Inleiding
De Huurcommissie is een onpartijdige organisatie gericht op het oplossen van geschillen tussen huurder en verhuurder. Het werkterrein wordt vooral gevormd door het gereguleerde deel van de huurmarkt voor woonruimte. Als huurders en verhuurders er onderling niet uitkomen, doet de Huurcommissie op verzoek uitspraken in het geschil omtrent voornamelijk de hoogte van huurprijzen, het onderhoud en de servicekosten.
Duidelijke informatie over de huurprijswetgeving kan verschillen van mening tussen huurders en verhuurders in een vroeg stadium oplossen en zo procedures bij de Huurcommissie voorkomen. Via verzoekformulieren, de internetsite, de daarop te vinden huurprijscheck en de telefonische helpdesk, heeft de Huurcommissie die informatie in 2021 verschaft.
De organisatie is opgebouwd uit een zelfstandig bestuursorgaan (ZBO) de Huurcommissie en een agentschap, de Dienst van de Huurcommissie. De Dienst ondersteunt het ZBO. In deze jaarverantwoording van de Dienst zijn ook de uitgaven van het ZBO opgenomen. Jaarlijks verstrekt het ministerie van BZK een opdracht aan de Huurcommissie voor de uitvoering van de huurgeschillenbeslechting- en overige werkzaamheden op basis van een uitgebrachte offerte. Naast deze bijdrage vanuit het moederdepartement wordt een bijdrage van de verhuurders ontvangen via de verhuurderbijdrage en worden voor huurder en verhuurder gedifferentieerde leges geheven.
Het jaar 2021 stond in het teken van het ‘Actieplan Aanpak Achterstanden’ met als doel de opgelopen werkvoorraad terug te dringen. Dit werd bewerkstelligd door het vaker toepassen van kennelijke voorzittersuitspraken, het verbeteren van het intakeproces en een verdere vereenvoudiging van procedures. De resultaten zijn ernaar. De werkvoorraad is met ruim 6.000 zaken gedaald van 9.408 aan het begin van het jaar naar 3.386 aan het einde. Hiermee wordt een goede startpositie voor het nieuwe jaar geschapen waarin de focus gelegd kan worden op het behalen van de wettelijke doorlooptijden.
Staat van baten en lasten
Vastgestelde begroting (1) | Realisatie (2) | Verschil (3) = (2) - (1) | Realisatie 2020 (4) | |
---|---|---|---|---|
Baten | ||||
- Omzet | 12.829 | 17.170 | 4.341 | 11.510 |
waarvan omzet moederdepartement | 6.875 | 9.697 | 2.822 | 5.768 |
waarvan omzet overige departementen | 0 | 0 | 0 | 0 |
waarvan omzet derden | 5.954 | 7.473 | 1.519 | 5.742 |
Rentebaten | 0 | 0 | 0 | 0 |
Vrijval voorzieningen | 0 | 768 | 768 | 450 |
Bijzondere baten | 0 | 8 | 8 | 5 |
Totaal baten | 12.829 | 17.946 | 5.117 | 11.965 |
Lasten | ||||
Apparaatskosten | 12.811 | 17.713 | 4.902 | 11.405 |
- Personele kosten | 8.978 | 14.401 | 5.423 | 8.831 |
waarvan eigen personeel | 5.760 | 7.864 | 2.104 | 5.559 |
waarvan inhuur externen | 2.551 | 6.152 | 3.601 | 2.899 |
waarvan overige personele kosten | 667 | 385 | ‒ 282 | 373 |
- Materiële kosten | 3.833 | 3.312 | ‒ 521 | 2.574 |
waarvan apparaat ICT | 1.127 | 1.139 | 12 | 918 |
waarvan bijdrage aan SSO's | 0 | 0 | 0 | 0 |
waarvan overige materiële kosten | 2.706 | 2.173 | ‒ 533 | 1.656 |
Rentelasten | 0 | 0 | 0 | 0 |
Afschrijvingskosten | 18 | 62 | 44 | 18 |
- Materieel | 18 | 62 | 44 | 18 |
waarvan apparaat ICT | 18 | 54 | 36 | 15 |
waarvan overige materiële afschrijvingskosten | 0 | 8 | 8 | 3 |
- Immaterieel | 0 | 0 | 0 | 0 |
Overige lasten | 1.456 | 871 | ‒ 585 | 2.303 |
waarvan dotaties voorzieningen | 0 | 46 | 46 | 882 |
waarvan bijzondere lasten | 1456 | 825 | ‒ 631 | 1.421 |
Totaal lasten | 14.285 | 18.646 | 4.361 | 13.726 |
Saldo van baten en lasten gewone bedrijfsuitoefening | ‒ 1.456 | ‒ 700 | 756 | ‒ 1.761 |
Agentschapsdeel Vpb-lasten | 0 | 0 | 0 | 0 |
Saldo van baten en lasten | ‒ 1.456 | ‒ 700 | 756 | ‒ 1.761 |
Toelichting
Baten
Omzet
Omzet moederdepartement
De omzet moederdepartement bestaat uit de vergoeding van de opdrachtgevende beleidsdirectie Wonen onderdeel van het DG Bestuur, Ruimte en Wonen. Deze bijdrage is hoger vastgesteld door de activiteiten ondernomen in het kader van het Actieplan.
