan Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) en voor de centra van de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) waar de vreemdelingenbewaring en de grensdetentie ten uitvoer wordt gelegd;

  • een gezagsrelatie met de Koninklijke Marechaussee (Kmar) en de politie voor wat betreft het vreemdelingentoezicht.

Het kabinet werkte de beleidsvoornemens uit de integrale migratieagenda verder uit.

Ondanks de beperkingen van de coronacrisis heeft de IND een grote stap gezet in het wegwerken van de achterstanden en het tegelijkertijd bijhouden van de nieuwe instroom. Met het instellen van een taskforce om de achterstanden in te lopen was het de bedoeling om de achterstanden op spoor 4 nog in 2020 volledig in te lopen. Ondanks de tegenvallende productie, onder andere door corona en operationele tegenvallers, is ruim de helft van de achterstand ingelopen in 2020.

Terugkeer van vreemdelingen die verplicht zijn te vertrekken heeft hinder ondervonden van beperkingen in het luchtverkeer door corona. Inzet was om terugkeer te realiseren waar dat kon. In maart is de bewaring van Dublinclaimanten opgeheven. Dit omdat de overdracht niet binnen de termijn mogelijk was. Voor alle andere vreemdelingen in bewaring is per persoon bepaald of de bewaring kon voortduren en of vertrek mogelijk was - al dan niet later dan gepland.

In de eerste periode van de reisbeperkingen zagen de DT&V en IOM een lichte stijging van mensen die Nederland zelfstandig verlieten. Daarbij waren mensen die eerder niet in het zicht van de overheid waren.

De beperkingen door corona hebben ook weerslag gehad op de inzet van JenV (o.a. met BZ) om de migratiesamenwerking te versterken met prioritaire landen van herkomst en transit. Internationale werkbezoeken waren sterk beperkt.

Er zijn verschillende stappen gezet om de effectiviteit van het asielproces te vergroten. Er is een vernieuwd identificatie- en registratieproces ontwikkeld, waarmee een inschatting kan worden gemaakt van de kansrijkheid van de asielaanvraag. De implementatie van onderdelen van dit proces is inmiddels gestart. Op twee locaties wordt gewerkt aan de ontwikkeling van een gemeenschappelijke vreemdelingenlocatie (GVL), in aanvulling op de locatie Ter Apel, die reeds als GVL functioneert. In Budel is de ontwikkeling in 2019 al in gang gezet, in 2020 is besloten ook de locatie Gilze tot GVL te ontwikkelen en is ook daar de ontwikkeling in gang gezet.

Een beperkte groep vreemdelingen veroorzaakt disproportionele overlast. Hiermee tasten zij het draagvlak aan voor de opvang van vluchtelingen van oorlog, geweld of vervolging. In samenwerking met partijen uit de migratieketen, de strafrechtketen en het lokaal bestuur hebben we de aanpak van overlast geïntensiveerd. Zo is in februari de Handhaving- en Toezichtlocatie (htl) geopend in Hoogeveen. Het COA kan asielzoekers die stelselmatig overlast veroorzaken hiernaar overplaatsen. Sinds augustus kan het COA overlastgevende bewoners bij wijze van sanctie tijdelijk apart zetten in een sobere time-out-plek. Zulke plekken zijn op iedere COA-locatie gerealiseerd.

Tabel 26 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 37 (bedragen x € 1.000)
  

Realisatie 2016

Realisatie 2017

Realisatie 2018

Realisatie 2019

Realisatie 2020

Vastgestelde Begroting 2020

Verschil

Art.nr.

