Base description which applies to whole site

3.1. Zorgverzekeringwet (Zvw)

3.1.1. Kerncijfers

De kerncijfers in tabel 7 schetsen een beeld van de Zorgverzekeringswet (Zvw).

Vanaf de ontwerpbegroting 2017 zullen de kerncijfers niet meer worden opgenomen in het FBZ, maar uitsluitend in de Staat van Volksgezondheid en Zorg, een online publicatie van het RIVM.

Tabel 7 Kerncijfers Zorgverzekeringswet (Zvw)
 

Eenheid

2010

2011

2012

20131

20141

20151

 

Algemeen

             

1

Bevolking naar leeftijd op 1 januari jonger dan 20

%

23,7

23,5

23,3

23,1

22,9

22,7

 

Bevolking naar leeftijd op 1 januari 20 tot 65

%

61

60,9

60,5

60,1

59,8

59,6

 

Bevolking naar leeftijd op 1 januari 65+

%

15,3

15,6

16,2

16,8

17,3

17,8

 

Totale bevolking

1 mln.

16,6

16,7

16,7

16,8

16,8

16,9

2

Levensverwachting mannen bij 66 jaar op 31–12

jaren

17,2

17,5

17,5

17,7

18,1

 
 

Levensverwachting vrouwen bij 66 jaar op 31–12

jaren

20,4

20,5

20,4

20,6

20,8

 
                 
 

Zorgverzekering

             

3

Gemiddelde nominale premie

euro

1.095

1.199

1.226

1.213

1.098

1.158

4

Verzekerden met een collectieve verzekering

%

64

65

68

69

70

68,9

                 
 

Eerstelijnszorg

             

5

Regulier gevestigde huisartsen

personen

8.984

8.908

8.894

8.858

8.812

 

6

Toegestane instroom huisartsenopleiding

personen

600

618

720

720

720

750

7

Werkzame tandartsen

personen

8.665

9.060

9.110

9.085

9.080

 

8

Werkzame verloskundigen

personen

2.586

2.681

2.763

2.888

2.980

 

9

Werkzame fysiotherapeuten

personen

33.535

34.905

35.680

36.315

30.395

 

10

Gem. aantal contacten per persoon met huisarts

per jaar

4,2

4,3

4,1

4,1

4,9

 

11

Personen met contact met huisarts in 1 jaar

%

72,3

72

71,3

71,5

67,9

 

12

Gem. aantal contacten per persoon met tandarts

per jaar

2,3

2,3

2,1

2,2

2,6

 

13

Personen met contact met tandarts in 1 jaar

%

78,4

78,2

78,5

78,7

78,9

 

14

Gem. aantal contacten p.p. met fysio-/oefentherapeut

per jaar

3,7

3,7

3,5

3,5

3,5

 

15

Personen met contact met fysio-/oefentherapeut in 1 jaar

%

22

22,8

21,2

22

23

 

16

Geregistreerde sociaal-geneeskundigen2

aantal

5.402

5.331

5.265

5.220

5.202

5.102

                 
 

Medisch specialistische zorginstellingen

             

17

Zorgaanbieders MSZ waarvan

aantal

403

417

445

431

417

385

 

Algemene ziekenhuizen

aantal

86

86

84

84

84

81

Universitaire Medische Centra

aantal

8

8

8

8

8

8

Categorale instellingen

aantal

68

65

65

65

65

65

ZBC (actief in A- en/of B segment)

aantal

241

258

288

274

260

231

18

Dagopnames

1 mln.

2,1

2,2

2,3

     

19

Verpleegdagen

1 mln.

11,0

10,7

10,3

     

20

Gemiddeld aantal contacten p.p. met specialist

per jaar

2,3

2,2

2,1

2,2

3,1

 

21

Personen met contact met specialist in 1 jaar

%

37,8

39

37,9

37,8

39,4

 

22

Geregistreerde medisch specialisten3

personen

20.144

20.863

21.750

22.585

22.555

23.759

23

Top 5 DBC- Zorgproducten op basis van 20144

             
 

1) 199299012 – Letsel

1.000

   

446

410

373

 
 

2) 199299028 – Letsel

1.000

   

359

308

285

 
 

3) 140301007 – Nierinsufficientie

1.000

   

240

243

243

 
 

4) 990027198 – Consultair

1.000

   

nvt

nvt

212

 
 

5) 029499039 – Licht ambulant

1.000

   

205

207

206

 
                 
 

Ziekenvervoer

             

24

Spoedeisende ambulance-inzetten

1.000

463,9

478,3

500,8

541,2

579,8

 
                 
 

Genees- en hulpmiddelen

             

25

Openbare apotheken

aantal

1.980

1.997

1.981

1.974

1.979

1.981

26

Gem. aantal voorschriften geneesmiddelen p.p.

per jaar

12,5

13,6

14,1

14,5

14,9

15,2

27

Generieke verstrekkingen naar voorschrift

%

60,7

63,4

66,7

69,7

71,5

72,4

28

Generieke verstrekkingen naar kosten

%

10,9

10,3

12,1

15,2

16,5

19,0

29

Personen dat vergoede hulpmiddelen gebruikt

1 mln.

