Base description which applies to whole site

Artikel 1 Goed functionerende economie en markten in Nederland en Europa

Algemene doelstelling

Het versterken van het duurzaam economisch groeivermogen in Nederland, door bevordering van het functioneren van de economie en markten.

Omschrijving van de samenhang in het beleid

Goed functionerende markten leveren een bijdrage aan onze welvaart. Publieke belangen dienen op een doelmatige wijze te worden geborgd. Wanneer er te weinig concurrentie in een markt is, kunnen consumenten een te hoge prijs voor producten en diensten moeten betalen. Met behulp van de Mededingingswet, de Elektriciteits-, Gas-, Telecommunicatie- en Warmtewet werkt EZ aan gezonde concurrentieverhoudingen. Het is daarom belangrijk dat burgers en bedrijven kunnen beschikken over transparante informatie over de kwaliteit van goederen en diensten. Hiernaast moeten consumenten weten welke rechten zij hebben indien na aankoop blijkt dat de beloofde kwaliteit toch niet wordt waargemaakt.

Het komen tot een goed functionerende interne markt is reeds sinds het begin van het proces van Europese integratie in de jaren 50 een van de centrale doelstellingen geweest. Uit onderzoek van het CPB 4 blijkt bovendien dat de Nederlandse burger ten opzichte van andere Europeanen zelfs meer dan gemiddeld profijt heeft van de open interne markt en dat op lange termijn de voordelen van de gerealiseerde integratie nog groter zullen zijn. Doelstelling van Nederland is om de interne markt te bestendigen en te versterken.

Verantwoordelijkheid

De Minister van Economische Zaken is (mede)verantwoordelijk voor:

  • de versterking van het groei- en concurrentievermogen in Nederland en de EU. Zo is de minister verantwoordelijk voor de uitvoering van de Europa 2020-strategie voor groei en banen in Nederland;

  • beleid ter bevordering van de interne markt, waaronder op het terrein van staatssteun;

  • de Nederlandse inbreng in de Raad voor Concurrentievermogen en in de Raad voor Energie en Telecommunicatie;

  • marktordening en mededinging;

  • het generieke consumentenbeleid.

Externe factoren

Het behalen van de algemene doelstelling hangt af van de volgende externe factoren:

  • Politieke, economische en internationale ontwikkelingen, zoals fluctuaties in de wereldhandel.

  • Het Europese krachtenveld en de speelruimte die Europese regelgeving nationaal biedt.

  • Het vertrouwen van consumenten. Behalve het garanderen van goede basis wet- en regelgeving en het toezicht daarop, het afdwingen van voldoende transparantie en het garanderen van goede verhaalmogelijkheden, wordt het consumentenvertrouwen mede bepaald door economische ontwikkelingen en (sociaal-economische) ontwikkelingen in de persoonlijke omstandigheden van de individuele consument.

Kengetallen

Het BBP per capita is een indicator die een indruk geeft van de levensstandaard in een land. Met een BBP per capita dat boven het EU-27 gemiddelde ligt, kan Nederland een welvarend land worden genoemd. De structurele arbeidsproductiviteitsgroei is een belangrijke determinant van economische groei en daarmee van toekomstige welvaart. Het werkloosheidspercentage in Nederland ligt ver beneden het EU-27 gemiddelde. Dit betekent dat in Nederland veel mensen aan het arbeidsproces deelnemen. Wanneer de economie de komende jaren verder aantrekt, zal de druk op de arbeidsmarkt snel toenemen.

BBP in euro per capita (PPS, prijzen 2000)

2006

2007

2008

2009

Nederland

28 266

29 184

29 624

28 325

EU-27

20 978

21 521

21 619

20 611

Bron: Eurostat

Gemiddelde werkloosheid in januari in %

2006

2007

2008

2009

2010

Nederland

4,4

3,6

2,8

2,8

4,1

EU-27

8,8

7,5

6,8

7,9

9,5

Bron: Eurostat

Structurele arbeidsproductiviteit mutaties per jaar in %

2006–2010

Nederland

2,3

Bron: CPB Economische Verkenning 2011–2015

Index of Economic Freedom

2006

2007

2008

2009

2010*

Ambitie 2011

Nederland

75,4

75,5

77,4

77

75

>70

Europees gemiddelde

66,2

66,3

66,8

66,3

66,8

 

Bron: www.heritage.org/Index/

De Index of Economic Freedom geeft een indicatie hoe het met de economische vrijheid in een land is gesteld. Economische vrijheid wordt gemeten in 10 categorieën die uiteenlopen van de bescherming van eigendomsrechten en de aanwezigheid van corruptie tot het vrije verkeer van goederen, diensten, arbeid en kapitaal. De economische vrijheid in Nederland is hoog. De Nederlandse score ligt ruim boven het Europees gemiddelde.

