Budgettaire gevolgen van beleid
Vastgestelde begroting (incl. ISB 1 t/m 3, NvW) (1) | Stand 1e suppletoire begroting (incl. ISB 4) (2) | Mutaties 2e suppletoire begroting (3) | Stand 2e suppletoire begroting (4)=(2+3) | ||
---|---|---|---|---|---|
Mutaties Miljoenennota | Overige mutaties 2esuppletoire begroting | ||||
Verplichtingen | 3.003.483 | 3.127.404 | 240.377 | 204.249 | 3.572.030 |
waarvan betalingsverplichtingen | 3.003.083 | 3.126.964 | 240.372 | 204.249 | 3.571.585 |
waarvan garantieverplichtingen | 400 | 440 | 5 | 0 | 445 |
Garantie procesrisico's | 400 | 440 | 5 | 0 | 445 |
Uitgaven (1) + (2) | 3.124.936 | 3.248.857 | 74.450 | ‒ 37.553 | 3.285.754 |
(1) Apparaatsuitgaven | 2.658.592 | 2.769.125 | 57.939 | ‒ 146.364 | 2.680.700 |
waarvan Uitvoering fiscale wet- en regelgeving en douanetaken Caribisch Nederland | 14.000 | 14.000 | 0 | ‒ 500 | 13.500 |
Personele uitgaven | 2.220.127 | 2.316.692 | 38.650 | ‒ 65.928 | 2.289.414 |
Eigen personeel | 1.887.602 | 1.855.554 | 61.707 | 3.984 | 1.921.245 |
Inhuur externen | 323.543 | 452.156 | ‒ 22.215 | ‒ 69.912 | 360.029 |
Overig personeel | 8.982 | 8.982 | ‒ 842 | 0 | 8.140 |
Materiële uitgaven | 438.465 | 452.433 | 19.289 | ‒ 80.436 | 391.286 |
ICT | 25.928 | 39.573 | ‒ 1.049 | ‒ 12.513 | 26.011 |
Bijdrage aan SSO's | 289.116 | 287.026 | 7.394 | ‒ 34.340 | 260.080 |
Overig materieel | 123.421 | 125.834 | 12.944 | ‒ 33.583 | 105.195 |
(2) Programma-uitgaven | 466.344 | 479.732 | 16.511 | 108.811 | 605.054 |
waarvan juridisch verplicht | 83,6% | 96,0% | |||
Bekostiging | 6.290 | 6.290 | ‒ 5.040 | 2.000 | 3.250 |
Vergoeding proceskosten | 6.273 | 6.273 | ‒ 5.023 | 2.000 | 3.250 |
Overige programma-uitgaven | 17 | 17 | ‒ 17 | 0 | 0 |
Garanties | 245 | 285 | 5 | 0 | 290 |
Garantie procesrisico's | 245 | 285 | 5 | 0 | 290 |
Bijdrage aan ZBO's/RWT's | 15.780 | 15.780 | ‒ 3.691 | 1.968 | 14.057 |
Waarderingskamer | 1.987 | 1.987 | 362 | 0 | 2.349 |
Kadaster | 2.006 | 2.006 | 39 | 500 | 2.545 |
Kamer van Koophandel | 4.345 | 4.345 | ‒ 3.915 | 0 | 430 |
Overige bijdrage ZBO's/RWT's | 7.442 | 7.442 | ‒ 177 | 1.468 | 8.733 |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties | 445 | 445 | 7508 | 0 | 7.953 |
Internationale Douaneraad | 175 | 175 | 3 | 0 | 178 |
Overige internationale organisaties | 270 | 270 | 7.505 | 0 | 7.775 |
Opdrachten | 340.377 | 300.725 | 11.009 | 41.843 | 353.577 |
ICT opdrachten | 288.654 | 249.002 | 10.796 | 21.843 | 281.641 |
Overige opdrachten | 51.723 | 51.723 | 213 | 20.000 | 71.936 |
Bijdrage aan agentschappen | 89.574 | 89.574 | 1.557 | 0 | 91.131 |
Bijdrage Logius | 86.381 | 86.381 | 1.691 | 0 | 88.072 |
Bijdrage CIBG | 193 | 193 | ‒ 193 | 0 | 0 |
Bijdrage overige agentschappen | 3.000 | 3.000 | 59 | 0 | 3.059 |
(Schade)vergoeding | 0 | 0 | 5163 | ‒ 2.000 | 3.163 |
(Schade)vergoedingen | 0 | 0 | 5.163 | ‒ 2.000 | 3.163 |
0 | |||||
Rente | 85.000 | 138.000 | 0 | 65.000 | 203.000 |
Belasting- en invorderingsrente | 85.000 | 138.000 | 0 | 65.000 | 203.000 |
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken | ‒ 71.367 | ‒ 71.367 | 0 | 0 | ‒ 71.367 |
Toerekening uitgaven aan Douane | ‒ 71.367 | ‒ 71.367 | 0 | 0 | ‒ 71.367 |
Ontvangsten (3) + (4) | 150.892.819 | 162.500.329 | ‒ 3.030.146 | 1.773.126 | 161.243.309 |
Programma-ontvangsten (3) | 150.836.388 | 162.420.125 | ‒ 3.030.146 | 1.761.126 | 161.151.105 |
waarvan belastingontvangsten | 150.122.545 | 161.799.137 | ‒ 3.016.146 | 1.496.126 | 160.279.117 |
