UITGAVEN | bedragen in miljoenen euro's | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
2014 | 2015 | 2016 | 2017 | 2018 | |||
Stand Miljoenennota 2014 (excl. IS) | 7.644,9 | 7.942,3 | 8.195,2 | 8.389,9 | 8.604,2 | ||
Beleidsmatige mutaties | |||||||
Rijksbegroting in enge zin | |||||||
Eu-afdrachten | 418,4 | – 1.369,3 | – 561,1 | – 807,2 | – 744,6 | ||
418,4 | – 1.369,3 | – 561,1 | – 807,2 | – 744,6 | |||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2014 | 418,4 | – 1.369,3 | – 561,1 | – 807,2 | – 744,6 | ||
Stand Voorjaarsnota 2014 (subtotaal) | 8.063,2 | 6.573,0 | 7.634,2 | 7.582,7 | 7.859,6 | ||
Totaal Internationale samenwerking | 1.383,0 | 1.398,1 | 1.337,4 | 1.366,6 | 1.376,7 | ||
Stand Voorjaarsnota 2014 | 9.446,2 | 7.971,1 | 8.971,6 | 8.949,3 | 9.236,3 |
NIET-BELASTINGONTVANGSTEN | bedragen in miljoenen euro's | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
2014 | 2015 | 2016 | 2017 | 2018 | |||
Stand Miljoenennota 2014 (excl. IS) | 693,7 | 706,3 | 719,2 | 732,3 | 758,2 | ||
Beleidsmatige mutaties | |||||||
Rijksbegroting in enge zin | |||||||
Perceptiekostenvergoedingen | – 184,8 | – 187,0 | – 189,3 | – 191,6 | – 206,5 | ||
– 184,8 | – 187,0 | – 189,3 | – 191,6 | – 206,5 | |||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2014 | – 184,8 | – 187,0 | – 189,3 | – 191,6 | – 206,5 | ||
Stand Voorjaarsnota 2014 (subtotaal) | 508,9 | 519,3 | 529,9 | 540,7 | 551,7 | ||
Totaal Internationale samenwerking | 64,9 | 62,9 | 62,9 | 62,9 | 62,9 | ||
Stand Voorjaarsnota 2014 | 573,8 | 582,1 | 592,7 | 603,5 | 614,5 |
EU-afdrachten
De stijging van de EU-afdrachten in 2014 wordt in belangrijke mate veroorzaakt doordat de BNP afdracht aan de EU stijgt. De financiering hiervan geschiedt op basis van het Eigen Middelen Besluit (EMB). Het EMB, waarin onder meer verlenging van de Nederlandse korting op de EU-afdrachten is geregeld, treedt in werking na ratificatie door alle lidstaten. Het lijkt op dit moment niet waarschijnlijk dat dit wordt afgerond voor het einde van 2014, waardoor ook de korting voor Nederland van ruim 1 mld. voor 2014 pas in 2015 zal worden gerealiseerd. Hier staat een verlaging van de invoerrechten- en BTW afdracht tegenover. Dit wordt veroorzaakt doordat de Nederlandse economie nog altijd minder sterk groeit dan het gemiddelde in Europa waardoor de afdrachten voor BTW en invoerrechten lager zijn.
Perceptiekostenvergoedingen
De daling van de ontvangsten hangt samen met de mutatie op de BTW afdracht en invoerrechten aan de uitgavenkant. Nederland ontvangt een deel van de afgedragen invoerrechten terug als perceptiekostenvergoeding.