Een veilige samenleving met behulp van een goed functionerende politieorganisatie.
De Minister heeft een financierende en regisserende rol ten aanzien van de politie en de Politieacademie. Hierbij zijn drie verantwoordelijkheden te onderscheiden:
• De eerste verantwoordelijkheid betreft de inrichting, werking en ontwikkeling van het politiebestel en van het opleidingsstelsel voor de politie;
• De tweede verantwoordelijkheid betreft de bevoegdheden en het beheer ten aanzien van de politie. Onder deze beheersverantwoordelijkheid van de Minister13 valt het vaststellen van de begroting, de meerjarenraming, de jaarrekening, het beheersplan, het jaarverslag en de operationele sterkte. De korpschef is belast met de leiding en het beheer van de politie. De korpschef opereert binnen de kaders die de Minister stelt en legt verantwoording af aan de Minister. Die verantwoording betreft tevens de mensen en middelen die de korpschef om niet ter beschikking stelt aan de Politieacademie. De Minister kan de korpschef te allen tijde over alle beheeraangelegenheden algemene en bijzondere aanwijzingen geven;
• Tot slot stelt de Minister vanuit zijn beleidsverantwoordelijkheid, gehoord het College van procureurs-generaal en de regioburgemeesters, ten minste eens in de vier jaar de landelijke beleidsdoelstellingen van de politie vast.
De Minister heeft ten aanzien van het politie- en brandweerkorps Bonaire, Sint Eustatius en Saba (Caribisch Nederland) een financierende en regisserende rol. De beheersverantwoordelijkheid voor het politie- en brandweerkorps Bonaire, Sint Eustatius en Saba, berust bij hem.14
In 2020 is zichtbaar geworden dat de forse vervangingsopgave en de structurele uitbreiding van de politie tijdelijk tot een onderbezetting in de beschikbare politiecapaciteit leidt, met name voelbaar in de (roosterdiensten in de) GGP (gebiedsgebonden Politiewerk). Om de politie sneller weer op zijn (uit te breiden) capaciteit te brengen is in overleg met politie en vakbonden besloten tot een vernieuwing van het basispolitieonderwijs die de opleidingsduur zal terugbrengen van drie naar twee jaar en het onderwijs meer toekomstbestendig zal maken.
Met de realisatie van deze maatregelen is de politieorganisatie op weg naar een nieuw evenwicht tussen formatie- en bezetting in 2024 ‒ 2025, ook binnen het GGP. Vanaf dat moment is de vervangingsopgave achter de rug en zal de landelijke uitbreiding van de operationele capaciteit met 2.400 fte gerealiseerd zijn15.
In 2020 heeft de politie stappen gezet richting meer flexibiliteit en maatwerk door onder meer de politiechef of lijnchef (meer) inzicht te geven in (de kosten van) de mensen en middelen die hij ter beschikking heeft voor de uitvoering van de politietaak en door extra ondersteuning van eenheden op het gebied van de bedrijfsvoering.
Het ontwerpbesluit waarmee de bandbreedte op de operationele sterkte wordt geïntroduceerd, is conform Politiewet 2012 voorgehangen bij de Tweede en Eerste Kamer. Naar verwachting wordt het ontwerpbesluit begin 2021 voor advies aan de Raad van State aangeboden.
Net als in 2019 blijven de resultaten op de afspraken over mensenhandel en cybercrime een aandachtspunt. Voor de mensenhandel-afspraak16 geldt echter dat er in 2020 ten opzichte van 2019 weer een stijgende lijn te zien is. De resultaten voor de Veiligheidsagenda 2019-2022 moeten worden bezien tegen de achtergrond van de COVID-19 crisis en het bredere capaciteitsvraagstuk bij de politie. Die omstandigheden speelden ook een rol bij de herijking van de Veiligheidsagenda17 die in 2020 heeft plaats gevonden: gehoord de gezagen heeft de Minister van Justitie en Veiligheid besloten om de beleidsdoelstellingen uit 2019 te handhaven in 2020.