Bekostiging | 172.471 | 64.644 | ‒ 30.000 | 0 | 34.644 |
Doorbelasten kosten vervolging | 172.471 | 64.644 | ‒ 30.000 | 0 | 34.644 |
Rente | 349.783 | 401.883 | 46.000 | 220.000 | 667.883 |
Belasting- en invorderingsrente | 349.783 | 401.883 | 46.000 | 220.000 | 667.883 |
Boetes en schikkingen | 191.589 | 154.461 | ‒ 30.000 | 45.000 | 169.461 |
Ontvangsten boetes en schikkingen | 191.589 | 154.461 | ‒ 30.000 | 45.000 | 169.461 |
Apparaatontvangsten (4) | 56.431 | 80.204 | 0 | 12.000 | 92.204 |
Toelichting
Verplichtingen
Verplichtingen
De verplichtingenraming wordt opgehoogd met € 445 mln:
– Ca. € 37 mln. hangt samen met hogere uitgaven, welke onder «uitgaven» worden toegelicht. De verplichtingenmutaties die niet met hogere uitgaven in 2021 samenhangen worden onder «Verplichtingen» toegelicht.
– Het verplichtingenbudget van de organisatie Informatievoorziening (IV) van de Belastingdienst wordt met € 45 mln. opgehoogd ten behoeve van het afsluiten van inhuurcontracten dat nodig is voor de opdrachten in 2022. IV gaat daarbij in het jaar t-1 de verplichting aan voor het jaar t.
– De verplichtingenraming van ICT-opdrachten wordt met € 175 mln. opgehoogd. Het gaat hierbij om meerjarige contracten waarvan de verplichtingen in 2021 in zijn geheel worden vastgelegd, maar uitgaven in meerdere jaren plaatsvinden. Het gaat om enkele grote contracten (zoals videoconferencing en werkplek software).
– De Belastingdienst heeft naar aanleiding van de accountantscontrole 2020 de aangegane en openstaande verplichtingen op het instrument «overig materieel» in 2020 neerwaarts bijgesteld met € 120 mln. Dat betekent dat deze verplichtingen niet in 2020 vastgelegd hadden moeten worden. De verplichtingen worden vastgelegd in 2021.
– Verder is er een verschil tussen uitgaven en verplichtingen van € 24 mln. dat wordt verklaard doordat de verplichtingen dit jaar zijn aangegaan, maar de uitgaven vertraagd zijn naar 2022.
– Ook is er een verschil tussen kas en verplichtingen van € 46 mln. toegepast voor extra verplichtingen in 2021 die samenhangen met extra kasuitgaven in 2022 en latere jaren.
Uitgaven
Personele uitgaven
De personele uitgaven vallen naar verwachting per saldo € 27 mln. lager uit. De uitgaven aan eigen personeel zijn naar verwachting € 66 mln. hoger, voornamelijk doordat de lonen opwaarts zijn bijgesteld in verband met de stijgende cao en sociale premies. De uitgaven aan externe inhuur zijn € 92 mln. lager, voornamelijk omdat de geschatte aantallen op een aantal dossiers (bijv. aangiften, inzageverzoeken of bezwaren) lager zijn dan eerder dit jaar geraamd en dus minder externe inhuur benodigd is. Bovendien is het gelukt de werkzaamheden grotendeels met bestaande capaciteit te verrichten. Hierbij speelt ook een rol dat in 2021 vanwege corona reguliere werkzaamheden als invordering en buitentoezicht op een lager niveau hebben plaatsgevonden, en dus bestaande capaciteit ingezet kon worden.
Materiële uitgaven
De materiële uitgaven vallen naar verwachting € 61 mln. lager uit. Dit betreft deels een schuif naar het instrument "opdrachten", waar de uitgaven hoger zijn dan eerder geraamd. Daarnaast worden er door het thuiswerken minder uitgaven gedaan. Zo zijn de middelen die geraamd zijn voor de uitbreiding van kantoorruimte en facilitaire zaken voor de toenemende formatie bijvoorbeeld niet volledig benodigd in 2021.
