Base description which applies to whole site

4.8 Beleidsartikel 8 Defensie Ondersteuningscommando

Het Defensie Ondersteuningscommando (DOSCO) ondersteunt de krijgsmacht in haar taken. Het DOSCO doet dit door te zorgen voor personele diensten, opleidingen, huisvesting, vastgoed, catering, beveiliging, bewaking, facilitaire zaken, gezondheidszorg, logistiek en transport. Het DOSCO voorziet zelf in die ondersteuning en koopt een deel van de producten en diensten in bij organisaties buiten het Ministerie van Defensie.

De Minister is verantwoordelijk voor een doeltreffende en doelmatige ondersteuning van de krijgsmacht. Het DOSCO kreeg voor 2022, net als de operationele commando's, een generieke gereedstellingsopdracht. DOSCO krijgt deze voor de perifere bloedbank en chirurgisch team.

Het jaar 2022 was ook voor DOSCO een bewogen jaar waarin we de krijgsmacht maximaal hebben ondersteund. We zijn geconfronteerd met gevolgen van de inval van Rusland in Oekraïne. Daarbij is snel en gericht ondersteuning vanuit geheel DOSCO geleverd, onder meer met het leveren van diverse goederen en de opvang van ontheemden uit Oekraïne. De vraag naar ondersteuning is in 2022 toegenomen, onder meer door het vervallen van de COVID-19 maatregelen, waardoor bijvoorbeeld de transportbehoefte bij de verschillende defensieonderdelen toegenomen is. Maar ook vanwege de ondersteuning die Defensie biedt aan de Oostgrens van Europa.

Naast dagelijks ondersteunen, is in 2022 voortvarend gestart met het implementeren van de maatregelen uit de Defensienota. Deze maatregelen vergroten vanuit de gehele defensieorganisatie de vraag naar ondersteuning vanuit DOSCO. Met initiatieven voor verdere robotisering en intelligente automatisering zorgden we ervoor dat de (meer en meer schaarse) mens wordt ingezet voor het werk waar zij de grootste toegevoegde waarde heeft.

Tabel 12 Budgettaire gevolgen van beleidsartikel 8 Defensie Ondersteuningscommando (bedragen x € 1.000)
 

Realisatie

Vastgestelde begroting

Verschil

2018

2019

2020

2021

2022

2022

2022

Verplichtingen

1.296.628

1.401.191

1.541.365

1.238.835

1.331.844

1.205.578

126.266

        

Uitgaven

1.315.775

1.393.756

1.531.401

1.214.400

1.290.732

1.205.578

85.154

        

Opdrachten

166

133

11.737

152

184

 

184

- gereedstelling

166

133

76

152

184

 

184

- instandhouding materieel

  

11.661

    

Inkomensoverdrachten

43.392

34.444

67.626

86.664

   

Nationaal Fonds Ereschuld

43.392

34.444

67.174

85.922

   

Reservering Schadevergoedingen Chroom 6 Defensie

  

452

742

   

(Schade)vergoeding

    

93.142

93.265

‒ 123

- Schadevergoeding, overig

    

10.547

8.275

2.272

- Nationaal Fonds Ereschuld

    

82.193

77.790

4.403

- Reservering schadevergoedingen chroom 6 Defensie

    

401

7.200

‒ 6.799

Personele uitgaven

579.465

771.503

774.498

857.609

866.279

837.291

28.988

- Eigen personeel

540.789

581.098

604.573

617.054

661.840

662.899

‒ 1.059

- Externe inhuur

26.107

26.031

27.498

22.006

23.509

2.840

20.669

- Overige personele exploitatie1

 

150.599

128.562

203.830

166.778

157.137

9.641

- Overig, attachés

12.569

13.774

13.865

14.719

14.153

14.415

‒ 262

Materiële uitgaven

692.752

587.676

677.540

269.975

331.128

275.022

56.106

- Bijdrage agentschap RVB (huisvesting en infrastructuur)

263.593

      

- Instandhouding infrastructuur

103.321

413.376

434.153

    

- Overige materiële exploitatie1

286.337

168.563

238.698

266.685

325.172

267.738

57.434

- SSO Paresto

33.590

      

- Instandhouding IT

  

28

    

- Overig, attachés

5.911

5.737

4.661

3.290

5.956

7.284

‒ 1.328

        

Apparaatsontvangsten

89.243

89.784

90.346

58.178

74.696

68.478

6.218

1

In 2019 zijn de uitgaven overige exploitatie gesplitst in personele en materiële exploitatie

De posten met een verschil groter dan € 10 miljoen of noemenswaardige verschillen worden hieronder nader toegelicht.

Verplichtingen

In 2022 is voor een bedrag van € 126,3 miljoen meer aan verplichtingen aangegaan dan begroot. Voor het aangaan van een leasecontract ten behoeve van het roll-on-roll-off schip is een verplichting aangegaan van € 41,5 miljoen. Het overige deel hangt samen met hogere uitgaven die hieronder worden toegelicht.

Uitgaven

Personele uitgaven

De realisatie voor personele uitgaven is per saldo € 29 miljoen hoger dan begroot. Als gevolg van het nieuwe arbeidsvoorwaardenakkoord 2021-2023 is het budget voor eigen personeel opgehoogd (€ 65,4 miljoen). Mede door krapte op de arbeidsmarkt is sprake van een lagere personele vulling dan verwacht en is er budget overgeheveld voor alternatieve vulling met externe inhuur van personeel (€ 20,7 miljoen) en naar het budget voor materiële uitgaven (€20 miljoen). Ook is budget overgeheveld naar het budget voor overige personele exploitatie voor met name de hogere afdracht aan de Belastingdienst voor de werkkostenregeling, waarvan de uitgaven € 9,6 miljoen hoger uitvallen dan begroot. Tot slot zijn de Diensten Geestelijke Verzorging (DGV) overgedragen aan de Bestuursstaf, wat leidt tot lagere uitgaven op dit begrotingsartikel van € 12,4 miljoen.

Materiële uitgaven

De realisatie voor de materiële uitgaven is per saldo € 56,1 miljoen hoger dan begroot. Deze stijging wordt voornamelijk veroorzaakt door hogere uitgaven voor transport, onder andere door de gestegen prijzen en een grotere behoefte aan transport (€ 25,8 miljoen). De kosten van energie & water vallen door de gestegen prijzen hoger uit (€ 7,7 miljoen) en vanwege de oorlog in Oekraïne zijn de geneeskundige uitgaven toegenomen (€ 12,8 miljoen). Als gevolg van het arbeidsvoorwaardenakkoord is de bijdrage aan Paresto € 5,1 miljoen hoger uitgekomen dan begroot. De uitgaven voor schoonmaak zijn met € 4,8 miljoen gestegen als gevolg van het afsluiten van een nieuw contract.

Licence