Met het kabinetsstandpunt evaluatie Politiewet 2012 is gekozen voor doorontwikkeling en verbetering van de politie en het politiebestel. Dit is een proces van meerdere jaren. In 2020 heeft de politie binnen de vigerende wet- en regelgeving onder meer werk gemaakt van het verbeteren van de informatiepositie van het gezag en via doorontwikkeling in de wijze van intern budgetteren in het creëren van meer regionale en lokale ruimte. De Raad van State heeft eind 2020 geadviseerd over het wetsvoorstel waarmee de doorontwikkeling van het LOVP (Landelijk Overleg Veiligheid en Politie) de grotere ruimte van de korpschef op het terrein van het beheer en de modernisering van de bijstand wordt vormgegeven. Dit wetsvoorstel wordt begin 2021 aan de Kamer aangeboden.
2020 was het laatste uitvoeringsjaar van het Arbeidsvoorwaardenakkoord 2018-2020 Politie. Als nadere invulling van dat akkoord is in 2020 een overeenkomst bereikt over de vernieuwing van het basispolitieonderwijs, een regeling voor vervroegd uittreden en enkele aanvullende maatregelen gericht op versterking van de capaciteit van de politie. In de looptijd van het Arbeidsvoor-waardenakkoord 2018-2020 is veel bereikt: bijna alle afspraken uit dit akkoord zijn gerealiseerd. Daarbij gaat het om afspraken op het gebied van de loonontwikkeling, capaciteit en inzetbaarheid, loopbaan en ontwikkeling, veilig en gezond werken en duurzame inzetbaarheid. Dit is bevestigd in het periodieke monitoringsoverleg tussen de Minister, de korpschef en de vakbonden. De nog openstaande afspraken zijn geborgd in werkgroepen of worden meegenomen in het (nog vast te stellen) arbeidsvoorwaardenakkoord 2021 e.v. Dit akkoord is in 2020 inhoudelijk voorbereid, maar dat heeft nog niet tot een resultaat geleid.
Vanaf 1 juli 2020 is de Wijzigingswet meldkamers (stb-2020-140) van kracht: een historische mijlpaal voor alle meldkamers, de hulpdiensten van politie, ambulance, brandweer en de KMar en de Landelijke Meldkamer Samenwerking (LMS). In 2010 stond het verbeteren van de meldkamer al opgenomen in het Regeerakkoord ‘Vrijheid en verantwoordelijkheid’. In 2013 werden hiervoor de gezamenlijke doelen vastgesteld, met de ondertekening van het Transitieakkoord Meldkamer van de toekomst door 54 partners in het meldkamerdomein. Bijna 10 jaar na het Regeerakkoord is nu de Wijzigingswet meldkamers in werking.
De Wijzigingswet meldkamers en de in 2020 tot stand gekomen nadere regelgeving geven kaders voor de nieuwe inrichting van het meldkamerdomein en voor het verder optimaliseren van de werking van de meldkamers. De regeling Hoofdlijnen van beleid en beheer meldkamers bevat kaders voor het beleid en beheer in het meldkamerdomein18, de inrichting van de multidisciplinaire sturing en van de beleids- en beheercyclus waarbinnen het jaarlijkse beleids- en bestedingsplan van de meldkamers tot stand komt. In het Besluit aanwijzing meldkamers19 zijn de in totaal 10 meldkamerlocaties aangewezen.
