2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | ||
---|---|---|---|---|---|---|---|
totaal uitgaven | 9.237,9 | 10.270,6 | 10.726,9 | 10.916,4 | 10.523,2 | 10.295,9 | |
totaal niet-belastingontvangsten | 500,3 | 310,3 | 279,3 | 277,8 | 278,5 | 331,6 | |
1 | Opdracht Inzet | ||||||
Uitgaven | 14,0 | 11,0 | 11,0 | 11,0 | 11,0 | 11,0 | |
Ontvangsten | 5,3 | 5,3 | 5,3 | 5,3 | 5,3 | 5,3 | |
2 | Taakuitvoering Zeestrijdkrachten | ||||||
Uitgaven | 875,9 | 842,1 | 864,3 | 873,7 | 866,4 | 867,2 | |
Ontvangsten | 21,7 | 20,4 | 20,4 | 20,4 | 20,4 | 20,4 | |
3 | Taakuitvoering Landstrijdkrachten | ||||||
Uitgaven | 1.371,5 | 1.427,3 | 1.465,7 | 1.499,0 | 1.528,2 | 1.521,7 | |
Ontvangsten | 6,5 | 6,4 | 10,4 | 10,4 | 10,4 | 10,4 | |
4 | Taakuitvoering Luchtstrijdkrachten | ||||||
Uitgaven | 770,3 | 800,0 | 818,4 | 832,7 | 818,5 | 815,5 | |
Ontvangsten | 12,1 | 12,0 | 12,0 | 12,0 | 12,0 | 12,0 | |
5 | Taakuitvoering Koninklijke Marechaussee | ||||||
Uitgaven | 399,7 | 405,3 | 409,0 | 410,5 | 409,8 | 409,8 | |
Ontvangsten | 4,6 | 4,6 | 4,6 | 4,4 | 4,4 | 4,4 | |
6 | Investeringen Krijgsmacht | ||||||
Uitgaven | 1.817,1 | 2.840,0 | 3.130,7 | 3.256,1 | 2.875,7 | 2.665,8 | |
Ontvangsten | 234,2 | 123,1 | 75,2 | 65,1 | 58,3 | 96,0 | |
7 | Ondersteuning krijgsmacht door Defensie Materieel Org | ||||||
Uitgaven | 877,1 | 932,2 | 969,5 | 986,8 | 994,2 | 1.000,8 | |
Ontvangsten | 51,6 | 32,4 | 43,4 | 43,4 | 43,4 | 43,4 | |
8 | Ondersteuning krijgsmacht door Cdo Dienstencentra | ||||||
Uitgaven | 1.253,9 | 1.261,8 | 1.272,9 | 1.249,1 | 1.230,9 | 1.235,4 | |
Ontvangsten | 81,4 | 81,0 | 81,4 | 81,4 | 81,4 | 81,4 | |
9 | Algemeen | ||||||
Uitgaven | 114,8 | 105,8 | 100,4 | 101,9 | 102,1 | 102,1 | |
10 | Centraal apparaat | ||||||
Uitgaven | 1.660,6 | 1.626,0 | 1.574,9 | 1.607,1 | 1.582,7 | 1.568,9 | |
Ontvangsten | 82,9 | 25,0 | 26,6 | 35,4 | 43,0 | 58,3 | |
11 | Geheime uitgaven | ||||||
Uitgaven | 7,2 | 7,6 | 7,6 | 7,6 | 7,6 | 7,6 | |
12 | Nominaal en onvoorzien | ||||||
Uitgaven | 75,8 | 11,5 | 102,3 | 80,8 | 96,2 | 90,2 |
Artikel 1 Opdracht Inzet
Door de toevoeging van de eindejaarsmarge bij overige inzet is het bedrag in 2018 hoger dan in de jaren daarna.
Artikel 2 Taakuitvoering Zeestrijdkrachten
Op dit artikel wordt het uitgavenpatroon verklaard door een spreiding van de uitgaven aan materiele instandhouding en een geleidelijke stijging aan personele uitgaven ten behoeve van het verbeteren van de basisgereedheid.
