Het bereiken en borgen van houdbare overheidsfinanciën van Curaçao en Sint Maarten is sinds 2010 ondersteund door de kwijtschelding van een deel en herfinanciering van het overige deel van de schulden van Curaçao en Sint Maarten, door uitoefening van financieel toezicht door de RMR en door de lopende inschrijving door Nederland op de financiering van investeringen van de landen. Houdbare overheidsfinanciën worden gezien als belangrijke randvoorwaarde voor een gezonde economische ontwikkeling. Het verbeteren van het financieel beheer is een tweede doelstelling van het beleid. Dit werd vastgelegd in de bestuurlijke afspraken die zijn gemaakt in de aanloop naar de nieuwe staatkundige verhoudingen per 10 oktober 2010. Daarbij heeft Nederland een oplossing geboden voor de toenmalige schuldenproblematiek van voormalige Nederlandse Antillen en de toenmalige eilandgebieden, door de verplichting op zich te nemen een belangrijk deel van de schulden over te nemen.
Gelet op de autonomie hebben de Landen een eigen verantwoordelijkheid voor houdbare overheidsfinanciën. Daarnaast draagt het financieel toezicht op Curaçao en Sint Maarten op grond van de Rijkswet financieel toezicht Curaçao en Sint Maarten (Rft) bij aan de houdbare overheidsfinanciën. Dit toezicht wordt uitgeoefend door de Rijksministerraad.
De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) is verantwoordelijk voor:
Financieren
De minister financiert de kosten die voortkomen uit de leningen en de uitoefening van het toezicht. Er zijn diverse soorten leningen: de leningen die voortvloeien uit de schuldsanering, de leningen op grond van de lopende inschrijving, de covidleningen en overige leningen.
Uitvoeren
Afspraken over de overheidsfinanciën van Curaçao en Sint Maarten zijn vastgelegd in de Rijkswet financieel toezicht Curaçao en Sint Maarten (Rft) en van Aruba in de Landsverordening financieel toezicht (LAft). Op basis van deze wetten begeleidt de minister de adviezen van het College financieel toezicht Curaçao en Sint Maarten (Cft) en van het College Aruba financieel toezicht (CAft) naar de Rijksministerraad. Tevens is in de Rft bepaald dat Nederland een lopende inschrijving aanbiedt voor leningen aan Curaçao en Sint Maarten, tegen het actuele rendement op Nederlandse staatsleningen van de desbetreffende looptijd. In juni 2024 is met de regering van Aruba een bestuurlijk akkoord bereikt over een traject om te komen tot een nieuw ontwerp-rijkswet in combinatie met een nationale regelgeving van Aruba gericht het bereiken en borgen van houdbare overheidsfinanciën. In het akkoord is ook vastgelegd dat het ontwerp-Rijkswet Aruba financieel toezicht (RAft) wordt ingetrokken.
Het op orde brengen van het financieel beheer in Aruba, Curaçao en Sint Maarten is een belangrijke doelstelling in de Landspakketten. Naast specifieke knelpunten die een goedkeurende accountantsverklaring bij de jaarrekening in de weg staan, wordt de problematiek veroorzaakt door fundamentele problemen in de wetgeving, de financiële organisatie, de financiële processen en de administratie. In 2025 worden, met ondersteuning van de TWO, door de Landen verdere stappen gezet in de verbetering en de borging van de uitvoering van de financiële processen, waarbij een belangrijk accent zal liggen op de inrichting van de financiële functie.
Er zijn voor dit artikel geen beleidswijzigingen te melden in 2025.
2023 | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | ||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Art. | Verplichtingen | 33.195 | 66.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Uitgaven | 61.712 | 94.517 | 28.517 | 28.517 | 28.517 | 28.517 | 11.150 | |
5.1 | Schuldsanering Curaçao en Sint Maarten | 28.517 | 28.517 | 28.517 | 28.517 | 28.517 | 28.517 | 11.150 |
Leningen | 28.517 | 28.517 | 28.517 | 28.517 | 28.517 | 28.517 | 11.150 | |
Schuldsanering | 28.517 | 28.517 | 28.517 | 28.517 | 28.517 | 28.517 | 11.150 | |
5.2 | Leningen / garanties Curaçao, Sint Maarten en Aruba | 33.195 | 66.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Leningen | 33.195 | 66.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Lopende inschrijving en leningen Curaçao en Sint Maarten | 33.195 | 66.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Ontvangsten | 83.413 | 145.155 | 205.344 | 223.831 | 147.608 | 238.753 | 302.955 | |
Geschatte budgetflexibiliteit
2025 | |
---|---|
juridisch verplicht | 100% |
bestuurlijk gebonden | 0% |
beleidsmatig gereserveerd | 0% |
nog niet ingevuld/vrij te besteden | 0% |
Juridisch verplicht
Van het totale uitgavenbudget op artikel 5 betreft het instrument leningen en is 100% juridisch verplicht.
5.1 Schuldsanering Curaçao en Sint Maarten
Leningen
Schuldsanering
In de Slotverklaring van 2 november 2006 heeft Nederland zich met het oog op een gezonde financiële positie bij de start van de nieuwe staatkundige verhoudingen bereid verklaard om de schulden van (de collectieve sector van) de Nederlandse Antillen en de eilandgebieden Curaçao en Sint Maarten grotendeels te saneren of te herfinancieren. Het gaat hierbij om de schuldomvang op 31 december 2005, bestaande uit openbare en onderhandse geldleningen die zijn aangegaan jegens derden buiten de desbetreffende collectieve sector (inclusief de leningen die jegens Nederland zijn aangegaan).
De herfinanciering van deze leningen en de financiering van de rentelasten op deze leningen vallen tevens onder de regeling van de schuldsanering. Bij de inwerkingtreding van de nieuwe staatkundige verhoudingen heeft Nederland de toen nog resterende hoofdsom van de bovenbeschreven schulden overgenomen. De in de begroting opgenomen bedragen komen overeen met de rente en aflossingen van de schuldpapieren die Nederland heeft overgenomen van de Nederlandse Antillen en de eilandgebieden Curaçao en Sint Maarten. Elk jaar worden de aflossingen op deze leningen verrekend met het ministerie van Financiën, die de schulden namens de Nederlandse Staat heeft overgenomen. Het aflossen van de overgenomen schulden wordt in 2028 afgerond. De herfinanciering van het schuldendeel dat Curaçao en Sint Maarten hebben behouden omvat een aantal leningen per land waarvan de laatste leningen in 2040 aflopen.
Ontvangsten
De ontvangsten binnen dit artikel hebben betrekking op aflossingen en rentebedragen van uitstaande leningen aan Aruba, Curaçao en Sint Maarten.