Base description which applies to whole site

Artikel 1. Raad van State

A Algemene doelstelling

De Raad van State heeft de taak om als adviseur voor wetgever en bestuur en als hoogste algemene bestuursrechter bij te dragen aan behoud en versterking van de democratische rechtsstaat en daarbinnen aan de eenheid, legitimiteit en kwaliteit van het openbaar bestuur in brede zin, alsmede aan de rechtsbescherming van de burger.

De Grondwet en de Wet op de Raad van State vormen het wettelijk kader, waarbinnen de Raad van State zijn taken verricht. Het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden vormt de grondslag voor zijn werkzaamheden als Raad van State van het Koninkrijk.

Met ingang van 1 januari 2014 is de Afdeling advisering als instantie aangewezen die in Nederland is belast met het onafhankelijk toezicht op de naleving van de begrotingsregels die in Europa zijn afgesproken. Deze functie vloeit voort uit het Stabiliteitsverdrag dat de lidstaten van de Europese Unie (EU) in 2012 hebben gesloten.

B Rol en verantwoordelijkheid

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is verantwoordelijk voor het beheer van de begroting van de Staten-Generaal en van de begroting van de Overige Hoge Colleges van Staat en Kabinetten van de Gouverneurs. De Colleges voeren zelf het beheer over hun begroting of hun begrotingsdeel. Over de inhoud van dit beheer bestaan afspraken (de zogenoemde beheerafspraken) tussen de Minister en de Colleges, waarin recht gedaan wordt aan hun staatsrechtelijke positie.1

C Beleidswijzigingen

Samenwerking bestuursrechtspraak

In de brief van 16 november 20162 hebben de Ministers van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en Veiligheid en Justitie aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal geschreven dat de regering het wetsvoorstel Organisatie hoogste bestuursrechter heeft ingetrokken. De intrekking staat niet in de weg aan inhoudelijke samenwerking tussen de hoogste bestuursrechters.

De bestaande samenwerking tussen de Hoge Raad, de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, de Centrale Raad van Beroep en het College van Beroep voor het bedrijfsleven vindt plaats in de zogenoemde Commissie rechtseenheid bestuursrecht, waarin alle vier colleges vertegenwoordigd zijn. Dit bevordert dat de uitspraken van de betrokken colleges dezelfde antwoorden geven op rechtsvragen over de toepassing van het bestuursprocesrecht, bestuursrechtelijk schadevergoedingsrecht en bestuursrechtelijk sanctierecht.

Samenwerking wordt voorts bevorderd door de mogelijkheid leden van enkele colleges als plaatsvervangende leden in een ander college te benoemen. Zo kunnen «gemengd samengestelde kamers» antwoord geven op rechtsvragen met een college-overstijgend karakter. Daarbij wordt soms gebruik gemaakt van de mogelijkheid een zaak te verwijzen naar een grote kamer bestaande uit vijf in plaats van drie leden. Door de samenstelling van de kamer is dan voor de juridische praktijk kenbaar dat de hoogste bestuursrechters samen werken aan rechtseenheid en rechtsontwikkeling. Aan de rechtsontwikkeling wordt ook bijgedragen door het nemen van conclusies.

D Budgettaire gevolgen van beleid

Budgettaire gevolgen van beleid (bedragen x € 1.000)
   

2016

2017

2018

2019

2020

2021

2022

Art.nr.

Verplichtingen:

58.906

59.476

54.934

54.616

54.739

54.749

54.774

                 
 

Uitgaven:

57.616

59.476

54.934

54.616

54.739

54.749

54.774

                 

1.1

Advisering

7.375

5.874

5.923

5.926

5.937

5.937

5.937

                 

1.2

Bestuursrechtspraak

50.241

31.815

27.525

27.201

27.266

27.281

27.297

                 

1.4

Raad van State gemeenschappelijke diensten

0

21.787

21.486

21.489

21.536

21.531

21.540

                 
 

Ontvangsten:

1.725

1.950

1.950

1.950

1.950

1.950

1.950

E Toelichting artikelonderdeel

Artikel 1.1 Advisering

Taak van de Afdeling advisering is het op de meest doelmatige en kwalitatief goede wijze afdoen van binnengekomen adviesaanvragen en verzoeken om voorlichting. Tijdigheid, kenbaarheid en voorspelbaarheid zijn daarbij belangrijke kernbegrippen.