Artikel 3 Taakuitvoering Landstrijdkrachten
Op dit artikel worden de oplopende uitgaven verklaard door het stapsgewijs toevoegen van middelen door het kabinet ten behoeve van de basisgereedheid.
Artikel 4 Taakuitvoering Luchtstrijdkrachten
Op dit artikel worden de fluctuerende uitgaven verklaard door het stapsgewijs toevoegen van middelen door het kabinet ten behoeve van de basisgereedheid en het overboeken van budget naar andere artikelen voor het uitvoeren van de opgedragen taken door de Luchtstrijdkrachten.
Artikel 5 Taakuitvoering Koninklijke Marechaussee
Het uitgavenbudget voor de Koninklijke Marechaussee (KMar) stijgt geleidelijk door het vergroten van het personeelsbestand. Dit heeft te maken met de extra VTE benodigd voor grensbewaking en extra controles als gevolg van de aanstaande Brexit.
Artikel 6 Investeringen Krijgsmacht
Het fluctuerende verloop van dit artikel wordt deels verklaard door de extra middelen die zijn toegevoegd aan de Defensiebegroting door het kabinet. De hogere uitgaven in 2019 zijn het gevolg van het verschuiven van budget van de afgelopen jaren naar dit jaar na herijkingen van de investeringsplannen. Het investeringsprogramma bepaalt door de planning van materiele investeringen het verloop van de uitgaven. De verwachte onderuitputting in 2018 wordt samen met de bijbehorende eindejaarsmarge bij ontwerpbegroting 2019 reeds verwerkt waardoor de uitgaven in 2020 en 2021 hoger zijn dan in de jaren erna.
Artikel 7 Defensie Materieel Organisatie
Het verloop van dit artikel wordt enerzijds verklaard door de extra middelen die zijn toegevoegd aan de Defensiebegroting ten behoeve van de verbetering van de basisgereedheid. Anderzijds kunnen de oplopende uitgaven grotendeels worden verklaard door de toegenomen personele uitgaven als gevolg van het samengaan van JIVC met het agentschap OPS.
Artikel 8 Commando Dienstencentra
Op dit artikel stijgen de uitgaven in 2019 en 2020 door het project «Behoud & Werving» met als doel het behouden van gekwalificeerd personeel en het verhogen van de instroom van nieuw personeel. Daarnaast wordt extra geïnvesteerd in het internationale functiebestand.
Artikel 9 Algemeen
De uitgaven op dit artikel betreffen het exploitatiedeel van de bijdragen aan de NAVO, verschillende subsidies en opdrachten en bekostiging. De piek in 2018 is te verklaren aan de hogere uitgaven aan «opdrachten aan derden». De bijdrage aan internationale samenwerking stijgt geleidelijk, maar heeft geen sterk effect op de totale uitgaven.
Artikel 10 Centraal Apparaat
Dit artikel toont de apparaatskosten van de bestuursstaf, de MIVD en de defensiebrede pensioenen, uitkeringen en wachtgelden. De meerjarige daling van de uitgaven weerspiegelt met name de daling van de overtolligheidsuitgaven als gevolg van eerdere reorganisaties. Door de pensionering van voormalige werknemers met een wachtgeldregeling uit deze reorganisaties dalen deze uitgaven. Daarnaast dalen de pensioenuitgaven licht door de effecten van het ophogen van de pensioenleeftijd.
Artikel 11 geheime uitgaven
Op dit artikel zijn de uitgaven stabiel.
Artikel 12 Nominaal en Onvoorzien
Op artikel 12 staat het restsaldo van de nog niet uitgedeelde meerjarige loonbijstelling. Dit is gereserveerd voor onvoorziene uitgaven. In 2019 is een dip zichtbaar door het aanwenden van middelen van artikel 12 om het gewijzigde kasritme vanuit de Defensienota te faciliteren.