Omzet derden
De omzet derden bestaat uit de verhuurderbijdrage die aan de verhuurders in rekening is gebracht en uit de ontvangen leges. De in rekening gebrachte verhuurderbijdrage is jaarlijks gelijk en bedraagt € 5,5 mln. De gerealiseerde legesontvangsten zijn hoger dan geraamd door de hogere productie en verkleining van de werkvoorraad. Waar in de begroting uitgegaan was van € 0,4 mln. is € 2,0 mln. gerealiseerd.
Vrijval voorzieningen
In de loop van 2021 heeft een medewerker die aan het Van Werk Naar Werk traject deelnam een nieuwe functie gevonden en twee medewerkers die ook aan dit traject deelnamen hebben een overeenkomst gesloten met de Huurcommissie. Hierdoor is een groot deel van de voorziening Reorganisatie 2018 vrijgevallen.
Bijzondere baten
De bijzondere baten bestaan uit aanmaningsvergoedingen die ontvangen zijn via het CJIB.
Lasten
Personele kosten
Eigen personeel
De kosten voor eigen personeel zijn hoger uitgevallen door voornoemd Actieplan. Daarnaast zijn daar waar mogelijk externe inhuurkrachten verambtelijkt.
Inhuur externen
In 2021 is tijdelijk extra personeel aangetrokken voor de hogere productiedoelstelling en de aandacht voor het uitvoeringsbeleid in het kader van het Actieplan. De krappe arbeidsmarkt heeft ertoe geleid dat sterk geleund moest worden op externen. Dit zal nog zijn doorwerking kennen naar de eerste helft van het jaar 2022.
Overige personele kosten
De overige personele kosten zoals reis-, verblijf- en studiekosten zijn mede door de gevolgen van het coronavirus lager uitgevallen dan was ingeschat.
Overige materiële kosten
De overige materiële kosten zijn lager uitgevallen dan begroot. De kosten voor huisvesting waren € 0,4 mln. lager dan begroot en ook de kosten voor uitbesteding van specifieke werkzaamheden zijn € 0,1 mln. achtergebleven bij de begroting.
Afschrijvingskosten
De afschrijvingskosten zijn door investeringen in laptops, telefoons, en apparatuur voor het houden van videozittingen hoger dan oorspronkelijk begroot door hogere investeringen in de deze hardware door dat er meer werknemers werkzaam zijn en door investeringen in de door de pandemie noodzakelijke videoverbindingen.
Overige lasten
Dotaties voorzieningen
Zie de toelichting op de balanspost 'Voorzieningen'. De dotatie was niet begroot.
Bijzondere lasten
Hieronder zijn de diverse kosten met betrekking tot projecten tot verbeteringen in de werkprocessen van de Huurcommissie uitgesplitst. Ten opzichte van de begroting zijn in de offerte voor 2021 de geschatte bedragen voor de werkzaamheden verlaagd naar € 0,8 miljoen. Met name de uitgaven voor het nieuwe zaaksysteem waren in het jaar 2021 lager dan initieel begroot. De projecten kwaliteit aan de poort en eenvoudig naar gezag zijn in de loop van 2021 opgenomen in het reguliere uitvoeringsproces. In 2021 is tenslotte met drie medewerkers van de Dienst van de Huurcommissie een overeenkomst aangegaan om gebruik te maken van de stimuleringspremie bij ontslag op eigen verzoek. Hier is in 2021 € 0,3 mln voor vrijgemaakt.
Saldo van baten en lasten
Over 2021 heeft de Dienst van de Huurcommissie een negatief exploitatieresultaat behaald van € 0,7 mln. De primaire focus in 2021 was het terugdringen van de opgelopen werkvoorraad en het verbeteren van de werkprocessen in het kader van het Actieplan. Om dit doel te bereiken is in 2021 meer extra ambtelijk en extern personeel aangetrokken dan was ingeschat. Daartegenover stonden hogere legesinkomsten en een vrijval van een reorganisatievoorziening. Per saldo resulteert een negatief resultaat van circa € 0,7 mln.