2,4

2,2

2,1

2,1

2,1

2,2

                 
 

Geestelijke gezondheidszorg

             

30

Geestelijk ongezond5

%

10,7

11

10,8

10,9

10,7

10,7

31

Aantal cliënten geneeskundige ggz

1.000

1.207

1.266

1.044

     
 

Aantal cliënten eerstelijns geneeskundige ggz

1.000

309

335

322

     
 

Aantal cliënten tweedelijns geneeskundige ggz

1.000

947

985

762

     

32

Zorgaanbieders geneeskundige ggz waarvan6

aantal

6.687

7.132

>9.000

     
 

Eerstelijns psychologische zorgverlener

aantal

3.365

3.477

6.000

     
 

Tweede lijn gebudgetteerde zorgaanbieder

aantal

177

181

155

     
 

Tweede lijn niet-gebudgetteerde instellingen

aantal

121

179

110

     
 

Tweede lijn vrijgevestigde zorgaanbieder

aantal

3.024

3.295

3.000

     
 

Dyslexie

aantal

   

30–35

     

Bronnen:

1–2: CBS

3: CPB

4: Vektis

5: Nivel, Cijfers uit de registratie van huisartsen peiling januari 2014

6: VWS

7: CBS, Statline ((http://statline.cbs.nl/StatWeb/publication/?VW=T&DM=SLNL&PA=81551NED&D1=1–2&D2=0&D3=0&D4=1,4,6,37,41,46,49,56,58,62,65&D5=(l-3)-l&HD=140623–1557&HDR=T,G1,G2,G4&STB=G3)

8: Nivel, Cijfers uit de registratie van verloskundigen peiling januari 2014

9: CBS, Statline ((http://statline.cbs.nl/StatWeb/publication/?VW=T&DM=SLNL&PA=81551NED&D1=1–2&D2=0&D3=0&D4=1,4,6,37,41,46,49,56,58,62,65&D5=(l-3)-l&HD=140623–1557&HDR=T,G1,G2,G4&STB=G3)

10 t/m 15: CBS, Statline (http://statline.cbs.nl/StatWeb/publication/?DM=SLNL&PA=81027NED&D1=a&D2=0–2&D3=0&D4=a&HDR=G3,G2,G1&STB=T&VW=T) jaar 2010 tot en met 2013

10,14: CBS, Statline (http://statline.cbs.nl/Statweb/publication/?DM=SLNL&PA=81628NED&D1=46–47&D2=a&VW=T)

11, 12, 13, 15: cijfer 2014: CBS, Statline, (http://statline.cbs.nl/Statweb/publication/?VW=T&DM=SLNL&PA=83005NED&D1=54–81&D2=0–13&D3=0&D4=l&HD=150430–1224&HDR=G2,G3,G1&STB=T)

16: KNMG, Aantal geregistreerde specialisten/profielartsen op peildatum 31 december van het jaar (http://knmg.artsennet.nl/Opleiding-en-Registratie/RGS-1/Aantallen/Overzicht-aantal-geregistreerde-specialistenprofielartsen.htm)

17: NZa, Marktscan medisch specialistische Zorg 2015, oktober 2015

18 en 19: CBS, Statline (http://statline.cbs.nl/StatWeb/publication/?VW=T&DM=SLNL&PA=71858NED&D1=2,

6&D2=0&D3=0&D4=0&D5=(l-3)-l&HD=140624–1146&HDR=G1,G2,G3,G4&STB=T)

20 en 21: jaar 2010 tot en met 2013: CBS, Statline (http://statline.cbs.nl/StatWeb/publication/?VW=T&DM=SLNL&PA=81178NED&D1=12–13&D2=0&D3=0&D4=0&D5=a&HD=140624–1155&HDR=G1,G2,G3,G4&STB=T)

20 en 21: jaar 2014: CBS, Statline (http://statline.cbs.nl/Statweb/publication/?VW=T&DM=SLNL&PA=83005NED&D1=

54–81&D2=0–13&D3=0&D4=l&HD=150430–1224&HDR=G2,G3,G1&STB=T)

22: KNMG, Aantal geregistreerde specialisten/profielartsen op peildatum 31 december van het jaar (http://knmg.artsennet.nl/Opleiding-en-Registratie/RGS-1/Aantallen/Overzicht-aantal-geregistreerde-specialistenprofielartsen.htm)

23: Vektis

1) 199299012 – Letsel (excl heupfractuur) | Diagnostisch (zwaar)/ Therapeutisch licht | Letsel overig

2) 199299028 – Letsel (excl heupfractuur) | Licht ambulant | Letsel overig

3) 140301007 – Nierinsufficientie | Chronisch | Hemodialyse in centrum/ zkhs | Niet klin | Dialyse 1–3 | Urogenitaal nierinsufficientie

4) 990027198 – Consultair en/of maximaal 4 gewogen behandeluren | Revalidatiegeneeskunde

5) 029499039 – Licht ambulant | Nieuwv maligne huid/premaligne dermatose

24: Ambulancezorg Nederland, Ambulances in zicht 2014. (Betreft het aantal A1-inzetten. Het totale aantal inzetten – A1, A2 en B – bedroeg in 2011 1.084.426, in 2012 1.100.419 en in 2013 1.144.780 en in 2014 1.190.320.)

