Optimaal kasbeheer van het Rijk en van de instellingen die aan de schatkist zijn gelieerd.
De minister van Financiën is verantwoordelijk voor het beheer van publieke middelen en de bijbehorende geldstromen. De wettelijke basis is geregeld in de Comptabiliteitswet 201663 en nader uitgewerkt in de Regeling schatkistbankieren RWT’s en andere rechtspersonen64 (voor RWT’s), de Wet financiering decentrale overheden65 (voor decentrale overheden), de Wet financiering sociale verzekeringen66 en de Zorgverzekeringswet67 (voor sociale fondsen) en de Regeling Agentschappen68 (voor agentschappen).
Het kasbeheer is onder te verdelen in het schatkistbankieren en het betalingsverkeer van de Rijksoverheid.
Bij schatkistbankieren heeft de minister van Financiën een beleidsmatige en uitvoerende rol. De uitvoering van het schatkistbankieren is belegd bij het Agentschap van de Generale Thesaurie. Schatkistbankieren houdt in dat instellingen hun liquide (overtollige) publieke middelen aanhouden bij het ministerie van Financiën (de schatkist). De publieke middelen verlaten de schatkist niet eerder dan noodzakelijk voor de uitvoering van de publieke taak. Daarnaast kunnen onder voorwaarden sommige categorieën deelnemers aan schatkistbankieren ook leningen afsluiten.
Het schatkistbankieren heeft drie doelstellingen: reductie van de EMU- schuld, risicoreductie en doelmatig kasbeheer. Door alle overtollige middelen binnen de overheid te concentreren bij het ministerie van Financiën vermindert de leenbehoefte van de overheid als geheel. Deze lagere leenbehoefte zorgt voor een lagere EMU-schuld. Het risico dat deelnemers lopen met hun overtollige middelen is kleiner doordat er minder geld bij externe partijen in beheer is. Het kasbeheer is doelmatiger doordat, over de gehele collectieve sector bezien, deelnemers met een leenfaciliteit besparen op hun rentekosten omdat het ministerie van Financiën tegen lagere rentetarieven uitleent dan marktpartijen.
Het betalingsverkeer van het Rijk wordt door commerciële partijen uitgevoerd. Periodiek wordt hiertoe het betalingsverkeer, dat verdeeld is in verschillende meerdere percelen, aanbesteed. Het ministerie van Financiën coördineert deze aanbestedingen. Door deze aanbestedingen worden commerciële partijen geprikkeld om hun diensten tegen een zo gunstig mogelijke prijs-kwaliteitverhouding aan te bieden. De doelstelling van het betalingsverkeer is het waarborgen en waar mogelijk verbeteren van de kwaliteit van de dienstverlening en het bewaken van de kosten hiervan.
In de begroting van 2022 waren geen beleidswijzigingen voor het schatkist bankieren en het betalingsverkeer voorzien. Het ministerie is in 2022 verder gegaan met de implementatie van een nieuw systeem voor het schatkistbankieren. Met dit nieuwe systeem wil het ministerie zijn dienstverlening op het gebied van het schatkistbankieren verder professionaliseren en toekomstbestendig maken, werkprocessen automatiseren en de gebruikers van het schatkistbankieren een nieuw en solide gebruikersomgeving bieden waarin zij op eenvoudige en efficiënte wijze veel zaken zelf kunnen regelen. Het project zal doorlopen tot in 2023.
In 2022 is de aanbesteding internationaal betalingsverkeer van de ministeries van Buitenlandse Zaken en Defensie afgerond waarbij een nieuwe overeenkomst met ING is afgesloten. Voor het ministerie van Buitenlandse Zaken is de financiering van de ambassades en consulaten en het lokale betalingsverkeer in West en Midden-Europa aanbesteed. Voor het ministerie van Defensie gaat het om de geldstromen buiten de EU (SEPA-gebied) zoals salarisbetalingen en betalingen aan leveranciers en dienstverleners. De overeenkomst is ingegaan op 15 juli 2022. Het betalingsverkeer zal vanaf juni 2023 volledig zijn gemigreerd en de overeenkomst loopt tot uiterlijk 2031.69
Kengetallen
Het schatkistbankieren kent kengetallen die laten zien hoeveel deelnemers er zijn, wat de omvang is van de aangehouden en uitgeleende middelen én wat de bijdrage was aan het reduceren van de EMU-schuld. De EMU-schuld bestaat uit alle schulden van de collectieve sector aan instellingen buiten de overheid. Doordat de deelnemers aan het schatkistbankieren hun overtollige middelen bij het Rijk aanhouden, hoeft het Rijk minder te lenen. Het gevolg is dat de omvang van de totale extern uitstaande schuld van de hele collectieve sector daalt en daardoor de EMU-schuld afneemt. Aan het eind van 2022 was de bijdrage van het schatkistbankieren aan het verlagen van de EMU-schuld € 67,7 mld.