Verplichtingen

1.664.931

1.513.581

1.332.603

1.256.020

1.459.838

1.236.560

223.278

         
         
 

Programma-uitgaven

1.686.919

1.526.383

1.335.918

1.277.149

1.455.848

1.236.560

219.288

37.2

Toegang, toelating en opvang vreemdelingen

       
 

Bijdrage Agentschappen

       
 

Immigratie- en Naturalisatiedienst

371.020

365.759

359.775

404.969

507.188

414.386

92.802

 

DJI-Vreemdelingenbewaring en uitzetcentra

0

0

84.577

81.559

73.459

81.720

‒ 8.261

 

Bijdrage ZBO/RWT's

       
 

Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA)

1.124.049

964.901

702.162

637.789

758.808

606.348

152.460

 

Nidos-opvang

134.561

135.649

130.139

91.033

71.361

88.452

‒ 17.091

 

Bijdrage medeoverheden

       
 

Overige bijdragen medeoverheden

7

0

0

0

0

0

0

 

Subsidies

       
 

Vluchtelingenwerk Nederland (VWN) ea

11.577

10.017

9.236

9.552

9.383

9.884

‒ 501

 

Overige subsidies

1.595

938

1.157

4.820

3.825

1.696

2.129

 

Opdrachten

       
 

Keteninformatisering

13.814

6.041

4.801

3.786

4.875

5.332

‒ 457

 

Versterking vreemdelingenketen

4.052

6.356

10.244

5.443

8.867

3.105

5.762

         

37.3

Terugkeer

       
 

Bijdrage Agentschappen

       
 

DJI (Dienst Vervoer en Ondersteuning)

7.880

9.921

9.836

10.377

6.851

7.983

‒ 1.132

 

Subsidies

       
 

REAN-regeling

10.346

4.843

5.547

5.547

5.547

5.743

‒ 196

 

Overige subsidies

0

2.221

2.432

2.614

1.820

3.055

‒ 1.235

 

Opdrachten

       
 

Vreemdelingen vertrek

8.018

19.737

16.012

19.660

3.864

8.856

‒ 4.992

         
 

Ontvangsten

485.135

308.945

239.644

229.027

67.295

3.000

64.295

Verplichtingen

Zie voor de toelichting op het verschil tussen begroting en realisatie bij de verplichtingen de toelichting bij de verschillende instrumenten onder de programmauitgaven.

Asielreserve

De begrotingsreserve Asiel is in 2010 gecreëerd toen het asieldossier in plaats van generaal specifiek werd en is aan de Tweede Kamer gemeld via de begroting 2011. De asielreserve is bedoeld om fluctuaties in de lastig voorspelbare uitgaven voor (de instroom van) asielzoekers op te vangen.

Tabel 27 Asielreserve

Beginstand 2019

Toevoegingen 2019

Onttrekkingen 2019

Beginstand 2020

Toevoegingen 2020

Onttrekkingen 2020

Eindstand 2020

102,8

12,1

102,7

12,2

53,7

12,2

53,7

De stand van de asielreserve op 31 december 2020 is € 53,7 mln. Ten behoeve van de dekking van de kosten van dwangsommen bij de IND is € 12,2 mln onttrokken aan de asielreserve. Zoals bij 2e suppletoire begroting vermeld, is er bij COA als gevolg van de lagere bezetting ten opzichte van verwachting bij 1e suppletoire begroting, een meevaller van € 53,7 mln. Deze is in de asielreserve gestort.

Kengetallen vreemdelingenketen

Onderstaande tabel geeft een overzicht van de belangrijkste kengetallen voor de vreemdelingenketen.

Tabel 28 Kengetallen vreemdelingenketen

Vreemdelingenketen (aantallen)

Realisatie 2014

Realisatie 2015

Realisatie 2016

Realisatie 2017

Realisatie 2018

Realisatie 2019

Realisatie 2020

Prognose 2020

Asiel

        

Asielinstroom1

29.890

58.800

33.670

35.030

32.230

31.270

19.130

20.440

Overige instroom2

18.050

23.200

15.700

2.580

3.310

3.670

3.690

 

Opvang COA

        

Instroom in de opvang

29.820

60.430

35.920

39.190

36.600

36.300

24.030

28.230

Uitstroom uit de opvang

20.280

36.930

55.580

46.090

35.100

31.380

23.260

22.960

Gemiddelde bezetting in de opvang

19.590

30.280

37.160

23.150

21.200

24.670

27.370

28.240

Toegang en Toelating IND

        