25–28: Stichting Farmaceutische Kengetallen

29: Zorginstituut Nederland

30: CBS, Statline (http://statline.cbs.nl/StatWeb/publication/?VW=T&DM=SLNL&PA=81174NED&D1=41&D2=0&D3=0&D4=0&D5=a&HD=140624–1531&HDR=T,G3,G2,G1,G4);

CBS, Statline, 2014 (http://statline.cbs.nl/Statweb/publication/?DM=SLNL&PA=83005NED&D1=1&D2=0–13&D3=0&D4=l&VW=T)

31 en 32: NZa, Marktscan en beleidsbrief ggz 19 november 2014; voor cijfers aanbieders 2010 en 2011 Marktscan en beleidsbrief Geestelijke Gezondheidszorg Weergave van de markt 2009–2013.

1

Een aantal cijfers is nog niet beschikbaar.

2

Arbeid en gezondheid bedrijfsgeneeskunde, verzekeringsgeneeskunde, maatschappij en gezondheid, profielen beleid en advies, forensisch, infectieziekten, jeugd, medische milieukunde, soc. med. indicatiestelling en advisering, tuberculosebestrijding

3

Niet artsen voor verstandelijk gehandicapten en ouderengeneeskunde, huisartsen en sociaal-geneeskundigen

4

DBC Zorgproducten zijn vanaf 2012 in gebruik. Daarvoor werd gebruikt gemaakt van Diagnose Behandelingcombinaties.

5

Geestelijk ongezond. Op basis van Somscore MHI-5 (Mental Health Inventory 5), internationale maat voor de psychische gezondheid. De maximale score is 100. Hoe lager de score hoe slechter de psychische gezondheid. Het cijfer geeft het percentage van personen van 12 jaar of ouder met een score van minder dan 60.

6

Vanaf 2012 aangepaste rekenmethode, reeks niet vergelijkbaar. 2012 betreft een raming. Voor toelichting zie bron.

3.1.2. Verticale ontwikkeling van de Zvw-uitgaven en -ontvangsten

De verticale toelichting bevat een cijfermatig overzicht van de budgettaire veranderingen die zich hebben voorgedaan sinds de ontwerpbegroting 2015. Voor een meer gedetailleerde toelichting op de veranderingen wordt verwezen naar de verdiepingsparagraaf 6.

De verticale toelichting onderscheidt drie categorieën mutaties:

  • mee- en tegenvallers;

  • beleidsmatige mutaties;

  • technische en nominale mutaties.

Tabel 8 laat vanaf de stand ontwerpbegroting 2015 de verticale ontwikkeling van de Zvw-uitgaven en -ontvangsten zien.

Tabel 8 Verticale ontwikkeling van de Zvw-uitgaven en -ontvangsten (bedragen x € 1 miljoen)

2015

Zvw-uitgaven ontwerpbegroting 2015

44.364,1

   

Mee- en tegenvallers

– 456,3

Actualisering Zvw-uitgaven (tabel 8A)

– 514,7

Herverdelingseffecten Zvw

58,4

   

Beleidsmatige mutaties

– 806,2

Tarieven tandheelkunde

– 18,0

Darmkankerscreening

25,0

Additionele ruimte geneesmiddelen

– 149,2

Overheveling subsidieregeling kwaliteitsimpuls personeel ziekenhuiszorg

– 37,4

Dekking verhoging budget eerstelijnsverblijf

– 33,5

Uitstel overgang eerstelijnsverblijf naar Zvw

– 96,3

P&M-intensivering beleidsbrief Kwaliteit loont

10,0

IJklijnmuaties beleidsbrief Kwaliteit loont

– 10,0

Nominaal en onverdeeld

– 504,9

Herverdelingseffecten Zvw

7,0

Schadevergoeding Erasmus MC

– 4,0

Overige

5,0

   

Technische- en nominale mutaties

– 259,0

Nominale ontwikkeling

– 235,8

Financieringsmutatie ziekenvervoer

– 23,2

   

Totaal mutaties

– 1.521,5

   

Bruto-Zvw-uitgaven jaarverslag 2015

42.842,6

Zvw-ontvangsten ontwerpbegroting 2015

3.217,7

   

Totaal mutaties

0,0

Zvw-ontvangsten jaarverslag 2015

3.217,7

Netto-Zvw-uitgaven ontwerpbegroting 2015

41.146,3

Mutatie in de netto-Zvw-uitgaven

– 1.521,5

Netto-Zvw-uitgaven jaarverslag 2015

39.624,8

Bron: VWS, gegevens Zorginstituut Nederland over (voorlopige) financieringslasten Zvw en Wlz en NZa-gegevens over de productieafspraken en voorlopige realisatiegegevens.