Kengetallen: Naleving Europese aanbestedingsrichtlijnen in % inkoopvolume

Sector

2006

2008

Kerndepartementen

78%

86%

Gemeente > 100 000

73%

81%

Gemeente > 50 000 < 100 000

56%

61%

Gemeente > 20 000 < 50 000

33%

45%

Gemeente > 10 000 < 20 000

27%

36%

Gemeente < 10 000

24%

26%

Provincies

90%

90%

Waterschappen

66%

68%

Academische Ziekenhuizen

57%

65%

Politieregio’s (incl. KLPD)

64%

65%

Universiteiten

50%

66%

Hogescholen

33%

66%

Eens in de twee jaar doet EZ onderzoek naar de naleving van de Aanbestedingsrichtlijnen door de aanbestedende diensten. Uit de zo verkregen gegevens kan worden afgeleid in hoeverre de naleving van de richtlijnen door aanbestedende diensten toe- of afneemt. Deze gegevens geven een beeld van de gevolgen van het beleid van EZ dat inzet op een goede naleving van de Aanbestedingswetgeving. Het is voor EZ echter niet mogelijk de naleving direct te beïnvloeden, omdat het juist toepassen van de aanbestedingsregels in concrete gevallen de verantwoordelijkheid van aanbestedende diensten is.

Markt en consumenten prestaties Nederland; kengetallen

Consumentenbeleid

EU 27 (2009)

NL (2009)

Percentage consumenten dat zich voldoende beschermd acht

54,6%

64,4%

Percentage consumenten dat verkopers/providers vertrouwt

58,1%

67,3%

Percentage dat bij verkopers heeft geklaagd

10,3%

6,9%

Percentage consumenten tevreden met klachtenafhandeling

49,7%

51,1%

Percentage consumenten dat het makkelijk vindt om via zelfregulering geschillen op te lossen

37,3%

38,9%

Consumenten Omgevingsindex

55

61

Bron: Europees Scorebord Consumentenmarkten

In de internationale vergelijking op een aantal issues die raken aan het vertrouwen van consumenten, scoort Nederland relatief hoog. De Omgevingsindex geeft een samengesteld beeld op verschillende indicatoren die te maken hebben met het consumentenvertrouwen.

Totale verplichtingen, uitgaven en ontvangsten artikel 1
Artikel 1: Goed functionerende economie en markten in Nederland en Europa (in € mln)
 

2009

2010

2011

2012

2013

2014

2015

Verplichtingen (totaal)

90,6

89,6

87,2

82,9

82,5

82,2

82,5

Operationeel doel 1

24,6

22,8

24,1

22,6

23,5

23,5

23,5

Algemeen

66,0

66,8

63,1

60,3

58,9

58,6

59,0

        

Uitgaven (totaal)

86,4

89,2

87,0

82,9

82,4

80,5

80,2

Operationeel doel 1

20,1

22,8

24,3

22,6

23,5

23,6

23,2

Algemeen

66,3

66,4

62,7

60,3

58,9

56,9

57,0

        

Programma-uitgaven

22,3

25,8

27,2

26,2

26,8

26,8

26,6

Waarvan juridisch verplicht 1

  

26,0

23,1

23,6

23,6

23,2

        

Ontvangsten (totaal)

19,3

50,6

43,2

36,4

35,8

35,8

35,8

Ontvangsten NMa

1,6

16,6

4,6

    

High Trust

13,4

26,5

31,1

31,1

31,1

31,1

31,1

Ontvangsten apparaat NMa

0,2

      

Ontvangsten Energiekamer

2,9

4,7

4,7

2,6

2,6

2,6

2,6

Fees NMa

1,2

2,8

2,8

2,7

2,1

2,1

2,1

1

Dit betreft uitfinanciering van verplichtingen die tot en met 2010 zijn aangegaan en de bijdragen aan instellingen en instituten.

