Base description which applies to whole site

Bijlage 7: Focusonderwerp 2022, beroep op art. 2.27, tweede lid, CW

Ook in 2022 is een aantal keren naast de reguliere begrotingsstukken een incidentele begroting ingediend door het ministerie van VWS, al dan niet gebruik makend van art 2.27, tweede lid. Met een incidentele suppletoire begroting heeft het ministerie het parlement tijdig geïnformeerd over aan te gane verplichtingen en begrotingsonrechtmatigheden willen voorkomen. Daarbij is kenmerkend voor de uitgaven die betrekking hebben op de beheersing van corona, dat deze kort cyclisch werden geraamd en dus voorafgaand aan het daadwerkelijk aangaan van een verplichting pas de volledige budgettaire consequenties inzichtelijk konden worden gemaakt en daarmee verwerkt in de begroting. Voor de 5e ISB geldt dat dit betrekking had op de oorlog in Oekraïne en de kosten die dit met zich meebracht voor ontheemden op de VWS-begroting. Tot slot was door het coalitieakkoord meer budget beschikbaar voor de VWS-begroting, maar werd dit in na het maken van een concreet plan pas beschikbaar op de VWS-begroting. Om middelen ook in 2022 reeds tot uitvoering te kunnen brengen koos het kabinet, en ook de bewindspersonen van VWS, ervoor om middelen door middel van een ISB aan de begroting toe te voegen. Vanaf de 5e ISB (begin april 2022 ingediend bij de Tweede Kamer) is ook een uitgebreide toelichting opgenomen bij de aanbieding om te verhelderen waarom is gekozen voor een ISB.

Tabel 79 Overzicht ISB's en beroep art. 2.27 van de Comptabiliteitswet

Nr

Begrotingsstuk

Onderwerp

Beroep art. 2.27, tweede lid, CW (ja/nee)

Verplichtingen aangegaan voor autorisatie EK (ja/nee)

Uitgaven voor autorisatie EK (ja/nee)

Indieningsdatum TK

Aangenomen door EK (datum)

1

Kamerstukken II 2021/22, 35989, nrs. 1-2

Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2022 (eerste incidentele suppletoire begroting) inzake coronamaatregelen

ja

nee

nee

10-dec-21

22-maa-22

2

Kamerstukken II 2021/22, 35994, nrs. 1-2

Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2022 (tweede incidentele suppletoire begroting) inzake coronamaatregelen

ja

nee

nee

17-dec-21

19-apr-22

3

Kamerstukken II 2021/22, 36010, nrs. 1-2

Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2022 (derde incidentele suppletoire begroting) inzake coronamaatregelen

ja

nee

nee

14-jan-22

17-mei-22

4

Kamerstukken II 2021/22, 36025, nrs. 1-2

Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2022 (vierde incidentele suppletoire begroting) inzake coronamaatregelen

deels

ja

ja

4-feb-22

17-mei-22

5

Kamerstukken II 2021/22, 36069, nrs. 1-2

Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2022 (vijfde incidentele suppletoire begroting) inzake voorzieningen voor Oekraïense vluchtelingen

ja

nee

nee

1-apr-22

5-jul-22

6

Kamerstukken II 2021/22, 36086, nrs. 1-2

Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2022 (zesde incidentele suppletoire begroting) inzake coronamaatregelen en coalitieakkoordmiddelen

ja

ja

ja

22-apr-22

4-okt-22

7

Kamerstukken II 2021/22, 36156, nrs. 1-2

Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2022 (zevende incidentele suppletoire begroting) inzake coronamaatregelen

ja

nee

nee

1-jul-22

29-nov-22

8

Kamerstukken II 2021/22, 36198, nrs. 1-2

Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2022 (zevende incidentele suppletoire begroting) inzake coronamaatregelen