In tegenstelling tot voorgaande jaren is bijdrage voor bijzondere lasten van het moederdepartement ontvangen geclassificeerd als reguliere bedrijfsvoering en daarom worden deze bijdragen meegenomen in de omzet moederdepartement.
Balans
Balans 2021 | Balans 2020 | |
---|---|---|
Activa | ||
Vaste activa | 180 | 85 |
Immateriële vaste activa | 0 | 0 |
Materiële vaste activa | 180 | 85 |
waarvan grond en gebouwen | 0 | |
waarvan installaties en inventarissen | 15 | 28 |
waarvan projecten in uitvoering | 0 | |
waarvan overige materiële vaste activa | 165 | 57 |
Vlottende activa | 3.973 | 5.999 |
Voorraden en onderhanden projecten | 0 | |
Debiteuren | 1.414 | 679 |
Overige vorderingen en overlopende activa | 55 | 1.997 |
Liquide middelen | 2.504 | 3.323 |
Totaal activa | 4.153 | 6.084 |
Passiva | ||
Eigen Vermogen | ‒ 159 | 974 |
Exploitatiereserve | 541 | 2.735 |
Onverdeeld resultaat | ‒ 700 | ‒ 1.761 |
Voorzieningen | 445 | 1.482 |
Langlopende schulden | 0 | 0 |
Leningen bij het Ministerie van Financiën | 0 | 0 |
Kortlopende schulden | 3.867 | 3.628 |
Crediteuren | 1.535 | 1.007 |
Belastingen en premies sociale lasten | 0 | 0 |
Kortlopend deel leningen bij het Ministerie van Financiën | 0 | 0 |
Overige schulden en overlopende passiva | 2332 | 2.621 |
Totaal passiva | 4.153 | 6.084 |
Toelichting
Activa
Vaste activa
Materiële vaste activa
Installaties en inventarissen
De materiële activa bestaan uit hardware en installaties. De Dienst van de Huurcommissie huurt zijn kantoorruimten, deze panden staan daarom niet op de balans. In 2021 zijn investeringen gedaan in laptops, telefoons, en apparatuur voor het houden van videozittingen. Deze zijn opgenomen bij de overige materiele activa.
Vlottende activa
Debiteuren
In november 2021 is de verhuurdersbijdrage in rekening gebracht waarvan het merendeel eind 2021 is ontvangen. De vordering per 31 december 2021 op verhuurders bedraagt nog € 0,8 mln. Gezien de hogere productie in 2021 is de debiteurenpost voor de leges ook navenant hoger. De nog te ontvangen in rekening gebrachte legesveroordelingen over 2021 bedragen in totaal € 0,6 mln.
Overige vorderingen en overlopende activa
Deze post betreft vooruitbetaalde kosten aan derden in 2021 voor het jaar 2022 en betaalde waarborgsommen. Het grote verschil met het voorgaand jaar is de afwikkeling van de vordering op het moederdepartement van € 1,9 mln.
Liquide middelen
De post liquide middelen betreft het saldo van de rekening courant RHB ten bedrage van € 2,5 mln. zoals overeenkomt met het saldobiljet per 31 december 2021.
Passiva
Eigen vermogen
Exploitatiereserve
In 2021 is het verloop van het eigen vermogen als volgt:
Omschrijving (bedragen x € 1.000) | Exploitatie-reserve | Onverdeeld resultaat | Totaal eigen vermogen |
---|---|---|---|
Stand 1 januari 2021 | 2.735 | ‒ 1.761 | 974 |
Verwerking onverdeeld resultaat 2020 | ‒ 1.761 | 1.761 | 0 |
Afroming eigen vermogen | ‒ 433 | ‒ 433 | |
Resultaat 2021 | ‒ 700 | ‒ 700 | |
Stand 31 december 2021 | 541 | ‒ 700 | ‒ 159 |
Het eigen vermogen wordt gevormd door enerzijds de exploitatiereserve en anderzijds het onverdeeld negatieve resultaat over 2021. De exploitatiereserve is in 2021 gemuteerd door verwerking van het onverdeeld resultaat 2020. In 2021 heeft een afroming van het eigen vermogen plaatsgevonden.
Onverdeeld resultaat
Het negatieve exploitatieresultaat over 2021 wordt ten laste gebracht van het eigen vermogen waardoor dit eigen vermogen € 159.000 negatief wordt. Conform de regeling agentschappen draagt de eigenaar zorg voor aanvulling tot het minimumniveau van 0. Dit zal plaatsvinden bij de 1e suppletoire wet 2022 waarin ook de effecten van de overeengekomen offerte voor het jaar 2022 worden verwerkt.