Grafiek budgetflexibiliteit

Grafiek budgetflexibiliteit per operationeel doel

Grafiek budgetflexibiliteit per operationeel doel

Optimale marktordening en mededinging bevorderen

Operationele doelstelling 1

Motivering

Goed functionerende markten dragen in belangrijke mate bij aan economische groei. In een goed functionerende markt reageren vraag en aanbod effectief op elkaar. Zowel consumenten als bedrijven profiteren daarvan. Goed functionerende markten zorgen voor een optimalisering van de prijs-kwaliteitverhouding van goederen en diensten en keuzevrijheid voor gebruikers en stimuleren daarnaast innovatie.

De eerste doelstelling is optimale marktordening, een essentiële voorwaarde voor goed functionerende markten. Daarbij wordt gestreefd naar een balans tussen een efficiënte marktwerking enerzijds en de borging van publieke belangen anderzijds. Voor een aantal specifieke markten is EZ verantwoordelijk voor de marktordening. De Waarborgwet, Winkeltijdenwet en Metrologiewet vormen elk op hun eigen wijze belangrijke pijlers in het economisch verkeer en bepalen de voorwaarden waarbinnen concurrentie kan plaatsvinden. Hetzelfde geldt voor de aanbestedingswetgeving waarin wordt geregeld op welke wijze overheidsopdrachten voor concurrentie worden opengesteld. In dat verband speelt PIANOo een belangrijke rol bij het stimuleren en faciliteren van de kennis van expertise over aanbestedingen bij alle publieke opdrachtgevers.

Naast de ordeningsdoelstelling heeft EZ de doelstelling van optimale mededinging. Goed werkende markten vereisen een gezonde concurrentie. Het mededingingsbeleid, zoals opgenomen in de Mededingingswet, is erop gericht dat gezonde concurrentie niet wordt verstoord door mededingingsbeperkend gedrag van ondernemingen, zoals kartelvorming of misbruik van een economische machtspositie. De Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa) houdt toezicht op de naleving van de Mededingingswet. Daarnaast is in sommige sectoren sprake van sectorspecifiek toezicht op de concurrentieverhoudingen. De NMa houdt sectorspecifiek toezicht op de uitvoering van de Elektriciteits-, Gas-, Telecommunicatie- en Warmtewet. Voor de Telecommunicatiewet is OPTA de aangewezen toezichthouder.

Naast het bestendigen van de interne markt door middel van handhaving van de regels voor de interne markt en staatssteunregels, zet EZ in op het versterken van de interne markt.

Verplichtingen operationele doelstelling 1
 

2009

2010

2011

2012

2013

2014

2015

OD 1: Optimale marktordening en mededinging bevorderen

Verplichtingen (in € mln)

       

– Bijdrage aan Metrologie

15,0

14,8

14,6

14,6

14,6

14,6

14,6

– Raad Deskundige Nationale Standaard

0,1

0,1

0,1

0,1

0,1

0,1

0,1

– PIANOo Programma

8,2

6,6

7,2

5,7

6,6

6,6

6,6

– Markt en Overheid

0,0

0,0

0,9

0,9

0,9

0,9

0,9

– Bijdrage aan Nederlands Normalisatie Instituut

1,1

1,1

1,1

1,1

1,1

1,1

1,1

– Raad voor Accreditatie

0,2

0,2

0,2

0,2

0,2

0,2

0,2

Mededingingsbeleid (Mededingingswet en de NMa)

Instrumenten & activiteiten

Doel en beschrijving: De Mededingingswet is de wettelijke verankering van het streven naar een optimale concurrentie. Doel van de Mededingingswet is markten te laten werken. Daarom verbiedt de wet onder meer het maken van prijsafspraken tussen bedrijven en het misbruik maken van een economische machtspositie door een individueel bedrijf. Daarnaast geeft zij de Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa) de bevoegdheid fusies boven een bepaalde omzetdrempel te beoordelen op hun gevolgen voor de mededinging op specifieke markten.