In onderstaande tabel zijn de realisatie 2016 en voor de jaren 2017 e.v. de planning van de afhandeling van adviesaanvragen door de Afdeling advisering weergegeven.

Tabel 1.1 Planning en afhandeling adviesaanvragen (in aantallen)
 

2016

2017

2018

2019

2020

2021

2022

Instroom

447

475

475

475

475

475

475

Uitstroom

430

475

475

475

475

475

475

Voor de te verwachte instroom van adviesaanvragen in de jaren 2018 e.v. is het gemiddelde van aangehouden van de gerealiseerde instroom in de periode 2013–2015.

Artikel 1.2 Bestuursrechtspraak

Taak van de Afdeling bestuursrechtspraak is het op de meest doelmatige en kwalitatief goede wijze afdoen van binnengekomen zaken. Tijdigheid, kenbaarheid en voorspelbaarheid en bruikbare rechtsvorming zijn daarbij belangrijke aspecten.

De Afdeling bestuursrechtspraak bestaat uit drie kamers: de Ruimtelijke-ordeningskamer, de Algemene kamer en de Vreemdelingenkamer. In onderstaande tabel is de realisatie van de afhandeling van zaken door de Afdeling bestuursrechtspraak weergegeven. De gemiddelde doorlooptijden van alle afdoeningen (hoofdzaken en voorlopige voorzieningen) zijn weergegeven.

Tabel 1.2 Norm en gerealiseerde gemiddelde doorlooptijden van alle afdoeningen (in weken)
 

Norm doorlooptijd

Realisatie 2015

Realisatie 2016

Ruimtelijke-ordeningskamer

52

29

28

Algemene kamer

40

30

33

Vreemdelingenkamer

23

15

9

Totaal Bestuursrechtspraak

 

22

18

Instroom van zaken

In de onderstaande tabel is de gerealiseerde uitstroom van zaken in 2016 en de instroomverwachting voor 2017 en verdere jaren voor de Ruimtelijke-ordeningskamer, de Algemene kamer en de Vreemdelingenkamer weergegeven.

Tabel 1.3 Uitstroom 2016 en instroom 2017 e.v. van zaken Afdeling bestuursrechtspraak (in aantallen)
 

2016

2017

2018

2019

2020

2021

2022

Ruimtelijke-ordeningskamer

1.409

1.600

1.600

1.600

1.600

1.600

1.600

Algemene kamer

3.161

3.800

3.800

3.800

3.800

3.800

3.800

Vreemdelingenkamer

6.402

6.470

6.290

6.160

6.160

6.160

6.160

Artikel 1.4 Raad van State gemeenschappelijke diensten

Voor een optimale efficiëntie en doelmatigheid worden de Raad en zijn Afdelingen advisering en bestuursrechtspraak ondersteund door één gemeenschappelijke ambtelijke organisatie. Buiten de uitgaven voor advisering en bestuursrechtspraak is sprake van uitgaven voor gemeenschappelijke diensten die deels deel uit maken van het primaire proces en deels onderdeel zijn van het secundaire proces. Deze onderverdeling vergroot de inzichtelijkheid van de uitgaven en draagt op die manier bij aan de transparantie van de overheidsfinanciën.

De gemeenschappelijke diensten omvatten functies die werken ten behoeve van de inhoudelijke en logistieke ondersteuning van de Raad als geheel en beide Afdelingen en zijn ondergebracht in verschillende directies. Op deze wijze wordt op de meest efficiënte wijze verschillende functies georganiseerd voor de taken van de Raad van State, zoals de gemeenschappelijke kennisfunctie, onderzoek en trendanalyse.

De Minister van Financiën heeft in het Verantwoordingsdebat aangegeven met de Raad van State, Algemene Rekenkamer en Nationale ombudsman in overleg te treden over een op korte termijn uit te voeren taken- en middelenanalyse. De uitkomst van zo’n analyse kan mogelijk gevolgen hebben voor de begroting voor 2018. Bij de totstandkoming van de begrotingsvoorstellen voor 2018 kon daarover nog niet worden beschikt. Over de onderzoeksopzet van de taken- en middelenanalyse heeft de Tweede Kamer op 12 juli 2017 van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties een brief ontvangen (Kamerstukken II 2016–2017 34 550 IIB, nr. 9).

Ontvangsten

De ontvangsten van de Raad van State bestaan voornamelijk uit griffierechten.

1

Comptabiliteitswet 2001, artikel 19.

2

Kamerstukken II 2016–2017, 34 389

Licence