Voorzieningen
De voorzieningen die op de balans staan betreffen kosten in verband met de reorganisaties van de Dienst van de Huurcommissie in 2009, 2012 en 2018. Deze post is gedaald door de reguliere onttrekkingen, een kleine dotatie en een grote vrijval van 0,7 mln zoals bij de baten toegelicht.
Kortlopende schulden
Crediteuren
Dit betreft in 2021 ontvangen maar per ultimo 2021 nog niet betaalde facturen voor gemaakte kosten die betrekking hebben op 2021. Het verschil ten opzichte van het voorgaand jaar is met name gelegen in de factuur voor de huur over heel 2021 die laat in het jaar is ontvangen.
Overige schulden en overlopende passiva
De overlopende passiva bestaan met name uit de nog te ontvangen facturen, de reservering van de vakantie uren van het personeel en enkele vooruit ontvangen bedragen. Deze post is licht gedaald ten opzichte van eind 2020.
Kasstroomoverzicht
Vastgestelde begroting (1) | Realisatie (2) | Verschil (3) = (2) - (1) | ||
---|---|---|---|---|
1. | Rekening courant RHB 1 januari + depositorekeningen | 1.925 | 3.323 | 1.398 |
totaal ontvangsten operationele kasstroom (+) | 12.829 | 18.389 | 5.560 | |
totaal uitgaven operationele kasstroom (-/-) | ‒ 14.267 | ‒ 18.618 | ‒ 4.351 | |
2. | Totaal operationele kasstroom | ‒ 1.438 | ‒ 229 | 1.209 |
totaal investeringen (-/-) | 0 | ‒ 157 | ‒ 157 | |
totaal boekwaarde desinvesteringen (+) | 0 | 0 | 0 | |
3. | Totaal investeringskasstroom | 0 | ‒ 157 | ‒ 157 |
eenmalige uitkering aan moederdepartement (-/-) | ‒ 1.600 | ‒ 433 | 1.167 | |
eenmalige storting door moederdepartement (+) | 1.456 | 0 | ‒ 1.456 | |
aflossingen op leningen (-/-) | 0 | 0 | 0 | |
beroep op leenfaciliteit (+) | 0 | 0 | 0 | |
4. | Totaal financieringskasstroom | ‒ 144 | ‒ 433 | ‒ 289 |
5. | Rekening courant RHB 31 december + stand depositorekeningen (=1+2+3+4) | 343 | 2.504 | 2.161 |
Toelichting
Operationele Kasstroom
Het actieplan heeft geleid tot hogere operationele kasstroom. Doordat nu ook de ontvangsten voor de bijzondere uitgaven worden meegenomen in de staat van baten en lasten is de totale operationele kasstroom minder negatief. De afname van de kortlopende vorderingen en de toename van de debiteuren hebben daarnaast zijn invloed gehad op de operationele kasstroom.
Investeringskasstroom
In 2021 zijn investeringen gedaan in onder andere laptops, telefoons, en apparatuur voor het houden van videozittingen voor € 0,2 mln.
Financieringskasstroom
In 2021 heeft het moederdepartement het eigen vermogen van de Dienst van de Huurcommissie afgeroomd met € 0,4 mln. Van de leenfaciliteit wordt geen gebruik gemaakt.