Uitgaven

Mee- en tegenvallers

Actualisering Zvw-uitgaven

Tabel 8A Actualisering Zvw-uitgaven (bedragen x € 1 miljoen)
 

2015

Eerstelijnszorg

– 154,3

Tweedelijnszorg

– 33,5

Genees- en hulpmiddelen

– 263,6

Ziekenvervoer

– 47,6

Grensoverschrijdende zorg

– 71,7

Wijkverpleging

37,7

Multidisciplinaire zorgverlening

31,7

Opleidingen

– 13,4

Totaal

– 514,7

Bron: VWS, gegevens Zorginstituut Nederland over (voorlopige) financieringslasten Zvw en Wlz en NZa-gegevens over de productieafspraken en voorlopige realisatiegegevens.

In tabel 8A is het onderdeel «Actualisering Zvw-uitgaven» uit tabel 8 nader uitgesplitst. De actualisering van de zorguitgaven vindt plaats op basis van voorlopige realisatiegegevens 2015 van de NZa en het Zorginstituut Nederland. Voor de geneeskundige ggz en de medisch-specialistische zorg zijn vooralsnog alleen zeer voorlopige realisatiecijfers over 2015 beschikbaar. Deze sectoren zijn derhalve niet meegenomen in de actualisering.

Een belangrijk deel van deze mutaties is reeds toegelicht in eerdere budgettaire stukken. Voor de toelichting op de eerste suppletoire wet 2015 (TK 34 210-XVI, nr. 1), de ontwerpbegroting 2016 (TK 34 300-XVI, nr. 1) en de tweede suppletoire wet 2015 (TK 34 350-XVI, nr. 1) wordt verwezen naar de betreffende publicaties. De mutaties die na de tweede suppletoire wet 2015 hebben plaatsgevonden zijn in het verdiepingshoofdstuk per deelsector verder toegelicht.

De belangrijkste mutaties uit tabel 8A worden hieronder nader toegelicht.

Eerstelijnszorg

De onderschrijding van circa € 154 miljoen is het saldo van diverse mee- en tegenvallers op de verschillende deelsectoren binnen de eerstelijnszorg. De grootste onderschrijding doet zich voor bij de huisartsenzorg (€ 105 miljoen), maar daarnaast doen zich meevallers voor bij de uitgaven voor fysiotherapie, dieetadvisering, zintuiglijk gehandicapten, verloskunde en kraamzorg. Tegenover deze meevallers staan tegenvallers in de sectoren multidisciplinaire zorg, mondzorg en ergotherapie.

Genees- en hulpmiddelen

De neerwaartse bijstelling van de uitgaven aan genees- en hulpmiddelen van ruim € 264 miljoen vindt haar oorsprong in de neerwaartse bijstelling van de raming naar aanleiding van realisatiegegevens over 2014 (€ 271 miljoen) zoals gemeld in de eerste suppletoire wet 2015, de opwaartse bijstelling bij de hulpmiddelen zoals gemeld in de ontwerpbegroting 2016 (circa € 3 miljoen) en de opwaartse bijstelling van de ramingen naar aanleiding van realisatiegegevens over 2015 (€ 4 miljoen).

De opwaartse bijstelling bij de uitgaven voor genees- en hulpmiddelen naar aanleiding van realisatiegegevens over 2015 (€ 4 miljoen) betreft een tegenvaller bij de geneesmiddelen (€ 95 miljoen) en een meevaller bij de hulpmiddelen (€ 91 miljoen).

Bij de geneesmiddelen blijkt dat de structurele neerwaartse bijstelling van de actualisering 2014 van (€ 188 miljoen) gedeeltelijk doorwerkt in 2015. Dit wordt voornamelijk verklaard doordat er nieuwe geneesmiddelen het GVS zijn ingestroomd en het effect van deze geneesmiddelen op de totale kosten groter is dan waarmee in de raming rekening werd gehouden.

Naast de doorwerking van de structurele neerwaartse bijstelling van de afrekening 2014 van (€ 83 miljoen) is er bij de hulpmiddelen sprake van een meevaller van € 91 miljoen in 2015.

De uitgaven in de hulpmiddelensector lijken zich te stabiliseren, waardoor niet alle beschikbaar gestelde groeiruimte in 2015 nodig blijkt te zijn. Dit komt onder andere doordat zorgverzekeraars meer inzetten op doelmatige inkoop en gepast gebruik.

Herverdelingseffecten Zvw

Op basis van de realisatiecijfers 2014 AWBZ voor zowel de zorg in natura als het pgb is de raming aan de hand van de beschikbare modellen afgezet tegen de realisatie. Daarbij is ook bekeken wat de daaruit volgende verschuivingen tussen de verschillende domeinen zouden moeten zijn. Per saldo is sprake van een opwaartse bijstelling van de uitgaven voor de Zvw.