Instroom MVV nareis

14.040

24.100

31.680

7.590

6.580

6.130

9.300

10.400

Instroom VVR

22.260

31.340

35.700

40.460

46.750

53.378

68.630

64.690

Instroom TEV

35.840

41.870

49.740

51.410

57.100

61.954

42.780

45.600

Instoom VISA

1.190

1.010

3.830

3.000

2.210

453

330

1.800

Instroom naturalisatieverzoeken

24.820

25.540

23.190

23.360

26.080

44.400

43.660

40.000

Streefwaarden Terugkeer (ketenbreed)

        

Zelfstandig vertrek (%)

26%

28%

26%

14%

15%

20%

27%

20%

Gedwongen vertrek (%)

28%

27%

27%

29%

28%

26%

21%

30%

Zelfstandig vertrek zonder toezicht (%)

47%

45%

47%

58%

57%

54%

52%

50%

Bronnen: INDIS/INDiGO, Maandrapportage COA, Meerjarenraming Vreemdelingenketen en JenV/KMI+.

1

Tot de asielinstroom behoren de eerste asielaanvragen, relocatie en hervestiging, 2e en opvolgende asielaanvragen en inreis van nareizigers.

2

Dit betreft zij-instroom

Asiel

De gemiddelde bezetting was gedurende 2020 substantieel hoger dan de gemiddelde bezetting in 2019. De hogere bezetting in de opvang is voornamelijk veroorzaakt door de opgelopen achterstanden bij het afhandelen van asielaanvragen bij de IND. Daarnaast bleef het huisvesten van vergunninghouders bij gemeenten achter op de taakstelling, waardoor ook de uitstroom stagneerde. Bij de start van de COVID-19 pandemie is de bezetting gestabiliseerd als gevolg van een significant lagere asielinstroom en het sluiten van COA-locaties voor nieuwe asielzoekers. Vanaf mei is het asielproces weer van start gegaan en liep de bezetting bij het COA geleidelijk op. Aangezien het voor het COA moeilijk is gebleken om in 2020 nieuwe locaties te openen of om bestaande locaties uit te breiden, was de gemiddelde bezettingsgraad bij het COA hoog.

Reguliere vreemdelingen

Het aantal aanvragen op MVV nareis is lager dan eerder werd geprognosticeerd. De Taskforce die is aangesteld in het eerste kwartaal van 2020 met als opdracht de achterstanden bij de IND in 2020 weg te werken is slechts deels geslaagd in de opdracht. De Taskforce heeft in 2020 ruim 8.000 aanvragen afgehandeld, het restant aan zaken zal in 2021 afgehandeld worden. De aantallen van VVR zijn gestegen met name door de aanvragen van burgers uit het verenigd koninkrijk als gevolg van de Brexit. Door de invloed van COVID-19 zijn de aanvragen op TEV en Visa lager dan eerder werd aangenomen.

Naturalisatie

Het aantal aanvragen voor naturalisatie is in lijn met de eerdere prognoses. Hier zijn geen bijzonderheden te melden.

37.2 Toegang, toelating en opvang vreemdelingen

Bijdragen agentschappen

Immigratie- en Naturalisatiedienst

De Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) is verantwoordelijk voor de uitvoering van het vreemdelingenbeleid en het beleid ten aanzien van de Rijkswet op het Nederlanderschap. Dat houdt in dat de IND alle aanvragen beoordeelt van vreemdelingen die in Nederland willen verblijven of Nederlander willen worden. Het kan gaan om vluchtelingen die niet veilig zijn in eigen land, maar ook om mensen die in Nederland willen werken en wonen of zich willen laten naturaliseren tot Nederlander.