Het beleid en beheer is gebaseerd op tien operationeel en technisch met elkaar verbonden meldkamers waarop de hulpverleningsdisciplines hun meldkamerfuncties (gezamenlijk) kunnen uitoefenen. De partijen zijn daarbij verantwoordelijk voor de eigen meldkamerfunctie en hebben een gezamenlijke verantwoordelijkheid voor het functioneren en de kwaliteit van de meldkamers. Het beheer van de meldkamers is in januari 2020 overgedragen aan de politie. Er is een opbouwfase van 3 jaar afgesproken voor de LMS om het beheer volledig in te richten. Het stelsel van tien operationeel en beheersmatig met elkaar verbonden meldkamers moet uiterlijk in 2025 zijn gerealiseerd. Hiertoe moeten nog twee nieuwe meldkamers worden gerealiseerd namelijk Midden-Nederland (Hilversum) en Oost-Nederland (Apeldoorn). In juni 2020 is de nieuwe meldkamer Zeeland-West-Brabant (Bergen op Zoom) operationeel geworden.
Realisatie 2016 | Realisatie 2017 | Realisatie 2018 | Realisatie 2019 | Realisatie 2020 | Vastgestelde Begroting 2020 | Verschil | ||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Art.nr. | Verplichtingen | 5.577.340 | 6.038.522 | 5.894.753 | 6.294.120 | 6.655.038 | 6.270.549 | 384.489 |
Programma-uitgaven | 5.595.908 | 6.020.985 | 5.901.324 | 6.306.609 | 6.494.298 | 6.271.396 | 222.902 | |
31.2 | Bekostiging politie | |||||||
Bijdrage ZBO's/RWT's | ||||||||
Politie | 5.312.824 | 5.861.219 | 5.735.326 | 6.115.466 | 6.232.513 | 6.003.844 | 228.669 | |
Politieacademie | 109.458 | 2.797 | 2.856 | 2.926 | 3.009 | 2.929 | 80 | |
Bijdrage medeoverheden | ||||||||
BES brandweer- en politiekorps | 22.733 | 23.075 | 23.085 | 24.519 | 22.996 | 23.660 | ‒ 664 | |
Opdrachten | ||||||||
Taptolken | 10.202 | 9.136 | 10.067 | 10.011 | 8.577 | 10.878 | ‒ 2.301 | |
31.3 | Kwaliteit, Arbeidsvoorwaarden en ICT politie | |||||||
Bijdrage ZBO's/RWT's | ||||||||
Internationale samenwerkingsoperaties | 10.729 | 10.476 | 10.181 | 10.513 | 9.764 | 11.172 | ‒ 1.408 | |
Beheer multisystemen | 110.269 | 100.164 | 105.344 | 126.324 | 198.948 | 201.058 | ‒ 2.110 | |
Overige bijdragen ZBO's RWT's | 1.019 | 837 | 849 | 860 | 858 | 828 | 30 | |
Bijdrage medeoverheden | ||||||||
Bijdragen in het kader van de kwaliteit van de politiezorg | 770 | 750 | 838 | 2.234 | 808 | 923 | ‒ 115 | |
Subsidies | ||||||||
Opsporing | 500 | 700 | 1.225 | 175 | 2.300 | 716 | 1.584 | |
Stichting Arbeidsmarkt en Opleidingsfonds Politie | 4.528 | 1.473 | 1.473 | 3.473 | 3.473 | 3.714 | ‒ 241 | |
Overige subsidies | 878 | 337 | 250 | 220 | 714 | 527 | 187 | |
Opdrachten | ||||||||
Providers | 9.752 | 8.895 | 8.741 | 8.723 | 8.367 | 9.367 | ‒ 1.000 | |
Overige opdrachten | 2.246 | 1.126 | 1.089 | 1.165 | 1.971 | 1.780 | 191 | |
Ontvangsten | 17.848 | 16.199 | 20.878 | 14.145 | 14.858 | 12.658 | 2.200 |
Verplichtingen
Het verschil van € 161 mln. tussen de gerealiseerde verplichtingen en programmauitgaven heeft voornamelijk betrekking op de verwerking van de vroegpensioenregeling politie; de verplichtingen zijn in 2020 incidenteel met € 134 mln. opgehoogd. Dit zorgt in de latere jaren voor een daling van het verplichtingenbudget.
