Een gemiddelde volwassen Nederlandse burger heeft in 2023 € 6.644 betaald aan collectief gefinancierde zorg, zoals figuur 10 laat zien. Behalve de nominale premie voor de Zvw en de eigen betalingen wordt er ook een fors bedrag betaald aan Wlz-premie en aan de inkomensafhankelijke bijdrage voor de Zvw (IAB-Zvw). De IAB-Zvw wordt voor een beperkt deel rechtstreeks door burgers betaald, namelijk door gepensioneerden en zelfstandigen. Het grootste deel, voor mensen in loondienst, wordt betaald door werkgevers. Het werkgeversdeel van de IAB-Zvw is van invloed op de loonruimte en wordt daarom ook meegenomen in de totale som van de uitgaven van burgers aan collectieve zorg. Via de zorgtoeslag ontvangt de gemiddelde burger een bedrag waarmee de nominale Zvw-premie en het betaalde eigen risico gedeeltelijk worden gecompenseerd. Als laatste betaalt de gemiddelde burger via de belastingen mee aan de zorguitgaven die via de begroting worden gefinancierd, zoals de rijksbijdragen aan de fondsen en de uitgaven aan zorgtoeslag.
De gemiddelde lasten in 2023 komen met € 6.644 iets hoger uit dan het bedrag van € 6.601 dat werd verwacht in de ontwerpbegroting. Dit komt vooral doordat er hogere gemiddelde premiebetalingen aan IAB en Wlz premie zijn betaald doordat de loonontwikkeling hoger is dan vooraf verwacht. Daar tegenover staat dat de hoger dan verwachte loonstijgingen er ook mede voor hebben gezorgd dat er minder is uitgegeven aan zorgtoeslag dan verwacht, welke terugkomt in lagere uitgaven aan zorg via de belasting. Ook zijn de overige belastinggefinancierde rijksbijdragen lager uitgevallen.
Figuur 10: Lasten per volwassene aan zorg in 2023 (in euro's per jaar)1
1Door afronding kan de som der delen afwijken van het totaal.