De bekostiging van de IND vindt plaats door de bijdrage van het moederdepartement en opbrengsten derden. De bijdrage van het moederdepartement is gebaseerd op de vastgestelde kostprijzen (P), de instroomaantallen (Q) en een lumpsumbekostiging voor de materiële kosten (ICT, huisvesting, staf e.d.). De opbrengsten derden bestaan onder andere uit leges die vreemdelingen betalen voor de diensten van de IND en voor een kleiner gedeelte uit opbrengsten van Europese subsidies. Tabel 27 maakt zichtbaar hoe het budget is verdeeld over de verschillende productgroepen.

In 2020 is een Taskforce aangesteld om de oude voorraad van voor 1 april 2020 weg te werken. De opdracht van de Taskforce bestond uit 15.350 zaken. In 2020 is in ruim de helft van deze zaken beslist. De overgebleven zaken dienen medio 2021 afgerond te zijn. De IND heeft de opdracht gekregen om de ingediende aanvragen vanaf 1 april 2020 binnen de wettelijke termijn te beslissen. Op een klein aantal van deze zaken (20) is buiten de wettelijke termijn beslist, met een korte en uitlegbare overschrijding. Het betreft hier zaken die samenhangen met aanvragen die in de voorraad van de Taskforce zitten. Dit zijn bijvoorbeeld aanvragen van kinderen die geboren zijn bij ouders die met hun aanvraag in de voorraad van de Taskforce zitten, de aanvraag van het kind loopt direct mee in de procedure van de ouders. Het kan ook gaan om zogenoemde zij-instroomzaken die al tegen of over de termijn zijn bij het (weer) instromen in het asielproces. De IND heeft verschillende processen (sporen) ingericht voor verschillende typen asielaanvragen. De doorlooptijd van de verschillende sporen kent een grote variatie. De doorlooptijd op spoor 1 (Dublin) is gemiddeld 14 weken, spoor 2 (mensen uit veilige landen) had een gemiddelde doorlooptijd van 7 weken. Spoor 4 valt uiteen in de Algemene Asielprocedure (gemiddelde doorlooptijd van 39 weken) en de Verlengde Asielprocedure (gemiddelde doorlooptijd van 60 weken). Het is de verwachting dat de IND eind 2021 in staat is om 90% van de asielaanvragen binnen de wettelijke termijn te beslissen.

Onderstaande tabel maakt zichtbaar hoe het budget is verdeeld over de verschillende productgroepen.

Tabel 29 productgroepen IND
 

Realisatie 2020

Begroting 2020

Verschil

Productgroep

   

Asiel

120.268

81.713

38.555

Regulier

138.685

122.185

16.500

Naturalisatie

21.888

8.955

12.933

Ketenondersteuning

3.670

5.701

‒ 2.031

Lumpsum

175.253

151.476

23.777

Bekostiging

   

Totale bekostiging

459.764

370.029

89.735

Diversen

‒ 8.415

  

Bijdragen derden

‒ 51.629

‒ 46.400

‒ 5.229

Bijdrage JenV

399.720

323.629

76.091

Voor verdere onderbouwing van de uitgaven wordt verwezen naar de agentschapsparagraaf.

In verband met een hogere instroomverwachting, een kasschuif om de kosten van de Taskforce af te dekken, het wegwerken van voorraden door de Taskforce en verwachte hoge dwangsomuitgaven is het budget voor toelating € 92,8 mln. hoger dan in de begroting.

In onderstaande tabel staan kengetallen met betrekking tot de doorlooptijd van de vreemdelingenzaken waarop binnen de termijn is besloten.

Tabel 30 kengetallen IND doorlooptijden
 

Realisatie 2014

Realisatie 2015

Realisatie 2016

Realisatie 2017

Realisatie 2018

Realisatie 2019

Realisatie 2020

Begroting 2020

         

Asiel

93%

96%

91%

86%

87%

81%

79%

90%

Regulier

91%

91%

89%

82%

83%

86%

88%

95%

Naturalisatie

86%

96%

95%

93%

68%

54%

53%

95%

Bronnen: begroting JenV en realisatiecijfers IND.