De uitvoering van de Mededingingswet is opgedragen aan de NMa. De NMa handhaaft het verbod op kartels en op misbruik van een economische machtspositie en toetst eveneens fusies en overnames. Naast het toezicht op de Mededingingswet is de NMa ook belast met de uitvoering van het toezicht op een aantal sectorspecifieke wetten: de Elektriciteitswet 1998 en de Gaswet op het gebied van energie en de Wet Personenvervoer 2000, de Spoorwegwet, de Wet Luchtvaart en de Wet markttoezicht registerloodsen op het gebied van vervoer. Het vervoerstoezicht valt onder de beleidsverantwoordelijkheid van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat.

Op Europees niveau houdt de Europese Commissie zich bezig met de naleving van de mededingingsregels. EZ heeft een adviserende rol bij de totstandkoming van de verschillende beleidsinstrumenten binnen de Europese Unie.

Voornaamste acties in 2011:

  • Indien het nieuwe kabinet hiermee instemt zal in 2011 een wetsvoorstel in worden gediend voor de strafrechtelijke handhaving van de Mededingingswet. In dit wetsvoorstel wordt de strafrechtelijke vervolging geregeld voor overtredingen van de Mededingingswet. Dit strafrechtelijke traject zal alleen gaan gelden voor bijzonder ernstige overtredingen van de Mededingingswet, voor de overige overtredingen blijft het bestuursrecht van toepassing.

  • Het streven is de Tweede Kamer in de zomer van 2010 te informeren over de resultaten van de evaluatie van het functioneren van de Raad van Bestuur van de NMa. In 2011 zal naar aanleiding van de resultaten van deze evaluatie worden bekeken of het functioneren van de NMa verder kan worden verbeterd.

Aanbestedingsbeleid

Doel en beschrijving: Het doel van het aanbestedingsbeleid is erop gericht dat de overheid op een transparante en effectieve manier inkoopt tegen de beste prijs-kwaliteitverhouding, waarbij ondernemers een goede en eerlijke kans maken op een opdracht. Het wetvoorstel Aanbestedingswet heeft tot doel een eenduidig en helder regelgevend kader te schetsen van de voorwaarden waaronder aanbestedende diensten hun opdrachten voor concurrentie moeten openstellen. Voorts heeft EZ enkele aanvullende beleidsinitiatieven genomen, die behalve het versterken van de mededinging tot doel hebben de kwaliteit van de inkoop te bevorderen, de naleving te verhogen en ten slotte de effectiviteit van de inkoop te verbeteren. PIANOo, het expertisecentrum voor aanbesteden, heeft als taak de professionaliteit van het inkopen en aanbesteden door alle overheden in Nederland te vergroten. Iedereen die zich in de publieke sector bezighoudt met het inkopen en aanbesteden van werken, leveringen en diensten kan bij PIANOo terecht voor informatie, advies en praktische tips.

Op Europees niveau speelt EZ een rol bij de onderhandeling en de totstandkoming van de Europese richtlijnen die van toepassing zijn op Europese aanbestedingsprocedures.

Voornaamste acties in 2011:

  • Na de afwijzing in 2008 van het Wetsvoorstel Aanbestedingswet door de Eerste Kamer wordt gewerkt aan een nieuw wetsvoorstel. Het wetsvoorstel is in 2010 bij de Tweede Kamer ingediend. Dit wetsvoorstel bevat een hernieuwde implementatie van de Aanbestedingsrichtlijnen, aangevuld met maatregelen die de concurrentie moeten bevorderen, de lasten moeten verminderen, de aanbestedingspraktijk waar nodig uniformeren en de klachtenafhandeling vergemakkelijken.

  • Implementatie aanvullend beleid bij de Aanbestedingswet (Handreiking Proportionaliteit, Richtsnoeren Leveringen en Diensten).

  • Introductie elektronisch aanbesteden via TenderNed.

Indicator: TenderNed wordt het centrale systeem voor elektronisch aanbesteden in Nederland. TenderNed is daarmee een belangrijk onderdeel van het flankerende aanbestedingsbeleid en levert een belangrijke bijdrage aan de professionalisering van de overheidsinkoop. TenderNed leidt tot vermindering van de administratieve lasten voor potentiële opdrachtnemers uit het bedrijfsleven. Ondernemers kunnen, zonder dat zij op verschillende plaatsen hoeven te zoeken, op één centrale plaats alle (overheids)opdrachten vinden. In het wetsvoorstel voor een nieuwe Aanbestedingswet wordt een bepaling opgenomen die aanbestedende diensten verplicht de (voor)aankondiging van een opdracht en het bekendmaken van de gunning te publiceren via TenderNed. Doordat de bouw van TenderNed vertraging heeft opgelopen is de streefwaarde van 2010 doorgeschoven naar 2011.

