2.1 Algemene toelichting
Het Nationaal Archief beheert de archieven van de rijksoverheid, maar ook archieven van maatschappelijke organisaties en individuele personen die van nationaal belang zijn (geweest). In de depots ligt bijna duizend jaar geschiedenis van Nederland opgeslagen in 110 kilometer archieven en in duizenden kaarten, tekeningen en foto’s.
De missie van het Nationaal Archief is het dienen van ieders recht op informatie en het geven van inzicht in het verleden van ons land door:
-
• inzet voor een sterk archiefbestel, een afgewogen beleid voor archiefwaardering en selectie en optimale zorg voor alle rijksarchieven
-
• de nationale archiefcollectie in Den Haag te beheren en onsite en online te presenteren.
Nationaal Archief en Regionale Historische Centra
Op basis van de Archiefwet 1995 heeft de minister van OCW een specifieke verantwoordelijkheid voor alle rijksarchiefbewaarplaatsen, zijnde het Nationaal Archief in Den Haag en 11 rijksarchiefbewaarplaatsen in de provinciehoofdsteden. De archiefbewaarplaatsen in de provinciehoofdsteden maken deel uit van Regionale Historische Centra (RHC’s). De RHC’s zijn zelfstandige openbare lichamen, die vanuit het Rijk en andere partners een bijdrage ontvangen.
Deze begroting handelt alleen om de baten en lasten van het Nationaal Archief. De rijksbijdragen aan de afzonderlijke RHC’s zijn onderdeel van artikel 14 van de begroting van OCW.
2013 | |
---|---|
Totaal baten | 27 593 |
Totaal lasten | 27 593 |
Saldo van baten en lasten | 0 |
Totaal Kapitaalontvangsten | 1 000 |
Totaal Kapitaaluitgaven | 2 940 |
2011 Slotwet | 2012 Vastgestelde begroting | 2013 | 2014 | 2015 | 2016 | 2017 | |||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Baten | |||||||||
Omzet moederdepartement | 21 506 | 18 969 | 22 765 | 22 324 | 21 859 | 21 722 | 21 722 | ||
Omzet overige departementen | 1 200 | 317 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Omzet derden | 1 610 | 2 944 | 3 315 | 3 315 | 3 315 | 3 315 | 3 315 | ||
CBG baten | 1 796 | 1 751 | 1 751 | 1 751 | 1 751 | 1 751 | |||
Rentebaten | 6 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Mutatie vooruitontvangen middelen | 3 446 | 3 507 | 1 513 | 1 513 | 1 513 | 1 513 | 1 513 | ||
Bijzondere baten | 325 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Totaal baten | 28 093 | 27 533 | 27 593 | 27 152 | 26 687 | 26 550 | 26 550 | ||
Lasten | |||||||||
Apparaatskosten | 25 741 | 24 408 | 25 226 | 24 616 | 24 159 | 24 029 | 24 037 | ||
– | personele kosten | 11 336 | 10 053 | 10 936 | 10 766 | 10 609 | 10 609 | 10 609 | |
eigen personeel | 9 113 | 9 030 | 8 980 | 8 810 | 8 653 | 8 653 | 8 653 | ||
externe inhuur | 2 223 | 1 023 | 1 956 | 1 956 | 1 956 | 1 956 | 1 956 | ||
– | materiële kosten | 14 405 | 14 355 | 14 290 | 13 850 | 13 550 | 13 420 | 13 428 | |
waarvan CBG | 1 796 | 1 751 | 1 751 | 1 751 | 1 751 | 1 751 | |||
waarvan apparaat ICT | 1 690 | 2 134 | 2 134 | 2 134 | 2 134 | 2 134 | 2 134 | ||
Rentelasten | 13 | 90 | 41 | 76 | 68 | 61 | 53 | ||
Afschrijvingskosten | 2 188 | 3 035 | 2 326 | 2 460 | 2 460 | 2 460 | 2 460 | ||
– | materieel | 472 | 780 | 598 | 732 | 732 | 732 | 732 | |
waarvan apparaat ICT | 247 | 276 | 247 | 247 | 247 | 247 | 247 | ||
– | immaterieel | 1 716 | 2 255 | 1 728 | 1 728 | 1 728 | 1 728 | 1 728 | |
Overige kosten | – 121 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
– | dotaties voorzieningen | 27 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
– | bijzondere lasten | – 148 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Totaal lasten | 27 821 | 27 533 | 27 593 | 27 152 | 26 687 | 26 550 | 26 550 | ||
Saldo van baten en lasten | 272 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Toelichting:
In 2011 heeft het Nationaal Archief het jaar afgesloten met een positief resultaat van circa € 0,3 miljoen.
Baten
Opbrengst moederdepartement
De opbrengst van het moederdepartement betreft de inkomsten van het Nationaal Archief voor de geleverde producten en diensten. Deze bestaat uit structurele middelen voor de primaire processen en incidentele middelen voor specifieke eenmalige producten en diensten, zoals de bijdrage voor het in samenwerking met de ministeries aanpakken van de bewerkingsachterstanden van de rijksarchieven.
Opbrengst overige departementen
Het betreft eenmalige inkomsten van overige departementen voor specifieke producten en diensten. In de komende jaren zullen departementen zich aansluiten op de digitale infrastructuur.