Beleidsmatige mutaties

Tarieven tandheelkunde

De NZa heeft de maximumtarieven in de tandheelkundige zorg verlaagd. Dit heeft geleid tot lagere uitgaven aan tandheelkundige zorg binnen het verzekerd pakket.

Darmkankerscreening

Bij de uitvoering van het bevolkingsonderzoek darmkanker is naar voren gekomen dat de kosten die instellingen maken voor het vervolgonderzoek naar aanleiding van de eerste screeningen hoger zijn dan waarmee in de oorspronkelijke ramingen rekening is gehouden. Tegelijkertijd blijkt het aantal vervolgonderzoeken hoger te zijn dan eerder werd verwacht. Daarom is hiervoor € 25 miljoen extra beschikbaar gesteld.

Additionele ruimte geneesmiddelen

Net als in 2014 werd verwacht dat voor 2015 niet alle groeiruimte benodigd is. Dit is onder andere het gevolg van uit patent lopen van geneesmiddelen, het preferentiebeleid en de gematigde volumeontwikkeling.

Overheveling subsidieregeling kwaliteitsimpuls personeel ziekenhuiszorg

Dit betreft een overheveling van premiegefinancierde middelen die waren gereserveerd voor de UMC’s als gevolg van het inhouden van de ILO als onderdeel van de afspraken uit het Zorgakkoord. Door toevoeging aan de subsidieregeling kwaliteitsimpuls personeel ziekenhuiszorg vloeien de middelen terug naar de UMC’s.

Dekking ophoging budget eerstelijnsverblijf

De noodzakelijk gebleken verhoging van het budget voor eerstelijnsverblijf is deels gedekt binnen de Zvw en deels binnen de Wlz.

Uitstel overgang eerstelijnsverblijf naar Zvw

De voor 2015 geplande overheveling van het eerstelijnsverblijf van de Wlz naar de Zvw is uitgesteld naar 2017. Hierdoor vloeiden de middelen terug naar de Wlz.

P&M-intensivering beleidsbrief Kwaliteit loont

In februari 2015 is met betrekking tot de voorgenomen wijziging van artikel 13 van de Zvw een alternatief pakket maatregelen gepresenteerd, waarmee langs de weg van kwaliteitsverbetering besparingen op de zorgkosten kunnen worden gerealiseerd. Kern van de maatregelen is dat het voor patiënten, zorgverleners en verzekeraars lonender wordt om te kiezen voor de beste zorg. Daarnaast wordt de positie van de patiënt versterkt en het evenwicht in de sector bevorderd. De Tweede Kamer is bij brief d.d. 6 februari 2015 (TK 31 765, nr. 116) over het pakket maatregelen geïnformeerd. In het pakket zit ook een aantal personele en materiële intensiveringen. De maatregelen om kwaliteit leidend en lonend te maken, om de kwaliteitseisen aan het zorgaanbod aan te scherpen en om de transparantie van de kwaliteit te vergroten en om het evenwicht in de zorgsector te bevorderen, hebben geleid tot een investering in capaciteit van € 10 miljoen in 2015. Het betreft intensiveringen bij het CIBG, de IGZ, de ACM en de NZa.

IJklijnmutatie beleidsbrief Kwaliteit loont

De gereserveerde middelen in verband met de beleidsbrief Kwaliteit loont zijn overgeheveld naar de begroting van VWS.

Nominaal en onverdeeld

Er is sprake van vrijval op de post nominaal en onverdeeld. Deze ruimte is met name een gevolg van het verschil tussen de oorspronkelijk beschikbaar gestelde middelen voor groei in de curatieve zorg en de in de verschillende zorgakkoorden gemaakte afspraken over de toegestane groei in die sectoren en de op grond daarvan niet benodigde middelen voor loon- en prijsbijstelling.

Herverdelingseffecten Zvw

Deze mutatie is het saldo van enkele verschuivingen van de Zvw naar het jeugddomein en vice versa.

Schadevergoeding Erasmus MC

In een bindend advies is de schadevergoeding die VWS aan Erasmus MC moet betalen vanwege het niet nakomen van twee toezeggingen uit 2009 vastgesteld op € 235,9 miljoen (stand ultimo 2014). Erasmus MC lijdt schade als gevolg van handelingen en investeringen die het zonder de toezeggingen niet zou hebben verricht respectievelijk gedaan. Erasmus MC heeft op basis van de toezeggingen een nieuwbouwproject met een onrendabele top (lasten ongedekt door relevante inkomsten) ondernomen en zou zonder de toezeggingen een dergelijk nieuwbouwproject niet hebben uitgevoerd (zie TK 25 268, nrs. 120 en 126). VWS heeft in 2015 € 85 miljoen betaald; ook in 2016 wordt € 85 miljoen betaald, het restant in 2017. Voor de betaling in 2015 is via een kasschuif € 81 miljoen toegevoegd aan de € 4 miljoen die voor 2015 waren gereserveerd. Aangezien de schadevergoeding die VWS aan Erasmus MC moet betalen wordt betaald vanuit de VWS-begroting, zijn de hiervoor gereserveerde middelen overgeheveld naar de VWS-begroting. Ze zijn blijven behoren tot het BKZ (begrotingsgefinancierde BKZ-uitgaven).