nee

nee

nee

20-sep-22

20-dec-22

Het besluit in de 1e Incidentele Suppletoire Begroting (ISB), inzake coronamaatregelen, kon niet wachten tot de reguliere 1e Suppletoire Begroting, die in het voorjaar van 2022 aan het parlement zou worden verzonden, omdat het voor de beheersing van het coronavirus noodzakelijk was om de verplichtingen reeds eerder aan te kunnen gaan. Hierover is de Kamer alvorens de verplichtingen en uitgaven zijn aangegaan geïnformeerd via de volgende brieven: de Stand van zakenbrief COVID-19 van 3 november 2021 (Kamerstukken II, 2020/21, 25295, nr. 1468), de Maatregelenbrief COVID-19 van 12 november 2021 (Kamerstukken II, 2021/22, 25295, nr. 1519), de Maatregelenbrief COVID-19 van 26 november 2021 met kenmerk 3289172-1020780-PDC19, Kamerbrief versnellen boostervaccinatie van 12 november 2021 (kamerstukken II 2021/22, 25295, nr. 1518) en de brief Plan van aanpak ‘boosteroffensief’ van 3 december 2021 met kenmerk 1021464-PDC19. Met deze brieven is beleidsinhoudelijk aangegeven hoe het coronabeleid tot stand is gekomen en zijn de budgettaire consequenties hiervan opgenomen in de 1e ISB.

Het besluit in de 2e ISB, inzake coronamaatregelen, kon niet wachten tot de reguliere 1e Suppletoire Begroting. Voor de uitvoering van de spoedeisende maatregelen die hierin zijn opgenomen is het noodzakelijk om verplichtingen aan te kunnen gaan om de continuïteit van het coronabeleid en steunmaatregelen voor sport te waarborgen. Om dezelfde reden is de uitvoering van dit beleid al gestart voordat de Staten-Generaal deze begrotingswet had geautoriseerd. Voor de indiening van deze ISB is de Kamer geïnformeerd middels de Stand van zaken COVID-19 brief van 14 december 2021 met kenmerk 3295279-1021660-PDC19 (2021Z23483) en de brief Steunpakket in het eerste kwartaal van 2022 van 14 december 2021 met kenmerk CE/ 21312594 (2021Z23466).

Het besluit in de 3e ISB, inzake coronamaatregelen uitbreiding analysecapaciteit, kon niet wachten tot de reguliere Eerste Suppletoire Begroting. De opschaling van analysecapaciteit was nodig om de opschaling van de testcapaciteit aan te kunnen, vanwege de omikronvariant. Om deze reden is de uitvoering van het beleid gestart voordat de Staten-Generaal de begrotingswet heeft geautoriseerd. Voor de indiening van deze ISB is de Kamer geïnformeerd via de brief Maatregelen n.a.v. het 134e OMT advies van 18 december 2021 (Kamerstukken II, 2021-2022, 25295 nr. 1672).

Het besluit in de 4e ISB, inzake coronamaatregelen, kon niet wachten tot de reguliere 1e Suppletoire Begroting. Dit heeft mede te maken met het in stand houden van de coronamaatregelen en betalingen die betrekking hebben op 2021, maar pas in 2022 tot betaling kwamen. De uitvoering van de maatregelen die in deze 4e ISB zijn opgenomen konden niet wachten en zijn daarom gestart voordat de Staten-Generaal de begrotingswet had geautoriseerd. Voor de indiening van deze ISB is de Kamer geïnformeerd via de brief Stand van zaken COVID-19 van 14 december 2021 met kenmerk Kamerstukken II 2021/22, 25295, nr. 1638, de Stand van zakenbrief COVID-19 van 14 januari 2022 met kenmerk 3306279-1022966-PDC19, Maatregelenbrief COVID-19 van 25 januari 2022 met kenmerk 3312433-1023735-PDC19 en de brief Aanschaf zuurstofconcentratoren van 23 december 2021 met kenmerk 3301294-1022350-GMT.

