Base description which applies to whole site

3.2 Artikel 2: Financiële markten

A. Algemene doelstelling

Beleid en regelgeving maken voor een stabiele en integere werking van financiële markten, met betrouwbare dienstverlening van financiële instellingen aan burgers en bedrijven.

B. Rol en verantwoordelijkheid Minister

De Minister van Financiën bevordert het goed functioneren van het financiële stelsel en heeft een regisserende rol. De Minister is medeverantwoordelijk voor wetten en regels voor de financiële markten en de institutionele structuur van het toezicht. Het toezicht op de financiële markten wordt uitgevoerd door DNB en AFM. Sinds 4 november 2014 houdt ECB toezicht op grote en grensoverschrijdende Europese banken (Single Supervisory Mechanism toezicht, oftewel SSM-toezicht op systeemrelevante banken).

De randvoorwaarden die de Minister stelt aan een integer en stabiel systeem hebben hun basis in de Wet op het financieel toezicht (Wft). Het gaat hierbij om (het toezicht op naleving van) regelgeving die financiële instellingen stimuleert en verplicht om op integere en transparante wijze te werk te gaan. Met deze regelgeving en dit toezicht wordt eraan bijgedragen dat consumenten en bedrijven met voldoende informatie en vertrouwen financiële producten kunnen afnemen.

De Minister bevordert de educatie van de burger op financieel gebied, streeft naar een integer financieel stelsel met passende regelgeving in de Wet ter voorkoming van witwassen en het financieren van terrorisme (Wwft) en is verantwoordelijk voor de ongestoorde voorziening van voldoende munten in circulatie.

C. Beleidswijzigingen

Er is blijvende aandacht voor de stabiliteit van de financiële sector. De focus komt daarbij te liggen op het stimuleren van innovatie en toetreding van nieuwe partijen tot de markt, door waar mogelijk – in samenwerking met DNB – meer te differentiëren in vergunningverlening. Nieuwe toetreders kunnen de diversiteit in de Nederlandse financiële sector vergroten, wat ook vanuit financieel stabiliteitsperspectief in de sterk geconcentreerde Nederlandse bancaire markt wenselijk is. Gedacht wordt aan het verlenen van vergunningen die betrekking hebben op specifieke activiteiten van financiële instellingen, in de vorm van zogenaamde deelvergunningen. Zo kan worden volstaan met een toets voor (beperkte) activiteiten, gericht op omvang, risico’s en complexiteit van de aspirant-toetreder. Ook in het kader van de herziening van de Wft19 worden mogelijkheden onderzocht hoe recht kan worden gedaan aan instellingen met innovatieve bedrijfsmodellen.

De roep om transparantie is groter dan voorheen. Zowel financiële instellingen als de toezichthouders moeten aan het publiek kenbaar maken wat ze doen, waarom en hoe. Zo leggen zij verantwoording af en zijn zij aanspreekbaar op hun activiteiten. De betekenis en inhoud van het begrip transparantie is voor een goede werking van financiële markten en effectief toezicht daarop aan verandering onderhevig. In het wetsvoorstel transparant toezicht financiële markten wordt daarom het beroepsgeheim geactualiseerd en de mogelijkheden tot proactieve openbaarmaking door toezichthouders uitgebreid.

Naast focus op innovatie en transparantie staat integriteit van de financiële sector centraal in het beleid van de directie Financiële Markten. Terroristische aanslagen hebben het belang van het bestrijden van terrorismefinanciering en het anti-witwasbeleid onderstreept. Verder doen de zogenaamde Panama papers een appèl op de bevordering van integriteit van de sector. Ter voorbereiding op de beoordeling (mutual evaluation) door de Financial Action Task Force (FATF)20 van de Nederlandse regelgeving en beleid op het gebied van het tegengaan van witwassen en financieren van terrorisme die waarschijnlijk in 2019 zal plaatsvinden wordt het beleid op die gebieden derhalve gemonitord, verder ontwikkeld dan wel geïmplementeerd. Daarnaast wordt de Wet toezicht trustkantoren herzien en wordt de Europese 4e anti-witwasrichtlijn geïmplementeerd in nationale regelgeving. In het kader van de implementatie van die richtlijn wordt een register voor Ultimate Beneficial Owners (UBO-register) opgezet waarmee inzichtelijk wordt gemaakt wie de uiteindelijk belanghebbenden zijn van, kort gezegd, Nederlandse vennootschappen en andere juridische entiteiten. Met dit UBO-register wordt zowel transparantie als integriteit bevorderd. Recent is door de Europese Commissie een Actieplan terrorismebestrijding vastgesteld. Daarin staan voorstellen voor aanscherping van de 4e anti-witwasrichtlijn.