Overige

Deze post is het saldo van verschillende beleidsmatige mutaties.

Technische en nominale mutaties

Nominale ontwikkeling

De raming van de loon- en prijsbijstelling is aangepast op basis van actuele macro-economische inzichten van het Centraal Planbureau (CPB).

Financieringsmutatie ziekenvervoer

Voor deze sector worden de budgetten vastgesteld door de NZa, terwijl de financiering van de sectoren wordt verantwoord door het Zorginstituut Nederland. Als gevolg van het tijdsverloop dat er zit tussen het moment waarop de NZa de budgetten voor de regionale ambulancevoorzieningen vaststelt en de uiteindelijke financiering, kan sprake zijn van financieringsvoorsprongen of financieringsachterstanden.

3.1.3. Zorgakkoorden

In de afgelopen jaren zijn met betrokken partijen in de medisch-specialistische zorg, de geneeskundige ggz, de huisartsenzorg en de wijkverpleging akkoorden gesloten. In die akkoorden zijn ook budgettaire afspraken opgenomen met een gematigde, maximaal toegestane groei in toekomstige jaren.

Op basis van het voorlopige beeld voor de jaren 2014 en 2015 laten de zorgakkoorden msz, ggz en huisartsen onderschrijdingen zien. Voor de ggz en de huisartsen loopt de onderschrijdingstrend zelfs terug tot de start van het betreffende zorgakkoord. De wijkverpleging laat voor 2015 een geringe overschrijding zien. De voorlopige resultaten weerspiegelen in het algemeen de succesvolle werking van de afgesloten zorgakkoorden waarbij de zorgverzekeraars en zorgaanbieders erin zijn geslaagd de zorgkosten te beteugelen door onder meer een strikter inkoopbeleid te handhaven. Specifiek voor de GGZ zijn de substitutie naar de POH-ggz en de verschuiving van specialistische ggz naar de generalistische basis ggz mogelijke verklaringen.

In deze paragraaf wordt voor bovengenoemde sectoren nadere informatie gegeven over de (voorlopig) gerealiseerde uitgaven in de afgelopen jaren.

Tabel 9A Actueel beeld financiële resultaten zorgakkoorden instellingen voor medisch- specialistische zorg 2012–2014 (bedragen x € 1 miljoen)1
 

2012

2013

2014

Hoofdlijnenakkoord (prijspeil 2011)

16.801

17.221

17.550

Mutaties MBI-kader bij ontwerpbegroting 2012

     

Correctie aandeel medisch specialisten in loondienst

– 97

– 99

 

Mutaties MBI-kader bij ontwerpbegroting 2013

     

Nieuw middel tegen melanoom

5

25

25

Beschikbaarheidbijdragen

– 71

– 71

– 71

Loon- en prijsbijstelling (tranche 2012)

390

391

402

Darmkankerscreening

 

15

35

IVF

 

– 13

– 13

Toetsing rechtmatigheid Zvw

   

– 47

Overheveling dure geneesmiddelen

 

215

238

Overheveling Fonds Ziekenhuisopleidingen (FZO)

 

– 20

– 20

Mutaties MBI-kader bij ontwerpbegroting 2014

     

Overheveling beschikbaarheidbijdrage kapitaallasten academische zorg

 

– 26

– 43

Overheveling trombosediensten

 

– 56

– 57

Loon- en prijsbijstelling (tranche 2013)

 

408

424

Overheveling fertiliteitshormonen

   

21

Overheveling injectiemateriaal groei- en fertiliteitshormonen

   

3

Overheveling vacuumpompen

   

1

Aanpassing groeiruimte 2014 o.b.v. Onderhandelaarsresultaat MSZ 2014–2017

   

– 180

Mutaties MBI-kader bij ontwerpbegroting 2015

     

Overheveling fertiliteitshormonen (Triptoreline)

   

4

Loon- en prijsbijstelling (tranche 2014)

   

293

Overheveling lucrin

   

4

Overheveling stemprothesen

   

1

Mutaties MBI-kader bij ontwerpbegroting 2016

     

Voorwaardelijke toelating geneeskundige zorg

   

3

AWBZ-financiering (verkeerde bed)

 

14

14

Actuele stand Hoofdlijnenakkoord 2012–2015 resp. Onderhandelaarsresultaat 2014–2017

17.028

18.004

18.588

VWS jaarverslag 20152

17.583

18.422

18.532

Actueel beeld (totaal)

555

419

– 56

Waarvan transitiebedrag

470

389

42

Actueel beeld (exclusief transitiebedragen)

85

30

– 98

       

Actualisering jaarverslag 2013

600

300

Actualisering jaarverslag 2014

– 88

292

Actualisering begroting 2016

15

Actualisering jaarverslag 2015

28

– 173

– 56

Totaal

555

419

– 56

1

Als gevolg van afronding kan de som van de delen afwijken van het totaal.