Opdrachten
De uitgaven aan «opdrachten» worden € 53 mln. hoger geraamd. Dit heeft deels te maken met dat deze middelen eerder onder apparaatsuitgaven (materiële uitgaven) waren geraamd. Met deze schuif wordt ook de raming hiervoor gecorrigeerd. Daarnaast leiden contractonderhandelingen ertoe dat er meer budget benodigd is voor opdrachten.
Rente
De hoger dan geraamde te betalen belasting- en invorderingsrente van € 65 mln. is het effect van de definitieve verdeelsleutel over boetes en rente tussen de Sociale Fondsen en Financiën. Deze wordt gebaseerd op de daadwerkelijke verhouding tussen loon- en inkomstenbelasting en sociale premies. Aangezien de loon- en inkomstenbelasting hier een groter aandeel in heeft dan eerder ingeschat, wordt het aandeel van Financiën in te betalen rente groter.
Ontvangsten
Belastingontvangsten
In de Najaarsnota 2021 worden de mutaties van de Belastingontvangsten toegelicht. De aansluiting met de bedragen in de begrotingstoelichting (artikel 1 Belastingen, tabel budgettaire gevolgen van beleid) ziet er als volgt uit:
Vastgestelde begroting (incl. ISB 1 t/m 3, NvW) (1) | Stand 1e suppletoire begroting (incl. ISB 4) (2) | Mutaties 2e suppletoire begroting (3) | Stand 2e suppletoire begroting (4) = (2) + (3) | |
---|---|---|---|---|
Totaal belastingontvangsten | 189.445.960 | 201.723.376 | 203.379 | 201.926.755 |
– /– Afdracht Gemeentefonds | 33.215.875 | 33.799.175 | 1.491.338 | 35.290.513 |
– /– Afdracht Provinciefonds | 2.483.429 | 2.472.239 | 79.785 | 2.552.024 |
– /– Afdracht BES-fonds | 47.401 | 54.938 | 3.635 | 58.573 |
– /– Belastingontvangsten artikel 6 Btw-compensatiefonds | 3.576.710 | 3.597.887 | 148.641 | 3.746.528 |
Belastingontvangsten artikel 1 Belastingen | 150.122.545 | 161.799.137 | ‒ 1.520.020 | 160.279.117 |
Rente
De hogere ontvangsten aan belasting- en invorderingsrente van € 266 mln. zijn met name het effect van de definitieve verdeelsleutel over boetes en rente tussen de Sociale Fondsen en Financiën. Deze wordt gebaseerd op de daadwerkelijke verhouding tussen loon- en inkomstenbelasting en sociale premies. Aangezien de loon- en inkomstenbelasting hier een groter aandeel in heeft dan eerder ingeschat, wordt het aandeel van Financiën - welke dit jaar ver boven de 100% uitkomt - in te ontvangen rente groter. Momenteel werken de betrokken partijen aan een wijziging van de verdeelsleutelsystematiek vanaf 2022 om een meer stabiele en reële verdeling te bereiken.
Bekostiging & Boetes en schikkingen
– Naar aanleiding van de motie Aartsen (Kamerstukken II, 2020/21, 35420-284) heeft het kabinet in de week van 21 juni 2021 besloten de mogelijkheid voor bedrijven voor uitstel van betaling van belastingen met 3 maanden te verlengen tot 1 oktober 2021. Dit werkt door in lagere verwachte ontvangsten van boetes (€ 30 mln.) en van het doorbelasten van vervolingskosten (€ 30 mln.). In de op 26 november jl. verzonden Kamerbrief inzake aanpassingen in het steunpakket is een aanvullende verlenging over het vierde kwartaal van 2021 opgenomen voor de ondernemers die nog openstaande belastingschulden hebben onder het bijzonder uitstel van betaling vanwege de coronacrisis. De verwachting is dat dit doorwerkt in lagere ontvangsten van verzuimboetes en het doorbelasten van vervolingskosten in 2022. Deze wijziging wordt derhalve verwerkt in de eerste suppletoire begroting van Financiën 2022.
– De hogere boeteontvangsten van € 45 mln. is het effect van de definitieve verdeelsleutel over boetes en rente tussen de Sociale Fondsen en Financiën. Deze wordt gebaseerd op de daadwerkelijke verhouding tussen loon- en inkomstenbelasting en sociale premies. Aangezien de loon- en inkomstenbelasting hier een groter aandeel in heeft dan eerder ingeschat, wordt het aandeel van Financiën in te ontvangen boetes groter.
Apparaatontvangsten
De prognose van de apparaatsontvangsten is € 12 mln. hoger dan de raming. De toename wordt veroorzaakt door een teruggave uit een verrekening van een voorschot met Logius ten opzichte van opdrachten uit 2020 (€ 6 mln.). Daarnaast worden meer ontvangsten verwacht van het UWV-loket dat werkgevers compenseert voor zwangerschapsverlof en langdurig afwezigheid door ziekte (€ 5 mln.).