Toelichting

Bij een groot deel van de zaken is door de IND binnen de termijn besloten. Voor een deel van de asielaanvragen is dat niet het geval, als gevolg van de opgelopen achterstanden in de afgelopen jaren, het grillige instroompatroon en de toegenomen complexiteit van die aanvragen. De IND heeft verschillende processen (sporen) ingericht voor verschillende typen asielaanvragen. De doorlooptijd van de verschillende sporen kent een grote variatie. De doorlooptijd op spoor 1 (Dublin) is gemiddeld 14 weken, spoor 2 (mensen uit veilige landen) had een gemiddelde doorlooptijd van 3 weken. Spoor 4 valt uiteen in de Algemene Asielprocedure (gemiddelde doorlooptijd van 32 weken) en de Verlengde Asielprocedure (gemiddelde doorlooptijd van 46 weken). In 2019 is door de IND extra personeel aangetrokken zodat in de loop van 2020 de ontstane achterstand geleidelijk kan worden ingelopen en de nieuwe instroom zo goed mogelijk binnen de termijnen kan worden afgehandeld.

De gemiddelde doorlooptijd van de reguliere producten is lager dan de norm van 95%. Dit wordt vooral veroorzaakt door het wegwerken van de opgelopen werkvoorraad MVV nareis, zowel 1e aanleg als bezwaar. Het wegwerken van deze voorraden heeft prioriteit.

Een deel van de besliscapaciteit voor naturalisatiezaken is ingezet op andere werksoorten. Dit is ten koste gegaan van het tijdig afhandelen van naturalisatiezaken, waardoor de streefwaarde met betrekking tot de doorlooptijd niet is gehaald.

Bijdragen aan ZBO’s en RWT’s

Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA)

Het COA wordt voornamelijk op PxQ-basis (prijs maal de gemiddelde bezetting) gefinancierd.

Bij de ontwerpbegroting van 2020 is uitgegaan van een bijdrage aan het COA (en aan opvang gelieerde activiteiten) van c.a. € 606,3 mln. 2020 was voornamelijk een jaar met grote onzekerheden op het gebied van instroom en uitstroom, wat zich ook heeft geuit in de mutaties in de begroting gedurende het jaar. Tijdens de 1e suppletoire begroting is de begroting verhoogd naar c.a. € 808,5 mln. als gevolg van een toename in de verwachte asielinstroom en oplopende verblijfsduur in de opvang, waarna dit na de 2e suppletoire bijgesteld is tot € 760,4 mln. als gevolg van een lagere bezetting bij het COA als gevolg van een lagere asielinstroom door de COVID-19 pandemie en de hiermee samenhangende maatregelen.

Uiteindelijk is in 2020 ca. € 701,1 mln verstrekt middels een subsidie aan het COA om te voorzien in een gemiddelde bezetting van ca. 28.010 bewoners, naast dat er € 53,7 mln. is toegevoegd aan de asielreserve om te voorzien in de lagere toerekening van asieluitgaven aan Official Development Assistance (ODA). Vanwege de langere opvangduur kunnen steeds minder asielzoekers aan ODA worden toegerekend. De overige kosten betreffen kleine mutaties met opvangdoeleinden als basis, hieronder valt bijvoorbeeld een bijdrage van ca. € 1,9 mln. aan de International Organisation Migration (IOM) voor de bijdragen die zij leveren in het kader van hervestiging die sinds 2020 niet meer via het COA zelf verlopen.

Dit maakt dat in 2020 de uitgaven voor het COA (en aan opvang gelieerde activiteiten) van ca. € 758,8 mln. nagenoeg overeenkomen met de na de 2e suppletoire begroting bijgestelde begroting van ca. € 760,4 mln.