2

Het beschikbare bedrag zoals hierboven gepresenteerd betreft het mbi-kader en kan afwijken van het bedrag op de sector in de verdiepingsbijlage. Dit komt doordat sommige zorgkosten geen onderdeel uitmaken van het mbi-kader, terwijl de uitgaven wel binnen de sector vallen. Anderzijds vallen de AWBZ-gefinancierde uitgaven (verkeerde bed) onder het mbi-kader, maar behoren ze niet tot de Zvw-sector medisch-specialistische zorg.

Toelichting

Bij de instellingen voor medisch-specialistische zorg is in 2012 en 2013 een overschrijding geconstateerd van circa 3,3% respectievelijk circa 2,3% (€ 555 miljoen respectievelijk € 419 miljoen) ten opzichte van het afgesproken kader. Deze overschrijdingen zijn inclusief de verrekenbedragen uit het transitiemodel die totaal € 470 miljoen in 2012 bedragen en € 389 miljoen in 2013. Met de sector is afgesproken dat de besluitvorming over de overschrijdingen 2012 en 2013 wordt gebaseerd op de overschrijding exclusief de verrekenbedragen. Gecorrigeerd voor deze verrekenbedragen is de overschrijding € 85 miljoen (2012) en € 30 miljoen (2013). Over de overschrijding 2012 heeft reeds definitieve besluitvorming plaatsgevonden. Zoals aangegeven in de brief aan de NZa van 31 maart 2015 (TK 29 248, nr. 282) is eenmalig € 70 miljoen in mindering gebracht op het beschikbare macrokader 2016. Over de verrekening van de overschrijding 2013 vindt uiterlijk 1 mei 2016 besluitvorming plaats.

De voorlopige cijfers over 2014 laten een onderschrijding van circa € 56 miljoen zien. De resterende onzekerheid in de schadelastcijfers is nog dusdanig dat aan dit cijferbeeld geen conclusie kan worden verbonden. Besluitvorming over inzet van het mbi voor 2014 moet uiterlijk eind 2016 plaatsvinden.

Vanaf 2015 vallen de instellingen voor medisch-specialistische zorg onder de sector medisch-specialistische zorg. Tezamen met de vrijgevestigd medisch specialisten en de tandheelkundige medisch-specialistische zorg is het zeer voorlopige beeld voor 2015 een onderschrijding van circa € 77 miljoen. Gelet op hoge mate van onzekerheid wordt het jaar 2015 niet verwerkt in het jaarverslag.

Tabel 9B Actueel beeld financiële resultaten zorgakkoorden vrijgevestigd medisch specialisten 2012–2014 (bedragen x € 1 miljoen)1
 

2012

2013

2014

Actueel kader beheersmodel VMS

2.030

2.103

2.211

Gerealiseerd omzetplafond jaarverslag 2015

1.998

2.013

2.081

Actueel beeld

– 32

– 90

– 130

1

Als gevolg van afronding kan de som van de delen afwijken van het totaal.

Toelichting

Voor de afspraken met de vrijgevestigd medisch specialisten over budgettaire beheersing in het kader van het beheersmodel zijn de omzetcijfers van de NZa leidend. De definitieve vaststelling door de NZa laat zien dat de totale omzet van de vrijgevestigd medisch specialisten onder het afgesproken plafond zat: € 32 miljoen in 2012, € 90 miljoen in 2013 en € 130 miljoen in 2014. In de verdiepingsbijlage wordt de actualisatie bij de vrijgevestigd medisch specialisten verwerkt conform schadelastcijfers van het Zorginstituut Nederland. Van 2015 vallen de vrijgevestigd medisch specialisten onder de sector medisch-specialistische zorg.

Tabel 9C Actueel beeld financiële resultaten zorgakkoorden geneeskundige geestelijke gezondheidszorg 2013–2014 (bedragen x € 1 miljoen)1
 

2013

2014

Kader conform Bestuurlijk akkoord 2012

4.130

4.233

Loon- en prijsbijstelling (tranche 2013)

107

107

Overheveling AWBZ naar Zvw

24

9

Bijstelling groei naar 1,5%

 

– 41

Kader conform Bestuurlijk akkoord 2013

4.261

4.308

Loon- en prijsbijstelling (dyslexie)

1

1

Loon- en prijsbijstelling (tranche 2014)

 

77

Overheveling AWBZ naar Zvw

10

37

Overheveling jeugd-ggz

 

– 346

Actueel kader Bestuurlijk akkoord 2013

4.271

4.076

VWS jaarverslag 2015

4.069

3.786

Actueel beeld onderschrijding

– 202

– 290

Actualisering jaarverslag 2014

– 47

Actualisering begroting 2016

– 18

Actualisering jaarverslag 2015

– 137

– 290

Totaal

– 202

– 290

1

Als gevolg van afronding kan de som van de delen afwijken van het totaal.