Doelmatigheidsindicatoren
Realisatie | Vastgestelde begroting | ||||
---|---|---|---|---|---|
2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2021 | |
Omschrijving Generiek Deel | |||||
Gemiddeld integraal tarief/uur | n.b. | n.b. | n.b. | n.b. | 127 |
Fte-totaal (excl. externe inhuur) | 50 | 60 | 76 | 91 | 76 |
Saldo van baten en lasten (%) | ‒ 47% | ‒ 3% | ‒ 15% | ‒ 4% | ‒ 11% |
Productie per geschilsoort | |||||
Huurprijsgeschillen | 3.937 | 4.614 | 3.177 | 7.770 | 5.908 |
Servicekostengeschillen | 1.819 | 1.611 | 1.490 | 5.030 | 2.420 |
Huurverhogingsgeschillen | 935 | 3.083 | 3.220 | 491 | 6.253 |
Klachten huurders jegens verhuurders | 0 | 195 | 390 | 426 | 500 |
Wet overleg huurders verhuurders | 1 | 14 | 19 | 24 | 15 |
Advies geliberaliseerde huurprijs | 0 | 0 | 0 | 0 | 5 |
Eenmalige huurverlaging bij laag inkomen | 0 | 0 | 0 | 83 | 0 |
Verzet | 152 | 275 | 278 | 2.792 | 0 |
Totaal | 6.844 | 9.792 | 8.574 | 16.616 | 15.101 |
Omschrijving Specifiek Deel | |||||
% Huurpijsgeschillen afgerond binnen 4 maanden | 60% | 45% | 59% | 30% | 90% |
% Servicekostengeschillen afgerond binnen 4 maanden (5 mnd in 2018 en 2019) | 61% | 49% | 50% | 21% | 90% |
% Huurverhogingsgeschillen afgerond binnen 4 maanden | 98% | 94% | 99% | 29% | 90% |
% Wohv-geschillen afgerond binnen 8 weken (n.b. is niet beschikbaar) | n.b. | n.b. | 74% | 79% | 90% |
% ADR-geschillen afgerond binnen 90 dagen | 90% | 86% | 80% | 59% | >90% |
Gemiddeld integraal tarief/uur
Er worden geen uren geschreven binnen de Huurcommissie. Dit maakt dat een gemiddeld integraal tarief per uur niet te geven is. De gemiddelde kosten per geschil zijn wel inzichtelijk. Deze bedragen € 1.115 per geschil. Dit is duidelijk lager dan het voorgaand jaar (€ 1.600 per geschil) ondanks het nagenoeg ontbreken van relatief eenvoudig te behandelen huurverhogingszaken als gevolg van de huurbevriezing.
Fte-totaal
Gezien de hoge productie en de wens tot verambtelijking is het aantal fte’s in dienst van de Huurcommissie gestegen.
Saldo van baten en lasten
Het saldo van baten en lasten is ‒ 4%. Dit hangt nauw samen met de hogere personeelslasten als gevolg van het actieplan.
Productie
Het jaar 2021 stond in het teken van het wegwerken van de ontstane werkvoorraad. In totaal zijn bijna dubbel zoveel zaken afgehandeld als het voorgaand jaar. Dit zijn met name de huurprijs- en servicekostengeschillen. Door de huurbevriezing zijn nagenoeg geen huurverhogingsgeschillen binnengekomen. In onderstaande tabel is deze voorraadontwikkeling in het uitvoeringsjaar geschetst waaruit is op te maken dat de werkvoorraad gedaald is met ruim 6.000 zaken.
Voorraadontwikkeling | 1-jan-21 | instroom | productie | 31-dec-21 |
---|---|---|---|---|
Huurprijsgeschillen | 5.016 | 4.193 | 7.770 | 1.439 |
Servicekosten | 3.485 | 2.798 | 5.030 | 1.253 |
Huurverhoging | 387 | 129 | 491 | 25 |
Wet overleg huurders verhuurders | 7 | 30 | 24 | 13 |
Klachten huurders jegens verhuurders | 249 | 229 | 426 | 52 |
Eenmalige huurverlaging laag inkomen | 0 | 86 | 83 | 3 |
Subtotaal | 9.144 | 7.465 | 13.824 | 2.785 |
Verzet | 264 | 3.129 | 2.792 | 601 |
Totaal: | 9.408 | 10.594 | 16.616 | 3.386 |
De hoge productie is mede tot stand gekomen door het hoger aantal voorzittersuitspraken. Eenvoudige zaken komen met een dergelijke uitspraak niet meer op zitting zodat zittingscommissies zich kunnen richten op de meer complexe zaken. Tegen een voorzittersuitspraak kan verzet worden aangetekend, het aantal verzetzaken is dan ook navenant gestegen.
Specifiek deel
Het actieplan is gericht op het wegwerken van de opgelopen (en daarmee verouderde) werkvoorraad en mede daarmee het behalen van de wettelijke doorlooptijden. Een groot deel van de aanwezige voorraad had zijn oorsprong in het jaar 2020. Door de pandemie was het niet mogelijk deze in dat jaar af te doen. Dit drukt nu het percentage afwikkelingen binnen de in de begroting gestelde termijnen sterk over de gehele linie. Van de 16.616 afgewikkelde zaken is bij 9.023 zaken de oorsprong uit 2020 of eerdere jaren.
Het gewogen gemiddelde afwikkelingspercentage binnen gestelde termijn van de zaken die zijn binnengekomen in 2021 is 65%, van de zaken die zijn binnengekomen in 2020 en eerdere jaren is dit percentage slechts 8%. In totaliteit is 34% van de zaken binnen gestelde termijn afgewikkeld. Nu de werkvoorraad op een acceptabel niveau is gebracht kan de focus gelegd worden op het behalen van de wettelijke doorlooptijden, het achterliggend doel van het actieplan.