Het besluit in de 5e ISB, inzake voorzieningen voor Oekraïense vluchtelingen, kon niet wachten tot de reguliere 1e Suppletoire egroting. Voor de uitvoering van de maatregelen die in de 5e ISB zijn opgenomen moest worden overgegaan tot het verplichten van de bedragen voor de regeling medisch noodzakelijke zorg aan onverzekerden voor Oekraïense vluchtelingen. Daarom is de uitvoering van deze maatregelen gestart voordat deze formeel waren geautoriseerd door de Staten-Generaal. Voor de indiening van deze ISB is de Kamer geïnformeerd via de brief Aanpak van de opvang van vluchtelingen uit Oekraïne van 17 maart 2022 (Kamerstukken II 2021/22, 19637, nr. 2834) en de brief Aanpak opvang ontheemden uit Oekraïne van 30 maart 2022 met kenmerk 3940150 (2022Z06173) en is een uitgebreide toelichting opgenomen in de aanbiedingsbrief bij de ISB.

Het besluit in de 6e ISB, inzake coronamaatregelen en coalitieakkoordmiddelen, kon niet wachten tot goedkeuring van het parlement van de reguliere 1e Suppletoire Begroting. Om de verplichtingen die in de 6e ISB zijn opgenomen tijdig aan te kunnen gaan was het noodzakelijk om de middelen separaat toe te voegen aan de begroting van VWS. Daarnaast is met deze ISB een integraal beeld gegeven van de verwachte corona gerelateerde uitgaven in 2022 waarbij rekening is gehouden met de huidige situatie en een opleving van het virus in het najaar. Daarnaast zijn er vanuit het coalitieakkoord van het kabinet Rutte IV middelen beschikbaar gesteld voor intensiveringen in onze gezondheidszorg. Het betreft hier middelen voor pandemische paraatheid, het voortzetten en waar nodig versterken van het preventieakkoord, stimuleren van sport en bewegen, uitgaan van passende zorg en toekomstgerichte ouderenzorg waarin wonen en zorg stapsgewijs worden gescheiden. In de aanbiedingsbrief bij de ISB is opgenomen om welke middelen het specifiek gaat en dat de regering ervoor koos om spoedig uitvoering te geven aan het coalitieakkoord. Om deze redenen is voor indiening van een ISB gekozen. Voor de indiening van deze ISB zijn beide Kamers beleidsinhoudelijk geïnformeerd via de Startnota kabinet Rutte IV van 10 januari 2022 (Kamerstukken II 2021/22, 35925, nr. 143), de brief Zorgprofessionals met post COVID klachten van 25 februari 2022 (Kamerstukken II 2021/22, 25295, nr. 1813) en de brief Lange termijn aanpak COVID-19 (Kamerstukken II, 2021/22, 25295 nr. 1834).

Het besluit in de 7e ISB, over de vaccin-inkoop van een aangepast vaccin voor de omikronvariant en het contract dat vanuit Europa op dat moment werd gesloten, kosten LCCB, Werk aan uitvoering en standaardisatie gegevensuitwisseling, kon niet wachten tot de reguliere 2e Suppletoire Begroting. De uitvoering van deze maatregelen die in de 7e ISB zijn opgenomen werd wenselijk gevonden om tijdig te starten. Hiervoor is een toelichting opgenomen per maatregel in de aanbiedingsbrief bij de ISB. Voor de indiening van deze ISB is de Kamer geïnformeerd via de Startnota kabinet Rutte IV van 10 januari 2022 (Kamerstukken II 2021/22, 35925, nr. 143), de brief Lange termijn aanpak COVID-19 (Kamerstukken II 2021/22, 25295, nr. 1834) en de brief Nadere uitwerking lange termijn aanpak COVID-19 (Kamerstukken II, 2021/22, 25295 nr. 1883).

Het besluit in de 8e ISB, inzake coronamaatregelen, kon niet wachten tot de reguliere 2e Suppletoire Begroting. Het betreft hier lopend beleid om de analysecapaciteit rechtmatig op te kunnen schalen mocht er een grootschalige uitbraak in het najaar plaatsvinden. Binnen de termijn waarop de verplichting kon worden aangegaan voor het kunnen opschalen van de testcapaciteit moest het parlement tijdig worden geïnformeerd. Voor de indiening van deze ISB is de Kamer vooraf geïnformeerd via de brief Lange termijn aanpak COVID-19 (Kamerstukken II 2021/22, 25295, nr. 1834) en de brief Nadere uitwerking lange termijn aanpak COVID-19 (Kamerstukken II, 2021/22, 25295 nr. 1883).

Licence