De Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) is de uitvoeringsorganisatie van de Rijksoverheid voor het onderwijs. DUO levert producten en diensten op het terrein van bekostiging van instellingen, financiering van studenten, informatievoorziening alsmede diensten gericht op de verbetering van de verbinding tussen beleid en uitvoering. Daarnaast verricht DUO werkzaamheden voor overige departementen en derden. In deze paragraaf is de begroting opgenomen van de Dienst Uitvoering Onderwijs.
2013 | |
---|---|
Totaal baten | 231 668 |
Totaal lasten | 231 668 |
Saldo van baten en lasten | 0 |
Totaal kapitaalontvangsten | 0 |
Totaal kapitaaluitgaven | 6 914 |
DUO begroot voor 2013 een exploitatiesaldo van nihil. De kapitaaluitgaven zijn gelijk aan de aflossing van leningen bij het ministerie van Financiën (€ 0,3 miljoen) en de vervangingsinvesteringen (€ 6,6 miljoen).
Slotwet 2011 | Vast-gestelde begroting 2012 | 2013 | 2014 | 2015 | 2016 | 2017 | ||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Baten | ||||||||
Omzet moederdepartement | 239 490 | 207 791 | 207 766 | 200 051 | 192 516 | 185 606 | 186 056 | |
Omzet overige departementen | 12 760 | 10 537 | 14 172 | 13 538 | 13 144 | 13 026 | 13 026 | |
Omzet derden | 11 982 | 11 106 | 9 630 | 9 630 | 9 630 | 9 630 | 9 630 | |
Rentebaten | 107 | 100 | 100 | 100 | 100 | 100 | 100 | |
Vrijval voorzieningen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Bijzondere baten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Totaal baten | 264 339 | 229 534 | 231 668 | 223 319 | 215 390 | 208 362 | 208 812 | |
Lasten | ||||||||
Apparaatskosten | 257 806 | 221 704 | 224 968 | 216 619 | 208 690 | 201 662 | 202 112 | |
– | personele kosten | 146 860 | 140 594 | 137 699 | 133 878 | 129 784 | 126 379 | 126 379 |
– | waarvan eigen personeel | 120 178 | 119 080 | 117 620 | 114 919 | 112 171 | 109 784 | 109 784 |
– | waarvan externe inhuur | 26 682 | 21 514 | 20 079 | 18 959 | 17 613 | 16 595 | 16 595 |
– | materiële kosten | 110 946 | 81 110 | 87 269 | 82 741 | 78 906 | 75 283 | 75 733 |
– | waarvan apparaat ICT | 16 931 | 16 008 | 16 000 | 16 000 | 16 000 | 16 000 | 16 000 |
– | waarvan bijdrage aan SSO’s | 0 | 0 | 930 | 930 | 930 | 930 | 930 |
Rentelasten | 73 | 100 | 100 | 100 | 100 | 100 | 100 | |
Afschrijvingskosten | 6 656 | 7 730 | 6 600 | 6 600 | 6 600 | 6 600 | 6 600 | |
– | materieel | 6 656 | 7 730 | 6 600 | 6 600 | 6 600 | 6 600 | 6 600 |
– | waarvan apparaat ICT | 5 023 | 4 820 | 4 800 | 4 800 | 4 800 | 4 800 | 4 800 |
– | immaterieel | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Overige kosten | 194 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
– | dotaties voorzieningen | 194 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
– | bijzondere lasten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Totaal lasten | 264 729 | 229 534 | 231 668 | 223 319 | 215 390 | 208 362 | 208 812 | |
Saldo van baten en lasten | – 390 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Toelichting op de begroting van baten en lasten:
Slotwet 2011
DUO heeft, mede als gevolg van eenmalige projecttegenvallers over 2011 een nadelig saldo van € 0,4 miljoen gerealiseerd, wat gedekt wordt vanuit de exploitatiereserve. Het streven voor 2013 en verder is een sluitende begroting.