Prestatie-indicator

Streefwaarde 2011

Gebruik elektronisch systeem voor aanbesteden wordt gemeengoed bij de overheid

Alle Europese aanbestedingen worden via TenderNed gepubliceerd

Metrologiewet

Doel en beschrijving: Het belangrijkste doel van de Metrologiewet is ervoor te zorgen dat nationale meetstandaarden beschikbaar zijn en dat juist en nauwkeurig kan worden gemeten met meetinstrumenten. Meetstandaarden dragen bij aan de rechtszekerheid. De gecontroleerde meetinstrumenten worden met name gebruikt bij het leveren van goederen in het kader van eerlijke handel en consumentenbescherming. Het Van Swinden Laboratorium (VSL), Verispect en de aangewezen instanties zijn belast met de uitvoering van de regelgeving.

Voornaamste acties in 2011:

  • In 2011 zal de evaluatie van de Metrologiewet worden afgerond. In deze evaluatie zal ook het functioneren van VSL, Verispect en de aangewezen instanties worden meegenomen. Indien nodig zullen naar aanleiding van de evaluatie vervolgacties worden opgesteld.

  • In 2011 zal de Europese Commissie een rapport, vergezeld van een wijzigingsvoorstel, uitbrengen over het functioneren van Richtlijn 2004/22/EC betreffende meetinstrumenten. Dit wijzigingsvoorstel zal vervolgens op raadsniveau onderwerp van discussie zijn.

  • In 2011 zal de herziening van de Europese metrologische richtlijnen op basis van verordening 765/2008 betreffende accreditatie en marktoezicht en besluit 768/2008 betreffende het verhandelen van producten afgerond worden. De Metrologiewet zal hieraan moeten worden aangepast.

Interne markt

Doel en beschrijving: EZ acht het voor de goede werking van de interne markt van cruciaal belang dat de Europese regels betreffende de interne markt kwalitatief goed, eenduidig en consistent zijn. Voorts dat zij correct en tijdig worden geïmplementeerd. Adequaat toezicht op de naleving van de regels is vervolgens een vereiste voor het borgen van het gelijke speelveld voor ondernemers. Zo volgt EZ nauwlettend de implementatie van belangrijke interne markt regelgeving in andere lidstaten, zoals m.b.t. de dienstenrichtlijn, postrichtlijn, vrij verkeer van goederen en markttoezicht. EZ coördineert de interdepartementale afstemming van interne markt dossiers en vraagstukken die mede het beleidsterrein van de andere ministeries raken, ook voor het vervolgtraject na-implementatie van de dienstenrichtlijn. Voor klachten van burgers en bedrijven uit een lidstaat over overheidsdiensten van een andere lidstaat die EU-recht verkeerd toepast, zijn voorts in de EU-lidstaten SOLVIT klachtenloketten opgericht.

Voornaamste acties in 2011: Een deel van de knelpunten binnen de interne markt dienen op EU-niveau te worden aangekaart. Hierbij gaat het ondermeer om knelpunten die voortvloeien uit het ontbreken van (eenduidige of geharmoniseerde) Europese regels of gebrekkige harmonisatie of wederzijdse erkenning op EU-niveau. Op basis van het in 2010 uitgebrachte rapport van de heer Monti 5, zal de Europese Commissie voorstellen doen voor de vervolmaking van de interne markt. Nederland zal in aanloop naar deze voorstellen waar mogelijk de discussie proactief beïnvloeden.