Toelichting

Bij de geneeskundige geestelijke gezondheidszorg zijn de uitgaven in 2013 en 2014 binnen de afgesproken kaders gebleven; over 2013 is de onderschrijding circa € 202 miljoen (circa 5% van het kader) en over 2014 circa € 290 miljoen (circa 7% van het kader). Het zeer voorlopige cijfer over 2015 (€ 3.392 miljoen versus € 3.587 miljoen) geeft een onderschrijding aan van € 195 miljoen; circa 5% van het kader. De onderschrijdingen in 2013 en 2014 lijken zich, zij het in wat mindere mate, derhalve voort te zetten in 2015. Gelet op de hoge mate van onzekerheid wordt het jaar 2015 niet verwerkt in het jaarverslag.

Tabel 9D Actueel beeld financiële resultaten zorgakkoorden huisartsen en multidisciplinaire zorgverlening 2013–2015 (bedragen x € 1 miljoen)1
 

2013

2014

2015

Kader conform Convenant / Bestuurlijk akkoord Eerste lijn2

2.394

2.947

3.029

Loon- en prijsbijstelling (tranche 2013)

43

   

Loon- en prijsbijstelling (tranche 2014)

 

80

83

Loon- en prijsbijstelling (tranche 2015)

   

29

Overige mutaties

12

 

– 10

Actueel kader Convenant / Onderhandelaarsresultaat

2.449

3.027

3.131

VWS jaarverslag 20153

2.366

3.012

3.057

Actueel beeld

– 83

– 15

– 74

Actualisering jaarverslag 2013

– 52

Actualisering VWS begroting 2015

– 3

Actualisering jaarverslag 2014

– 12

– 26

Actualisering VWS begroting 2016

– 10

3

Actualisering jaarverslag 2015

– 8

8

– 74

Totaal

– 83

– 15

– 74

1

Als gevolg van afronding kan de som van de delen afwijken van het totaal.

2

In beide akkoorden zijn geen budgettaire kaders in miljoenen euro’s opgenomen. De afspraken uit de akkoorden zijn opgenomen in de ontwerpbegroting 2013, respectievelijk 2014.

3

Het actueel kader Convenant / onderhandelaarsresulaat zoals hierboven gepresenteerd kan afwijken van het bedrag in het mbi. Dit komt doordat sommige zorgkosten expliciet uitgesloten zijn van het mbi kader, terwijl de uitgaven wel binnen de sector vallen.

Toelichting

In het jaar van het Convenant Huisartsenzorg (2013) zijn de uitgaven binnen het afgesproken kader voor 2013 gebleven: op basis van actuele cijfers van het Zorginstituut Nederland is dat jaar sprake van een onderschrijding van € 83 miljoen. Het Bestuurlijk akkoord Eerste lijn voor 2014 (en latere jaren) betreft zowel de huisartsenzorg als de multidisciplinaire zorgverlening. Op basis van de actuele gegevens van het Zorginstituut is per saldo sprake van een onderschrijding van € 15 miljoen (2014) en € 74 miljoen (2015).

Tabel 9E Actueel beeld financieel resultaat zorgakkoord 2015 wijkverpleging (bedragen x € 1 miljoen)1
 

2015

Kader conform Onderhandelaarsresultaat transitie verpleging en verzorging (wijkverpleging)

3.079

Loon- en prijsbijstelling (tranche 2015)

4

Herverdeling extramuralisering n.a.v. actualisatie 2014

84

Actueel kader Onderhandelaarsresultaat

3.167

VWS jaarverslag 2015

3.205

Actueel beeld

38

Actualisering jaarverslag 2015

38

Totaal

38

1

Als gevolg van afronding kan de som van de delen afwijken van het totaal.

Toelichting

In het eerste jaar van het Onderhandelaarsresultaat zijn de uitgaven niet binnen het afgesproken kader voor 2015 gebleven: op basis van actuele cijfers van het Zorginstituut Nederland is dat jaar sprake van een overschrijding van € 38 miljoen.

In onderstaande figuur is een actueel beeld van de financiële resultaten van de zorgakkoorden opgenomen, die met de verschillende sectoren zijn afgesproken. Een negatief percentage betekent dat de totale uitgaven in de betreffende sector onder het afgesproken financiële kaders liggen. Uit dit overzicht blijkt dat de akkoorden in belangrijke mate bijdragen aan de beheersing van de zorguitgaven. Voor de instellingen van medisch-specialistische zorg geldt dat in 2012 en 2013 sprake was van een overschrijding die mede het gevolg is van incidentele transitiekosten samenhangend met de invoering van de nieuwe prestatiebekostiging. Het jaar 2015 is voor de sectoren medisch-specialistische zorg en de ggz nog zeer voorlopig, maar is ter indicatie wel opgenomen in de grafiek. De huisartsenzorg laat over alle jaren een onderschrijdend beeld zien.

Figuur 2: Actueel beeld van de financiële resultaten van de zorgakkoorden

Figuur 2: Actueel beeld van de financiële resultaten van de zorgakkoorden

Bedragen x € 1 miljoen.

Licence