Aantal deelnemers | Overtollige middelen in rekening-courant en deposito (bedragen x € mld.) | Verstrekte leningen en roodstand (bedragen x € mld.) | |
Agentschappen | 30 | 4,0 | 8,1 |
RWT's en derden | 624 | 21,2 | 5,7 |
Sociale fondsen | 3 | 26,8 | 12,3 |
Decentrale overheden | 691 | 15,7 | 0,0 |
Totaal | 1348 | 67,7 | 26,1 |
Bron: Agentschap
In miljarden euro | 67,7 | ||
---|---|---|---|
In procenten bbp | 7,2% |
Bron: CBS
Realisatie1 | Vastgestelde begroting | Verschil | |||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2022 | 2022 | |
Verplichtingen | 2.951 | 1.384 | 1.950 | 1.511 | 2.777 | 1.531 | 1.246 |
Uitgaven | 2.951 | 1.384 | 1.950 | 1.511 | 2.777 | 1.531 | 1.246 |
Rente | 31 | 28 | 35 | 34 | 235 | 31 | 204 |
Rente kasbeheer | 31 | 28 | 35 | 34 | 233 | 31 | 202 |
Uitgaven bij voortijdige beëindiging (hoofdsom) | 0 | 0 | 0 | 0 | 2 | 0 | 2 |
Leningen | 2.213 | 1.312 | 1.859 | 1.477 | 2.542 | 1.500 | 1.042 |
Verstrekte leningen | 2.213 | 1.312 | 1.859 | 1.477 | 2.542 | 1.500 | 1.042 |
Mutaties in rekening-courant en deposito's | 708 | 45 | 56 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Agentschappen | 0 | 45 | 56 | 0 | 0 | 0 | 0 |
RWT's en derden | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Sociale fondsen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Decentrale Overheden | 708 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Ontvangsten | 10.747 | 10.915 | 9.006 | 17.632 | 11.949 | 7.248 | 4.700 |
Rente | 120 | 110 | 106 | 95 | 97 | 87 | 9 |
Rente kasbeheer | 118 | 109 | 105 | 95 | 96 | 87 | 8 |
Ontvangsten bij voortijdige beëindiging | 2 | 1 | 1 | 0 | 1 | 0 | 1 |
Leningen | 2.126 | 992 | 1.320 | 981 | 1.292 | 1.206 | 86 |
Ontvangen aflossingen | 2.126 | 992 | 1.320 | 981 | 1.292 | 1.206 | 86 |
Mutaties in rekening-courant en deposito's | 8.501 | 9.813 | 7.580 | 16.556 | 10.560 | 5.955 | 4.606 |
Agentschappen | 209 | 0 | 0 | 328 | 1.312 | 0 | 1.312 |
RWT's en derden | 2.015 | 1.293 | 2.934 | 4.590 | 4.099 | 0 | 4.099 |
Sociale fondsen | 6.277 | 7.028 | 2.025 | 9.605 | 4.377 | 5.955 | ‒ 1.578 |
Decentrale Overheden | 0 | 1.492 | 2.621 | 2.033 | 772 | 0 | 772 |
Het ministerie van Financiën is de uitvoerder van schatkistbankieren en beheert de aangehouden (liquide) middelen en de leningen. Het ministerie heeft geen zicht op de beweegredenen van instellingen om leningen aan te gaan, of meer of minder middelen aan te houden op rekeningen-courant en/of deposito’s en rapporteert alleen over de totale omvang ervan per deelnemersgroep.
Verplichtingen en uitgaven
Rente
In 2022 is de korte rente sterk gestegen en positief geworden. Hierdoor is meer rente betaald over de aangehouden middelen in de schatkist dan in de begroting werd geraamd.
Leningen
Het bedrag aan verstrekte leningen is in 2022 € 1,0 mld. hoger dan in de begroting werd geraamd. Dit komt doordat het aantal leningen verstrekt aan RWT’s hoger is uitgevallen dan begroot.
Ontvangsten
Leningen
In 2022 is € 85,7 mln. meer aan leningen afgelost dan in de begroting werd geraamd. Deelnemers van schatkistbankieren hebben de mogelijkheid om hun leningen (deels) vervroegd af te lossen, bijvoorbeeld bij verkoop van de activa waarvoor was geleend.
Mutaties in rekening-courant en deposito’s
Alle deelnemers aan het schatkistbankieren hebben één of meerdere rekeningen-courant waarop zij tegoeden aanhouden. Een stijging van het saldo van rekeningen-courant en deposito’s betekent een instroom van geld en is daarom een ontvangst voor de Staat. Een daling van het saldo leidt tot een uitgave. In 2022 is het saldo van de rekeningen-courant met € 10,6 mld. toegenomen, met name door de sociale fondsen en de RWT’s.
De mutaties in rekening-courant en deposito’s zijn per saldo € 4,6 mld. hoger dan geraamd. Dit wordt vooral veroorzaakt door een hoger dan verwachte toename van het rekening-courant saldo van de RWT’s, hetgeen mede komt door een toename van het aantal RWT’s.