Vergroten vertrouwen van consumenten

Operationele doelstelling 2

Motivering

Consumenten moeten in staat zijn met vertrouwen op markten te opereren en daarbij goed gefundeerde keuzes te maken. Om consumenten als volwaardige spelers op de markt hun rol als afnemers te kunnen laten spelen blijft het van groot belang dat er voldoende, juiste en transparante (begrijpelijke) marktinformatie bestaat voorafgaand, tijdens en na de aanschaf van een product of dienst. Informatie die zowel betrekking heeft op de rechten (en plichten) van consumenten en de kenmerken van de betreffende producten of diensten. Voor een deel komt dit uit het marktproces zelf tot stand, maar deels ook niet. Aanbieders hebben meestal een kennisvoorsprong. Met het oog op deze informatieasymmetrie zijn afspraken nodig over de informatie die aan consumenten moet worden verstrekt en de wijze waarop die informatie wordt verstrekt. Daarnaast moeten de rechten en plichten voor consumenten helder worden vastgelegd en dienen er mechanismen te zijn die de consument ondersteunen om zijn gelijk te halen wanneer zijn rechten niet worden gerespecteerd.

Goed geïnformeerde, zelfbewuste consumenten zijn ook een stimulans voor ondernemers om innovatief te zijn of te worden. Ondernemers kunnen zich door middel van het aanbod van producten zowel op prijs als kwaliteit van producten onderscheiden.

Ondernemers en consumenten hebben in het verleden door middel van zelfregulering invulling kunnen geven aan de bovenstaande voorwaarden voor een transparant en gelijkwaardig marktproces. Zelfregulering, bijvoorbeeld door middel van gedragscodes of door tweezijdige algemene voorwaarden en geschilbeslechting is toegesneden op de praktijk van alle dag en dient dan ook in samenhang te worden gezien met de wettelijke regels. Enerzijds vormt zelfregulering de uitwerking van algemene wettelijke normen; anderzijds vullen ze die ook aan. Bij de wettelijke regels gaat het onder meer om regels waarin is vastgelegd welke rechten en plichten consumenten in ieder geval hebben, regels met betrekking tot de kwaliteit en veiligheid van goederen en diensten, regels omtrent informatieverplichtingen, en regels omtrent garanties et cetera. Ten behoeve van de handhaving van (een deel van) die wettelijke regels is in 2007 de Consumentenautoriteit opgericht.

Informatieloket ConsuWijzer

Instrumenten & activiteiten

Doel en omschrijving: Goed geïnformeerde, zelfbewuste consumenten zijn essentieel voor het goed functioneren van markten. Kennis van de eigen rechten en plichten draagt daar aan bij. Dit geldt zowel voor ondernemers als voor consumenten. Het informatieloket ConsuWijzer biedt deze informatie aan. Het is van belang de bekendheid van dit loket onder consumenten verder te vergroten.

Voornaamste acties in 2011:

  • Uit eerder onderzoek 6 naar de kennis van rechten en plichten komt naar voren dat bijna 50% van de consumenten vindt dat men niet genoeg (juridische) kennis heeft om volwaardig tegenspel te kunnen bieden aan de handelaar. Met ConsuWijzer, het informatieloket van de Consumentenautoriteit, de NMa en OPTA, wordt getracht in die kennisbehoefte te voorzien. Uit het onderzoek blijkt ook dat de bekendheid van Consuwijzer onder consumenten nog niet al te groot is. Slechts 2% noemt spontaan dit loket als organisatie waar men advies zou vragen bij een probleem. Met enige hulp noemt 38% dit loket. Het doel is de naamsbekendheid van dit loket verder te vergroten en het aantal bezoeken aan de website ook structureel op een hoog niveau te houden.

Indicator: De klanttevredenheid wordt tweejaarlijks onderzocht.

Prestatie-indicator

2009

Streefwaarde 2011

Percentage consumenten dat weet van bestaan ConsuWijzer

2%

6%

Aantal bezoeken op website ConsuWijzer

2 000 000

2 000 000

Klanttevredenheid ConsuWijzer (schaal van 1-10)

7,3

7

Positie consument versterken in Nederland en Europa

Doel en beschrijving: Naast goede evenwichtige afspraken tussen ondernemers en consumentenorganisaties op het gebied van bijvoorbeeld geschillenbeslechting en de Nederlandse reclamecode, is ook wet- en regelgeving belangrijk. Te meer omdat niet alle ondernemers betrokken zijn bij zelfreguleringsarrangementen. Goede wet- en regelgeving in Nederland en binnen de EU beschermt consumenten tegen oneerlijke praktijken en geeft hen belangrijke rechten in de relatie met ondernemers. Consumenten maken steeds vaker gebruik van aanbiedingen over de grens. In dat licht is het van belang dat zij ook in andere EU landen met vertrouwen kunnen consumeren. Wanneer dat vertrouwen beschaamd wordt is het eveneens van belang dat de toezichthouder, waar nodig in samenwerking met de Europese collega’s, effectief kan optreden.

