Op grond van de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 2017 (Wiv 2017) is er een Commissie van Toezicht op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten (CTIVD). De algemene doelstelling van de CTIVD is het in onafhankelijkheid toezicht houden op de rechtmatigheid van de uitvoering van de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 2017 (Wiv 2017) en de Wet veiligheidsonderzoeken (Wvo) door middel van het doen van onderzoeken en het publiceren van de uitkomsten daarvan, alsmede het adviseren aan de betrokken ministers over zaken die voortvloeien uit deze wetten, het behandelen van klachten, en van meldingen over misstanden. De Commissie bestaat uit twee afdelingen, de afdeling toezicht en de afdeling klachtbehandeling.
De afdeling toezicht is belast met:
• het toezicht op de rechtmatigheid van de uitvoering van hetgeen bij of krachtens deze wet en de Wet veiligheidsonderzoeken is gesteld;
• het gevraagd en ongevraagd inlichten en adviseren van Onze betrokken Ministers aangaande de door de commissie geconstateerde bevindingen. Desgewenst kan de commissie Onze betrokken Ministers vragen deze inlichtingen en adviezen ter kennis van een of beide kamers der Staten-Generaal te brengen, waarbij de werkwijze zoals beschreven in artikel 113 van overeenkomstige toepassing is;
• het ongevraagd adviseren van Onze betrokken Ministers ter zake van de uitvoering van artikel 59.4 en
• het toezicht op de toepassing van de bevoegdheid van artikel 14, vierde lid, van de Rijkswet op het Nederlanderschap door Onze Minister van Veiligheid en Justitie, waarbij in het bijzonder aandacht wordt geschonken aan de doelmatigheid en proportionaliteit van de toepassing van deze bevoegdheid.
De afdeling klachtbehandeling is belast met:
• het onderzoeken en beoordelen van klachten en
• het onderzoeken en beoordelen van een melding van een vermoeden van een misstand.
De Minister van Algemene Zaken is verantwoordelijk voor het beheer van de begroting van de CTIVD. Tussen het Ministerie van Algemene Zaken en de CTIVD zijn afspraken gemaakt over de dienstverlening op het gebied van de bedrijfsvoering door het ministerie (zoals ondersteuning op het gebied van ICT, financiële administratie en personeelszaken) en de daarop van toepassing zijnde planning & controlcyclus.
Om uitvoering te geven aan haar taak voert de afdeling toezicht van de CTIVD onder meer onderzoeken uit waarover zij, via de betrokken ministers, rapporteert aan de Eerste en Tweede Kamer der Staten-Generaal. In 2022 heeft de Commissie twee rapporten gepubliceerd. Het betrof onderzoeken naar de volgende onderwerpen:
• Automated OSINT door de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD) en de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (MIVD). Het daaruit voortvloeiende toezichtsrapport nr. 74 is gepubliceerd op 8 februari 2022. De CTIVD heeft onderzoek verricht naar ‘automated OSINT’ door de AIVD en de MIVD. Automated OSINT betreft het geautomatiseerd verzamelen van gegevens uit voor een ieder toegankelijke informatiebronnen met behulp van specialistische software of webapplicaties (‘tools’). Deze tools bevatten zoekfuncties en netwerkanalysefuncties, waarbij een grote diversiteit aan bronnen op een gebruikersvriendelijke manier kan worden geraadpleegd.
• De inzet van onderzoeksopdrachtgerichte interceptie op de kabel door de AIVD en de MIVD. Het daaruit voortvloeiende toezichtsrapport nr. 75 is gepubliceerd op 15 maart 2022. Het onderzoek richtte zich op de inzet van de bijzondere bevoegdheid tot kabelinterceptie en daaraan gerelateerde bevoegdheden. Kabelinterceptie houdt in dat de AIVD en de MIVD grote hoeveelheden kabelgebonden communicatie (zoals internetverkeer) kunnen intercepteren, zonder dat deze interceptie gericht is op een specifiek persoon of organisatie.
Daarnaast heeft de CTIVD in 2022 een start gemaakt met onderzoeken naar:
De aansturing van de inlichtingendiensten (ID’s) van de politie en de bijzondere dienst van de Koninklijke Marechaussee BD KMar) door de AIVD en de MIVD. Vanuit het oogpunt van een zorgvuldige gegevensverwerking, bescherming van fundamentele rechten van burgers en borging van de wettelijke scheiding tussen het inlichtingen- en veiligheids- en het opsporingsdomein vereist dit voldoende sturing van de AIVD en de MIVD. Temeer daar de medewerkers van de ID’s en BD KMar op een fysieke afstand van de vestigingen van de diensten hun werkzaamheden verrichten. Hierover zal in 2023 worden gerapporteerd.