D1. Budgettaire gevolgen van beleid
Budgettaire gevolgen van beleid – Artikel 2 Financiële markten (bedragen x € 1.000)
     

2015

2016

2017

2018

2019

2020

2021

Verplichtingen

– 4.225.045

4.187.382

21.334

21.510

21.334

21.334

21.334

 

Waarvan garantieverpichtingen

             
   

Garantieregeling WAKO

– 4.254.099

           
   

Garantie kredietfaciliteit AFM

18.000

           
   

Garantie stichting Waarborgfonds

– 10

           
   

Garantie Single Resolution Fund

 

4.163.500

         
                   

Uitgaven

17.286

23.882

21.334

21.510

21.334

21.334

21.334

waarvan juridisch verplicht

   

70%

       
                   
 

Subsidies

6.324

436

436

436

436

436

436

   

Vakbekwaamheid

435

436

436

436

436

436

436

                   
 

Bekostiging

6.568

13.980

12.772

12.772

12.772

12.772

12.772

   

Rechtspraak Financiële Markten

1.119

1.260

1.259

1.259

1.259

1.259

1.259

   

Muntcirculatie

5.426

12.470

11.263

11.263

11.263

11.263

11.263

   

Afname munten in circulatie

0

0

0

0

0

0

0

   

Toezicht en handhaving MIF

0

250

250

250

250

250

250

   

Overig

23

0

0

0

0

0

0

                   
 

Opdrachten

1.688

6.906

5.182

5.358

5.182

5.182

5.182

   

Wijzer in geldzaken

1.688

1.938

272

272

272

272

272

   

Vakbekwaamheid

5.889

4.968

4.910

5.086

4.910

4.910

4.910

                   
 

Bijdrage aan ZBO’s en RWT’s

2.306

2.160

2.544

2.544

2.544

2.544

2.544

   

Bijdrage BES-toezicht en FEC

2.306

2.160

2.544

2.544

2.544

2.544

2.544

                   
 

Bijdrage aan (inter)nationale organisaties

400

400

400

400

400

400

400

   

Caribean Financial Action Taskforce

20

20

20

20

20

20

20

   

IASB

380

380

380

380

380

380

380

                   

Ontvangsten

80.674

50.376

13.927

13.021

11.020

11.020

11.020

                   
 

Leningen

58.491

0

0

0

0

0

0

   

Ontvangsten IJsland

58.491

0

0

0

0

0

0

                   
 

Bekostiging

11.185

21.084

5.184

5.184

5.184

5.184

5.184

   

Ontvangsten muntwezen

4.698

5.184

5.184

5.184

5.184

5.184

5.184

   

Toename munten in circulatie

6.487

15.900

0

0

0

0

0

                   
 

Overig

10.998

29.292

8.743

7.837

5.836

5.836

5.836

D2. Budgetflexibiliteit

Van de uitgaven op artikel 2 is 69,7% juridisch verplicht. Deze verplichte uitgaven (€ 14,9 mln.) bestaan voor het grootste deel uit uitgaven voor muntcirculatie (€ 5,1 mln.) en vakbekwaamheid (€ 5,3 mln.). De uitgaven voor muntcirculatie zijn uitgaven die betrekking hebben op de productie van munten en een vergoeding van de kosten gemaakt door het Nationaal Analysecentrum voor Munten. Niet alle uitgaven voor muntcirculatie zijn juridisch verplicht; € 6,2 mln. is beleidsmatig gereserveerd en nodig voor de aankoop van metaal voor reguliere circulatiemunten en bijzondere munten, alsmede het ontwerp. De uitgaven aan vakbekwaamheid bestaan uit de subsidie aan het College Deskundigheid Financiële Dienstverlening (CDFD) en het ter beschikking gestelde budget aan de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) voor uitvoering van taken van de centrale examenbank. Dit blijkt uit de subsidieovereenkomst met CDFD en een dienstverleningsovereenkomst met DUO.

E. Toelichting op de instrumenten

Uitgaven

Subsidie

Vakbekwaamheid

Zie toelichting onder «opdrachten: vakbekwaamheid» voor een uitgebreide toelichting over vakbekwaamheid. De uitgaven voor vakbekwaamheid bestaan voor een klein deel uit een subsidie-element.

Bekostiging

Rechtspraak Financiële Markten (Accountantskamer)

De Accountantskamer beoordeelt klachten over gedragingen van accountants bij hun beroepsmatig handelen. Het gaat daarbij vooral om gedragingen die mogelijk in strijd zijn met de wet of met het belang van een goede uitoefening van het accountantsberoep. In een tuchtprocedure staat het belang van een goede beroepsuitoefening voorop. Aldus wordt bijgedragen aan het (herstel van) vertrouwen van het publiek in de beroepsuitoefening van accountants.

Muntcirculatie

De kosten van muntcirculatie bestaan uit uitgaven die betrekking hebben op de muntproductie en de vergoeding van de kosten van het Nationaal Analysecentrum voor Munten. De muntproductie is ondergebracht bij de KNM waarvan de Staat alle aandelen in zijn bezit heeft. Het kabinet heeft in april 2016 voorgenomen deze aandelen van de hand te doen (Kamerstukken II 2015–2016 28 165, nr. 250). De begroting loopt niet vooruit op de uitkomst van het privatiseringsproces.