Tabel 31 Kengetal verblijfduur in COAopvang
 

Realisatie 2015

Realisatie 2016

Realisatie 2017

Realisatie 2018

9Realisatie 2018

Realisatie 2020

Prognose 2020

Gemiddelde opvangduur vergunninghouders na vergunningverlening

4,6

4,7

4,1

5,6

4,4

5,3

4,0

Gemiddelde verblijfsduur opvang op basis van uitstroom

8,1

8,1

7,4

7,9

7,9

14

13,0

Toelichting

Bewoners in de COA-opvang verbleven in 2020 gemiddeld c.a. 14 maanden in de opvang. Dit betreffen asielzoekers in afwachting van een besluit op hun asielaanvraag door de IND en asielzoekers die reeds een afwijzend of inwilligend besluit van de IND hebben ontvangen en in de respectievelijke terugkeerprocessen of huisvestingsprocessen bevinden.

De stijging in de gemiddelde verblijfsduur valt grotendeels te verklaren door de daling van de asielinstroom en -uitstroom gedurende 2020 als gevolg van de COVID-19 pandemie. Door deze lagere instroom zijn er relatief weinig asielzoekers ingestroomd die nu nog relatief kort in de opvang verblijven. Hierdoor is de gemiddelde verblijfsduur gedurende 2020 significant toegenomen.

De gemiddelde opvangduur van vergunninghouders na vergunningverlening is toegenomen naar c.a. 5,3 maanden. Eén oorzaak hiervan is de beperkte woningvoorraad van gemeenten voor deze doelgroep gecombineerd met en algehele krapte op de woningmarkt. Daarnaast was het gedurende de eerste intelligente lockdown door de COVID-19 pandemie significant moeilijker voor gemeenten (en ondersteunende organisaties zoals VluchtelingenWerk Nederland) om vergunninghouders te huisvesten. Ook is het in 2020 niet gelukt om de achterstand op de huisvestingstaakstelling uit 2019 in te lopen. Hierdoor is de doorlooptijd van de fase tussen het koppelen van een bewoner aan een gemeente en de datum van ingang van het huurcontract significant toegenomen na 1 april 2020. Sinds oktober en november laat de doorlooptijd van deze fase een dalende tendens zien, maar heeft deze niet het niveau van voor de pandemie bereikt.

Stichting Nidos

Stichting Nidos is bij ministeriële regeling aangewezen voor de tijdelijke voogdij over alleenstaande minderjarige vreemdelingen vanaf het moment dat zij zich in Nederland melden. Daarnaast is Nidos aangewezen voor het uitvoeren van de kinderbeschermingsmaatregel ondertoezichtstelling wanneer het om kinderen uit vluchtelingengezinnen gaat.

Op basis van het Subsidiebesluit rechtspersonen voor voogdij en gezinsvoogdij vreemdelingen 2015 zorgt Nidos voor opvang in pleeggezinnen. Ook zorgt Nidos voor kleinschalige opvang voor vergunninghouders. De bijdrage aan Nidos bestaat uit verzorgingskosten en uit begeleidingskosten. Deze bijdrage wordt op basis van jaarplannen verstrekt en is voor wat betreft de begeleidingskosten direct gerelateerd aan het aantal pupillen onder Nidos' begeleiding. De jaarlijkse instroom van AMV’s en de uitstroom naar gemeenten is van invloed op het aantal pupillen onder Nidos' begeleiding.

De totale bijdrage aan Stichting Nidos bedraagt over 2020 € 71,3 mln. Dit bedrag is € 17,1 mln. lager dan begroot (Rijksbegroting 2020 € 88,5 mln.) door lager uitvallende kosten voor onder meer de verzorging voor alleenstaande minderjarige vreemde­lingen en door de lagere amv's bezetting in de Nidos-opvang mede door de coronamaatregelen.

Dienst Justitiële Inrichtingen

De vreemdelingenbewaring van DJI is verantwoordelijk voor aan de grens geweigerde vreemdelingen, illegale vreemdelingen en drugskoeriers. De vreemdelingen verblijven op grond van een bestuursrechtelijke maatregel in een detentiecentrum.