31.2. Bekostiging Politie
Bijdrage aan ZBO's en RWT's
Politie
De politie levert een belangrijke bijdrage aan het handhaven en vergroten van de veiligheid in Nederland. De politie ontvangt daartoe bijdragen van de Minister. De algemene bijdrage wordt als lumpsumbudget ter beschikking gesteld aan de politie voor adequate politiezorg. Het beleid is erop gericht dat de politie zoveel mogelijk flexibiliteit wordt gegeven om afgesproken doelen te realiseren. De algemene bijdrage bedroeg in 2020 € 5,8 mld.
Naast de algemene bijdrage zijn bijzondere bijdragen gegeven voor een bepaald doel zoals de Dienst Speciale Interventies (€ 72 mln.), de verkeershandhavingsteams (€ 51 mln.) digitalisering en cybercrime (€ 24 mln.), versterking gebiedsgerichte inzet (€ 10 mln.), liaisons (€ 13 mln.) en cybersecurity (€ 6 mln.).
Het verschil van € 228 mln. tussen begroting en realisatie betreft voornamelijk de volgende posten:
€ 172 mln. voor loonbijstelling tranche 2020-2025, € 10 mln. voor digitalisering in de strafrechtketen, € 29 mln. voor ondermijning, € 3 mln. voor corona-effecten, € 3 mln. voor grenzen en veiligheid, € 2 mln. aan capaciteit Landelijk Internationaal Rechtshulpcentrum (LIRC) en € 9 mln. aan diverse overige (bijzondere) bijdragen (onder andere aan recherche samenwerkings team, innovatiewet, illegaal vuurwerkverbod).
Daarnaast voert de politie een aantal taken uit die onder de verantwoordelijkheid vallen van het departement. Zo voert de landelijke meldkamerorganisatie (LMS) van de politie het beheer over C2000, het communicatienetwerk van de hulpdiensten. Tevens verzorgt de politie de uitzending van politiefunctionarissen naar crisisgebieden. Deze taken worden apart begroot en verantwoord onder artikelonderdeel 31.3.
De politie voert een batenlastenstelsel. De personeelskosten voor de politie bedroegen in 2020 ongeveer € 5 mld. Het overgrote deel zijn reguliere salariskosten van het operationele en niet-operationele personeel. De materiële kosten bedroegen ongeveer € 1,4 mld. Hiervan zijn de grootste posten huisvesting, vervoer, operationele kosten, beheer en verbindingen en automatisering.
Realisatie 2016 | Realisatie 2017 | Realisatie 2018 | Realisatie 2019 | Realisatie 2020 | begroting 2020 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Operationele sterkte in fte (incl. aspiranten) | 50.747 | 50.316 | 50.389 | 50.402 | 50.628 | 51.267 |
Bron: concept jaarverslag politie 2020
De volledige jaarverantwoording van de politie wordt als separate bijlage met het JenV-jaarverslag meegezonden.
De operationele bezetting bedroeg eind 2020 50.628 fte, waarvan 4.454 fte aspiranten. De bezetting was eind 2020 639 fte lager dan begroot. De lagere bezetting is primair het gevolg van onderrealisatie in voorgaande jaren, die ertoe leidde dat de werkelijke bezetting aan het begin van 2020 lager was dan voorzien in de begroting. In 2020 slaagde de politie erin de operationele bezetting met 226 fte uit te breiden, naast de vervanging van grote aantallen vertrekkende medewerkers. Deze stijging was iets lager dan de 275 fte die was voorzien in de begroting 2020. Deze uitbreiding is gerealiseerd ondanks dat is besloten om het instroommoment voor aspiranten te laten vervallen om de transitie naar de vernieuwde basispolitieopleiding mogelijk te maken en de onderwijsachterstanden die waren ontstaan als gevolg van de coronacrisis in te lopen.