Baten
Opbrengst moederdepartement
De opbrengst moederdepartement betreft de inkomsten voor geleverde diensten en producten aan de opdrachtgever OCW. De omzet moederdepartement ad € 207,8 miljoen is gerelateerd aan de hoofdproducten Bekostiging instellingen (€ 43,4 miljoen), Studiefinanciering (€ 112,7 miljoen), Examendiensten (€ 20,7 miljoen), Basisregister (€ 24,8 miljoen) en Informatiediensten (€ 6,2 miljoen). De dalende lijn in de opbrengst moederdepartement wordt veroorzaakt door de ingeboekte taakstellingen over de periode 2012 tot en met 2018.
Opbrengst overige departementen
Het betreft opbrengsten in verband met uitvoering inburgeringstaken in opdracht van het ministerie van Binnenlandse Zaken Koninkrijksrelaties (€ 7,5 miljoen), implementatie en uitvoering landelijk register kinderopvang voor het ministerie van Sociale Zaken (€ 5,4 miljoen), de print- en couverteerwerkzaamheden ten behoeve van het CJIB van het ministerie van Veiligheid en Justitie (€ 1,1 miljoen) en werkzaamheden bekostiging groen onderwijs in opdracht van het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (€ 0,2 miljoen).
Opbrengst derden
Het betreft hier met name ontvangen examengelden (€ 2,7 miljoen) en vergoedingen van inburgeringkandidaten (€ 5,3 miljoen) en daarnaast werkzaamheden voor andere opdrachtgevers dan ministeries ten bedrage van € 1,6 miljoen.
Rentebaten
Het betreft hier een raming van rentebaten op basis van de huidige renteontwikkeling.
Lasten
Personele kosten
De personele kosten bevatten de kosten van eigen personeel (€ 117,6 miljoen) welke worden bepaald door benodigde formatie gerelateerd aan de te leveren prestaties en de gemiddelde loonkosten, en de kosten voor externe inhuur (€ 20,1 miljoen). De daling ten opzichte van de begroting 2012 is gerelateerd aan de opgelegde taakstellingen.
Materiële kosten
De materiële kosten bestaan ondermeer uit vaste lasten, zoals huisvestingskosten inclusief facilitaire kosten (€ 22 miljoen), kosten informatievoorziening en automatisering (€ 16 miljoen), externe diensten en communicatiemiddelen (€ 14 miljoen) en circa € 35 miljoen ten behoeve van de implementatie van beleidswijzigingen in de geautomatiseerde systemen.
Rentelasten
Dit betreft de te betalen rente in 2013 als gevolg van het beroep op de leenfaciliteit ten behoeve van investeringen in materiële vaste activa.
Afschrijvingskosten
De afschrijvingskosten betreffen uitsluitend materiële vaste activa.
Omschrijving | Slotwet 2011 | Vast-gestelde begroting 2012 | 2013 | 2014 | 2015 | 2016 | 2017 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
1. | Rekening-courant RHB 1 januari | 68 832 | 51 154 | 47 697 | 47 383 | 47 069 | 47 755 | 46 411 |
2. | Totaal operationele kasstroom | – 6 690 | 5 400 | 6 600 | 6 600 | 6 600 | 6 600 | 6 600 |
3a. | Totaal investeringen (-) | – 10 674 | – 8 543 | – 6 600 | – 6 600 | – 6 600 | – 6 600 | – 6 600 |
3b. | Totaal boekwaarde desinvesteringen (+) | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
3. | Totaal investeringskasstroom | – 10 674 | – 8 543 | – 6 600 | – 6 600 | – 6 600 | – 6 600 | – 6 600 |
|
|
|
|
|
|
| ||
4a. | Eenmalige uitkering aan moederdepartement (-) | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
4b. | Eenmalige storting door het moederdepartement (+) | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
4c. | Aflossingen op leningen (-) | – 314 | – 314 | – 314 | – 314 | – 314 | – 314 | 0 |
4d. | Beroep op leenfaciliteit (+) | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
4. | Totaal financieringskasstroom | – 314 | – 314 | – 314 | – 314 | – 314 | – 314 | 0 |
5. | Rekening courant RHB 31 december | 51 154 | 47 697 | 47 383 | 47 069 | 47 755 | 46 411 | 46 411 |
Toelichting op het kasstroomoverzicht
De operationele kasstroom is gelijk aan het totaal van de begrote afschrijvingskosten en de mutatie voorzieningen en kortlopende schulden en overlopende transsistorische posten. Het totaal van investeringen is gelijk aan de zogenoemde vervangingsinvesteringen voor de materiële vaste activa en zijn gelijk aan de bruto afschrijvingskosten van deze activa.