Afname munten in circulatie

Het in omloop brengen van reguliere euromunten leidt tot ontvangsten voor de Staat en tegelijkertijd tot een schuld aan het publiek. Wanneer er meer munten in omloop worden gebracht dan dat er uit omloop terugkomen, neemt het aantal munten in circulatie toe. Deze toename leidt tot een netto ontvangst, omdat de nominale waarde van de munten wordt ontvangen door de Staat. Wanneer er minder munten in omloop worden gebracht dan dat er uit omloop terugkomen, leidt dit tot een afname van munten in circulatie en tot een netto uitgave, omdat de nominale waarde wordt terugbetaald. De realisaties van voorgaande jaren, die op voorhand lastig zijn te voorspellen, laten een wisselend beeld zien met zowel positieve als negatieve resultaten. Om deze reden wordt een stelpost van nul opgenomen voor zowel de ontvangsten als de uitgaven aan munten in circulatie.

Toezicht en handhaving MIF

De Autoriteit Consument en Markt (ACM) is één van de beoogde toezichthouders op de uitvoering van de MIF-verordening, namelijk voor zover het betreft de mededingingsrechtelijke bepalingen van die verordening. De algemene maatregel van bestuur waarbij de ACM wordt aangewezen als toezichthouder treedt naar verwachting deze zomer in werking. Het Ministerie van Financiën is verantwoordelijk voor de uitvoering van de MIF-verordening. Daarom draagt het Ministerie van Financiën bij aan de kosten voor het houden van het toezicht op de naleving en de handhaving van deze verordening uitgevoerd door de ACM. Het gaat hierbij onder meer om kosten voor het controleren van de hoogte van de afwikkelingsvergoedingen bij betalingsdienstaanbieders, behandelen van klachten en rechtshandhavingskosten.

Opdrachten

Wijzer in geldzaken

Het platform Wijzer in geldzaken zet zich in voor het bevorderen van verantwoord financieel gedrag in Nederland. Uitgangspunt voor de begroting van Wijzer in geldzaken is dat het Ministerie van Financiën samen met een aantal partijen uit de sector het platform financiert.

Vakbekwaamheid

De centrale examenbank wordt namens de Minister van Financiën inhoudelijk beheerd door het CDFD. De initiële- en permanente educatie-examens in het kader van de Wft worden door exameninstituten afgenomen via de centrale examenbank. De exameninstituten dragen per afgenomen examen leges af. De ontvangen leges zijn opgenomen bij de post overig (onder ontvangsten). Het CDFD adviseert en ondersteunt de Minister van Financiën inzake het onderdeel vakbekwaamheid in de Wft en het Besluit Gedragstoezicht Financiële Ondernemingen (BGFO) Wft. Dit betreft onder meer het inhoudelijk beheer van de centrale examenbank, het adviseren over eind- en toetstermen, het erkennen van en toezien op Wft-exameninstituten en het adviseren over gelijkstellingen van diploma’s aan Wft-diploma’s.

Het geautomatiseerde systeem voor examinering vanuit de centrale examenbank wordt in opdracht van de Minister van Financiën uitgevoerd door het Agentschap DUO. Het relatief grootste gedeelte van de uitgaven wordt besteed aan de taken en werkzaamheden die door DUO worden uitgevoerd.

Bijdrage aan ZBO’s en RWT’s

Bijdrage BES-toezicht en FEC

Sinds 1 januari 2015 betaalt de Nederlandse overheid enkel een bijdrage aan de AFM en DNB voor het toezicht op de BES-eilanden. Daarnaast draagt het Ministerie van Financiën bij aan de financiering van het financieel expertise centrum (FEC).

Bijdrage aan (internationale) organisaties

Hieronder vallen de jaarlijkse contributie aan de International Accounting Standards Board (IASB), alsmede de bijdrage in de kosten van de Caribbean Financial Action Task Force (CFATF). De CFATF is een regionale organisatie in het Caribische gebied die witwassen en het financieren van terrorisme bestrijdt.

Ontvangsten

Ontvangsten muntwezen

De ontvangsten muntwezen hebben betrekking op de uitgifte van bijzondere euromunten, de afdracht van de KNM aan de Staat van de totale nominale waarde van uitgegeven muntsets, de bijzondere euromunten en van royalty’s. Royalty’s zijn vergoedingen die de Staat ontvangt voor dukaten die KNM produceert en verkoopt. De ontvangsten muntwezen hebben tevens betrekking op verkocht metaalschroot.

Toename munten in circulatie

In juni 2016 is een groot deel van de vordering van het ministerie op KNM geconverteerd naar eigen vermogen. Mede dankzij het normaliseren van het vermogen kon KNM een noodzakelijke verlenging van de bankgarantie voor de Chili-order bewerkstelligen. Tevens kan KNM nieuwe orders financieren. Daarmee is er een betere uitgangspositie voor de verkoop van KNM, waartoe het kabinet in april 2016 besloot, gecreëerd. Het resterende deel van de vordering is omgezet in een lening.

19

Zie hiervoor ook Kamerstukken II 2015–2016 34 208, nr. 13.

20

De Financial Action Task Force (FATF) is een intergouvernementele task force die zich bezighoudt met de bestrijding van witwassen en de financiering van terrorisme.

Licence