Opbrengst derden
Opbrengsten derden bestaan uit eenmalige inkomsten van derde partijen (onder andere Europese Unie) voor specifieke producten en diensten. Deze baten ontwikkelen zich stabiel als gevolg van afloop van projecten zoals «Beelden voor de Toekomst» en «GCE» en opstart van nieuwe projecten zoals «DWR-archief», «Archiefvisie» en digitaliseringsprojecten.
CBG baten
Vanaf 2012 is de subsidie aan het Centraal Bureau voor Genealogie (CBG) opgenomen, die namens het moederdepartement wordt verstrekt.
Rentebaten
Het betreft hier een raming van rentebaten op basis van de huidige renteontwikkeling.
Mutatie vooruitontvangen middelen
Dit betreft gelden die zijn vooruit ontvangen voor de ontwikkeling van specifieke eenmalige producten en diensten voor verschillende opdrachtgevers. Onder andere de afschrijvingen van investeringen in het fysieke en digitale depot worden hieruit betaald en meerjarige projecten zoals «Beelden voor de Toekomst» en de «Teruggave archieven Suriname».
Lasten
Apparaatskosten
– Personele kosten
Personele kosten zijn gebaseerd op een formatie van 137,03 fte. vermeerderd met de personele kosten die gepaard gaan met de ontwikkeling van de specifieke eenmalige producten (circa 19 externen).
– Materiële kosten
Dit betreft onder andere de huisvestingskosten zoals de huurkosten en servicekosten samenhangend met de huisvesting en ICT kosten. Daarnaast zijn er materiële uitgaven voor projecten zoals de kosten voor digitalisering van archiefmateriaal in de projecten «Beelden voor de Toekomst» en «Metamorfoze».
Vanaf 2012 is het Nationaal Archief de subsidieverstrekker voor het CBG namens het moederdepartement. Zowel bij de baten als bij de lasten is deze bijdrage zichtbaar.
Rentelasten
De rentelasten vloeien voort uit het beroep op de leenfaciliteit in de voorgaande jaren. De gehanteerde rentepercentages zijn conform de rentebrief van het ministerie van Financiën.
Afschrijvingskosten
De stabiele lijn van de afschrijvingskosten wordt veroorzaakt door instandhoudingsinvesteringen in het fysieke en digitale depot en de ontwikkeling van de publieke ruimte.
2011 Slotwet | 2012 Vastgestelde begroting | 2013 | 2014 | 2015 | 2016 | 2017 | |||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
1. | Rekening-courant RHB per 1 januari 2011 | 6 615 | 3 292 | 1 886 | 759 | 956 | 923 | 1 520 | |
2. | Totaal operationele kasstroom | – 1 624 | – 865 | 813 | 947 | 947 | 947 | 947 | |
– | Desinvesteringen in vaste activa | 56 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
– | Investeringen in vaste activa | – 1 621 | – 2 550 | – 2 690 | – 400 | – 630 | 0 | 0 | |
3. | Totaal investeringskasstroom | – 1 565 | – 2 550 | – 2 690 | – 400 | – 630 | 0 | 0 | |
– | Eenmalige uitkering aan moederdepartement (-/-) | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
– | Eenmalige storting door moederdepartement (+) | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
– | Aflossing langlopende leningen (-/-) | – 132 | – 491 | – 250 | – 350 | – 350 | – 350 | – 350 | |
– | Beroep op leenfaciliteit (+) | 0 | 2 500 | 1 000 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
4. | Totaal financieringskasstroom | – 132 | 2 009 | 750 | – 350 | – 350 | – 350 | – 350 | |
5. | Rekening-courant RHB per 31 december 2011 | 3 292 | 1 886 | 759 | 956 | 923 | 1 520 | 2 117 |
Toelichting:
De operationele kasstroom ontwikkelt zich stabiel. De belangrijkste oorzaak is dat wordt uitgegaan van een 0-begroting en een stabiel verloop van de afschrijvingen en mutaties in de vooruitontvangen projectmiddelen.
De investeringskasstroom betreft de investeringen in DNA (Digitaal Nationaal Archief) en investeringen in het fysieke depot en de publieke ruimte. Deze investeringsbedragen zijn bepaald op basis van eerste verkenningen op het gebied van noodzakelijke instandhoudingsinvesteringen. Deze verkenningen zijn nog niet afgerond.
De financieringskasstroom in 2013 betreft hoofdzakelijk de aangetrokken leenfaciliteit van € 1,0 miljoen. De mutaties in 2014–2017 betreffen de aflossingen van de leningen.
Deze uitgangspunten leiden tot een geleidelijke daling van de rekening courant. De belangrijkste oorzaak betreft de noodzakelijke instandhoudingsinvesteringen in voornamelijk het digitaal depot.
Doelmatigheid
De tabel met doelmatigheidsindicatoren is voor 2013 niet weergegeven. De reden is dat binnen het Nationaal Archief wordt gewerkt aan een nieuwe set van indicatoren. Deze nieuwe set moet aansluiten op de indicatoren die ook zullen worden gebruikt in de nieuwe fusie organisatie van de Koninklijke Bibliotheek en het Nationaal Archief. Hierdoor wordt gewaarborgd dat de vergelijkbaarheid en ontwikkeling van doelmatigheid door de jaren heen consistent wordt gerapporteerd en daardoor vergelijkbaar is. In de ontwerpbegroting 2014 zal deze set indicatoren worden gepresenteerd ook voor de jaren 2012, 2013 en 2014 waardoor de vergelijkbaarheid is gewaarborgd.