Doelmatigheid
Basisindicatoren zijn de kostprijs en kwaliteit per product of dienst. Doelmatigheid kan meerjarig worden bereikt door een lagere kostprijs (bij gelijke kwaliteit) of een hogere kwaliteit (bij gelijke kostprijs).
DUO is per 1 januari 2010 opgericht. Hierdoor zijn er geen historische benchmarkgegevens. In de gepresenteerde reeks voor DUO (tabel 4) geldt een sterke focus op kostenbeheersing en kwaliteitsverbetering van dienstverlening. De programma’s INFRA (Infrastructuurprojecten) en PVS (Programma Vernieuwing Studiefinanciering) zijn daar belangrijke voorbeelden van. Door deze vernieuwing is het tevens mogelijk de efficiencytaakstelling van het kabinet te realiseren. De indexgetallen van de onderscheiden producten laten dit zien.
Slotwet 2011 | 2012 | 2013 | 2014 | 2015 | 2016 | 2017 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Generiek Deel | |||||||
Omzet Bekostiging Instellingen1 | 21% | 100,0 | 98,5 | 97,0 | 95,4 | 95,4 | 95,4 |
Omzet Studiefinanciering1 | 55% | 100,0 | 97,7 | 94,6 | 89,7 | 89,7 | 89,7 |
Omzet Examendiensten1 | 10% | 100,0 | 98,5 | 97,0 | 95,4 | 95,4 | 95,4 |
Omzet Basisregister1 | 12% | 100,0 | 98,5 | 93,1 | 91,6 | 91,6 | 91,6 |
Omzet Informatiediensten1 | 2% | 100,0 | 98,5 | 97,0 | 95,4 | 95,4 | 95,4 |
Projecttarief per uur2 | 100,0 | 100,0 | 100,0 | 100,0 | 100,0 | 100,0 | 100,0 |
Saldo baten en lasten (%) | – 0,0% | 0,0% | 0,0% | 0,0% | 0,0% | 0,0% | 0,0% |
Bezwaarschriften Studiefinanciering ten behoeve van aantal voor bezwaar vatbare beslissingen (%) | 1,4% | 1,4% | 1,4% | 1,4% | 1,4% | 1,4% | 1,4% |
Index is gelijk aan 100. Over de ontwikkeling van het projecttarief zijn afspraken gemaakt met de eigenaar. Dit heeft een relatie met de verdeling van de taakstelling Rijk, agentschappen en uitvoerende ZBO’s. Er is een lumpsum taakstelling toegedeeld van € 6,1 miljoen. Deze wordt gerealiseerd door het constant houden van de verkoopprijs, terwijl er een daling wordt gerealiseerd op de inkoopprijs. Deze reeks moet wel worden geïndexeerd.
Toelichting Doelmatigheidsindicatoren
Omzet/kostprijs per product: DUO aggregeert haar werkzaamheden in de going concern (basiscontract) naar 5 producten, te weten Bekostiging instellingen, Studiefinanciering, Examendiensten, Basisregisters en Informatiediensten. De doelmatigheidsindicatoren geven inzicht in de ontwikkeling van de prijsefficiency per product, exclusief volumina ontwikkelingen. Per product gaat het om circa 6% productiviteitsontwikkeling, aangevuld met specifieke maatregelen binnen de producten basisregisters en studiefinanciering. Met de ingegeven prijsefficiency en de samenhangende doelmatigheidsontwikkeling wordt gestreefd om budgetneutraal te realiseren waarbij de gemaakte kosten vanuit de omzet gedekt worden.
Projecttarief per uur: Het projecttarief per uur is een gemiddeld uurtarief in- en externe inzet ten behoeve van systeem- en procesaanpassingen.
Saldo baten en lasten: DUO begroot en verwacht te realiseren met een exploitatiesaldo van nul.
Bezwaarschriften ten behoeve van aantal voor bezwaar vatbare beslissingen: Het aantal bezwaarschriften met betrekking tot Studiefinanciering en WTOS (Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage schoolkosten) bedraagt maximaal 1,4% van het aantal voor bezwaar vatbare beslissingen.