DJI draagt zorg voor de vreemdeling vanaf het moment dat een vreemdeling vanuit de politie, de DT&V of de Koninklijke Marechaussee is overgebracht naar een inrichting voor vreemdelingenbewaring dan wel grensdetentie van DJI.

Het is de taak van DJI om vreemdelingen in de detentiecentra zo goed mogelijk te verzorgen, te ondersteunen bij voorbereiding van de terugkeer en hen beschikbaar te houden voor vertrek uit Nederland.

Ten behoeve van gezinnen met minderjarige kinderen en alleenstaande minderjarige vreemdelingen (AMV’s) is de Gesloten Gezinsvoorziening (GGV) te Zeist beschikbaar.

In de agentschapsparagraaf van DJI vindt u nadere informatie over vreemdelingenbewaring.

Daarnaast werkt DJI steeds vaker samen met het COA, bijvoorbeeld als het gaat om de opvang van asielzoekers in de extra begeleiding en toezichtlocatie (HTL).

Het verschil van € 8,3 mln. wordt veroorzaakt door o.a. een (technische) verschuiving over de artikelonderdelen om de verdeling van de bijdrage in overeenstemming te brengen met de DJI-begroting op de diverse artikelonderdelen (ca. € 7,8 mln.) Daarnaast is in de opdracht 2020 besloten 42 operationele plekken minder af te nemen. Dit is inmiddels in de ontwerpbegroting 2021 verwerkt (ca. € 4 mln.)

Subsidies

Vluchtelingenwerk Nederland

Vereniging Vluchtelingenwerk Nederland (VWN) zet zich op basis van Universele verklaring voor de Rechten van de Mens in voor de bescherming en het behartigen van de belangen van vluchtelingen en asielzoekers. VWN heeft een bij wet vastgelegde taak ten aanzien van voorlichting aan asielzoekers direct na aankomst in Nederland. VWN geeft voorafgaand aan de asielprocedure voorlichting over de procedure, de rol van alle actoren in de keten en de eigen rol van de asielzoeker. Zowel de inhoud van de voorlichting als het moment van de voorlichting (kort voor de start van de algemene asielprocedure) en de locaties (POL) zijn afgestemd met COA, IND en rechtsbijstand.

Ook geeft VWN in alle COA-locaties begeleiding in de asielprocedure, geeft met behulp van tolken uitleg over brieven van IND en advocaten, helpt met het verkrijgen van documenten (ID-bewijzen of documenten die relevant zijn voor de beoordeling van de beschermingsvraag door IND) en vangt vragen over voortgang in de procedure af voor advocaat en IND.

Tevens gaat VWN na afwijzing gesprekken aan over de juridische situatie en de mogelijkheden van beroep en terugkeer en geeft ook eigen ondersteuning bij terugkeer.

Daarnaast ondersteunt VWN vergunninghouders in alle COA-locaties bij gezinshereniging.

De totale toegekende subsidie aan VWN bedroeg over 2020 € 9,4 mln.

Opdrachten

Keteninformatisering

Ook in 2019 zijn vanuit dit budget de beheerkosten, inclusief de (beperkte) doorontwikkeling en vernieuwing van de centrale voorzieningen gefinancierd, die gebruikt worden voor digitale informatie-uitwisseling binnen de Vreemdelingenketen.

Het verschil van € 10,7 mln. wordt veroorzaakt doordat de interne verrekeningen voor desaldering derdenrekeningen nog niet waren verwerkt door de CFA.

Versterking vreemdelingenketen

In 2020 zijn vanuit dit budget diverse (kleinere) opdrachten gefinancierd met als doel verbeteringen in de vreemdelingenketen te bewerkstelligen.

37.3 Terugkeer

Bijdragen aan agentschappen

DJI/Dienst Vervoer en Ondersteuning

De DT&V schakelt de Dienst Vervoer en Ondersteuning (DV&O) in voor het vervoer van vreemdelingen.