Voornaamste actie’s in 2011:

  • In Europa wordt onderhandeld over een Richtlijn Consumentenrechten. Deze richtlijn is een samenstelling van de bestaande richtlijnen Verkoop op afstand, Colportage, Consumentenkoop en Oneerlijke bedingen. De uitkomsten van deze onderhandelingen, een nieuwe Europese richtlijn consumentenrechten, zullen worden geïmplementeerd in Nederlandse wetgeving. Inzet van Nederland is het realiseren van een interne markt voor consumenten en retailers, met zoveel mogelijk eenduidige en gestroomlijnde wet- en regelgeving.

  • Uitbreiding mogelijkheden laagdrempelige geschiloplossing. Wanneer consumentenorganisaties en brancheverenigingen kansen zien op tot de oprichting van een geschillencommissie op basis van tweezijdige algemene voorwaarden te komen, zal dit zo mogelijk worden gefaciliteerd.

  • Samen met het Ministerie van Justitie wordt verder gewerkt aan de verdere verbetering van al bestaande mogelijkheden van collectief verhaal. Hierbij zal ook de zogenaamde strooischade, massaschade die zo gering is dat het op grond van een kosten-baten analyse niet loont die individueel te verhalen, betrokken worden.

  • De modernisering van de Pandhuiswet 1910. De modernisering van de Pandhuiswet 1910 is nodig om de consument beter te bescherming wanneer hij zijn goederen beleent bij een pandhuis. In de nieuwe wet zal aandacht worden geschonken aan de kredietvergoeding die aanbieders in rekening mogen brengen, de beleentermijn en de informatie die aan de consument moet worden verstrekt evenals het toezicht hierop.

Verplichtingen ten behoeve van apparaat gerelateerde uitgaven en algemeen onderzoek

Algemeen

Verplichtingen ten behoeve van apparaat en algemeen onderzoek
 

2009

2010

2011

2012

2013

2014

2015

Algemeen

Verplichtingen (in € mln)

       

– Personeel EP

8,0

5,9

5,3

5,3

5,3

5,3

5,3

– Personeel Marktwerking

0,0

2,7

2,5

2,5

2,5

2,5

2,5

– Personeel PIANOo

2,4

2,4

2,3

0,6

0,5

0,5

0,5

– NMa/DTe

47,6

45,6

43,0

41,8

40,7

40,4

40,4

– Consumentenautoriteit

5,5

6,7

6,6

6,5

6,5

6,5

6,5

– Onderzoek en Ontwikkeling

2,4

3,5

3,4

3,5

3,4

3,4

3,7

Overzicht onderzoek naar de doelmatigheid en de doeltreffendheid van beleid

Soort onderzoek

Onderzoek onderwerp

OD

Start

Afgerond

Vindplaats

Beleidsdoorlichting

Marktordening

1.1

2015

2015

 
 

Consumentenbeleid

1.2

2015

2015

 

Effectenonderzoek ex post

Bijdrage NMI/Verispect

1.1

2011

2012

 
 

Evaluatieonderzoek Metrologiewet

1.1

2010

2011

 
 

Bijdrage Normalisatie-instituut (NEN)

1.1

2014

2014

 
 

Functioneren Raad van Bestuur NMa

1.1

2009

2010

 
 

PIANOo

1.1

2010

2011

 
 

Wet handhaving consumentenbescherming

1.2

2010

2011

 
 

Nalevingsonderzoek aanbesteden

1.1

2011

2011

 

Overig evaluatieonderzoek

Raad voor Accreditatie

1.1

2015

2015

 
4

CPB Document 168, «The Internal Market and the Dutch Economy», september 2008, www.cpb.nl/nl/pub/cpbreeksen/document/168/.

5

A new strategy for the single market at service of Europe’s economy and society. Report to the President of the European Commission José Manuel Barosso.

6

TNS NIPO i.o. van het Ministerie van Economische Zaken, «Kennen consumenten hun rechten en plichten; Onderzoek naar het kennisniveau van consumenten», november 2008.

Licence