Politieacademie
De Politieacademie is verantwoordelijk voor het verzorgen van het politieonderwijs, de uitvoering van wetenschappelijk onderzoek en de invulling van de kennisfunctie. Het budget van de Politieacademie betreft de personele kosten van de leiding en de kosten voor extern onderzoek. Het overige personeel en de middelen zijn ondergebracht bij de politie. De bekostiging van het personeel en van de middelen die door de korpschef ter beschikking worden gesteld aan de Politieacademie, is opgenomen in de algemene bijdrage aan de politie.
Bijdrage medeoverheden
BES brandweer en politiekorps
De Minister is korpsbeheerder van het brandweer- en politiekorps Caribisch Nederland. Ter bekostiging van de personele en materiële uitgaven van deze korpsen wordt een bijdrage verstrekt.
Opdrachten
Taptolken
Uit dit budget worden de taptolken betaald die de politie inhuurt voor het beluisteren en vertalen van telefoon- of VoIP-gesprekken van verdachten.
31.3 Kwaliteit, Arbeidsvoorwaarden en ICT politie
Bijdrage aan ZBO's/WRWT's
Internationale samenwerkingsoperaties
In opdracht van de Minister voert de politie activiteiten uit in het kader van internationale politiesamenwerking en de uitzending van politiefunctionarissen naar internationale (civiele) missies en operaties. De politie en de KMar maken waar mogelijk gebruik van elkaars faciliteiten. Politie en KMar hebben een gezamenlijk liaisonnetwerk. De KMar levert een eigenstandige bijdrage aan de internationale politiesamenwerking en draagt vanuit Defensie bij aan uitzendingen.
Beheer multisystemen
De politie voert het beheer voor de verschillende multisystemen van de meldkamerorganisatie, waaronder C2000 en het geïntegreerd meldkamersysteem (GMS). Gebruikers van deze systemen zijn met name politie, brandweer, ambulance, Koninklijke Mareschaussee en de douane. De politie voert dit beheer uit binnen de governance van het multi-domein. Dit brengt met zich mee dat er steeds meer vanuit een multidisciplinaire invalshoek integrale afwegingen plaatsvinden over het beschikbare budget. Om de systemen te laten voldoen aan de vereisten vanuit wet- en regelgeving en technologische ontwikkelingen, vindt op de systemen continue doorontwikkeling plaats.
Bijdrage aan medeoverheden
Bijdragen in het kader van de kwaliteit van de politiezorg
Dit budget wordt gebruikt voor de ondersteuning van de regioburgemeesters in hun rol als overleg- en adviesorgaan voor de Minister in het kader van de Politiewet 2012 en voor de bijdrage aan het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat in de exploitatie van de Search and Rescue Helikopter.
Subsidies
Opsporing
Deze subsidie wordt verstrekt aan de onafhankelijke Stichting NL Confidential voor de exploitatie van de meldlijn Meld Misdaad Anoniem, zodat burgers makkelijker een bijdrage kunnen leveren aan de bestrijding van criminaliteit in Nederland.
Stichting Arbeidsmarkt en opleidingsfonds Politie (SAOP)
De Stichting Arbeidsmarkt en Opleidingsfonds Politie, het A&O fonds voor de sector politie, subsidieert, adviseert en registreert scholings-, arbeidsmarkt- en werkgelegenheidsprojecten. Het primaire doel van de SAOP is het bevorderen van het goed functioneren van de arbeidsmarkt van de politie en het stimuleren van opleidingsactiviteiten. Dit doet de SAOP met behulp van een financiële bijdrage die zij op basis van arbeidsvoorwaardelijke afspraken ontvangt van de Minister.
Opdrachten
Providers
De Staat heeft, op grond van de regeling vergoeding kosten aftappen en gegevensverstrekking, een overeenkomst gesloten met de grote telecomaanbieders. Deze overeenkomst wordt periodiek vernieuwd. Op grond van hoofdstuk 13 Telecommunicatiewet zijn telecomaanbieders verplicht om hun netwerken en diensten aftapbaar te maken en mee te werken aan aftappen en gegevensverstrekkingen over hun klanten. De Staat vergoedt bepaalde kosten die aanbieders in dit verband maken.