De Wet normering topinkomens (WNT) bepaalt dat de bezoldiging en eventuele ontslaguitkeringen van topfunctionarissen in de publieke en semipublieke sector op naamsniveau vermeld moeten worden in het financieel jaarverslag. Deze publicatieplicht geldt tevens voor topfunctionarissen die bij een WNT-instelling geen – al dan niet fictieve – dienstbetrekking hebben of hadden. Daarnaast moeten van niet-topfunctionarissen de bezoldiging (zonder naamsvermelding) gepubliceerd worden indien deze het wettelijk maximum te boven gaat. Niet-topfunctionarissen zonder dienstbetrekking vallen echter buiten de reikwijdte van de wet.
Voor dit departement heeft de publicatieplicht betrekking op onderstaande functionarissen. De bezoldigingsgegevens van de leden van de Top Management Groep zijn opgenomen in het jaarverslag van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Het algemeen bezoldigingsmaximum bedraagt in 2018 € 189.000.
Nieuw in 2018 is het vervallen van het begrip gewezen topfunctionaris en de inwerkingtreding van de anticumulatiebepaling, die bepaalt dat indien een topfunctionaris met verschillende WNT-instellingen een dienstbetrekking aangaat als topfunctionaris, niet zijnde een toezichthoudende topfunctionaris, de som van de bezoldigingen niet meer mag bedragen dan het algemeen bezoldigingsmaximum (€ 189.000).
Naast de hier vermelde functionarissen zijn er geen andere functionarissen die in 2018 een bezoldiging boven het toepasselijke WNT-maximum hebben ontvangen, of waarvoor in eerdere jaren een vermelding op grond van de WOPT of de WNT heeft plaatsgevonden of had moeten plaatsvinden.
Er zijn in 2018 geen ontslaguitkeringen betaald die op grond van de WNT dienen te worden gerapporteerd.
Er zijn in 2018 geen leidinggevende topfunctionarissen die op grond van de WNT i.v.m. de cumulatie van dienstbetrekkingen dienen te worden gerapporteerd.
Naam instelling | Naam top-functionaris | Functie | Datum aanvang dienstverband | Datum einde dienstverband | Omvang dienstverband in fte (= omvang in 2017) | Op externe inhuur-basis (nee; <= 12 kalendermnd; > 12 kalendermnd) | Beloning + onkostenvergoedingen (belast)(= bedrag in 2017) | Voorzieningen t.b.v. beloningen betaalbaar op termijn (= bedrag in 2017) | Totale bezoldiging in 2018(= bedrag in 2017) | Individueel toepasselijk bezoldigingsmaximum | Motivering (indien overschrijding) |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
CvTE1 | P. Hendrikse | Voorzitter | 31-12-2018 | 0,2 (0,2) | n.v.t. | € 23.770 (€ 23.169) | n.v.t. | € 23.770 (€ 23.169) | € 37.800 | n.v.t. | |
CvTE | A. Broek | Lid | 30-9-2018 | 0,025 | n.v.t. | € 1.864 | n.v.t. | € 1.864 (2) | € 3.534 | n.v.t. | |
CvTE | L.S.J.M. Henkens | Lid | 31-12-2018 | 0,025 (0,033) | n.v.t. | € 2.032 (€ 2.999) | n.v.t. | € 2.032 (€ 2.999) | € 4.725 | n.v.t. | |
CvTE | J.G. Uijterwijk | Lid | 30-9-2018 | 0,025 (0,025) | n.v.t. | € 2.528 (€ 3.041) | n.v.t. | € 2.528 (€ 3.041) | € 3.534 | n.v.t. | |
CvTE | J.G.J. Rinkes | Lid | 30-9-2018 | 0,025 (0,025) | n.v.t. | € 2.111 (€ 2.966) | n.v.t. | € 2.111 (€ 2.966) | € 3.534 | n.v.t. | |
CvTE | Y. v. Zijl | Lid | 31-12-2018 | 0,025 (0,025) | n.v.t. | € 2.452 (€ 2.266) | n.v.t. | € 2.452 (€ 2.266) | € 4.725 | n.v.t. | |
CvTE | M.J.A.M. v. Gils2 | Lid | |||||||||
CvTE | J.C. Krijt2 | Lid | |||||||||
CvTE | T.G.M. Bekker2 | Plv. lid | |||||||||
CvTE | M.A. Jansen2 | Plv. lid | |||||||||
CvTE | A. Kaim Lamers2 | Plv. lid > lid 1/10/18 | |||||||||
CvTE | D.J.M. Majoor2 | Plv. lid > lid 1/10/18 | |||||||||
CvTE | L.F.P. Niessen2 | Plv. lid | |||||||||
CvTE | G.J. Zomer2 | Plv. lid |