Subsidies

REAN-regeling

REAN staat voor Return and Emigration Assistance from the Netherlands en betreft een programma waarmee vrijwillige terugkeer en herintegratie wordt ondersteund.

De Internationale Organisatie voor Migratie (IOM) in Nederland voert op verzoek van het Ministerie van Justitie en Veiligheid het REAN-programma uit. Op basis van dit programma biedt IOM praktische terugkeerondersteuning aan vreemdelingen die naar Nederland zijn gekomen met het oog op langdurig verblijf en zelfstandig uit Nederland willen vertrekken, maar niet over voldoende middelen beschikken om hun eigen vertrek te organiseren. Daarnaast wordt via het REAN-programma aan een specifieke groep vreemdelingen herintegratieondersteuning aangeboden in het land van herkomst. De IOM levert daarmee een bijdrage aan de uitvoering van het Nederlandse terugkeerbeleid.

Overige subsidies

Niet-gouvernementele organisaties in Nederland voeren op grond van de Subsidieregeling ondersteuning zelfstandig vertrek 2019 projecten uit met als doel om onrechtmatig verblijf van vreemdelingen in Nederland te voorkomen of te beëindigen door hun zelfstandig vertrek uit Nederland te ondersteunen. De nadruk ligt op activiteiten die erop gericht zijn vertrekplichtige vreemdelingen te bewegen tot zelfstandig vertrek uit Nederland. Daarnaast beoogt de subsidieregeling gemeenschapsonderdanen die de intentie hadden om zich voor langere duur in Nederland te vestigen, die het niet gelukt is om in Nederland voldoende inkomsten te genereren om in hun eigen levensonderhoud te voorzien, die voor overlast (kunnen) zorgen en die sociaal maatschappelijke begeleiding nodig hebben bij hun terugkeer of herintegratie, te ondersteunen bij terugkeer. Daarnaast worden incidentele pilot projecten gericht op het vertrek van vreemdelingen gesubsidieerd.

Opdrachten

Vertrek Vreemdelingen

Als professionele terugkeerorganisatie voert de Dienst Terugkeer en Vertrek (DT&V) het terugkeerbeleid uit. De DT&V regisseert met behulp van casemanagement het vertrek van vreemdelingen die geen recht hebben op verblijf in Nederland. Uitgangspunt is dat de vreemdeling de kans heeft om zelfstandig te vertrekken, met of zonder hulp van de DT&V en maatschappelijke organisaties zoals IOM. Zo levert de DT&V een bijdrage aan de veiligheid, het maatschappelijk evenwicht en aan het draagvlak voor het Nederlandse toelatingsbeleid. COVID-19 heeft gedurende 2020 impact gehad op de werkzaamheden van de DT&V, deze zijn middels kamerbrieven separaat toegelicht3839,.

In de eerste fase van de uitbraak is gekozen om de contacten in de hele vreemdelingenketen tot een minimum te beperken. Daarnaast golden en gelden voor veel landen zowel binnen als buiten de EU stringente reisbeperkingen. Gelijktijdig met het hervatten van de asielprocedure heeft DT&V haar vertrekhandelingen conform de richtlijnen van het RIVM weer kunnen opschalen, zij het op een lager niveau dan gebruikelijk.

Apparaatsuitgaven van de DT&V zijn opgenomen in artikel 91 omdat de DT&V een dienstonderdeel is van het kerndepartement van Justitie en Veiligheid.

Ontvangsten

De ontvangsten in 2020 komen deels voort uit de afrekening van teveel betaalde bedragen in 2019 van € 10,7 mln. voor Nidos en een afroming van het Eigen Vermogen van € 22,8 mln. bij het COA. Verder is in 2020 € 12,2 mln. onttrokken aan de asielreserve ten behoeve van de dekking van de kosten van dwangsommen bij de IND.

38

Kamerstukken II 2020/21, 19637, nr. 2666,

39

Kamerstukken II 2020/21, 19637, nr. 2690

Licence