De CTIVD heeft in 2022, door tussenkomst van de ministers van BZK en Defensie, vertrouwelijk gerapporteerd aan twee bijzondere onderdelen van de staat op basis van een in 2020 door de CTIVD opgesteld protocol. Het betreft onderzoek van de diensten naar cyberdreigingen die uitgaan van statelijke actoren gericht tegen Nederlandse overheden en bedrijven, waarbij het doel is deze dreigingen te herkennen, te duiden en weg te nemen. De CTIVD voert dit onderzoek jaarlijks uit en zal over het onderzoek dat in 2022 is gestart, in 2023 wederom vertrouwelijk rapporteren. De CTIVD rapporteert hierover tevens jaarlijks in haar jaarverslag.
Ook heeft de CTIVD onder andere de voortgang van de implementatie van de Wiv 2017 gemonitord, verscherpt toezicht uitgeoefend op de inzet van onderzoeksopdrachtgerichte interceptie op de kabel (bulkinterceptie) naar aanleiding van de bevindingen CTIVD rapport 75 en is actief betrokken geweest bij de dialoog met de departementen en diensten over het concept van de Tijdelijke wet onderzoek AIVD en MIVD naar landen met een offensief cyberprogramma.
De afdeling klachtbehandeling van de CTIVD is belast met de (externe) behandeling van klachten en meldingen van vermoedens van misstanden. In 2022 heeft de afdeling 53 klachten ontvangen. De afdeling heeft in 2022 7 klachten via informele klachtbehandeling kunnen oplossen en 6 klachten hebben tot een klachtbeslissing geleid. Vijf beslissingen zijn terug te vinden op de website van de CTIVD. Eén klacht is niet openbaar gepubliceerd vanwege de rubricering. De overige klachten zijn niet in behandeling genomen omdat artikel 120, 121 of 122 van de wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten (Wiv2017) van toepassing was of omdat de klachten niet over (vermeend) handelen van de AIVD en/of MIVD gingen. Op 31 december 2022 had de afdeling klachtbehandeling nog 3 klachten in behandeling.
De afdeling klachtbehandeling heeft geen meldingen van vermoedens van misstanden ontvangen in 2022.
Vooruitlopend op de inwerkingtreding van de Tijdelijke wet onderzoeken AIVD en MIVD naar landen met een offensief cyberprogramma is besloten het secretariaat van de CTIVD met 10 FTE uit te breiden. De werving hiervoor is in 2022 gestart. De formatie van de CTIVD komt daarmee op 27 FTE.
Realisatie | Vastgestelde begroting | Verschil | |||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2022 | 2022 | |
Verplichtingen | 1.943 | 1.867 | 2.168 | 2.228 | 2.099 | 2.502 | ‒ 403 |
Uitgaven | 1.943 | 1.867 | 2.168 | 2.108 | 2.160 | 2.502 | ‒ 342 |
Ontvangsten | 39 | 2 | 1 | 1 | 2 | 0 | 2 |
Uitgaven
Indien naast de uitkomsten in bovenstaande tabel rekening wordt gehouden met de mutaties die reeds in de eerste en tweede suppletoire begrotingswet zijn verwerkt, is er sprake van een onderuitputting van € 845.000. De onderuitputting op het budget van de CTIVD doet zich vooral voor op het personele deel. De bij regeerakkoord toegevoegde gelden komen met vertraging tot besteding. Dit heeft te maken met het langere tijdsbeslag van de totstandkoming van de Tijdelijke wet onderzoeken AIVD en MIVD naar landen met een offensief cyberprogramma en de tijd die het werven van extra personeel voor de CTIVD om aan de bijbehorende nieuwe wettelijke taken te kunnen voldoen, in beslag neemt. Daarnaast was er sprake van een niet volledig bezette formatie, en lagere ICT-uitgaven dan oorspronkelijk verwacht.
Verplichtingen
De aangegane verplichtingen worden zelfstandig bepaald en niet langer gelijk gesteld aan de kasuitgaven. Indien van toepassing leidt dit tot een openstaand saldo aan het einde van het boekjaar. Per 31 december 2021 wordt een eerste beeld van het saldo van de verplichtingen gegeven, waarbij sprake is van een groeimodel.
Ontvangsten
De ontvangsten bedraagt € 2.000.